REISVERSLAG - Nepal: 37 dagen trekking Jiri to Khumbu (Everest)Hier volgt een verslag van mijn reis naar Nepal 2 maart - 14 april 2014. Dit was mijn tweede reis naar Nepal. Omdat ik vorige keer zoveel plezier heb beleefd aan de treks door de Himalaya wilde ik dit keer een veel langere trek doen. Het enige doel van deze reis was daarom een trek van Jiri naar de Khumbu en terug, een tocht waar ik 37 dagen over heb gedaan (incl een paar rustdagen). Ik heb alles in m'n eentje gelopen en geen gebruik gemaakt van guides of porters.
De gelopen route kun je zien op de kaartjes hieronder. Het begint met een lange walk-in die begint in Jiri, een plaatsje dat per lokale bus is te bereiken vanuit Kathmandu (reistijd ca 10 uur). Vanaf daar liep ik in ongeveer een week naar Cheplung in de buurt van Lukla. Vervolgens heb ik ongeveer 3 weken rondgetrokken in de Khumbu en daarna weer in ongeveer een week terug gelopen naar Jiri.
De grote meerderheid van de mensen die deze regio bezoekt gaat per vliegtuig heen en terug naar Lukla. Dat is korter en veel minder zwaar, maar ze missen daarmee veel. Het Jiri-Lukla traject biedt niet het spektakel (adembenemende uitzichten etc) dat de Khumbu biedt maar is veel minder toeristisch en geeft een meer authentieke Nepal ervaring imo. Maar het is vooral de combinatie van Jiri-Lukla en de Khumbu die de tocht speciaal maakt: een start in de minder toeristische "middle hills" en de anticipatie op wat gaat komen. Btw, dit is de originele route van Edmund Hillary en Tenzing Norgay uit 1953 en het helpt je te begrijpen hoe afgelegen het gebied is waar je naartoe gaat.
Wat ik heb gedaan (niet alleen de heenweg maar ook de terugweg via Jiri) doet bijna niemand. Vrijwel iedereen die inloopt via Jiri vliegt terug via Lukla (of neemt een jeep vanaf Phaplu). Maar ik heb van de terugweg evenveel genoten als van de heenweg. Het ziet er anders uit als je de andere kant op loopt en bovendien is het dan 3-4 weken later. Akkertjes die op de heenweg nog kaal waren zijn nu groen en veel vogels die op de heenweg nog in de warmere laaglanden waren zijn nu in de middle hills en hebben een feestmaal aan de bloeiende rhodonendrons. Overal hoor je koekoeken, etc.... kortom, genieten!
Overzicht van de totale route: 319km lopen en ongeveer 20.000m klimmen.
Het Khumbu gedeelte van de tocht uitvergroot en met 3D-effect, met dank aan Google Earth
Het hoogteprofiel van de totale route. In tegenstelling tot wat de meeste mensen verwachten zit verreweg het grootste gedeelte van het totale aantal geklommen meters in het Jiri-Lukla gedeelte. Volgens Google Earth data (onnauwkeurig, maar het geeft een indicatie) is de totaal gelopen afstand 319km en heb ik totaal ca 20.000m geklommen. Ter vergelijking: voor de standaard route Lukla-Everest Basecamp-Lukla is de afstand 100km en ongeveer 5.000m klimmen.Naast genieten van het spectaculaire Nepalese landschap, de cultuur en de vriendelijke mensen heb ik ook speciale interesse voor de natuur en ik vind het leuk om vogeltjes te spotten. Op deze reis heb ik totaal 130 verschillende vogelsoorten geïdentificeerd, waaronder 48 soorten die ik nog nooit eerder had gezien. Je moet daarbij bedenken dat ik niet in de laaglanden ben geweest waar je de meeste soorten hebt dus dit resultaat lag boven mijn verwachting! Verder apen (Gray langurs), eekhoorns en veel pika's hoog in de bergen.
In dit verslag heb ik voor het Jiri-Lukla traject de foto's van de heen- en terugweg samengevoegd zodat ik niet twee keer dezelfde route beschrijf. Als het foto's zijn van de terugweg dan zet ik dat er apart bij.
Jiri (1935m), het startpunt van de trek.
In Jiri verbleef ik in Sagarmatha Lodge, wat net als de andere lodges op deze trek bizar goedkoop was (100 roepies = ¤0,75 per nacht!). En toen ik na 5 weken terugkwam werd ik hartelijk welkom geheten. Ze herinnerden zich nog steeds allerlei details die ik zelf alweer was vergeten. Hier zijn de dames mijn eten aan het klaarmaken. (Foto terugweg).
De trek begint met een klimmetje over een richel (2400m) en dan een afdaling naar het plaatsje Shivalaya (1800m). De trail net voordat je Shivalaya bereikt loopt door het prachtige dal van de Velung Khola rivier. Subliem om vogeltjes te spotten. Deze foto is s'morgens genomen op de terugweg, terugkijkend richting Shivalaya. Check die bloeiende rhodondendron!
Na Shivalaya (1800m) begint er een flinke klim naar Deorali (2705m). Aan het begin van de klim krijg je dit uitzicht op de Khimti Khola rivier. (Foto terugweg)
Deorali (2705m). Midden door het plaatsje lopen boeddhistische gebedsmuren, iets wat je in veel plaatsjes in deze regio tegenkomt. Op de heenweg heb ik in Deorali overnacht en het was er berekoud! (Foto terugweg)Na Deorali daal ik af naar Bhandar (2200m) en vervolg de trail naar Kinja (1640m). Veel mensen lopen hier verkeerd (inclusief ikzelf). Je komt uiteindelijk wel aan maar niet persé via de makkelijkste route. Mijn route ging eerst flink omhoog en daarna steil omlaag naar Kinja. Maar het was wel een mooie route.
Tussen Kinja en Shivalaya zag ik deze nesten van wilde bijen hangen aan de rotsen. De honing van deze bijen is een dure delicatesse en deze wordt door de lokale bevolking geoogst op een duurzame manier zodat de bijenkolonie overleeft en elk jaar nieuwe honing levert. Dat oogsten is gevaarlijk want de nesten hangen hoog op bijna onbereikbare plaatsen en deze bijen zijn zeer agressief. (Foto terugweg)Na Kinja (1640m) gaat de trail weer steil omhoog en blijft stijgen tot aan de Lamjura pas (3530m). Maar tussendoor heb ik overnacht in Sete (2575m, op de terugweg) en Dagchu (2985m, op de heenweg).
Uitzicht in de avondschemering vanaf het terras van de lodge in Sete (2575m). (Foto terugweg)
De lodge in Dagchu (2985m). Soms wil er een koe het huis binnen lopen en dan moet er eventjes daadkrachtig worden opgetreden!
Net als tijdens mijn vorige reis in Nepal vonden kinderen mijn vogelgidsje met al die gekleurde plaatjes onweerstaanbaar! Hier in Dagchu werd het gidsje dan ook al snel gekaapt.Na Dagchu vervolg ik de klim naar de Lamjura pas (3530m), het hoogste punt op de Jiri-Lukla trail. Eerst kom ik nog door het plaatsje Goyem (3220m) en Lamjura (3330m).
Goyem in de vroege morgen tijdens de wandeling omhoog.
Dit is hetzelfde Goyem op de terugweg vanaf een wat hoger punt en doorkijkje tussen bloeiende rhodondendrons. Er kwam een hoop lawaai uit die rhodondendrons want Fire-tailed Sunbirds waren inmiddels gearriveerd uit lager gelegen gebieden en hadden een feestmaal aan de nectar uit deze bloemen! (Foto terugweg)
In het plaatsje Lamjura (3330m) had ik een gesprek met deze man. De vorige dag leidde hij in Dagchu één of andere bijeenkomst waarvan ik niet wist wat het was en nu had ik de gelegenheid om het te vragen. Gelukkig sprak hij zeer goed Engels. Het bleek te gaan om een politieke partij die de belangen behartigt van het mongoloïde deel van de bevolking (Sherpa's e.d.) die volgens hem op dit moment nog niet goed politiek zijn georganiseerd.
De Lamjura pas (3530m), de eerste keer dat ik door de sneeuw loop op deze reis. Op sommige plaatsen was de trail erg glad en ik was dus blij met m'n trekking poles. Deze pas ligt zelfs een fractie hoger dan Namche in de Khumbu. Na de Lamjura pas gaat de trail weer omlaag tot Junbesi (2700m). In het begin is de afdaling erg steil en gaat door een prachtig bos met veel vogeltjes en ook apen.
Gray langurs in het prachtige bos net onder de Lamjura pas
Junbesi in de vroege morgen, met links op de berg het Serlo Monastry. Op de terugweg heb ik hier een "rustdag" genomen om o.a. vogeltjes te spotten en om het Serlo Monastry te bezoeken. (Foto terugweg)Vanaf Junbesi (2700m) gaat de trail weer over een richel via Phurtyang (2980m) naar Ringmo (2700m) en dan over de Trakshindo pas (3071m) weer omlaag naar Nuntala (2350m).
Er zijn in de Khumbu geen wegen en alles wordt dus door mensen, met ezels of met buffels (op grotere hoogte met yaks) getransporteerd. Vooral vanaf Ringmo kom je vaak grote karavanen ezels tegen die starten in Phaplu of Saleri, wat nog via een weg te bereiken is.
Karavaan ezels steekt in de mist de Trakshindo pas (3071m) over richting Ringmo. (Foto terugweg)
Zoals vaak op de Jiri-Lukla trail was ik ook hier in Nuntala de enige gast in de lodge. Eigenlijk ben je hier gewoon bij mensen thuis. Terwijl ik m'n ontbijt zit te eten geeft deze moeder les (school) aan haar zoontje, lekker warm bij het fornuis/ kachel. Hier stoken ze op hout, maar hoog in de Khumbu is geen hout en veel van de lodges waar ik verbleef stoken uitsluitend op gedroogde yak-poep!
Baby's dragen ze hier in mandjes, gedragen met een band op het hoofd.
...en de baby's zijn schattigVanaf Nuntala (2350m) daalt de trail naar het laagste punt van de hele route: ca 1500m. Dit is de 109 meter lange hangbrug over de Dudh Koshi Nadi rivier. Vanaf hier ga ik via Jubing (1700m) en Kharikhola (2050m) naar Bupsa (2350m).
Als ik s'morgens vroeg Nuntala verlaat zie ik in de verte de bergen waar ik naar op weg ben.
De 109m lange hangbrug over de Dudh Koshi Nadi rivier bij Jubing. Het deint een beetje maar de brug is sterk genoeg om hele karavanen ezels of buffels te laten oversteken.(Foto terugweg)
Deze dame is geen Sherpa maar Rai, wat je kunt zien aan de sieraden die ze aan haar neus heeft hangen. Ze was helemaal opgewonden dat ze op de foto mocht! Foto genomen ergens tussen Nuntala en Jubing toen ik wat afweek van de trail.
Schoolkinderen moeten elke dag meerdere uren lopen over steile trailtjes om op school te komen en weer thuis.
Kleren wassen in een bergstroompje met baby-mandje op de rug. (Foto genomen in Kharikhola).Bupsa (2350m) was een sublieme plek om vogeltjes te spotten, met name op de terugweg toen ik opeens veel nieuwe soorten zag. Ik ben op de terugweg daarom ook een dagje extra gebleven.
Bupsa met haar prachtige terrassen in de vroege morgen.
Ook in Bupsa verbleef ik in een lodge waar ik de enige gast was en waar het gewone familieleven zich blijft afspelen alsof je deel bent van de familie. (Foto terugweg)
Deze vrolijke dames waren net de Khari La pas (2880m) over gekomen. De mandjes die ze dragen zijn het type dat ze in deze regio gebruiken om vrachten van vaak ongelofelijk gewicht te transporteren. (Foto terugweg)
Rustplaats voor ezels bij BupsaVanaf Bupsa (2350m) ga ik over de Khari La pas (2880m) naar Puiyan (2780m), Surke (2300m, overnacht op de heenweg), Muse (ca 2600m, overnacht op de terugweg) en Chaurikharka (2600m) naar Cheplung net onder Lukla.
Ezel karavaan op weg naar de Khari La pas
Het plaatsje Muse (2600m) waar ik op de terugweg heb overnacht.
In Chaurikharka liep deze man een stukje met me mee. Hij vertelde me dat hij leraar Sherpataal is en dat hij op weg was naar zijn school. De scholen beginnen hier pas om 10:00am omdat de leerlingen vaak urenlang moeten lopen om op school te komen. De school heeft 350 leerlingen en zijn klas is 12-15 leerlingen groot. Foto is genomen in een soort poortje met gebedsrollen zoals je die wel meer aantreft in deze regio.
Gebedsmuur en stupa in Chaurikharka. Altijd kloksgewijs passeren!Even na dit punt ontmoet de Jiri-trail de standaard Lukla-Everest trail en is het gedaan met de rust. Het aantal toeristen is dan opeens een veelvoud van wat het daarvoor was. Ben ik in de hele voorgaande week misschien 10 toeristen tegengekomen, nu zijn de trails opeens gevuld met grote groepen naar zeep ruikende toeristen die net uit het vliegtuig zijn gestapt. Dat is even wennen...
Maar dit is ook het punt vanaf waar ik nu echt richting de hoge bergen ga. De trail gaat nu definitief omhoog in plaats van steeds stijgen en dalen zoals tot nu toe het geval was. Het wordt allemaal een stuk makkelijker!
Een ander leuk aspect is dat als je helemaal vanuit Jiri bent gekomen en al vele duizenden meters bent geklommen en ca 1 week voornamelijk hebt doorgebracht op 2000-3000m, dat je een uitstekende conditie hebt opgebouwd en al een beetje bent geacclimatiseerd aan de hoogte. Je loopt opeens iedereen voorbij, ook met 20kg op je rug!
Vanaf Surke (2300m) liep ik in één dag naar Namche (3450m). Vanaf hier gaan we echt de hoogte in.
Namche (3450m), met de stupa in het centrum van het stadje. De hoge bergen zijn nu dichtbij.
In Namche had ik een rustdag ingelast. Het is een leuk plaatsje waar je zo'n beetje alles kunt kopen wat je nodig hebt voor de trek, mocht je iets zijn vergeten. Ongelofelijk eigenlijk als je bedenkt waar het ligt! Ik heb de rustdag tevens benut om even wat kleren te wassen. En het was vrijdag en dat is marktdag (evenals zaterdag), zie foto.
De Himalayan Monal is de national bird van Nepal. Deze spectaculaire fazantensoort leeft op de berghellingen maar komt s'morgens en aan het eind van de middag vaak eten zoeken op akkers. De akkers net buiten Namche zijn een uitstekende plek om deze vogel te zien.Na de rustdag in Namche vertrek ik naar mijn volgende bestemming: Tengboche.
Namche ligt in een soort kom. S'morgens als ik Namche verlaat kijk ik nog even terug op het stadje.
Net buiten Namche op weg naar Tengboche opent zich een prachtig berglandschap!
Super relaxte trail vergeleken met het Jiri-Lukla traject. De Karakteristieke berg rechts is Ama Dablam (6812m).Na een veel meer relaxte dag dan ik tot nu toe gewend was arriveer ik in Tengboche (3860m). De reden waarom het nu allemaal zo relaxt is heeft twee redenen. Ten eerste is dit de belangrijkste toeristen trail en dus is het pad zelf erg goed. Ten tweede moet je een acclimatisatie schema volgen zodat je lichaam tijd heeft om zich aan te passen aan de hoogte. Dat betekent in de praktijk dat je dagelijks niet meer klimt dan een paar honderd meter - een heel verschil met het Jiri-Lukla traject waar je regelmatig meer dan 1500m op een dag klimt!
Tengboche (3860m) heeft een prachtige ligging tussen de bergen. Op de foto zie je Tengboche Gompa in de avondschemering.
Tengboche is omringd door bossen en het is een goede plek om Blood Pheasants te spotten, vooral s'morgens vroeg en tegen de avond. Ik heb er letterlijk tientallen gezien, maar de meeste mensen die ik tegenkwam gingen direct de lodges in en hebben ze volkomen gemist! Op de foto zie je rechts het mannetje en links het vrouwtje. Ik had zoals altijd alleen een klein pocket cameraatje mee en het feit dat ik ze toch nog fatsoenlijk op de foto kon zetten zegt veel over hoe goed ze te zien waren. Door mijn verrekijker was het allemaal natuurlijk nog veel mooier!Met name vanwege de vogeltjes en de kans om musk-deer te zien (helaas niet gelukt dit keer) heb ik ook een rustdag/ acclimatisatie dag gehouden in Tengboche. De dag daarna ben ik doorgelopen naar Dingboche (4350m).
Dit is het dal van Imja Khola, terugkijkend naar Orsho (rechts) waar ik vandaan kwam
Dit is Dingboche (4350m), duidelijk gelegen boven de boomgrens. Veel mensen krijgen hier hoogteziekte en het wordt aangeraden om hier twee of meer nachten door te brengen voordat je verder omhoog gaat. Zelf heb ik maar één nacht doorgebracht in Dingboche omdat ik al een extra dag had gedaan in Tengboche en omdat ik hierna naar Chukhung (4750m) ga en daar minimaal drie nachten ga doorbrengen. De reden dat ik meer tijd wil doorbrengen in Chukhung is omdat je vanaf daar een aantal mooie dagtochten kunt maken en het een ideale hoogte heeft om rustig te kunnen acclimatiseren.
Het uitzicht op Dingboche (4350m) als ik terugkijk tijdens de wandeling naar Chukhung (4750m) die maar een uurtje of twee duurtIn Chukhung zit ik met een gezellige groep mensen in een lodge. En het landschap is prachtig! Dit is echt een hooggebergte landschap waar je bent omringd door witte sneeuwtoppen en gletsjers. S'avonds begint het zachtjes te sneeuwen en de volgende morgen....WOW!
Als ik smorgens mijn bed uit stap dan ziet het er zo uit. Prachtig! De thermometer die ik mee had geeft -4°C in mijn slaapkamer en -10°C buiten.
Op mijn eerste dag in Chukhung maak ik een wandeling naar Imja Tsho, een (nu bevroren) meertje dicht bij Island Peak Basecamp. En de sneeuw maakt de wandeling nog veel mooier dan die anders geweest zou zijn. Prima wandeling ook voor een acclimatisatie dag want er hoeft nauwelijks te worden geklommen.
Links voor me ligt Island Peak, een populaire toeristische klim bestemming. De man voor me is een sherpa die voorraden naar Island Peak Basecamp draagt. Het meertje Imja Tsho waar ik naar op weg ben ligt achter een soort morene rechts.
Na een beetje klauteren over de morene kom ik bij het bevroren meertje (5010m). Wow! De foto doet het helaas geen recht want ik krijg maar een stukje van het meertje en de steile bergen op de foto.
Tijdens het teruglopen naar Chukhung word ik gepasseerd door deze karavaan van yaks, ook op weg naar Island Peak Basecamp.In de loop van de dag begon de sneeuw te smelten op de plaatsen waar de zon scheen, maar s'avonds sneeuwde het opnieuw zachtjes. Genoeg om alles van een prachtig nieuw wit laagje te voorzien. Na mijn tweede overnachting hier in Chukhung op 4750m waarbij ik me kiplekker voelde (geen hoogteziekte) was ik klaar voor een dagtocht klim naar Chukhung Ri (5559m). Dit is tevens het hoogste punt dat ik op deze reis zou bereiken.
Tijdens de beklimming van Chukhung Ri (5559m) kijk ik terug naar Chukhung beneden in het dal. Die prachtige berg aan de overkant is Ama Dablam (6856m).
Vanaf de top van Chukhung Ri (5559m) heb ik dit uitzicht naar het oosten. In de verte zie je o.a. het bevroren meer Imja Tsho waar ik gisteren was. Ook deze foto doet helaas geen recht aan het spektakel dat het in het echt was. Op de foto is alles zo plat maar in het echt heb je de enorme diepte en ruimte om je heen!
Kijkend naar het noordwesten kijk je bovenop de Nuptse Gletsjer.
Nuptse (7861m) is als een grote muur waar je tegenaan kijkt. De "pyramide" helemaal links in de verte is Pumo Ri (7165m).
Het dal richting Dingboche met een stukje Nuptse Gletser op de voorgrond. Links Ama Dablam.
Een Nederlands meisje dat ik later tegenkwam op Kala Pattar vertelde me dat ze nog nooit zoveel roodborstjes had gezien als hier. Maar dat zijn geen roodborstjes maar Robin Accentors! Typisch een vogeltje dat je ziet op grote hoogte hier. En ze zijn erg tam.
Een aanverwante soort is de Alpine Accentor. Deze heb je ook in Europa, bijvoorbeeld in de Alpen en Pyreneeën. Overigens kwam ik hier op 5000m ook winterkoninkjes tegen, bijvoorbeeld op de Ngozumba Gletsjer! De volgende dag was ik ziek. Kennelijk iets verkeerds gegeten ofzo. Ik heb toen de hele dag in bed gelegen en ben zo'n beetje elk uur naar het toilet gerend. Gelukkig was ik de volgende dag weer helemaal gezond en de rest van de reis ben ik kerngezond geweest zonder ook maar de minste darmklachten, terwijl ik gewoon dezelfde dingen ben blijven eten/ drinken. Ik heb geen idee wat me die ene dag zo ziek heeft gemaakt.
De dag na de ziekte ben ik helemaal naar Lobuche (4940m) gelopen. Omdat ik de dag ervoor zo ziek was had ik geen flauw idee hoe ver ik zou komen dus ik hield er ernstig rekening mee dat ik ergens halverwege al zou moeten stoppen. Maar ik voelde me perfect en kwam dus mooi op tijd aan in Lobuche.
Tijdens de tocht naar Lobuche (4940m) kom ik weer door Dingboche (4350m) waar ik een paar dagen eerder één nacht had doorgebracht. Nu echter met sneeuw.
In het dal zie ik Periche (4280m) liggen, waar ook veel mensen overnachten als alternatief voor Dingboche. Dit is mijn enige dag in de Khumbu waarbij het overdag zachtjes sneeuwt en de bergtoppen in de wolken zitten. Oorspronkelijk wou ik via de Kongma La pas van Chukhung naar Lobuche lopen maar drie dagen sneeuw en nu ook nog slecht zicht maakte die optie zeer onverstandig/ onmogelijk.Lobuche (4940m) was ondanks dat het niet de hoogst gelegen plek is waar ik zou overnachten (dat is Gorak Shep, 5170m) in elk geval gevoelsmatig de koudste plek. Ook een aantal sherpa's vertelden mij dat zij Lobuche als het koudst ervaren. Helaas was mijn thermometer inmiddels overleden dus ik kon de temperatuur niet checken. Gelukkig hield mijn in Kathmandu voor 9500 roepies (ca ¤73) gekochte slaapzak van Nepalese makelij mij heerlijk warm.
Lobuche was ook verrassend op het gebied van vogeltjes. Terwijl iedereen direct de lodges invluchtte en niet meer was weg te slaan bij de kachel liep ik rond zonsondergang terwijl het vriesde dat het kraakte nog buiten met mijn verrekijker rond en vond een paar soorten die je hier alleen op grote hoogte vindt, zoals Horned Lark, Great Rosefinch en Brandt's Mountainfinch.
De volgende morgen ging de tocht verder naar Gorak Shep (5170m), het hoogste punt waar ik zou overnachten.
S'morgens bij vertrek naar Gorak Shep kijk ik nog even achterom naar Lobuche
Yaks onderweg naar Gorak Shep.
Yaks rusten uit bij Gorak Shep.
Gorak Shep (5170m). Dit is de basis voor de populaire dagtochten naar Kala Pattar (5554m) en Everest Basecamp (5364m). Hier heb ik 2 nachten doorgebracht.
Op deze hoogte vind je overal Tibetan Snowcock. Hier zie je ze in hun natuurlijke woonomgeving (rotsachtige berghellingen) maar in Gorak Shep lopen ze ook overal rond de lodges en zijn zo tam dat ze waarschijnlijk uit je hand eten (niet geprobeerd). Omdat mensen in de Khumbu geen dieren doden zijn er eigenlijk geen landroofdieren die ze bedreigen. Het gevaar voor de snowcocks komt van boven in de vorm van Golden Eagles.Het einddoel voor het grootste deel van de toeristen is Kala Pattar (5554m) en/of Everest Basecamp (5364m). In tegenstelling tot wat je misschien verwacht is Mount Everest niet zichtbaar vanaf Everest Basecamp (maar je ziet Everest wel onderweg er naartoe). Bij een keuze tussen deze twee kiezen mensen daarom meestal voor Kala Pattar want vanaf deze berg heb je wel een goed uitzicht op Mount Everest.
Zelf heb ik zowel Kala Pattar bezocht als Everest Basecamp. Om 7:00am begon ik de klim naar Kala Pattar en ik stond om 8:30am boven (gaat opeens snel als je een keer geen 20kg op je rug hebt!). Echter, de zon staat dan nog bijna achter Everest dus een uurtje wachten op de top geeft mooier licht. En een uurtje wachten met zo'n uitzicht is geen straf!
Uitzicht vanaf Kala Pattar (5554m). Mount Everest (8848m) is die zwarte top. De hoge scherpe piek rechtsvoor is Nuptse (7861m). Het zwarte stukje berg dat je nog net kunt zien links achter Nuptse is Lhotse (8414m). Het witte lagere stukje tussen Everest en Lhotse is de South Col (7986m). De witte berg voor Everest is de West-Shoulder (7205m) en de piek links is Changtse (7543m) die in Tibet ligt. Op de voorgrond zie je de Khumbu Gletsjer en het stuk dat naar beneden loopt bij de West-Shoulder waar net de zon op schijnt is de beruchte Khumbu Icefall. Dat is de plek waar de meeste doden vallen en ook de locatie van het ongeluk op 18 april 2014 waarbij 16 mensen omkwamen in een lawine.
Uitzicht op Pumo Ri (7165m), die hier zo ontzettend dichtbij lijkt.Dit is voor de meeste mensen het hoogtepunt van de reis. Maar niet voor mij. Hoewel het allemaal schitterend en indrukwekkend is heeft Kala Pattar niet het beste uitzicht op Everest. Gokyo Ri en Lhenjo La hebben, hoewel verder er vandaan, een beter uitzicht (zie later).
Na even te hebben uitgerust in het guesthouse was ik even na 11:00am alweer klaar voor de volgende wandeling: naar Everest Basecamp! Ik dacht altijd dat een wandeling naar Everest Basecamp niet zo interessant was, weinig te zien en meer diende om te kunnen zeggen dat je op Everest was geweest. Dit had ik dus volkomen fout want het bleek een prachtige wandeling te zijn! Je loopt langs de Khumbu Gletsjer en hebt mooi uitzicht daarop. Ook is de locatie van Everest Basecamp op de Gletsjer vrij spectaculair. En tenslotte heb je mooi uitzicht op de beruchte Khumbu Icefall.
Op weg naar Everest Basecamp (5364m)
Makkelijke wandeling, behalve het laatste stukje over de Khumbu Gletsjer waarbij je over morenen moet klimmen. Deze sherpa's en yaks brengen voorraden naar Basecamp.
Op deze foto zie je mooi de spectaculaire ligging van Everest Basecamp op de gletsjer.
Toen ik er was (24 maart) was het Everest klimseizoen nog niet begonnen, maar er stonden al aardig wat tenten van sherpa's die voorbereidingen treffen.Terug in Gorak Shep was het aan het eind van de middag altijd eventjes vogeltjes spotten.
Deze Great Rosefinch kwam s'avonds eten zoeken op de afval hoop achter de lodge!
Brandt's Mountain Finch. Altijd grote groepen hier, vooral rond plaatsen waar yaks zijn.
Yaks in de avondschemering. Als ik deze foto zie dan voel ik weer de kou van de avond....De volgende dag verliet ik Gorak Shep en ging op weg naar Dzonglha (4850m). Dit is het startpunt om de volgende morgen de Tsho La pas (5420m) over te steken richting Gokyo.
Op weg naar Dzonglha moet ik een gedeelte van een eerder gelopen route teruglopen. Op de foto zie je in de verte in het dal Periche liggen. Vorige keer toen ik daar langs kwam was dat nog bedekt met sneeuw. Links boven het dal loopt de trail die ik richting Lobuche volgde. Het blijft een prachtig uitzicht. De berg links is weer Ama Dablam.
Als ik het dal in loop waar Dzonglha ligt heb ik dit uitzicht op de Tsho La Gletsjer met daarachter Taboche Peak (6367m).S'avonds zit ik te hopen dat er die nacht geen sneeuw valt, of in elk geval niet teveel. Want dat zou mijn plan om de Tsho La pas over te steken in de war sturen. Gelukkig zie ik de volgende morgen tot mijn opluchting dat er weinig tot geen sneeuw is bijgekomen. Vandaag dus de pas over!
Als ik s'morgens het eerste stuk heb geklommen heb ik dit uitzicht als ik terugkijk richting Dzonglha. De grote berg rechts is Tsholatse (6335m).
De Tsho La pas is redelijk vlak bovenop en je moet daar een sneeuwveld oversteken. Ik volg een trailtje van voetsporen door de sneeuw (daar is het kennelijk veilig) maar het blijft zwaar lopen omdat ik steeds vrij diep wegzak in de sneeuw. Een paar keer zak ik tot m'n knieën in de sneeuw. Gelukkig duurt dit niet te lang en ik bereik de top van waar ik het dal aan de andere kant kan zien. Nu volgt er een steile, zeer glibberige afdaling. Na het eerste steile gladde stuk volgen er makkelijker gedeeltes en een paar nog gladdere gedeeltes. Ik breng de nacht door in het plaatsje Thangnak (4700m) gelegen op de rand van de Ngozumba Gletsjer. De volgende morgen steek ik de gletsjer over naar Gokyo (4750m).
Deze foto is genomen terwijl ik midden op de Ngozumba Gletsjer sta. Het oversteken van de gletsjer is vermoeiend maar wel prachtig! Als ik de gletsjer bijna over ben en op het punt sta de zij-morene over te klimmen maak ik me wel wat zorgen omdat er steeds stenen van de morene naar beneden vallen. Dat ding is continue bezig in te storten! Ook duurt het even tot ik een route heb gevonden om dat ding überhaupt over te klimmen, zo steil is het. Maar uiteindelijk kom ik dan toch aan in Gokyo.
Hier nog een foto genomen op de gletsjer. Zo'n gletsjer is gewoon een enorme tong van ijs, maar ook daar ontstaan dan weer meertjes etc. Het is een wonderlijk ijslandschap.Gokyo (4750m) heeft een prachtige ligging bij een paar meertjes. Toen ik er was waren die bevroren met een laagje sneeuw erop maar in de zomer zijn ze blauw. Het is een beschermd gebied, een "high altitude wetland" waar in de zomer diverse watervogels zijn te vinden. In Gokyo is het wel druk met toeristen. Ikzelf ben over de Tsho La pas gekomen maar er is ook een makkelijker route naar Gokyo en dat is te merken aan de drukte. Ik zat wel in een leuke lodge met super aardig personeel en heerlijk eten (Guesthouse Namaste - van harte aanbevolen!).
Het aantrekkelijke van Gokyo is niet alleen de prachtige ligging maar ook het feit dat je vanaf hier een aantal mooie dagtochten kunt maken. De eerste dagtocht die ik heb gemaakt wordt ook wel "Scoundrel's Viewpoint" genoemd. Het ligt op een morene langs de Ngozumba Gletsjer, dicht bij Ngozumba Tsho, ook wel "the Fifth Lake" genoemd. Vanaf hier heb je niet alleen een adembenemend mooi uitzicht op de Ngozumba Gletsjer maar via een dal heb je ook prachtig uitzicht op Mount Everest.
Misschien wel het meest indrukwekkende uitzicht van deze hele reis: het uitzicht op de machtige Ngozumba Gletsjer vanaf "Scoundrel's Viewpoint" bij The Fifth Lake. De foto doet het helaas geen recht want het laat maar een stukje zien van het uitzicht. Deze gletsjer ben ik een dag eerder overgestoken.
Via het dal van de Gaunara Gletsjer heb je hier een doorkijkje naar Mount Everest. Je ziet hier een veel groter gedeelte dan op Kala Pattar, ondanks dat het verder weg is. Maar terwijl er op Kala Pattar amper plek was om te staan ben ik op deze wandeling de hele dag helemaal niemand tegengekomen! Ideaal.
Tijdens het teruglopen naar Gokyo werd ik weer getroffen door de schoonheid van het winterlandschap. Dit jaar thuis geen fatsoenlijke winter gehad, maar die schade heb ik nu dik ingehaald.
In de bergen op ca 5000 meter hoogte tussen sneeuw en ijs zijn eenden niet het eerste waar je aan denkt. Maar deze Ruddy Shelducks zitten hier het hele jaar. Een deel van het grootste meer in Gokyo is toch open doordat de zon smeltwater veroorzaakt dat het meer in stroomt en zo een stukje van het meer open houdt.
Elke dag zijn er mensen die te snel omhoog lopen en daardoor het slachtoffer worden van hoogteziekte. En daarom landen er elke dag helikopters om deze mensen terug te vliegen. Is big business, wordt veel geld aan verdiend! Zo'n helikoptervlucht kost namelijk duizenden dollars en dan maar hopen dat je reisverzekering dat dekt! Hier is net iemand de helikopter binnen gedragen. Voor zover ik het kon zien was het slachtoffer bewusteloos. Dit zijn de dramatische gevallen maar ik ben echt veel mensen tegengekomen die na een paar dagen ziek in de lodge maar (op eigen kracht) zijn teruggelopen of die hoe dan ook niet hebben kunnen doen wat ze van plan waren, puur omdat ze niet de tijd hadden genomen voor acclimatisatie. En zelfs in milde gevallen: geniet je nog van de mooie omgeving als je met knallende koppijn rondloopt? Zelf gelukkig totaal geen last van gehad.
Hier wordt een nieuwe lodge gebouwd in Gokyo. Stenen worden in de bergen, op de gletsjer, etc verzameld en dan met de hand rechthoeking gehakt! Maar ja, wat moeten ze anders? Stenen van buiten aanvoeren is nog veel zwaarder.De populairste dagtocht vanuit Gokyo is de beklimming van Gokyo Ri (5340m). Vanaf daar heb je een prachtig uitzicht op Mount Everest, Ngozumba Gletsjer, Gokyo en de meren.
Gokyo en omgeving gezien vanaf Gokyo Ri (5340m). Als je goed kijkt dan zie je naast de morene van de Ngozumba Gletsjer de blauwe daken van de lodges in Gokyo. Ook zie je het driehoekige (bevroren) Third Lake en verder naar achteren Second Lake en First Lake.
Ook hier een prachtig uitzicht op Mount Everest.De volgende dag is het tijd voor de laatste hoge klim van deze reis: de Lhenjo La pas (5417m) over naar de vallei aan de andere kant! Deze pas bleek wel erg zwaar te zijn. Het was steil en ik had bijna nergens vaste grond onder mijn voeten. Veel sneeuw en ijs of gewoon losse grond. Op sommige plaatsen zakte ik tot mijn knieën in de sneeuw en één keer zelfs tot mijn middel. Zonder sneeuw en ijs valt het allemaal wel mee denk ik maar nu was het echt zwaar, zeker met bijna 20kg op je rug. De trail was verder wel makkelijk te volgen. Lhenjo La is anders dan Tsho La in de zin dat je over een scherpe bergkam heen gaat die aan beide kanten steil omlaag gaat. Wel mooi en redelijk spectaculair!
De top van de Lhenjo La pas (5417m) eindelijk bereikt! Je ziet hoe scherp die bergkam is.
Vanaf Lhenjo La heb je een fantastisch uitzicht op Mount Everest. Juist doordat je er verder vanaf zit kun je zien hoe hoog Everest is omdat hij overal bovenuit steekt. De twee hoogste toppen op deze foto zijn Everest (8848m) en Lhotse (8414m).
In de vallei aan de andere kant ligt een bevroren meertje. De afdaling is in het begin erg steil. Er zijn hier -geloof het of niet- traptreden! Maar toen ik er was lagen die verstopt onder soms wel een meter sneeuw! Dus dan maar proberen de voetstappen in de sneeuw te volgen van mensen die me voor gingen. Vaak zakte ik echter alsnog weg. Heb je echter het eerste stuk gehad (tot ongeveer waar dat meertje is) dan wordt de trail opeens super relaxed. Vanaf daar ben ik fluitend naar Lungde (4368m) gelopen.
Lungde (4368m), mijn eindbestemming voor vandaag. Deze vallei is opeens heel erg rustig want hier komen alleen toeristen die de Lhenjo La oversteken en dat zijn er niet zo veel, zeker nu niet.Vanaf nu ben ik officieel op de weg terug. Ik volg nu de vallei omlaag richting Namche. De laatste plaats waar ik overnacht voor Namche is Thame (3800m). De wandeling van Lungde naar Thame is erg rustig en hoewel je nog steeds op grote hoogte zit voelt het opeens net alsof je in de laaglanden zit. De warme kleertjes kunnen uit, je kunt hier weer ademen en er vliegen hier vlinders rond!
Thame (3800m). Hier ben ik weer de enige gast in de lodge, net als de avond ervoor in Lungde trouwens. Heerlijk die rust.
Thame in de avondschemering.
Ik geniet van de sfeer van het avondlicht en blijf buiten tot het bijna donker is.
De volgende dag ga ik op weg naar Namche.
Tijdens de wandeling naar Namche voelt het opeens weer zo heerlijk warm! En dicht bij Namche kom ik door een mooi heerlijk ruikend bos vol met vogeltjes.
Uiteindelijk bereik ik Namche van de andere kant dan ik 3 weken eerder was vertrokken. Ik heb mijn Khumbu rondje voltooid!Als ik aankom in Namche ga ik naar hetzelfde guesthouse (Pumori) waar ik op de heenweg ook verbleef. Ze herkennen me al als ik kom aanlopen! De volgende dag vervolg ik mijn trek terug naar Jiri, wat dan nog ongeveer een week lopen is. Ik kan nu rustig aan doen want ik heb nog een paar reserve dagen over die ik niet heb hoeven gebruiken (op één dagje na nooit ziek geweest en alles is soepel verlopen). Ik heb daardoor tijd voor een extra dagje in Bupsa en Junbesi die ik vooral benut voor vogeltjes spotten.
Samenvattend: dit was een geweldige reis en alles is zonder problemen verlopen. Terwijl ik dit schrijf ben ik nog steeds in een soort euforie. Het wordt erg moeilijk om deze mooie reis nog te overtreffen!
Statistiek:Aantal reisdagen: 43 (waarvan trekking: 37)
Gelopen afstand: 319km
Totaal geklommen: ca 20.000m (gebaseerd op Google Earth data)
Hoogst bereikte punt: 5559m (Chukhung Ri)
Hoogste overnachting: 5170m (Gorak Shep)
Geïdentificeerde vogelsoorten (zie spoiler): 130
Totale kosten (excl. vliegticket): ¤498
Totale lijst geïdentificeerde vogels:SPOILER
Om spoilers te kunnen lezen moet je zijn
ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis
Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.
[ Bericht 2% gewijzigd door SeLang op 25-10-2017 13:42:46 ]
"If you want to make God laugh, tell him about your plans"Mijn reisverslagen