PingPong | donderdag 19 september 2002 @ 00:46 |
Maak hier een mooi topic van heeft er exact 15 maanden voor nodig gehad om 255 reacties te genereren. Bedoeld als een rots in de woelige branding van (toen nog) Onzin voor je leven, groeide het uit tot een verzamelplaats van alles wat mooi is in deze wereld. Er is geknipt, er is geplakt, er zijn gedichten overgetikt en onnoemelijk veel auteursrechten geschonden (met name de erven-Slauerhoff kunnen beter even de andere kant opkijken). Met terugwerkende kracht dank aan Maggie, Lamon, RaisinGirl, risk one, Koekepan en alle anderen die het topic omhoog hebben gehouden toen ik in het buitenland verkeerde. Ik ben hier verder niet meer zo vaak, maar het blijft erg fijn om, ver weggedrukt in de kelder van al wat Onzinnig is, mijn eigen knip- en plaktopicje te onderhouden. Daarom dus deel 2. En dat is, belofte maakt schuld, opgedragen aan Lamon.  Het doel is gelijk gebleven: maak hier een mooi topic van, zodat de mensen morgenochtend wat te lezen hebben. Of te kijken, natuurlijk. Hier zijn ze wel weer 15 maanden zoet mee.  |
I.R.Baboon | donderdag 19 september 2002 @ 00:47 |
*zoekt wat van Drs P* |
PingPong | donderdag 19 september 2002 @ 00:48 |
Ik trap af. Slauerhoff zei u?  In Memoriam mijzelf Door vijanden omringd, Door vrienden in de nood Geschuwd als aas dat stinkt, Houd ik mij lachend groot, Al is mijn ziel verminkt, Mijn lijf voor driekwart dood. In 't leven was geen dag Ooit zonder tegenspoed. Ik leed kwaad en deed goed; Dat is een hard gelag. Nu, in verloren slag, Strijd ik met starre moed. Bedekt met sneeuw en ijs, Getooid door menig lijk Van wie de dwaze reis Deed naar mijn innerlijk, Eens vroeg licht als Parijs, Nu 't poolgebied gelijk. Ik laat geen gaven na, Verniel wat ik volbracht; Ik vraag om geen gena, Vloek voor- en nageslacht; Zij liggen waar ik sta, Lachend de dood verwacht. Ik deins niet voor de grens, Nam afscheid van geen mens, Toch heb ik nog een wens, Dat men mij na zal geven: 'Het goede deed hij slecht, Beleed het kwaad oprecht, Hij stierf in het gevecht, Hij leidde recht en slecht Een onverdraagzaam leven.' |
julekes | donderdag 19 september 2002 @ 00:50 |
monet om de dag mee af te sluiten
 |
Knaller | donderdag 19 september 2002 @ 02:48 |
 Mooi landschapje erbij met een watertje...  |
APK | donderdag 19 september 2002 @ 03:01 |
"At the Gas Station of Love, I Got the Self Service Pump. "  All-Time Best of the.... worst country song titles |
Grobbenkuiken | donderdag 19 september 2002 @ 03:06 |
 |
#ANONIEM | donderdag 19 september 2002 @ 03:08 |
Ik krijg gedachte aan de paashaas als ik dit zie  |
California | donderdag 19 september 2002 @ 04:30 |
Ezra Pound In a Station of the Metro The apparition of these faces in the crowd; Petals on a wet, black bough. |
sweek | donderdag 19 september 2002 @ 12:34 |
quote: Op donderdag 19 september 2002 00:50 schreef julekes het volgende: monet om de dag mee af te sluiten [afbeelding]
een monet is altijd wel mooi  |
sweek | donderdag 19 september 2002 @ 12:35 |
 prachtig toch? (ff testen of het auto resizen werkt ) |
annabegins | donderdag 19 september 2002 @ 12:40 |
NOG EEN GELUK DAT zoals met de gek uit het grapje die zich voortdurend met een hamer op het hoofd sloeg, en naar de reden gevraagd, zei: 'omdat het zo prettig is als ik ermee ophou'- zo is het een beetje met mij. Ik ben ermee opgehouden je te verliezen. Ik ben je kwijt. Misschien is dat geluk: een geluk bij een ongeluk. Misschien is geluk: nog een geluk dat. Dat ik aan jou kan terugdenken, bv., in plaats van aan een ander. Herman De Coninck |
julekes | donderdag 19 september 2002 @ 12:44 |
En een mooi stukje Shakespeare - Hamlet, prince of Denmark uit een brief van Hamlet aan Orphelia: 'Doubt that the stars are fire, Doubt that the sun doth move; Doubt truth to be a liar, But never doubt I love.' * julekes houdt eigenlijk helemaal niet van poezie, laat staan liefdesgedichten, maar vindt dit wel mooi.. |
Flaman | donderdag 19 september 2002 @ 12:47 |
 |
annabegins | donderdag 19 september 2002 @ 13:03 |
 
|
jogy | donderdag 19 september 2002 @ 14:42 |
 ik weet niet wat voor chemische onzin hier allemaal doorheen komt kruipen, maar toch best wel mooi  |
prittje.nl | donderdag 19 september 2002 @ 14:52 |
 |
Sinaasappel | donderdag 19 september 2002 @ 14:53 |
quote: Op donderdag 19 september 2002 13:03 schreef annabegins het volgende: [afbeelding]
Aaaaaaaaaaah lief  |
julekes | donderdag 19 september 2002 @ 16:19 |
A star is born.
 |
PingPong | vrijdag 20 september 2002 @ 00:26 |
quote: Op donderdag 19 september 2002 00:47 schreef I.R.Baboon het volgende: *zoekt wat van Drs P*
Neem gerust de tijd.  |
PingPong | vrijdag 20 september 2002 @ 00:31 |
Ik dan maar?  De dodenrit We rijden met de trojka door 't eindeloze woud Het vriest een graad of dertig, het is winter en vrij koud De paardehoeven knersen in de pasgevallen sneeuw 't Is avond in Siberië, en nergens is een leeuw We reizen met de kinderen, al zijn ze nog wat jong Door 't eindeloze woud waarover ik zo-even zong Een lommerrijk en zeer onoverzichtelijk terrein Waarin men zich gelukkig prijst dat er geen leeuwen zijn We zijn op weg naar Omsk, maar de weg daarheen is lang En daarom vullen wij de tijd met feestelijk gezang Intussen gaat zich iets bewegen in de achtergrond: Iets donkers en iets talrijks, en het lijkt me ongezond Ze zijn nog vrij ver achter ons, ik zie ze echter wel Het is een hele massa en ze lopen nogal snel En door ons achterna te lopen halen zij ons in Wat onvoordelig uit kan pakken voor een jong gezin De donkere gedaanten zijn bijzonder vlug ter been Ze lopen op vier poten, en ze kijken heel gemeen Ze hebben grote tanden, dat is duidelijk te zien Het zijn waarschijnlijk wolven, en kwaadaardig bovendien Al is de toestand zorgelijk, ik raak niet in paniek Ik houd de moed erin door middel van de volksmuziek We kennen onze bundel en we zingen heel wat af Terwijl de wolven nader komen in gestrekte draf Het is van hier naar Omsk nog een kleine honderd werst 't Is prettig dat de paarden net vanmiddag zijn ververst Wel jammer dat de wolven ons toch hebben ingehaald Men ziet de flinke eetlust die hun uit de ogen straalt We doen heel onbekommerd en we zingen continu Toch moet er iets gebeuren onder moeders paraplu En zonder op te vallen overleg ik met mijn vrouw "Wie moet er aan geloven," vraag ik, "toe, bedenk eens gauw" "Moet Igor het maar wezen?", "Nee, want Igor speelt viool" "Wat vind je van Natasja?", "Maar die leert zo goed op school!" "En Sonja dan?", "Nee, Sonja niet, zij heeft een mooie alt" Zodat de keus tenslotte op de kleine Pjotr valt Dus onder het gezang pak ik het ventje handig beet Daar vliegt hij uit de trojka met een griezelige kreet De wolven hebben alle aandacht voor die lekkernij Nog vierentachtig werst en o, wat zijn wij heden blij We mogen Pjotr wel waarderen om zijn eetbaarheid Want daardoor raken wij die troep voorlopig even kwijt Zo jagen wij maar voort als in een gruwelijke droom Ajo ajo ajo al in die hoge klapperboom Daar klinkt weer dat gehuil, en onze hoop is weer verscheurd De wolven zijn terug en nu is Sonja aan de beurt Daar gaat het arme kind, zij was zo vrolijk en zo braaf Nog achtenzestig werst en in Den Haag daar woont een graaf Ik zit nog na te peinzen en mijn vrouw stort menig traan En kijk daar komen achter ons de wolven al weer aan Dus Igor, 't is wel spijtig maar jij wordt geen virtuoos Nog tweeënvijftig werst en daar was laatst een meisje loos Nu Igor is verwijderd hebben wij weer even rust Maar nee, daar zijn de wolven weer, op nog een part belust De doodskreet van Natasja snijdt ons pijnlijk door de ziel Nog zesendertig werst en in blauwgeruite kiel Mijn vrouw en ik zijn over, dus we zingen een duet En als 't even mee wil zitten halen we het net Helaas, ik moet haar afstaan aan de hongerige troep Nu nog maar twintig werst en Hoeperdepoep zat op de stoep Ik zing nu weer wat lustiger want Omsk komt in zicht Ik maak een sprong van blijdschap en verlies mijn evenwicht Terwijl de wolven mij verslinden, denk ik "Dat is pech Ja Omsk is een mooie stad, maar net iets te ver weg" (Trojka hier, trojka daar) Ja, je ziet er veel dit jaar (Trojka hier, trojka daar) Overal zit paardehaar (Trojka hier, trojka daar) Steeds uit voorraad leverbaar (Trojka hier, trojka daar) Zachtjes snort de samovaar (Trojka hier, trojka daar) Met een Slavisch handgebaar (Trojka hier, trojka daar) Doe het zelf met naald en schaar (Trojka hier, trojka daar) Is dat nu niet wonderbaar (Trojka hier, trojka daar) Twee halfom en een tartaar (Trojka hier, trojka daar) Een liefdadigheidsbazaar (Trojka hier, trojka daar) Hulde aan het gouden paar (Trojka hier, trojka daar) Foei hoe suffend staat gij daar (Trojka hier, trojka daar) Moeder is de koffie klaar (Trojka hier, trojka daar) Kijk daar loopt een adelaar (Trojka hier, trojka daar) Is hier ook een abattoir (Trojka hier, trojka daar) Basgitaar en klapsigaar (Trojka hier, trojka daar) Flinkgebouwde weduwnaar (Trojka hier, trojka daar) Leve onze goede Tsaar! |
PingPong | vrijdag 20 september 2002 @ 00:34 |
 |
Lamon | vrijdag 20 september 2002 @ 01:10 |
quote: Op donderdag 19 september 2002 00:48 schreef PingPong het volgende: Ik trap af. Slauerhoff zei u?  In Memoriam mijzelf Door vijanden omringd, Door vrienden in de nood Geschuwd als aas dat stinkt, Houd ik mij lachend groot, Al is mijn ziel verminkt, Mijn lijf voor driekwart dood. In 't leven was geen dag Ooit zonder tegenspoed. Ik leed kwaad en deed goed; Dat is een hard gelag. Nu, in verloren slag, Strijd ik met starre moed. Bedekt met sneeuw en ijs, Getooid door menig lijk Van wie de dwaze reis Deed naar mijn innerlijk, Eens vroeg licht als Parijs, Nu 't poolgebied gelijk. Ik laat geen gaven na, Verniel wat ik volbracht; Ik vraag om geen gena, Vloek voor- en nageslacht; Zij liggen waar ik sta, Lachend de dood verwacht. Ik deins niet voor de grens, Nam afscheid van geen mens, Toch heb ik nog een wens, Dat men mij na zal geven: 'Het goede deed hij slecht, Beleed het kwaad oprecht, Hij stierf in het gevecht, Hij leidde recht en slecht Een onverdraagzaam leven.'
 Wat is ie toch mooi... Na de schrik en Begenadiging, Onder het snikken Van verzadiging, Na de feesten Van het vleesch Keert de geest en Rijst de vrees: Deze extase Keert niet weer 't licht doet dwaas en 't leven zeer. Een van de wat meer banaal aandoende gedichten van de beste man.  |
Oom_Agent | vrijdag 20 september 2002 @ 01:23 |
 De winter komt er weer aan !! We kunnen gaan genieten van gezellige avonden, de warmte van de kachel en warme chocomel. De tijd van vrieslucht en dichte mist komt dichterbij wat soms mooie plaatjes teweeg kan brengen.  |
julekes | vrijdag 20 september 2002 @ 01:34 |
nog een mooi stukje tekst uit On the road, van Kerouac: "A tall, lanky fellow in a gallon hat stopped his car on the wrong side of the road and came on over to us; he looked like a sheriff. We prepared our stories secretly, He took his time coming over. 'You boys going to et somewhere, or just going?' We didn't understand his question, and it was a damned good question." And a damned good story it was, lezen dus! |
I.R.Baboon | vrijdag 20 september 2002 @ 13:43 |
quote: Op vrijdag 20 september 2002 00:26 schreef PingPong het volgende:[..] Neem gerust de tijd. 
Alsjeblieft.Ik zal binnenkort toch eens wat meer van Drs P gaan inscannen, want het aanbod aan online-DrsP teksten is nogal beperkt, en ze zelf invoeren duurt ook zo lang. Griekse Tango Drs P Verleden week bezocht ik voor de eerste maal mijn bovenbuur Het had te maken met lekkage naar ik meen of met de huur Er hing een levensecht portretje van een cirkel aan de muur En hij ontpopte zich als vreemde en ascetische figuur Die zich in leven hield met brokjes en augurken in zuur Het schikt me slecht, ik moet veel werk verrichten sprak hij overstuur Ik heb al jaren een obsessie en die geeft me rust nog duur Daar ik verslaafd ben aan de cirkelkwadratuur Als men de omtrek van een cirkel, zo begon hij zijn verhaal Gaat delen door de doorsnee, uiteraard is die twee keer de straal Dan komt er een quotiënt, ja mag ik even stilte in de zaal Vaak zegt men 22/7 maar dat is te globaal In feite is het 2pir en dat is lang niet zo banaal Het blijkt dat pi irrationeel is en daarbij trancentaal En een computer heeft het uitgerekend, is dat niet geniaal Tot in de weet ik veel hoeveelste decimaal Ja deze pi dat staat te lezen in de encyclopedie Is eeuwenoud en wetenschappelijk en Grieks en vol magie Als ik zo pieker over pi spreekt u wellicht van een manie Maar zijn wij allen niet neuro-, fana-, roman- of mystici Een ander heeft een kolibrie, een relikwie of een fobie Maar ik verdiep me onophoudelijk en zonder compromis In dit unieke en verheven wonder der planimetrie Ik zoek het antwoord op het grote raadsel pi Na deze woorden onderbrak hij spastisch hijgend zijn gepraat En er verscheen een onrustbarend kleurenspel op zijn gelaat Dus ik begon al rond te kijken naar een zuurstofapparaat Maar hij bedaarde en hervatte zijn verhandeling kordaat Er is een andere formule die is ook niet van de straat De oppervlakte van een cirkel is immers pi*r^2 En om de waarde van die pi nu eens te zien in vol ornaat Dat is wat mij als ideaal voor ogen staat Aldus weet ik 3,14159265 Etcetera, etcetera, ja het heeft heel wat om het lijf Zodat ik elke morgen na het opstaan eventjes verstijf Bij de gedachte aan de eindeloosheid van dit tijdverdrijf Waarna ik mij toch altijd weer verman en in m'n ogen wrijf Ik grijp de rekenlineaal, maar ook wel eens de rekenschijf Ik zet me neer en calculeer en schrijf en calculeer en schrijf En ik zal blijven zoeken tot ik er in blijf. |
PingPong | vrijdag 20 september 2002 @ 14:28 |
quote: Op vrijdag 20 september 2002 13:43 schreef I.R.Baboon het volgende: Ik zal binnenkort toch eens wat meer van Drs P gaan inscannen, want het aanbod aan online-DrsP teksten is nogal beperkt, en ze zelf invoeren duurt ook zo lang.
Heb jij misschien de tekst van zijn lied over Johannes de Doper? Zo'n fantastisch lied, maar nergens te vinden. |
I.R.Baboon | vrijdag 20 september 2002 @ 14:31 |
quote: Op vrijdag 20 september 2002 14:28 schreef PingPong het volgende:[..] Heb jij misschien de tekst van zijn lied over Johannes de Doper? Zo'n fantastisch lied, maar nergens te vinden.
Geniaal lied idd. Ik kan volgende week even kijken of mijn biebpasje nog geldig is, om daarmee Tante Costance en Tante Mathilde bij de bieb te huren, want daarin staat van bijna alle nummers van Drs P de tekst. Maar ik vrees van niet. |
PingPong | zaterdag 28 september 2002 @ 02:28 |
In eendrachtige samenwerking voltooid: Drs.P - Johannes de Doper quote: *geniaal intro* *gelach* *geklap* De tijd is aangekomen om een woord te wijden aan de geschonden reputatie van Herodes Antipas die een hele tijd geleden koning van Judea was een bloeiend rijkje aan de Middellandse Zee u moet bedenken dat hij ernstig had te lijden van de Romeinse overheersing en zijn vrouw Herodias Farizeeën, Sadduceeën, hoge bloeddruk, ischias en de ideeën van zijn dochter Salome. "'T is toch kras-kras-kras" zei Herodes Antipas *onverstaanbaar door gelach* van zijn dochter Salome is weer heel-heel-heel-helemaal niet rationeel" van je één! twee! drie!en die ideeën leidden vaak tot handelingen de ene keer was zij vermomd als de markies van Kalabas even later zat ze weer met pacifisten in het gras het was een duidelijk geval van puberteit haar moeder ergerde zich zeer aan deze dingen "daar moet een eind aan komen" zei ze tot Herodes Antipas "moet je nou weer zien die jas, ze loopt er bij als een pias en dat komt allemaal door jouw toegeeflijkheid" "Antipas-pas-pas" sprak zijn vrouw Herodias heus ze moet-moet-moet beter worden opgevoed want dat kind-kind-kind doet maar wat ze lollig vindt" van je één! twee! drie! "Kan ik het helpen?" zei de zwaarbeproefde vader "Ze is nu eenmaal artistiek en niet de beste van de klas en ze kan zich ook gedragen als een echte wildebras maar waar het goed voor blijken kan dat weet je nooit" "ik heb geen zin" aldus verklaarde hij zich nader "een predikatie aan te heffen over elke wissewas en il faut zoals de Fransen zeggen que je n essez (?) pas hoe wil je anders dat zo'n meisje zich ontplooit?" En hij las las las een regeringspaperas en hij ging ging ging naar een spoedvergadering en hij dacht dacht dacht niet meer aan z'n nageslacht van je één, twee, drie ze kon hem spoedig die ontplooiing laten blijken op zijn verjaardag danste Salomé met zwoele tangopas en in meer en meer ontklede toestand rond op het terras het was het klapstuk van het drukbezochte feest de gasten wisten niet meer hoe ze moesten kijken terwijl haar moeder was vertrokken met een pijnlijke grimas maar haar vader Antipas, die niet haar echte vader was verklaarde dat het zeer opwindend was geweest en alras-ras-ras riep hij om de huishoudkas en hij zag-zag-zag dat er niet veel geld in lag dus hij zei-zei-zei: "haal de staatskas er maar bij!" van je één! twee! drie! Toen mocht de danseres een mooi cadeautje vragen en om het goed te maken consulteerde zij Herodias deze zei "vraag om een hoofd dat komt altijd wel van pas ik weet nog iemand die er eentje missen kan" wat een sensatie toen het binnen werd gedragen met een garnering van olijven sla en schijfjes ananas een takje peterselie en een snufje sassafras de mensen spreken er nog altijd schande van nou dat was was was dus Herodes Antipas Sterk verguisd guisd guisd maar vooral erin geluisd met dat hoofd hoofd hoofd want beloofd is toch beloofd van je één, twee, drie
|
Lamon | zaterdag 23 november 2002 @ 01:55 |
'De Profundis' Waar de zee zwart wordt van diepte, en wrakken Niet verder zinken - vaste sterren worden - Over der onderwereld plantenhorden Die plomp als rotsen kiemen, noch vertakken, Wacht - onder wijd en angstig ledig zwijgen, Als dood diep in een geest die zich niet kent, En drukt een stilt', nooit opgeheven dreigen Der laatste rampen, steeds weer afgewend,
De drenkelingen, die zijn afgedaald, Zij merken helsch herleefd dat zij niet mogen Vergaan, maar eeuwig met gesperde oogen Een nacht inzien, die opklaart noch vervaalt.
|
Lamon | vrijdag 20 december 2002 @ 02:12 |
Ah, dit topic is nog steeds mijn virtuele rots in de branding. De andren geloovenzich het leven te wijden, Maar scheiden zich er, al wroetend, van af; Zij denken zich lusthoven te bereiden, Maar delven zich dagelijks dieper in het graf. Doch 't einde is ehn licht: voor wanhoop gevoelloos Maakt hen het gezin, in welk schoot zij sterven; Ons wacht geen genademiddel: doelloos Vergaan wij als wij niet meer kunnen zwerven De dag verschrikt ons, van een terras Slaan wij in het voorbijgaan gade, Als waren wij van een verloren ras, Wij blaadren in boeken aan de kaden. Van al het schoon, weleer zwervend verworven, Kunnen wij niets aan 't hart zoo vast drukken Dat de dood het ons niet kan ontrukken; Lang voor zijn komst zijn wij steenarm gestorven. |
PingPong | vrijdag 20 december 2002 @ 21:51 |
Hoi PingPong, je laatste bezoek was op woensdag 4 december 2002 @ 17:40quote: Op donderdag 19 september 2002 00:46 schreef PingPong het volgende: een rots in de woelige branding van (toen nog) Onzin voor je leven
Onzin terug + Lamon terug = PingPong terug!  |
RaisinGirl | vrijdag 20 december 2002 @ 23:27 |
Dit topic heeft ook een speciaal plekje in mijn hart. .The lake isle of Innisfree I will arise and go now, and go to Innisfree, and a small cabin build there, of clay and wattles made: Nine bean rows will I have there, a hive for the honey-bee, and live alone in the bee-loud glade. And I shall have some peace there, for peace comes dropping slow, dropping from the veils of morning to where the cricket sings, There midnight's all a glimmer, and noon a purple glow, and evening full of the linnet's wings. I will arise and go now. for always night and day I hear lake water lapping with low sounds by the shore; While I stand on the roadway, or on the pavements grey, I hear it in the deep heart's core. W.B. Yeats |
Fogerty | vrijdag 20 december 2002 @ 23:29 |
quote: Op vrijdag 20 december 2002 23:27 schreef RaisinGirl het volgende: I will arise and go now, and go to Innisfree,
 |
RaisinGirl | zondag 22 december 2002 @ 02:18 |
Bloemetjes later Mooie bloemen, mooie dood gesneden bloemen, nog even leven, nog even langdurig geduldig gedragen verkleuren. Altijd, dat is wat ze altijd zegt. Ze denkt daarbij aan niets bijzonders, niet aan afscheid, iets vers of nabijs. Nee, morgen liggen de weiden misschien met omgevallen gras, misschien met bloemen bedekt. Zo is het altijd: anders. En ze heeft het geweten, steeds beter, steeds vaker, hoe alles hetzelfde zal blijven, later. |
Lamon | zondag 22 december 2002 @ 02:22 |
Altijd als ik dit topic zie, moet ik...  Het is bijna dwangmatig.Twijfelachtige bekentenissen van een Nederlandse chansonier.. Het was een onbekende weg die ik heb afgelegd, naar het licht op zoek naar het donker. Verlangen naar verlangen, uit dat harnas van spijt, jaloezie en belangen. Onderweg spuwden stuurlui aan wal hun gal, ze hebben nooit iets bereikt, ik bleef eigenwijs. En toen, toen zag ik jou, je bent zoveel voor me geweest, een moeder, een dochter, de mooiste vrouw. Maar als altijd met iemand die nooit iets zeker weet, won mijn twijfel van ons geluk maar vanavond ben ik hier terug, en ik vraag je...
Heb me lief, heb me lief, heb dit lichaam lief. Bemin mij, bevrijd mij van het duister in mijn hoofd, mijn straat loopt hier dood. Wat achtervolgde mij hier naar toe, was het de prijs van de roem, of het verlangen voor één nacht iemand te vertrouwen. Of was het die hyena, die jakhals, die wacht tot ik neerval en waarvan ik dacht dat het een vriend was. Maar zijn wij samen niet sterker dan alles wat mij bedreigt, ik sta klaar voor de strijdt, met als wapen de waarheid, en dat is Heb me lief, heb me lief, heb dit lichaam lief. Bemin mij, bevrijd mij van dat gevoel van schuld, verraad mij met een kus Heb me lief, heb me lief, ik weet meer vragen kan ik niet. Wij verzoenen ons vannacht, bemin mij, streel mij, heel mij, heb me lief...
|
RaisinGirl | zondag 22 december 2002 @ 02:24 |
Jonge sla Alles kan ik verdragen, het verdorren van bonen, stervende bloemen, het hoekje aardappelen kan ik met droge ogen zien rooien, daar ben ik werkelijk hard in. Maar jonge sla in september, net geplant, slap nog in vochtige bedjes, nee. |
RaisinGirl | zondag 22 december 2002 @ 02:28 |
quote: Op zondag 22 december 2002 02:22 schreef Lamon het volgende: Altijd als ik dit topic zie, moet ik...  Het is bijna dwangmatig.Twijfelachtige bekentenissen van een Nederlandse chansonier..
Ha, Frank Boeijen. . Deze tekst is mijn favoriet van hem . |
Lamon | zondag 22 december 2002 @ 02:45 |
quote: Op zondag 22 december 2002 02:28 schreef RaisinGirl het volgende:[..] Ha, Frank Boeijen. . Deze tekst is mijn favoriet van hem .
Bijna ook, maar toch net niet helemaal voor mij.  Ik vind 'Stephanie' nog ontwapenender en 'De wind nam hem mee' nog ontroerender. Beiden gaan over onderwerpen waar ik persoonlijk niet erg veel ervaring mee heb, maar soms kun je met een beetje voorstellingsvermogen heel ver komen. |
RaisinGirl | zondag 22 december 2002 @ 17:20 |
The Lost Thought I felt a clearing in my mind as if my brain had split; I tried to match, seam by seam, but could not make them fit. The thought behind I strove to join unto the thought before, but sequence ravelled out of reach like balls upon a floor. Emily Dickinson |
RaisinGirl | zondag 22 december 2002 @ 17:24 |
It's all I have to bring to-day, This, and my heart beside, This, and my heart, and all the fields, And all the meadows wide. Be sure you count, should I forget, - Some one the sum could tell, - This, and my heart, and all the bees Which in the clover dwell. |
zodiakk | zondag 22 december 2002 @ 17:25 |
 Bretonse meisjes, . |
RaisinGirl | zaterdag 28 december 2002 @ 03:22 |
Mooi zodiakk .Hope Hope is the thing with feathers that perches in the soul, and sings the tune without the words and never stops at all. And sweetest in the gale is heard; and sore must be the storm that could abash the little bird that kept so many warm. I've heard it in the chillest land, and on the strangest sea; Yet, never in extremity, it asked a crumb of me. |
THE_ANGRY_BRIGADE | zaterdag 28 december 2002 @ 04:26 |
 |
THE_ANGRY_BRIGADE | zaterdag 28 december 2002 @ 04:42 |
 Ook de food-replicator, en de vorderingen van de mens bij het opbouwen van voorwerpen op moleculair niveau, zijn fraai. |
RaisinGirl | zondag 5 januari 2003 @ 04:13 |
gellius, plunk .Aanwezigheid Gij zijt bij mij den nacht, den dag, den nacht, Eens hebt gij het heelal mij toebedacht, maar dat is tot dit lichaam teruggebracht. Gelijk de wind die om de huizen is, zo zijt gij mij een wenseloos gemis. Ik heb u lief, het is zoals het is. Gerrit Achterberg |
RaisinGirl | zondag 5 januari 2003 @ 04:31 |
Ik vind deze zo hemeltergend mooi. In den regen Laat dit, omdat ik eenzaam ben, een stem verweven als de regen; die heb ik van u meegekregen, zover ik van u ben. Het is hetzelfde als uw leden, - kuis en nabij -, waarmee de woorden, sidderen en worden geboren; waarin uw liefde heeft gezwegen. Zo sneeuwt de dood het leven dicht, Er is geen angst meer en geen naam. Ik lig weer met mijn ziel tesaam in onverstoorbaar evenwicht. Ik heb u lief, al zijn vergaan de verten, die ik met u deelde, wat gij mij nimmermeer verheelde vangt immer in den regen aan. |
Loedertje | zondag 5 januari 2003 @ 04:50 |
Kaalkoppen van steen, met stomheid geslagen, in de aarde geduwd als kleine doden, een koude glans als grijnslach om hun bult die met zijn getuite mond de renners tart.Elke kassei een schok, een steen op de maag, een naald in dij en kuit. Renners vloeken, spuwen vlokken schuim en tuimelen dan als patrijzen met hoofd en hersens op de hobbelige helleweg. Die als een omgevallen klaagmuur zucht. Hun kop staat scheef, beven doen ze als staat de dood voor hen. Tanden knarsen, breken tot gruis dat zich als wit poeder met het bloed der huiverende helden mengt. Kasseien : bloedloze keizers van terreur en harde stenen stilte
|
Lamon | donderdag 16 januari 2003 @ 02:03 |
Ah, daar is ie, 't was ff graven.  Ik zit voor het open raam van de kroeg. Het is zonnig, het is nog vrij vroeg. En zeer, zeer vroeg was het vanmorgen licht, de wereld, de zon en het jaar, waardoor ik liep in snel, verend rythme, stromend en stralend - en lachend met haar, die nu met een blinkend gezicht tegenover mij zit. Zij lacht, haar tanden zijn wit. De schaduw op onze tafel verschuift... plotseling zegt zij Drink, nu ligt de zon in je glas. En alsof zij het eeuwige leven gaf, giet ik de brandende zon in mijn mond. Zij gaat vurig en fonkelend in mij onder, zij verdeelt zich over mijn aadren, zij wordt een deel van mijn bloed. |
Lamon | zaterdag 25 januari 2003 @ 02:25 |
Waar dronkemannen lallen, en helden zich verweren, Waar nieuwe muren vallen, En onwetenden beleren.Waar de toekomst is beklonken, Een mooie toekomst is geschonken, En de lach verder gaat zonder traan. Daar maakt men zich geen illusies, Want dat leidt slechts tot conclusies, En weerhoudt ons van bestaan. Waar gezapigheid zich roert, En ferm door idealen snijdt, Waar oprechtheid zich verhoert, Aan de geest van deze tijd. Waar het hoogste goed zich vertaalt, In de meest treurige verdraagzaamheid, Waar een mens al heeft gefaald, Wanneer hij tot offers is bereid. Daar wil ik mijn hoofd neerleggen, En zonder nog een woord te zeggen, Mijzelf omringen met verloren dagen, En gedachtes die mij behagen, Wanneer iemand mij dan toch zal vragen; Was er niet een andere weg? Zal mijn antwoord niets meer zijn, Dan een roep in de woestijn, 'Waar alle hoop reeds is verloren, Is een nieuw bestaan geboren, Waar geen plaats meer is voor pijn, En waar geen blinde mij wil horen, En geen dag mij kan bekoren, Daar trek ik de lijn.' Een pretentieus maar nietszeggend gedicht van ondergetekende. O, hoe ik verlang naar die dagen dat inspiratie nog dag en nacht mijn metgezel mocht zijn...  |
PingPong | donderdag 30 januari 2003 @ 21:38 |
Fragmentje uit W.H. Auden - The Shield of Achilles:She looked over his shoulder For ritual pieties, White flower-garlanded heifers, Libation and sacrifice, But there on the shining metal Where the altar should have been, She saw by his flickering forge-light Quite another scene. In het kader van Gedichtendag.  |
Lamon | zaterdag 1 februari 2003 @ 02:08 |
quote: Op donderdag 30 januari 2003 21:38 schreef PingPong het volgende: Fragmentje uit...
Luibak!  Laat mij alleen. dit is de tweesprong onzer wegen. gij hebt mij tot den versten rand geleid. maar keer hier om, ween niet. gij kunt den laatsten tocht naast mij niet schrijden, noch ik met u, gij gaat hem eens alleen. gij zijt mij nochtans onverdeeld verpand: ik heb uw bloed den donkren kus gegeven van hen, die boven dood en leven ontstegen zijn. ik ben hun afgezant. ik beid uw komst. wij zullen eens den zwarten wijn van dood en donker uit één beker drinken, wij zullen stromend in elkaar verzinken en eeuwig zijn. vaarwel. ik keer niet weer. maar gij komt zelve, later. vaarwel, het water roept voor de derde keer. |
RaisinGirl | zaterdag 1 februari 2003 @ 21:21 |
The Snow It sifts from leaden sieves, it powders all the wood, it fills with alabaster wool the wrinkles of the road. It makes an even face of mountain and of plain, - unbroken forehead from the east unto the east again. It reaches to the fence, it wraps it, rail by rail, Till it is lost in fleeces It flings a crystal veil On stump and stack and stem, - the summer's empty room, acres of seams where harvests were, recordless, but for them. It ruffles wrists of posts, as ankles of a queen, - then stills its artisans like ghosts, denying they have been. |
PingPong | zaterdag 1 februari 2003 @ 21:25 |
quote: Op zaterdag 1 februari 2003 21:21 schreef RaisinGirl het volgende: The Snow
Daar horen plaatjes bij. Uit eigen werk, gisteren:

|
RaisinGirl | zondag 2 februari 2003 @ 18:36 |
Mooi, PingPong! Nu de sneeuw weer is gesmolten, zie ik het allemaal weer een stuk minder mooi in. Daarom het volgende, uiterst toepasselijke, gedicht van Slauerhoff . In Nederland In Nederland wil ik niet leven, men moet er steeds zijn lusten reven, terwille van de goede buren die gretig door elk gaatje gluren. 'k ga liever leven op de steppen, waar men geen last heeft van zijn naasten: Om 't krijsen van mijn lust zal zich geen reiger reppen, geen vos zijn tred verhaasten. In Nederland wil ik niet sterven, En in de natte grond bederven Waarop men nimmer heeft geleefd. Dan blijf ik liever hunkrend zwerven en kom terecht bij de nomaden. Mijn landgenoten smaden mij: 'Hij is mislukt.' Ja, dat ik hen niet meer kon schaden, heeft mij in vrijheid nog te vaak bedrukt. In Nederland wil ik niet leven, men moet er altijd naar iets streven, om 't welzijn van zijn medemensen denken. In het geniep slechts mag men krenken. Maar niet een facie ranslen dat het knalt, alleen omdat die trek mij niet bevalt. Iemand mishandlen zonder reden getuigt van tuchteloze zeden. Ik wil niet in die smalle huizen wonen, die Lelijkheid in steden en in dorpen bij duizendtallen heeft geworpen.... Daar lopen allen met een stijve boord - uit stijlgevoel niet, om te tonen dat men wel weet hoe het behoort - Des Zondags om elkaar te groeten de straten door in zwarte stoeten. In Nederland wil ik niet blijven, Ik zou dichtgroeien en verstijven. Het gaat mij daar te kalm, te deftig, Men spreekt er langzaam, wordt nooit heftig. En danst nooit op het slappe koord. Wel worden weerlozen gekweld, Nooit wordt zo'n plompe boerenkop gesneld, en nooit, neen nooit gebeurt een mooie passiemoord. |
Koekepan | zondag 2 februari 2003 @ 18:52 |
Wir setzen uns mit Tränen nieder Und rufen dir im Grabe zu: Ruhe sanfte, sanfte ruh! Ruht, ihr ausgesognen Glieder! Euer Grab und Leichenstein Soll dem ängstlichen Gewissen Ein bequemes Ruhekissen Und der Seelen Ruhstatt sein. Höchst vergnügt schlummern da die Augen ein. (Denk zelf de muziek erbij voor de optimale schoonheidservaring.) |
PingPong | dinsdag 4 februari 2003 @ 01:19 |
Robert Frost - Fire and Ice Some say the world will end in fire, Some say in ice. From what I've tasted of desire I hold with those who favor fire. But if it had to perish twice, I think I know enough of hate To say that for destruction ice Is also great And would suffice. |
ilona-scuderia | dinsdag 4 februari 2003 @ 01:24 |
I need a drop, plaese one drop, da' s genoeg, en maar drijfzijsen. Het is fascinerend , een schip dat ten onder gaat, maar de intenties zijn bevroren. Verstijfd van angst en bevrorenheid, one whiskey on the rocks, maar dat hele verhaal is bekend, nakijken en copieren, de enigste optie toch? Het ijs ontbreekt en ik voel mij falikantbaan de veerkeerde zijde. Zucht. Het is kruipen, net als ik, stapje voor stapje... (Fatima) |
Lamon | dinsdag 4 februari 2003 @ 02:01 |
Oeh! Ik ben geinspireerd, dus ik ga mij opnieuw aan een eigengeschreven emotionele revelatie wagen: Hoor de wind waait, de tijd voor dromen is voorbij Hoor de zee ruist, zet je zorgen maar opzij Er is nog genoeg te doen, Zelfs voor ons twee, Het wordt nooit meer zoals toen, Dus vaar maar met mij mee,
Hoor de bomen schreeuwen, twijfel niet aan wat ik zeg Hoor de vogels zingen, spreidt je vleugels en vlieg weg Geef mij je hart te leen, En leg je in de hand van God, Sla je armen om mij heen, En schik je in ons lot, Hoor de tijd kruipt, hij heeft ons al herkend Hoor de muziek huilt, dit is het moment Sluit nu je ogen maar, Je zult zien, het gaat zo vlug, Straks zien wij elkaar, ...misschien weer terug.
Ter verdediging, het was eigenlijk bedoeld als een aantal coupletten op een enigszins toegankelijk lied, mocht de simpelheid van het geheel U niet ontgaan zijn..  |
Conflict | dinsdag 4 februari 2003 @ 04:57 |
Wat een ontzettend cool topic!!! |
ilona-scuderia | dinsdag 4 februari 2003 @ 19:13 |
Ja, mooi... |
Lamon | donderdag 6 februari 2003 @ 01:49 |
Stil sta ik in de steppe, De doffe zon gaat onder, De schrale maan verschijnt.Het gras dampt, klam en vochtig, De grond blijft stijf bevroren In heete korte zomer: t Blijft winter in de zomer. De klokjes zijn nog hoorbaar, Het rulle spoor nog zichtbaar, De kar is al verdwenen. Ja, alles gaat, verdwenen Wat over is gebleven Is lief maar onvoldoende Om op te leven. |
PingPong | donderdag 6 februari 2003 @ 02:00 |
quote: Op donderdag 6 februari 2003 01:49 schreef Lamon het volgende: Stil sta ik in de steppe, De doffe zon gaat onder, De schrale maan verschijnt.Het gras dampt, klam en vochtig, De grond blijft stijf bevroren In heete korte zomer: t Blijft winter in de zomer. De klokjes zijn nog hoorbaar, Het rulle spoor nog zichtbaar, De kar is al verdwenen. Ja, alles gaat, verdwenen Wat over is gebleven Is lief maar onvoldoende Om op te leven.
Van wie is dat Lamon? |
PingPong | donderdag 6 februari 2003 @ 02:03 |
Natuurlijk in dit topic: mijn 5000ste post. Nooit gedacht dat ik het ooit nog eens zou halen.  Een mooi oudje, later nog eens opgerakeld in Twin Peaks: Percy Bysshe Shelley - Love's Philosophy The fountains mingle with the river And the rivers with the ocean, The winds of heaven mix forever With a sweet emotion; Nothing in the world is single, All things by a law divine In one another's being mingle- Why not I with thine? See the mountains kiss high heaven And the waves clasp one another; No sister-flower would be forgiven If it disdain'd its brother: And the sunlight clasps the earth, And the moonbeams kiss the sea - What are all these kissings worth, If thou kiss not me? |
Lamon | donderdag 6 februari 2003 @ 02:07 |
quote: Op donderdag 6 februari 2003 02:00 schreef PingPong het volgende:[..] Van wie is dat Lamon?
Doe 'ns een gok.  Gefeliciteerd met je 5000-ste post, en mooi dat je weer een beetje terug bent.  |
PingPong | vrijdag 7 februari 2003 @ 01:48 |
 Mooi liedje: Eskobar - Someone new So is it goodbye? Is it time to set you free? Is it time to let it fly? Is it time to let it bleed? We used to take turns To cover up the pain Deep below it burns And the feeling still remains You're gonna find someone new I really hope you do Cause I love you And the sun will come on through It's gonna shine for you Cause I adore you Yes we gave it a try But maybe for too long Out of every sorrow Another day will dawn You're gonna find someone new I really hope you do Cause I love you And the sun will come on through It's gonna shine for you Cause I adore you And the road travels on But I'm still near you In my life, like a song I will still hear you Still You're gonna find someone new I really hope you do Cause I love you |
Lamon | vrijdag 7 februari 2003 @ 01:52 |
Oeh! Songteksten kunnen soms ook erg mooi zijn.. Winter- Tori Amos Snow can wait I forgot my mittens Wipe my nose Get my new boots on I get a little warm in my heart When I think of winter I put my hand in my father's glove I run off Where the drifts get deeper Sleeping beauty trips me with a frown I hear a voice "Your must learn to stand up for yourself Cause I can't always be around" He says When you gonna make up your mind When you gonna love you as much as I do When you gonna make up your mind Cause things are gonna change so fast All the white horses are still in bed I tell you that I'll always want you near You say that things change my dear Boys get discovered as winter melts Flowers competing for the sun Years go by and I'm here still waiting Withering where some snowman was Mirror mirror where's the crystal palace But I only can see the myself Skating around the truth who I am But I know dad the ice is getting thin When you gonna make up your mind When you gonna love you as much as I do When you gonna make up your mind Cause things are gonna change so fast All the white horses are still in bed I tell you that I'll always want you near You say that things change my dear Hair is grey And the fires are burning So many dreams On the shelf You say I wanted you to be proud of me I always wanted that myself He says When you gonna make up your mind When you gonna love you as much as I do When you gonna make up your mind Cause things are gonna change so fast All the white horses have gone ahead I tell you that I'll always want you near You say that things change My dear |
Nyame | vrijdag 7 februari 2003 @ 05:09 |
wil hier wel een mooi stukje muziek plaatsen, maar dat kan ik alleen door de link te geven... Weet niet of dat mag of dat dat spam is, maar ik doe het maar even voor wie het niet wil missen (en dat wil niemand!): Miserere Onderaan moet je klikken om het nummer daadwerkelijk te horen, heb geen idee hoe ik dat direct kan verwerken in de link! niets illegaals aan hoor, het nummer is vrij afluisterbaar vanaf de site! |
Riann | vrijdag 7 februari 2003 @ 06:11 |
 |
DJKoster | vrijdag 7 februari 2003 @ 06:33 |
quote: Op vrijdag 7 februari 2003 06:11 schreef Riann het volgende: [afbeelding]
Liev..  |
PingPong | maandag 10 februari 2003 @ 00:07 |
W.H. Auden - XX Stop all the clocks, cut off the telephone, Prevent the dog from barking with a juicy bone, Silence the pianos and with muffled drum Bring out the coffin, let the mourners come. Let aeroplanes circle moaning overhead Scribbling on the sky the message He Is Dead, Put crepe bows round the white necks of the public doves, Let the traffic policemen wear black cotton gloves. He was my North, my South, my East and West, My working week and my Sunday rest, My noon, my midnight, my talk my song; I thought that love would last for ever: I was wrong. The stars are not wanted now: put out every one, Pack up the moon and dismantle the sun, Pour away the ocean and sweep up the woods; For nothing now can ever come to any good. Een vrolijk gedichtje met het oog op Valentijn.  |
Lamon | donderdag 13 februari 2003 @ 00:24 |
quote: Op maandag 10 februari 2003 00:07 schreef PingPong het volgende: W.H. Auden - XX Een vrolijk gedichtje met het oog op Valentijn. 
En met die achterliggende gedachte nog eentje van de beste man..Lay Your Sleeping head, my love, Human on my faithless arm: Time and fevers burn away Individual beauty from Thoughtful children, and the grave Proves the child ephemeral: But in my arms till break of day Let the living creature lie, Mortal, guilty, but to me The entirely beautiful. Soul and body have no bounds: To lovers as they lie upon Her tolerant enchanted slope In their ordinary swoon, Grave the vision Venus sends Of supernatural sympathy, Universal love and hope; While an abstract insight wakes Among the glaciers and the rocks The hermit's carnal ecstacy, Certainty, fidelity On the stroke of midnight pass Like vibrations of a bell And fashionable madmen raise Their pedantic boring cry: Every farthing of the cost. All the dreaded cards foretell. Shall be paid, but from this night Not a whisper, not a thought. Not a kiss nor look be lost. Beauty, midnight, vision dies: Let the winds of dawn that blow Softly round your dreaming head Such a day of welcome show Eye and knocking heart may bless, Find our mortal world enough; Noons of dryness find you fed By the involuntary powers, Nights of insult let you pass Watched by every human love.
|
RaisinGirl | donderdag 13 februari 2003 @ 20:47 |
quote: Op maandag 10 februari 2003 00:07 schreef PingPong het volgende:Een vrolijk gedichtje met het oog op Valentijn. 
Niet zo vrolijk wellicht, maar ik hoorde vandaag de unplugged versie van dit nummer van Annie Lennox .Here comes the rain again. Here comes the rain again falling on my head like a memory, falling on my head like a new emotion. I want to walk in the open wind, I want to talk like lovers do, want to dive into your ocean, is it raining with you? So baby talk to me like lovers do, walk with me like lovers do, baby talk to me like lovers do. Here comes the rain again raining in my head like a tragedy, tearing me apart like a new emotion. I want to breathe in the open wind, I want to kiss like lovers do, want to dive into your ocean, is it raining with you? |
Ryan3 | donderdag 13 februari 2003 @ 23:55 |
Les correspondances La Nature est un temple où de vivants piliers Laissent parfois sortir de confuses paroles; L'homme y passe à travers des forêts de symboles Qui l'observent avec des regards familiers.
Comme de longs échos qui de loin se confondent Dans une ténébreuse et profonde unité, Vaste comme la nuit et comme la clarté, Les parfums, les couleurs et les sons se répondent. Il est des parfums frais comme des chairs d'enfants, Doux comme les hautbois, verts comme les prairies, - Et d'autres, corrompus, riches et triomphants, Ayant l'expansion des choses infinies, Comme l'ambre, le musc, le benjoin et l'encens Qui chantent les transports de l'esprit et des sens. |
PingPong | vrijdag 14 februari 2003 @ 00:55 |
Voor Valentijnsdag eentje uit de Arbeidsvitaminen: William Shakespeare - Sonnet XVIII Shall I compare thee to a summer's day? Thou art more lovely and more temperate: Rough winds do shake the darling buds of May, And summer's lease hath all too short a date: Sometime too hot the eye of heaven shines, And often is his gold complexion dimm'd; And every fair from fair sometime declines, By chance or nature's changing course untrimm'd; But thy eternal summer shall not fade Nor lose possession of that fair thou owest; Nor shall Death brag thou wander'st in his shade, When in eternal lines to time thou growest: So long as men can breathe or eyes can see, So long lives this and this gives life to thee. |
Ryan3 | vrijdag 14 februari 2003 @ 22:19 |
L'albatros Souvent, pour s'amuser, les hommes d'équipage Prennent des albatros, vastes oiseaux des mers, Qui suivent, indolents compagnons de voyage, Le navire glissant sur les gouffres amers.
A peine les ont-ils déposés sur les planches, Que ces rois de l'azur, maladroits et honteux, Laissent piteusement leurs grandes ailes blanches Comme des avirons traîner à côté d'eux. Ce voyageur ailé, comme il est gauche et veule! Lui, naguère si beau, qu'il est comique et laid! L'un agace son bec avec un brûle-gueule, L'autre mime, en boitant, l'infirme qui volait! Le Poëte est semblable au prince des nuées Qui hante la tempête et se rit de l'archer; Exilé sur le sol au milieu des huées, Ses ailes de géant l'empêchent de marcher.
Net als Correspondances is L'albatros een gedicht van Charles Baudelaire. Lang geleden, 26 jaar geleden schat ik, bij Frans gehad. De ene leraar liet ons de liedjestexten vertalen van Gérard Lenorman, o.m. La ballade des gens heureux en Voici les clés, de ander kwam met de poézie aan van Charles Baudelaire en Paul Verlaine. Ook liet hij ons Les maines sales lezen, van J.-P. Sartre... Gekke is dat ik na al die jaren Correspondances, nu ik het opnieuw lees, nog bijna uit mijn hoofd ken. |
Mugger | zaterdag 15 februari 2003 @ 21:26 |
 ATLANTA, GEORGIA, 1996 |
RaisinGirl | vrijdag 21 februari 2003 @ 22:28 |
Ik draag dit gedicht op aan Vlens. . En aan pingpong. . Sebastiaan
Dit is de spin Sebastiaan. Het is niet goed met hem gegaan. Luister! Hij zei tot alle and're spinnen: Vreemd, ik weet niet wat ik heb, maar ik krijg zo'n drang van binnen tot het weven van een web. Zeiden alle and're spinnen: O, Sebastiaan, nee, Sebastiaan, kom, Sebastiaan, laat dat nou, wou je aan een web beginnen in die vreselijke kou? Zei Sebastiaan tot de spinnen: 't Web hoeft niet groot te zijn, 't hoeft niet buiten, 't kan ook binnen ergens achter een gordijn. Zeiden alle and're spinnen: O, Sebastiaan, nee, Sebastiaan, toe, Sebastiaan, toom je in! Het is zó gevaarlijk binnen, zó gevaarlijk voor een spin. Zei Sebastiaan eigenzinnig: Nee, de Drang is mij te groot. Zeiden alle and're innig: Sebastiaan, dit wordt je dood... O, o, o, Sebastiaan! Het is niet goed met hem gegaan. Door het raam klom hij naar binnen. Eigenzinnig! En niet bang! Zeiden alle and're spinnen: Kijk, daar gaat hij met zijn Drang! Pauze Na een poosje werd toen éven dit berichtje doorgegeven: Binnen werd een moord gepleegd, Sebastiaan is opgeveegd. |
Lamon | zondag 23 februari 2003 @ 00:38 |
I am colorblind Coffee black and egg white Pull me out from inside I am ready I am taffy stuck and tongue tied Stutter shook and uptight Pull me out from inside I am ready I am fine I am covered in skin No one gets to come in Pull me out from inside I am folded and unfolded and unfolding I am colorblind Coffee black and egg white Pull me out from inside I am ready I am fine
|
PingPong | zondag 23 februari 2003 @ 00:59 |
Ozymandias In Egypt's sandy silence, all alone, Stands a gigantic Leg, which far off throws The only shadow that the Desart knows: "I am great Ozymandias," saith the stone, "The King of Kings; this mighty City shows "The wonders of my hand." The City's gone, Nought but the Leg remaining to disclose The site of this forgotten Babylon. We wonder,and some Hunter may express Wonder like ours, when thro' the wilderness Where London stood, holding the Wolf in chace, He meets some fragment huge, and stops to guess What powerful but unrecorded race Once dwelt in that annihilated place. Horace Smith |
Lamon | zondag 23 februari 2003 @ 01:09 |
Een cel is maar twee meter lang En nauw twee meter breed, Wel kleiner is het stuk grond Dat ik nu nog niet weet, Maar waar ik naamloos rusten zal, Mijn makkers bovendien, Wij waren achttien in getal, Geen zal de avond zien.O lieflijkheid van lucht en land Van Hollands vrije kust, Eens door de vijand overmand Vond ik geen uur meer rust. Wat kan een man, oprecht en trouw, Nog doen in zulk een tijd? Hij kust zijn vrouw, hij kust zijn kind En strijdt de ijd'len strijd. Ik wist de taak, die ik begon, Een taak van moeiten zwaar, Maar 't hart, dat het niet laten kon, Schuwt nimmer het gevaar. Het weet hoe eenmaal in dit land De vrijheid werd geëerd, Voordat een vloek'bre schennershand Het anders heeft begeerd. Voordat, die eden breekt en bralt Het misselijk stuk bestond, En Hollands landen binnenvalt En brandschat zijne grond; Voordat, die aanspraak maakt op eer En zulk Germaans gerief, Ons volk dwong onder zijn beheer En plundert als een dief. De Rattenvanger van Berlijn Pijpt nu zijn melodie; Zowaar als ik straks dood zal zijn, De liefste niet meer zie En niet meer breken zal het brood Noch slapen mag met haar, Verwerpt al wat hij biedt of bood, Die sluwe vogelaar! Gedenkt, die deze woorden leest Mijn makkers in de nood, En die hun nastaan 't allermeest, In hunne rampspoed groot, Gelijk ook wij hebben gedacht, Aan eigen land en volk, Er komt een dag na elke nacht, Voorbij trekt ied're wolk. Ik zie hoe 't eerste morgenlicht Door 't hoge venster draalt, Mijn God, maak mij het sterven licht, En zo ik heb gefaald, Gelijk een elk wel falen kan, Schenk mij dan Uw gena, Opdat ik heen ga als een man Als 'k voor de lopen sta... Jan Campert |
PingPong | zondag 23 februari 2003 @ 01:16 |
Lack Of Love Love is not all: it is not meat nor drink Nor slumber nor a roof against the rain; Nor yet a floating spar to men that sink And rise and sink and rise and sink again; Love can not fill the thickened lung with breath, Nor clean the blood, nor set the fractured bone; Yet many a man is making friends with death Even as I speak, for lack of love alone. It well may be that in a difficult hour, Pinned down by pain and moaning for release, Or nagged by want past resolution's power, I might be driven to sell your love for peace, Or trade the memory of this night for food. It well may be. I do not think I would. Edna St. Vincent Millay |
Lamon | zondag 23 februari 2003 @ 01:22 |
Show me where you found your faith and Does it help you sleep at night I am not that complicated I just need some time Because it doesn't feel right And I'm mostly very tiredLife is easy when you fake it Right until you realize Your happiness is unrelated To anything you have inside And it doesn't feel right And I'm mostly very tired Every chance I get to distract myself I won't try to convince myself That there's anything for real or That we're sure of what we feel Quiet time is underrated I still can't stand to be alone That might be why I'm so unstable Barely able to hold on And I just don't feel right And I'm mostly very tired K's choice De tekst van dit liedje kan zo op zichzelf staan, geen muzikale ondersteuning nodig.  |
PingPong | zondag 23 februari 2003 @ 01:30 |
II I think I should have loved you presently, And given in earnest words I flung in jest; And lifted honest eyes for you to see, And caught your hand against my cheek and breast; And all my pretty follies flung aside That won you to me, and beneath your gaze, Naked of reticence and shorn of pride, Spread like a chart my little wicked ways. I, that had been to you, had you remained, But one more waking from a recurrent dream, Cherish no less the certain stakes I gained, And walk your memory's halls, austere, supreme, A ghost in marble of a girl you knew Who would have loved you in a day or two. Edna St. Vincent Millay |
Lamon | zondag 23 februari 2003 @ 01:41 |
Alleen in mijn gedichten kan ik wonen, Nooit vond ik ergens anders onderdak; Voor de' eigen haard gevoelde ik nooit een zwak, Een tent werd door den stormwind meegenomen.Alleen in mijn gedichten kan ik wonen. Zoolang ik weet dat ik in wildernis, In steppen, stad en woud dat onderkomen Kan vinden, deert mij geen bekommernis. Het zal lang duren, maar de tijd zal komen Dat voor den nacht mij de oude kracht ontbreekt En tevergeefs om zachte woorden smeekt, Waarmee k weleer kon bouwen, en de aarde Mij bergen moet en ik mij neerbuig naar de Plek waar mijn graf in 't donker openbreekt. Een oude bekende..  |
PingPong | zondag 23 februari 2003 @ 01:47 |
Why? Why did you come, with your enkindled eyes And mountain-look, across my lower way, And take the vague dishonour from my day By luring me from paltry things, to rise And stand beside you, waiting wistfully The looming of a larger destiny? Why did you with strong fingers sling aside The gates of possibility, and say With vital voice the words I dream to-day? Before, I was not much unsatisfied: But since a god has touched me and departed, I run through every temple, broken-hearted. Mary Webb |
Lamon | zondag 23 februari 2003 @ 01:55 |
I hold an image of the ashtray girl As the cigarette burns on my chest I wrote a poem that described her world That put my friendship to the test And late at night Whilst on all fours She used to watch me kiss the floor What's wrong with this picture? What's wrong with this picture?Farewell the ashtray girl Forbidden snowflake Beware this troubled world Watch out for earthquakes Goodbye to open sores To broken centre floor We know we miss her We miss her picture Sometimes it's faded Disintegrated For fear of growing old Sometimes it's faded Assassinated For fear of growing old Farewell the ashtray girl Angelic fruitcake Beware this troubled world Control your intake Goodbye to open sores Goodbye and furthermore We know we miss her We miss her picture Sometimes it's faded Disintegrated For fear of growing old Sometimes it's faded Assassinated For fear of growing old Hang on Though we try It's gone Hang on Though we try It's gone Sometimes it's faded Disintegrated For fear of growing old Sometimes it's faded Assassinated For fear of growing old Can't stop growing old... Placebo |
PingPong | zondag 23 februari 2003 @ 02:02 |
There Will Come Soft Rains (War Time) There will come soft rains and the smell of the ground, And swallows circling with their shimmering sound; And frogs in the pools singing at night, And wild plum-trees in tremulous white; Robins will wear their feathery fire Whistling their whims on a low fence-wire; And not one will know of the war, not one Will care at last when it is done. Not one would mind, neither bird nor tree If mankind perished utterly; And Spring herself, when she woke at dawn, Would scarcely know that we were gone. Sara Teasdale |
Lamon | zondag 23 februari 2003 @ 02:10 |
Wanneer ik morgen doodga vertel dan aan de bomen hoeveel ik van je hield Vertel het aan de wind die in de bomen klimt of uit de takken valt hoeveel ik van je hield Vertel het aan een kind dat jong genoeg is om het te begrijpen Vertel het aan een dier misschien alleen door het aan te kijken Vertel het aan de huizen van steen vertel het aan de stad hoe lief ik je had Maar zeg het aan geen mens ze zouden je niet geloven ze zouden niet willen geloven dat alleen maar een man, alleen maar een vrouw dat een mens een mens zo liefhad als ik jou...Ik heb dit gedicht ooit zelf eens op muziek gezet, daarna kwam ik het nogmaal tegen in de schoolkrant, en daarna op de begrafenis van de vader van een vriendin..het lijkt wel een rode draad in mijn leven, als ik in dat soort zaken zou geloven...maar dat doe ik gelukkig niet. |
PingPong | zondag 23 februari 2003 @ 02:25 |
 Jan Breughel, The Burning of Troy |
Pavane | zondag 23 februari 2003 @ 02:34 |
En ik heb wat stille woorden die ik jou nooit heb gezegd en waar je misschien onderweg nog iets aan hebtIk heb ze bewaard, heel zorgvuldig, voor dit moment waarop de dag de nacht raakt voor als je weg bent voor als je weg bent... (opgedragen aan Lamon ) |
PingPong | zondag 23 februari 2003 @ 02:38 |
 Helena e Aquiles, em ilustração de Marcus Boas |
Lamon | zondag 23 februari 2003 @ 02:44 |
quote: Op zondag 23 februari 2003 02:34 schreef Pavane het volgende:voor als je weg bent... (opgedragen aan Lamon )
Hoe toepasselijk.Waait mij nu zoetjes, o zuchtende wind; wiegt mij en douwt mij dat zuilende kind; speelt om zijn wichtelijk aanzichte en laat Jesuken rusten: het slapen nu gaat. Palmen, die roerende en wagende zijt, stilt om mijn kindeke uw takken nen tijd; engelkes, zoetjes, ach, Jesuken wilt slapen: uw' tonge en uw' harpe nu stilt. Vogelkes, zwijgt, die daar huppelt en springt; dauwdruppels, zoetjes, en belt noch en klinkt; zonne, uwe machtige stralen verfrischt: t Kindeken Jesus... in slape... nu is t. |
RaisinGirl | vrijdag 28 februari 2003 @ 13:43 |
pingpong is jarig! Hoera, hoera! De zeer oude zingt: er is niet meer bij weinig noch is er minder nog is onzeker wat er was wat wordt wordt willoos eerst als het is is het ernst het herinnert zich heilloos en blijft ijlings alles van waarde is weerloos wordt van aanraakbaarheid rijk en aan alles gelijk als het hart van de tijd als het hart van de tijd |
PingPong | vrijdag 28 februari 2003 @ 16:22 |
quote: Op vrijdag 28 februari 2003 13:43 schreef RaisinGirl het volgende: pingpong is jarig! Hoera, hoera!
 Twee Koningskinderen Als alle mensen op hun handen liepen En ankers bleven drijven op de Rijn, Als oesters ongehoorde dingen riepen En naalden ons doorstaken zonder pijn, Als kangoeroes in hemelbedden sliepen En mummies konden zingen in hun schrijn, Als pyramiden soepel zouden zwiepen En modderbaden geurden naar jasmijn, Als reuzen gingen zwemmen in 't ondiepe En er geen einde kwam aan dit refrein, Dan hoorde ik een raamkozijn zacht piepen En kuste jij me, dwars door het gordijn. Gerrit Komrij |
Lamon | dinsdag 4 maart 2003 @ 02:19 |
Laat mij dit oversterven met doodgekoelde woorden; zij dachten, als wij hem vermoorden, zal hij het zingen moeten derven, Eens zult gij op de bodem van mijn graf letters van stof zien staan: het lied, waartoe ik ben vergaan. Maar dat gaat u dan niet meer aan |
PingPong | dinsdag 4 maart 2003 @ 16:22 |
Joyful and loving in letting it be Bye, Calypso. |
Mugger | woensdag 5 maart 2003 @ 00:33 |
I met a genius on the train today about 6 years old, he sat beside me and as the train ran down along the coast we came to the ocean and then he looked at me and said, it's not pretty. it was the first time I'd realized that.
|
Steve-O | woensdag 5 maart 2003 @ 00:34 |
 |
Mugger | zondag 23 maart 2003 @ 01:45 |
The War Prayer It was a time of great and exalting excitement. The country was up in arms, the war was on, in every breast burned the holy fire of patriotism; the drums were beating, the bands playing, the toy pistols popping, the bunched firecrackers hissing and sputtering; on every hand and far down the receding and fading spreads of roofs and balconies a fluttering wilderness of flags flashed in the sun; daily the young volunteers marched down the wide avenue gay and fine in their new uniforms, the proud fathers and mothers and sisters and sweethearts cheering them with voices choked with happy emotion as they swung by; nightly the packed mass meetings listened, panting, to patriot oratory which stirred the deepest deeps of their hearts and which they interrupted at briefest intervals with cyclones of applause, the tears running down their cheeks the while; in the churches the pastors preached devotion to flag and country and invoked the God of Battles, beseeching His aid in our good cause in outpouring of fervid eloquence which moved every listener. It was indeed a glad and gracious time, and the half dozen rash spirits that ventured to disapprove of the war and cast a doubt upon its righteousness straightway got such a stern and angry warning that for their personal safety's sake they quickly shrank out of sight and offended no more in that way. Sunday morning came-next day the battalions would leave for the front; the church was filled; the volunteers were there, their faces alight with material dreams-visions of a stern advance, the gathering momentum, the rushing charge, the flashing sabers, the flight of the foe, the tumult, the enveloping smoke, the fierce pursuit, the surrender!-then home from the war, bronzed heros, welcomed, adored, submerged in golden seas of glory! With the volunteers sat their dear ones, proud, happy, and envied by the neighbors and friends who had no sons and brothers to send forth to the field of honor, there to win for the flag or, failing, die the noblest of noble deaths. The service proceeded; a war chapter from the Old Testament was read; the first prayer was said; it was followed by an organ burst that shook the building, and with one impulse the house rose, with glowing eyes and beating hearts, and poured out that tremendous invocation -- "God the all-terrible! Thou who ordainest, Thunder thy clarion and lightning thy sword!" Then came the "long" prayer. None could remember the like of it for passionate pleading and moving and beautiful language. The burden of its supplication was that an ever--merciful and benignant Father of us all would watch over our noble young soldiers and aid, comfort, and encourage them in their patriotic work; bless them, shield them in His mighty hand, make them strong and confident, invincible in the bloody onset; help them to crush the foe, grant to them and to their flag and country imperishable honor and glory. An aged stranger entered and moved with slow and noiseless step up the main aisle, his eyes fixed upon the minister, his long body clothed in a robe that reached to his feet, his head bare, his white hair descending in a frothy cataract to his shoulders, his seamy face unnaturally pale, pale even to ghastliness. With all eyes following him and wondering, he made his silent way; without pausing, he ascended to the preacher's side and stood there, waiting. With shut lids the preacher, unconscious of his presence, continued his moving prayer, and at last finished it with the words, uttered in fervent appeal,"Bless our arms, grant us the victory, O Lord our God, Father and Protector of our land and flag!" The stranger touched his arm, motioned him to step aside -- which the startled minister did -- and took his place. During some moments he surveyed the spellbound audience with solemn eyes in which burned an uncanny light; then in a deep voice he said "I come from the Throne-bearing a message from Almighty God!" The words smote the house with a shock; if the stranger perceived it he gave no attention. "He has heard the prayer of His servant your shepherd and grant it if such shall be your desire after I, His messenger, shall have explained to you its import-that is to say, its full import. For it is like unto many of the prayers of men, in that it asks for more than he who utters it is aware of-except he pause and think. "God's servant and yours has prayed his prayer. Has he paused and taken thought? Is it one prayer? No, it is two- one uttered, the other not. Both have reached the ear of His Who hearth all supplications, the spoken and the unspoken. Ponder this-keep it in mind. If you beseech a blessing upon yourself, beware! lest without intent you invoke a curse upon a neighbor at the same time. If you pray for the blessing of rain upon your crop which needs it, by that act you are possibly praying for a curse upon some neighbor's crop which may not need rain and can be injured by it. "You have heard your servant's prayer-the uttered part of it. I am commissioned by God to put into words the other part of it-that part which the pastor, and also you in your hearts, fervently prayed silently. And ignorantly and unthinkingly? God grant that it was so! You heard these words: 'Grant us the victory, O Lord our God!' That is sufficient. The whole of the uttered prayer is compact into those pregnant words. Elaborations were not necessary. When you have prayed for victory you have prayed for many unmentioned results which follow victory-must follow it, cannot help but follow it. Upon the listening spirit of God the Father fell also the unspoken part of the prayer. He commandeth me to put it into words. Listen! "O Lord our Father, our young patriots, idols of our hearts, go forth to battle-be Thou near them! With them, in spirit, we also go forth from the sweet peace of our beloved firesides to smite the foe. O Lord our God, help us to tear their soldiers to bloody shreds with our shells; help us to cover their smiling fields with the pale forms of their patriot dead; help us to drown the thunder of the guns with the shrieks of their wounded, writhing in pain; help us to lay waste their humble homes with a hurricane of fire; help us to wring the hearts of their unoffending widows with unavailing grief; help us to turn them out roofless with their little children to wander unfriended the wastes of their desolated land in rags and hunger and thirst, sports of the sun flames of summer and the icy winds of winter, broken in spirit, worn with travail, imploring Thee for the refuge of the grave and denied it-for our sakes who adore Thee, Lord, blast their hopes, blight their lives, protract their bitter pilgrimage, make heavy their steps, water their way with their tears, stain the white snow with the blood of their wounded feet! We ask it, in the spirit of love, of Him Who is the Source of Love, and Who is ever-faithful refuge and friend of all that are sore beset and seek His aid with humble and contrite hearts. Amen". "Ye have prayed it; if ye still desire it, speak! The messenger of the Most High waits." It was believed afterward that the man was a lunatic, because there was no sense in what he said. Mark Twain, 1905 [Dit bericht is gewijzigd door Mugger op 23-03-2003 14:42] |
Lamon | vrijdag 28 maart 2003 @ 00:49 |
Drink up, baby, stay up all night With the things you could do, you won't but you might The potential you'll be that you'll never see The promises you'll only makeDrink up with me now and forget all about The pressure of days, do what I say And I'll make you okay and drive them away The images stuck in your head People you've been before that you Don't want around anymore That push and shove and won't bend to your will I'll keep them still Drink up, baby, look at the stars I'll kiss you again, between the bars Where I'm seeing you there, with your hands in the air Waiting to finally be caught Drink up one more time and I'll make you mine Keep you apart, deep in my heart Seperate from the rest, where I like you the best And keep the things you forgot People you've been before that you Don't want around anymore That push and shove and won't bend to your will I'll keep them still Elliott Smith |
Lamon | donderdag 3 april 2003 @ 00:44 |
Drag him out your window Dragging out your dead Singing I miss you Snakes and ladders Flip the lid out Pops the cracker Smacks you in the head Knifes you in the neck Kicks you in the teeth Steel toe caps Takes all your credit cards Get up, get the gunge Get the eggs Get the flan in the face The flan in the face The flan in the face Dance you fucker Dance you fucker Don't you dare Don't you dare Don't you flan in the face Take it with the love is given Take it with a pinch of salt Take it to the taxman Let me back Let me back I promise to be good Don't look in the mirror At the face you don't recognize Help me call the doctor Put me inside Put me inside Put me inside Put me inside Put me insideI keep the wolf from the door But he calls me up Calls me on the phone Tells me all the ways That he's gonna mess me up Steal all my children If I don't pay the ransom But I'll never see him again If I squeal to the cops No no no no Walking like a giant crane With my x-ray eyes I strip you naked In a tight little world and Are you on the list? Stepford wives Who are we to complain? Investments and dealers Investments and dealers Cold wives and mistresses Cold wives and Sunday papers City boys in the first class Don't know they're born they know Someone else's gonna Come and clean it up Born and raised for the job Someone always dies Oh I wish you'd get up, get over Get up, get over and turn the tape off I keep the wolf from the door But he calls me up Calls me on the phone Tells me all the ways That he's gonna mess me up Steal all my children If I don't pay the ransom But I'll never see him again If I squeal to the cops So I just go Written by Radiohead |
Lamon | vrijdag 18 april 2003 @ 00:25 |
Soms kon de zachtheid die hij steeds verbeet nog schuw een uitweg naar zijn oogen vinden: een mild licht door die scherven, waarin leed door wrok was stukgebroken tot ellenden.Dit schreef ik in den trein naar waar hij lag te sterven, terwijl ik de wilde duinen van ons verleden jaar verdwijnen zag. Waar de getemden wonen en hun tuinen verzorgen, vond ik hem, wel al voorgoed geveld en als een wild, dat aangeschoten ligt en in langzame stilte leegbloedt, maar - en hoe ver dan ook van zijn genooten - toch als groot wild nog - want zij zijn groot wild, dichters als hij, en de eigen jagers tevens: vluchtend, verwoed door zichzelf nagesneld tot in de grimmige uithoeken des levens. En dan, gedreven in een laatste nauw maakt het wild keer; zal de jager prooi worden? het is er stil en laat, de lucht hangt grauw, en wat er eenmaal heeft gebloeid, verdorde. Zij staan, weerzijdsch gevaar, er oog in oog loerend, op sprong: 't lang mes, de korte tanden getrokken en ontbloot, de schouders hoog, de schonken laag, tegenover elkander. Maar plotseling, suizend en onzichtbaar, is daar een grooter jager aangekomen; de jacht heeft uit: zij liggen bij elkaar thans, en hun vijandschap is hun ontnomen. Handen en klauwen saamgevlochten, ligt - terwijl de lucht nu breekt - een enkel wezen in dien uithoek, alreeds vervuld wellicht, en zeker van tweespalt voorgoed genezen. Zoo naar de ziel de sombre, want zij was hem somber en gelijk een onderwereld. Maar naar het lichter hart, dat niet genas, zie ik die kamer weer, en buiten dwerelt herfst in den welverzorgden tuin al. Stil komt nu de zuster van het rusthuis binnen omdat hij belde, en vraagt hem wat wil, en schikt de dekens en het koele linnen. En dank'bre zachtheid, die hij' steeds verbeet, komt nog een uitweg door zijn oogen vinden, en heelt de ellendescherven weer tot leed, het goede leed van wie vergeefs beminden. Adriaan Roland Holst over Slauerhoff..
|
I.R.Baboon | maandag 28 april 2003 @ 00:02 |
Het nooit uitputtende internet heeft onze noeste arbeid overbodig gemaakt, PingPong. De tijd is aangebroken om een woord te wijden Aan de geschonden reputatie van Herodes Antipas Die een hele tijd geleden koning van Judea was Een bloeiend rijkje aan de Middellandse Zee U moet bedenken dat hij ernstig had te lijden Van de Romeinse overheersing en zijn vrouw Herodias Farizeeen, Sadduceeen, hoge bloeddruk, ischias En de ideeen van zijn dochter Salome 't Is toch kras, kras, kras Zei Herodes Antipas Van mijn dochter Salome 't Is weer heel, heel, heel Helemaal niet rationeel Van je een, twee, drie En die ideeen leiden vaak tot handelingen De ene keer was zij vermomd als de markies van Carabas Even later zat ze weer met pacifisten in het gras Het was een duidelijk geval van pubertijd Haar moeder ergerde zich zeer aan deze dingen Daar moet een eind aan komen, zei ze tot Herodes Antipas Moet je nou weer zien die jas, ze loopt erbij als een pias En dat komt allemaal door jouw toegeeflijkheid Antipas, pas, pas Sprak zijn vrouw Herodias Heus ze moet, moet, moet Beter worden opgevoed Want dat kind, kind, kind Doet maar wat ze lollig vindt Van je een, twee, drie Kan ik het helpen zei de zwaar beproefde vader Ze is nu eenmaal artistiek en niet de beste van de klas En ze kan zich ook gedragen als een echte wildebras Maar waar het goed voor blijken kan dat weet je nooit Ik heb geen zin, aldus verklaarde hij zich nader Een predikatie aan te heffen over elke wissewas En il faut, zoals de Fransen zeggen, que je ne sais pas Hoe wil je anders dat zo'n meisje zich ontplooit En hij las, las, las Een regeringspaperas En hij ging, ging, ging Naar een spoedvergadering En hij dacht, dacht, dacht Niet meer aan zijn nageslacht Van je een, twee, drie Ze kon hem spoedig die ontplooiing laten blijken Op zijn verjaardag danste Salome met zwoele tangopas En in meer en meer ontklede toestand rond op het terras Het was het klapstuk van het druk bezochte feest De gasten wisten niet meer hoe ze moesten kijken Terwijl haar moeder was vertrokken met een pijnlijke grimas Maar haar vader Antipas, die niet haar echte vader was Verklaarde dat het zeer opwindend was geweest En al ras, ras, ras Riep hij om de huishoudkas En hij zag, zag, zag Dat er niet veel geld in lag Dus hij zei, zei, zei Haal de staatskas er maar bij Van je een, twee, drie Toen mocht de danseres een mooi cadeautje vragen En om het goed te maken consulteerde zij Herodias Deze zei: vraag om een hoofd, zoiets komt altijd wel van pas Ik weet nog iemand die er eentje missen kan Wat een sensatie toen het binnen werd gedragen Met een garnering van olijven, sla en schijfjes ananas Een takje peterselie en snufje sassafras De mensen spreken er nog altijd schande van Wel, dat was, was, was Dan Herodes Antipas Sterk verguisd, guisd, guisd Maar vooral erin geluisd Met dat hoofd, hoofd, hoofd Want een hoofd is toch beloofd Van je een, twee, drie |
Mugger | maandag 16 juni 2003 @ 01:37 |
We real cool. We Left school. WeLurk late. We Strike straight. We Sing sin. We Thin gin. We Jazz June. We Die soon. |
Lamon | maandag 16 juni 2003 @ 01:41 |
Och, de nostalgie...  Door vijanden omringt, Door vrienden in de nood, Geschuwd als aas dat stinkt, Houd ik mij lachend groot, ...nee, ik kan het niet meer.  |
larrios | dinsdag 24 juni 2003 @ 19:16 |
Dagsluiting Eigenlijk geloof ik niets, en twijfel ik aan alles, zelfs aan U. Maar soms, wanneer ik denk dat Gij waarachtig leeft, dan denk ik, dat Gij Liefde zijt, en eenzaam, en dat, in dezelfde wanhoop, Gij mij zoekt, zoals ik U. Gerard Kornelis van het Reve.
|
Koekepan | dinsdag 24 juni 2003 @ 20:00 |
Uit Dantes Paradiso I, de vss. 13-27. O buono Appollo, a l'ultimo lavoro fammi del tuo valor sì fatto vaso, come dimandi a dar l'amato alloro. Infino a qui l'un giogo di Parnaso assai mi fu; ma or con amendue m'è uopo intrar ne l'aringo rimaso. Entra nel petto mio, e spira tue sì come quando Marsïa traesti de la vagina de le membra sue. O divina virtù, se mi ti presti tanto che l'ombra del beato regno segnata nel mio capo io manifesti, vedrami al piè del tuo diletto legno venire, e coronarmi de le foglie che la materia e tu mi farai degno. (O, goede Apollo, maakt, voor mijn laatste werk, / van uw pracht een zodanige vaas, / als gij verlangt voor het toekennen van de beminde lauwerkrans. / Tot nog toe was één top van de Parnassus / voor mij genoeg, maar nu met allebei, / ben ik genoopt de laatste arena te betreden. / Treedt gij binnen in mijn hart en adem, zoals gij deed wanneer gij Marsyas trok / uit de schede zijner ledematen. / O goddelijke kracht, als gij mij uzelve verleent, / zodat ik de schaduw van het gezegende rijk, / gegrift in mijn hoofd, mag openbaren / zult gij mij zien komen aan de voet uwer geliefde boom / en mij kronen met derzulken bladeren, / als de stof van mijn verhaal en u mij waardig zullen maken.) Ongelooflijk. |
Lamon | donderdag 26 juni 2003 @ 03:54 |
 Poezie in beeld gebracht... |
Lamon | donderdag 26 juni 2003 @ 04:13 |
Not we the conquered! Not to us the blame Of them that flee, of them that basely yield; Nor ours the shout of victory, the fame Of them that vanquish in a stricken field. That day of battle in the dusty heat We lay and heard the bullets swish and sing Like scythes amid the over-ripened wheat, And we the harvest of their garnering. Some yielded, No, not we! Not we, we swear By these our wounds; this trench upon the hill Where all the shell-strewn earth is seamed and bare, Was ours to keep; and lo! we have it still. We might have yielded, even we, but death Came for our helper; like a sudden flood The crashing darkness fell; our painful breath We drew with gasps amid the choking blood. The roar fell faint and farther off, and soon Sank to a foolish humming in our ears, Like crickets in the long, hot afternoon Among the wheat fields of the olden years. Before our eyes a boundless wall of red Shot through by sudden streaks of jagged pain! Then a slow-gathering darkness overhead And rest came on us like a quiet rain. Not we the conquered! Not to us the shame, Who hold our earthen ramparts, nor shall cease To hold them ever; victors we, who came In that fierce moment to our honoured peace. |
Lamon | donderdag 26 juni 2003 @ 04:18 |
What plummet, seas, to sound you-- All the long reaches spun out silver-white, Turn you and cast drowned riches? Or how again, O velvet night, When the sky, stooping with its glittering load, About the elf-locks of the curious grass Scatters its sparklings, will you part almost Upon the quintessential host? Or how the figment spirit sleeping Can it render body, ghost, In its dream unseat the heavy monarch, Conjure to the bleak wild coast Its sunk, its deep delight, Its night and mist divide, recall how flitting Above the pallid thing, Joy has an azure wing? |
Lamon | donderdag 26 juni 2003 @ 04:26 |
Het luistert aan uw dood; ik luister mee. Op alle wegen door u afgelegd zijt gij over de hele wereld weg; werd ieder dorp en elke stad gedwee. In deze echo sta ik bij de zee mijner verlatenheid; hoewel onthecht, hebt gij mij eens uw lichaam toegezegd en daarmee is dit gans heelal tevree.
De woorden zullen er genoeg van zijn om onze oude afspraak waar te maken; te klinken in de koren van refrein, die overal uw oren moeten raken - en tot mij weer te keren, een voor een, wanneer ik zelf gehoor geworden ben.
|
Lamon | donderdag 26 juni 2003 @ 04:29 |
Ik die bij sterren sliep en 't haar der ruimten droeg als zilveren gewei, en 't stuifmeel der planeten over den melkweg blies en in de maan gezeten langs 't grondeloze blauw der zomernachten voer,ik ben beroofd en leeg, mijn schepen zijn verbrand, mijn stem verloor haar gloed en vindt geen weerklank meer in 't dode firmament, niets dan de galm die keert van 't sombere gewelf van mijn ontredderd hart. ik sta alleen, geen God of maatschappij die mijn bestaan betrekt in een bezield verband, geen horizon of zee, geen poovre korrel zand in 't naamloos wel en wee der brandende woestijn. ik voel de waatren stijgen in den nacht, de angst rijst naar den mond en aan mijn lippen staan vermoeienis en walg, ik heb mijn merg verdaan in slaafse horigheid aan het roofzuchtig bloed. niets rest mij dan mijn val, laat mij te pletter slaan en kermen als een meeuw tussen het zwarte wier; die eens als zon in 't zenith heeft gestaan, zal bijten in het zand als een kreperend dier. |
Lamon | donderdag 26 juni 2003 @ 04:41 |
vraag mij af hoe lang het nog duren zal dat ik als een bal heen en weer word geslingerd en van vrezen verval tot steeds dieper vreesachtigheid. en hoe kort is de tijd, hoe kort is de tijd dat ik als een bevende voorjaarswingerd tegen den machtigen muur van het leven hang!waarvoor ben ik bang? ik ben bang voor het uur dat de dood mijn lichaam ontbinden zal en mijn ziel wordt gezet in het vuur. ik ben bang dat ik staan zal tegen den muur en dat de kogel niet missen zal. ik ben bang dat ik noch in den duur noch daarna in de schaduwen van het Dal den weg naar het hart des levens meer vinden zal - ach, de vrezen zijn zonder tal. |
Crashcat | donderdag 26 juni 2003 @ 04:47 |
Spelling mag wat foutief zijn, maar ik had het in een opwelling aan mijn toenmalige vriendin per sms gestuurd. Dus ik had niet zoveel ruimte om complete teksten te versturen  Ik kijk om me heen, Waar is ze nou ? Als een engeltje verscheen ze en verdween ze even snel als ze gekomen was, Waar is ze nou? Ontwakend uit mijn droom, Zie ik dat ik haar in mijn armen houd. Ik mis je dag en nacht, Was je maar hier bij mij, Dan gaf ik jou mijn hart Zo blijf ik dan altijd dichtbij, Dichtbij jou, waar ik zoveel van hou. Met jou, Voel ik me vrij, Geen problemen, geen zorgen, Want er is altijd weer een morgen, Met jou weer aan mijn zij(de) Het kan me niet schelen of jullie het lelijk of niet vinden, maar gevoelens zijn gevoelens en zijn op dat precieze moment niet te verwoorden.  |
Lamon | donderdag 26 juni 2003 @ 04:50 |
Toen hij het zachte roepen had gehoord, waarmee de dood hem aangeschoten had, heeft hij de honden naar zich toe getroond, zich kreunend neergelegd in 't zwarte gras, fluisterend dat hij zich gewonnen gaf. waarom werd hij toen niet terstond verscheurd? waarom nog vijftig jaar lang voortgesleurd langs wezenloze paden naar dat gat, waarin 't karkas toch eenmaal wordt gekuild? was 't niet genoeg wat hij de aarde gaf? kon zelfs "Van Kind en God" nog niet geruild tegen een hol in 't zand, een steen, een tijdig graf? Tot aan den rand, tot ín den waanzin is hij voortgegaan. wat deert het dan dat hij is opgebrand voor hij volkomen rijpen kon tot man? liever éen nacht als duizelende vlam God in den Hemel het Gelaat geschroeid en voortaan blind, verslagen, vleugellam, dan dat men Dood en Leven ongemoeid voorbij laat als een schuldloos lam. hij heeft geleefd als een verterend vuur en honderd harten zorgeloos verdaan en honderd levens achteloos verbrand, totdat er niets meer van hem overschoot dan een gebroken, dof, verwezen man.en arm het land, dat niet vergeven kan de sombere weelde van dien ondergang, de wilde glorie van dat morgenrood! |
larrios | zaterdag 28 juni 2003 @ 00:43 |
.......... Het is bijna angstig van rust; wij in een vroege open morgen, alleen een grasveld tussen ons, de blauwe lucht over ons heen. Geen trein die mij voorbijrukt, geen schip waarop ik hoor, geen huis dat jou gevangen houdt. Ik hoef mij niet te haasten. Dit is het ene ogenblik, de plek waar ik over bijna alle zeeën op aan ben gevaren. Langzaam ga ik het pad op, jij blijft daarboven staan en ziet ergens heen, niet naar mij. Herken je mij niet, Larrios? Altijd waren wij toch vermomd! Je wilt in huis terug gaan. Maar een gebaar van mij onder het opstijgen verbiedt je dat. Je laat de honden los, maar ze verroeren zich bijna niet. Een gaat dadelijk liggen, de ander loopt bij je om. Maar op het ogenblik dat ik je genaderd ben, zo dicht dat ik in je ogen kan zien, ben je verder dan ooit toen ik je zocht van zee op zee. 'Larrios. Ken je mij niet meer?' 'Zie je niet dat het anders met mij staat, dat ik zo...' 'Elke keer was je een andere. Wat geeft dat? Wat heb ik gezocht. Laat mij rusten.' En ik wil mij tegen haar aanvlijen. Ik had haar ogen toch gezien! Ze gaat een stap terug. 'Begrijp je dan niet? Zó kan je hier toch niet blijven.' Ze wijst op mij, ze wijst op het huis daarachter. Ik zie: in dat huis is weer een eigenaar, machtiger dan die arme Chinese waard, hij laat haar vrij rondlopen. 'Kom vanavond terug, dan zal ik je het dat geld van de boot teruggeven, kleed je dan, kom terug, dan misschien...' Het heeft geen twee minuten geduurd, in weinige woorden is Larrios in mij omgebracht, Larrios die jarenlang in mij leefde. Hoe kan men het overleven als het zo gauw gaat? Wel werd ik al die jaren ouder, terwijl ik de heuvel weer afging. Zij, achter mij, riep nog iets, maar het was al voorbij. Ik heb niet meer omgezien. ..........Uit: Larrios van J. Slauerhoff. |
PingPong | woensdag 2 juli 2003 @ 01:37 |
Hoi PingPong, je laatste bezoek was op vrijdag 25 april 2003 @ 16:42 
Februarizon Weer gaat de wereld als een meisjeskamer open het straatgebeuren zeilt uit witte verten aan arbeiders bouwen met aluinen handen aan een raamloos huis van trappen en piano's. De populieren werpen met een schoolse nijging elkaar een bal vol vogelstemmen toe en héél hoog schildert een onzichtbaar vliegtuig helblauwe bloemen op helblauwe zijde. De zon speelt aan mijn voeten als een ernstig kind. Ik draag het donzen masker van de eerste lentewind. Paul Rodenko |
Lamon | woensdag 2 juli 2003 @ 02:09 |
quote: Op woensdag 2 juli 2003 01:37 schreef PingPong het volgende: Hoi PingPong, je laatste bezoek was op vrijdag 25 april 2003 @ 16:42
Mooi gedicht, maar ik vind wel dat je wat minder trots op die laatste bezoekdatum moet worden, hoor.  |
questionmark | woensdag 2 juli 2003 @ 02:24 |
 * A picture says more than a thousand words |
Lamon | woensdag 2 juli 2003 @ 02:32 |
Vroeger toen k woonde diep in t land, Vrat mij onstilbaar wee; Zooals een gier de lever, want Ik wist: geen streek geeft mij bestand, En k zocht het ver op zee.Maar nu ik ver gevaren heb En lag op den oceaan alleen, Waar zelfs Da Cunha en Sint-Heleen Niet boren door de kimmen heen, Voel ik het trekken als een eb Naar 't verre, vaste, bruine land... Nu weet ik: nergens vind ik vree, Op aarde niet en niet op zee, Pas aan die laatste smalle ree Van hout in zand. |
Inspiration | woensdag 2 juli 2003 @ 02:33 |
Lamon zou eens een dagboek moeten beginnen |
Lamon | woensdag 2 juli 2003 @ 02:42 |
quote: Op woensdag 2 juli 2003 02:33 schreef Inspiration het volgende: Lamon zou eens een dagboek moeten beginnen
Mijn dagboek zit in mijn hoofd. Ik ben te lui om em op papier te zetten. En off-topic trouwens.  Ik heb zooveel herinneringen, Als blaadren ritslen aan de boomen, Als rieten ruischen bij de stroomen, Als vogels het azuur inzingen, Als lied, geruisch en ritselingen: Zooveel en vormloozer dan droomen. Nog meer: uit alle hemelkringen Als golven uit de zee aanstroomen En over breede stranden komen, Maar nooit een korrel zand verdringen. Ze fluistren alle door elkander Wild en verteederd, hard en innig; Ik word van weelde nog waanzinnig, Vergeet mijzelf en word een ander. De droeve worden altijd droever, Nu ik het onherroeplijk weet, Steeds weer te stranden aan den oever Der zee van t altijddurend leed. Ook de gelukkige worden droever, Want zij zijn voorgoed voorbij: Kussen, weelden, woorden van vroeger Zijn als een doode vrucht in mij. Ik heb alleen herinneringen, Mijn leven is al lang voorbij. Hoe kan een doode dan nog zingen? Geen enkel lied leeft meer in mij. Aan de kusten van de oceanen, In het oerdonker van de bosschen, Hoor ik t groot ruischen nog steeds ontstaan en Zich nooit meer tot een stem verlossen.
|
Inspiration | woensdag 2 juli 2003 @ 02:44 |
Ok fair enough, maar wat is het nut van een copy paste topic Maak een site aan en verzamel die dingen, post de linkKijk, praktisch |
Lamon | woensdag 2 juli 2003 @ 02:55 |
quote: Op woensdag 2 juli 2003 02:44 schreef Inspiration het volgende: Ok fair enough, maar wat is het nut van een copy paste topic
Ga nou niet twijfelen aan het bestaansrecht van een topic van jaren terug, daar ben je nog te newbie voor.  Je copy/paste niet zomaar wat, je zoekt en vindt een vertaling van emoties en gedachtenkronkels, en stelt deze openbaar om wat dichter bij elkanders levensfilosofieen te komen. En soms is een mooi gedicht op de juiste plaats, en de juiste tijd, simpelweg gewoon fijn om te zien.  |
PingPong | woensdag 2 juli 2003 @ 03:08 |
 |
Lamon | woensdag 2 juli 2003 @ 03:11 |
Stil sta ik in de steppe, De doffe zon gaat onder, De schrale maan verschijnt.Het gras dampt, klam en vochtig, De grond blijft stijf bevroren In heete korte zomer: t Blijft winter in de zomer. De klokjes zijn nog hoorbaar, Het rulle spoor nog zichtbaar, De kar is al verdwenen. Ja, alles gaat, verdwenen Wat over is gebleven Is lief maar onvoldoende Om op te leven. |
PingPong | woensdag 2 juli 2003 @ 03:16 |
Mooie muziek, door mijn Zweedse vriend Fred: www.frockmusic.com Aanrader, Lamon.  |
Lamon | woensdag 2 juli 2003 @ 04:17 |
quote: Op woensdag 2 juli 2003 03:16 schreef PingPong het volgende: Mooie muziek, door mijn Zweedse vriend Fred:www.frockmusic.com Aanrader, Lamon. 
3 nummers geluisterd. Het is zeker niet slecht, maar ik vind het nog iets te vrolijk ( ik ben tenslotte een beroepsnegativist ) , potentie heeft het zeker.  Ik vind trouwens, om de boel over een hele andere boeg te gooien, dat RaisinGirl, maar ook Maggie, risk one en Koekepan wel weer wat meer initiatief mogen tonen in dit topic.  En dat was wel weer genoeg geleuter van een dronkenman, ik ga mij nu heel vrolijk ter bed begeven, aangezien ik alweer de laatste zielepoot op dit forum lijk te zijn.  |
RaisinGirl | zaterdag 5 juli 2003 @ 01:09 |
quote: Op woensdag 2 juli 2003 04:17 schreef Lamon het volgende:Ik vind trouwens, om de boel over een hele andere boeg te gooien, dat RaisinGirl, maar ook Maggie, risk one en Koekepan wel weer wat meer initiatief mogen tonen in dit topic. 
Soms ben ik niet meer dan een moment, een vervlogen herinnering, een regendruppel op jouw jas.. Een lichtstraal die jouw schaduw volgt, jouw ogen kleurt, jouw gezicht spiegelt in het glas..
. Volgende keer misschien weer eens iets van Slauerhoff.
|
Lamon | zaterdag 5 juli 2003 @ 01:28 |
Nog zweven liedren op den wind En gaan van mond tot mond, Van ouder op kind.Maar 't speeltuig ligt in 't stof geworpen En hij die ze er aan ontlokte Is nu een afgestompte, verstokte Dronkaard geworden in de laatste dorpen. Nog zweven liedren op den wind... |
plunk | zaterdag 5 juli 2003 @ 02:19 |
Ster Een lange ingespannen blik Hecht zich soms aan een sterke ster, Die alleen staat en stralend ver, Stil als een eeuwig oogenblik. En 't leed dat nimmer zich kon wreken Wordt sidderend, alsof het breken Wil in een eindelooze snik, Maar weet terstond van geen verzachting Der eenzaamheid, in de omnachting Weer starrer, na dien milden schrik, In 't graf van 't hart teruggeweken. Of had je die al eens gepost, lamon? . |
PingPong | zaterdag 5 juli 2003 @ 02:57 |
Of droom ik, en is 't nacht, of is mijn Ster verdwenen? Ik waak, en 't is hoog dag, en zie mijn Sterre niet. O Hemelen, die mij haar aangezicht verbiedt, Spreek mensentaal, en zegt, waar is mijn Sterre henen?
|
plunk | zaterdag 5 juli 2003 @ 04:03 |
Kristal en sterren Sterren, versplinterend heelal, Vuur langs den hemel heen - O Christus, begraven kristal, Vuur dat bevroor in den steen! Ter weerszij der wereld geplaatst, Wordt der sterren koud firmament Tot een glinst'renden gletscher weerkaatst In de kern van elk element. En tusschen hen beiden schuift Een schaduw-spel door den tijd Van stervende vormen, en stuift Weer uiteen naar hun eeuwigheid - Welk een goedheid van God Heeft, toen de vloek was gesteld Over ons donkerend lot, De weinige eeuwen geteld, En schiep uit zijn witten schoot Dit onuitputt'lijk geluk Tusschen licht en licht, en den dood Als een tintelend oogenblik! - Martinus Nijhoff. .
|
Lamon | zaterdag 5 juli 2003 @ 04:15 |
Het regent door de nacht, ik lig slapeloos krank Voor de zoooveelste maal in een ver land alleen. Ik neem trouw de dosis, waarom niet de drank Die mij in 1 teug hielp over alles heen...Misschien de gedachte dat toch weer een vrouw, Nog nooit eer bekend, door dat duister zal komen, Vol weerstand, vol lust toch, te worden genomen. De aard wordt weer blond, de zee weer diepblauw. Zij komt als de zon - voor de zoooveelste maal. En ik sta weer in praal de zieltoging te boven En merk dan hoe sterk, door daarin te gelooven, Staat men op uit de dood - voor de zoooveelste maal. |
dagwaarde | zaterdag 5 juli 2003 @ 04:23 |
Als we hier allemaal in harmonie zouden leven op Aarde Dan zou het juíst zijn dat WIJ die vrede bewaardeNiet de gedachte dat alles wel goed zal komen Want die hebben alleen zij, die met de eeuwige dromen Geluk is er altijd om ons heen, dat kan niemand ontkennen Maar het gaat ook wel eens slecht, en dat zal nooit wennen Maar hoe rot het je ook vergaat, nu en in andere tijden Met lachen kun je jezelf óf een ander flink verblijden... -DW- [Dit bericht is gewijzigd door dagwaarde op 05-07-2003 04:39] |
Mugger | zaterdag 5 juli 2003 @ 04:31 |
 
[Dit bericht is gewijzigd door Mugger op 05-07-2003 18:20] |
plunk | zondag 6 juli 2003 @ 22:53 |
Voor Mugger. Zonder fratsen. .Rotown Magic Rotterdam is niet te filmen, De beelden wisselen te snel, Rotterdam heeft geen verleden, En geen enkele trapgevèl. Rotterdam is niet romantisch, Heeft geen tijd voor flauwekul, Is niet vatbaar voor suggesties, Luistert niet naar slap gelul. 't Is niet camera gevoelig, 't Lijkt niet mooier dan het is, Het ligt vierkant hoog en hoekig, Gekanteld in het tegenlicht. Rotterdam is geen illusie, Door de camera gewekt, Rotterdam is niet te filmen, Rotterdam is veels te èch. Jules Deelder Een koninkrijk voor zo'n gedicht over Amsterdam! |
Lamon | maandag 7 juli 2003 @ 03:48 |
nog even een verstild moment voor het slapen gaan :ga dan niet ver van huis, en weer vooral ook het gespuis van vrouwen buiten uw hart, weer het al uit uw kamer; laat alles wat tot u komt onder grote en oorlogszuchtige namen buiten uw raam in den regen staan: het is slecht te vertrouwen en niets gedaan. alleen het geruis van uw bloed en van uw hart het gehamer vervulle uw lichaam, verstaat ge, uw leven, uw kluis. zwicht nooit voor lippen: samenzijn is een leugen en alle kussen verraad; alleen een hart dat tegen eigen ribben slaat is een zuiver hart op een zuivere maat. zie naar mijzelf. Ik heb in mijn jeugd mijn leven verslingerd aan duizend dingen van felle en vurige namen, oproeren, liefdes en wat is het alles tezamen nu nog geweest? over hoeveel zal ik mij niet blijven schamen en hoeveel is er dat misschien nooit geneest ?' de jongen kijkt door de geopende ramen waarlangs de wereld slaat; zonder zich te beraden stapt hij de deur uit, helder en zonder vrees. |
Kaye | maandag 7 juli 2003 @ 04:14 |
Dwang breekt wet, ik moet ook iets toevoegen..  Een Franse poème van eigen makelij, bijvoorbeeld.  Je t'aime, je t'aime mais il y a une problème quand je te régarde, je suis hors de moi, mais pourquoi? Ce sont tes yeux, peut-être tes cheveux? je me hypnotise sur toi mais je ne sais pas pourquoi Echt....  |
Kaye | maandag 7 juli 2003 @ 04:49 |
Voor een dag van morgen staat er al bij zag ik..  ...maar ik zag niet: Mijn moeder is mijn naam vergeten Mijn kind weet nog niet hoe ik heet Hoe moet ik mij geborgen weten?
Noem mij, bevestig mijn bestaan Laat mijn naam zijn als een keten Noem mij, noem mij, spreek mij aan O, noem mij bij mijn diepste naam Voor wie ik lief heb wil ik heten ~ Neeltje Maria Min *Maak hier een mooi topic van-mensen groet |
Lamon | dinsdag 8 juli 2003 @ 02:51 |
*het grote Slauerhoff-boek openslaat* (niks copy/paste ) Deze winter is het gekwelde weer Niet tot rust gekomen: door de boomen Trok de storm, in onophoudlijk stroomen Sloeg het leger van de regen neer.
't licht heeft afscheid van het land genomen In een vale bui en keert niet weer. Men denkt soms aan een warm zuidlijk meer Waar 't geluk woont, maar kan niet ontkomen. En ik vind dat het zoo blijven moet: Grauw, zoo wordt de dood met warmte ontmoet, Doet het denken aan zijn komst geen zeer; Wel het denken dat denzelfden dag Voor een jaar aan 't meer ik bij haar lag... Nu staat de aarde op dezelfde plek, Maar 't azuur is hol, de zon een vlek, En ikzelf de schim van toen, niet meer. |
Lamon | woensdag 9 juli 2003 @ 02:33 |
Deze is op herhaling, maar omdat ik hem zo mooi vind, moet dat maar een keertje mogen: Mijn belegerd leven lijkt soms een voorloopige Vestiging voor een toekomstig rijk; Ik moet het houden, doe vaak wanhopige Pogingen om ontijdig op te breken, Als ik lijd aan 't heimwee naar de zalige streken Die ik verdedig en zelf nooit bereik.
|
PingPong | woensdag 9 juli 2003 @ 03:23 |
quote: Zo'n dagHet was zo'n dag die niet in het teken stond van een grote gebeurtenis of een diepgaand gevoel. Er liep geen rode draad doorheen, tenzij ik zelf die rode draad was. Maar dat besef je op zo'n dag niet. Het was een beetje een sprokkeldag. Een dag waarop de scheermesjes op zijn en de zak suiker die je bij de supermarkt van het schap pakt van onderen een scheur blijkt te hebben en de post een pakje voor de buren bij je afgeeft. Vorig jaar is er hier om de hoek nog iemand vermoord, maar dat zat er deze dag niet in. De vliegtuigen vlogen erg laag, maar bleven in de lucht. Het dak kwam niet naar beneden en de kelder liep niet onder. Een dag waarop je een vlek op je jasje ontdekt die er niet uit wil en je een kartonnen doos vult met oude kranten en je een pantoffel kwijt bent. Wie raakt er nou een pantoffel kwijt? Jij. Nou ja, laat ook maar. Een dag waarop je je herinnert dat je trompet had willen leren spelen maar toen besloot je toch maar tot schrijven. En dat je eens in het najaar zwemmend in de Noordzee dacht te zullen verdrinken. Ik liep naar de drogist om scheermesjes te kopen. Bleek de drogist er niet meer te zijn. Zat er opeens een of ander financieel adviesbureau. 't Was me wat, lezer. Groots en meeslepend wil ik leven, maar daar moeten ze je op zo'n dag wel een beetje bij helpen. Remco Campert
Deze was op herhaling, maar omdat ik hem zo mooi vind, moest dat maar een keertje mogen.  |
RaisinGirl | woensdag 9 juli 2003 @ 10:49 |
De zon schijnt, de lucht is helderblauw, en ik ben vrij. Daarom dit gedicht. Strand Met mijn voeten maak ik in het zand sporen als herinneringen de zee strekt zich onstuimig voor mij uit in golfkoppen en schuimkringen. Ik ben eb en dan weer vloed eeuwig in twijfel tussen komen of gaan gevangen in een besluitloos moment wil ik vluchten, maar blijf ik staan. |
Chen | woensdag 9 juli 2003 @ 10:56 |
''Vroegah...... Was het levuh mooi''
 |
zodiakk | woensdag 9 juli 2003 @ 16:43 |
"Hem trof Telamons zoon met zijn lange lans het oor; toen hij de lans er weer uit trok, viel Imbrios neer als een boom, een es, die op de van verre rondom zichtbare top van een berg wordt gekapt met het brons en zijn teder loof neervlijt op aarde." |
plunk | donderdag 10 juli 2003 @ 00:40 |
Geen pijn is zo wreed zo vlijmend en scherp als de dolk van de spijt als de heimwee naar toen naar de tijd dat je dufde te dromen en dacht dat de nacht van eenzaamheid nooit zou komen.Vraag me niet wat ik zou kiezen als ik het allemaal over mocht doen liever de pijn van het verliezen dan het lauwe geluk van toen. Uit: Don Juan van Theater het Amsterdamse Bos. |
tong80 | donderdag 10 juli 2003 @ 02:13 |
Uit Ping Pong, S. Carmiggelt. 'Toen de caféklok halfnegen sloeg ledigde de leraar zijn bierglas in een teug en stond op.' 'Ga je nou opeens weg?' Vroeg zijn vriend de piloot verbaasd. 'Ja, er is bal bij ons op school en daar moet ik me even vertonen,' antwoordde de ander. 'Een uurtje maar. Daarna ben ik weer beschikbaar voor bier of erger.' Het heeft nu lang genoeg geduurd PingPong.

|
Lamon | donderdag 10 juli 2003 @ 02:58 |
De maan breekt de wolken uiteen; en stromende uit die wel breken kolken en kreken, gletschers en meren naar alle verten uiteen.de aarde is klein en alleen, een slingerend schip in het ruim, dat zich stampend en schuin overstag gaand in doodsangst kampende boven houdt op het kolkende water des donkers onder het stormende schuim. ik lig in het ruim naast een vrouw. haar borsten rijzen en dalen; zij slaapt, zij denkt nu alleen in haar dromen aan het geluk; hoe vredig haar ademhalen: zij weet niets van den nood van ons schip, zij hoort de seinen niet gillen noch het angstige fluiten driemaal, als een signaal van den dood. gun mij nog twee uren slaap, ik kan zo niet blijven waken. - neem dan nu afscheid van haar, misschien zult gij den morgen niet halen, tenzij in een ander land. ik schuif mijn hand in haar hand - zie, even beven haar wimpers - zo liggen wij naast elkaar als tweelingen, sluimrende kindren. zullen wij elkaar niet meer vinden dan zij mij dood - of ik haar? |
PingPong | donderdag 10 juli 2003 @ 03:15 |
Mooie korenvelden in de Tour de France vandaag! 

|
PingPong | donderdag 10 juli 2003 @ 03:30 |
 |
plunk | vrijdag 11 juli 2003 @ 00:52 |
Insomnia Denkend aan de dood kan ik niet slapen, En niet slapend denk ik aan de dood, En het leven vliet gelijk het vlood, En elk zijn is tot niet zijn geschapen. Hoe onmachtig klinkt het schriel 'te wapen', Waar de levenswil ten strijde mee noodt, Naast der doodsklaroenen schrille stoot, Die de grijsaards oproept met de knapen. Evenals een vrouw, die eens zich gaf, Baren moet, of ze al dan niet wil baren, Want het kind is groeiende in haar schoot, In elk wezen zwanger van de dood, En het voorbestemde doel van 't paren Is niet minder dan de wieg het graf. J.C. Bloem. . . .
|
JAM | vrijdag 11 juli 2003 @ 00:54 |
Sikim kalkte, otuzbir çekcem. .
|
Lamon | vrijdag 11 juli 2003 @ 00:57 |
quote: Op vrijdag 11 juli 2003 00:52 schreef plunk het volgende: J.C. Bloem.
Mocht je nog geen tekst hebben voor de steen, die jou deze komende eeuwigheid zal gaan vertolken, is dit misschien een aardige suggestie, Bloemwijs:Grafschrift Het in zijn roes slechts half geleegde glas Staat naast de stoel, waar hij heeft uitgestreden; Het laatste boek is op de grond gegleden In de om de kachel heen gemorste as. Wat geeft het of men zo of anders leeft? Dit zagen de verschrikten, die hem vonden: Een mens, die niet meer bloedt uit duizend wonden, Maar 't leven eindlijk overwonnen heeft.
|
I.R.Baboon | vrijdag 11 juli 2003 @ 01:00 |
Avond - Boudewijn de Groot Nu hoef je nooit je jas meer aan te trekken En te hopen dat je licht het doet Laat buiten de stormwind nu maar razen in het donker Want binnen is het warm en licht en goed Hand in hand naar buiten kijken waar de regen valt Ik zie het vuur van hoop en twijfel in je ogen En ik ken je diepste angst
Want je kunt niets zeker weten en alles gaat voorbij Maar ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij Ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij En als je 's morgens opstaat ben ik bij je En misschien heb ik al thee gezet En als de zon schijnt buiten gaan we lopen door de duinen En als het regent gaan we terug in bed Uren langzaam wakker worden, zwevend door de tijd Ik zie het licht door de gordijnen en ik weet Het verleden geeft geen zekerheid Want je kunt niets zeker weten en alles gaat voorbij Maar ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij Ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij Ik doe de lichten uit en de kamer wordt nu donker Een straatlantaarn buiten geeft wat licht En de dingen in de kamer worden vrienden die gaan slapen De stoelen staan te wachten op 't ontbijt En morgen word ik wakker met de geur van brood en honing De glans van 't gouden zonlicht in jouw haar En de dingen in de kamer, ik zeg ze welterusten Vanavond gaan we slapen en morgen zien we wel Maar de dingen in de kamer zouden levenloze dingen zijn zonder jou En je kunt niets zeker weten want alles gaat voorbij Maar ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij Ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij En je kunt niets zeker weten want alles gaat voorbij Maar ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij Ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof, ik geloof in jou en mij
*snif* |
plunk | vrijdag 11 juli 2003 @ 01:07 |
quote: Op vrijdag 11 juli 2003 00:57 schreef Lamon het volgende:[..] Mocht je nog geen tekst hebben voor de steen, die jou deze komende eeuwigheid zal gaan vertolken, is dit misschien een aardige suggestie, Bloemwijs: Grafschrift.
Deze is ook wel aardig. Als gedicht dan.Deïsme De mens is voor een tijd een plaats van God. Houdt geen gelijkteken nog iets bijeen, dan wordt hij afgeschreven op een steen. De overeenkomst lijkt te lopen tot deze voleinding, dit abrupte slot. Want God gaat verder, zwenkend van hem heen in zijn millioenen, God is nooit alleen. Voor gene kwam een ander weer aan bod. We zijn voor hem een vol benzinevat, dat hij leeg achterlaat. Hij moet het kwijt, al de afval, met zijn wezen in de strijd. Sinds hij zich van de schepping onderscheidt, gingen wij dood en liggen langs het pad, wanneer niet Christus, koopman in oudroest, ons juist in zo'n conditie vinden moest; alsof hij met de Vader had gesmoesd. Gerrit Achterberg. |
Lamon | vrijdag 11 juli 2003 @ 01:19 |
De uiterste seconde Doodgaan is de kunst om levende beelden met evenveel gelatenheid te dulden als toen zij nog hun rol in t leven speelden, ons soms verveelden, en nochtans vervulden. Hier stond ons huis; hier liep zij met de honden; hier maakte zij de bruine halsband los; hier hebben wij de stinkzwammen gevonden, op een beschutte plek in t sparrenbos. Doodgaan is niet de aangrijpende gedachte, dat zij voortaan alleen die paden gaat,- want niemand is alleen die af kan wachten, en niemand treurt die wandelt langs de straat,- maar dat dit alles was: een werklijkheid, die duren zal tot in de uiterste seconde; dit is de ware wedloop met de tijd: de halsband los, en zij met de twee honden. Vestdijk..  |
plunk | vrijdag 11 juli 2003 @ 01:50 |
Graf Dit is haar graf, onder de jonge linden vergaan haar handen en haar zachte ogen. moet men geloven dat wie haar beminden haar eens hervinden en herkennen mogen? H. Marsman. .
|
Lamon | vrijdag 11 juli 2003 @ 02:08 |
Het wordt nu wel heel verleidelijk om een zeker Slauerhoff gedicht te plaatsen om de cirkel rond te maken. Maar ik weersta de temptatie.  |
OllieA | vrijdag 11 juli 2003 @ 02:10 |
O, als ik dood zal, dood zal zijn kom dan en fluister, fluister iets liefs, mijn bleke ogen zal ik opslaan en ik zal niet verwonderd zijn.En ik zal niet verwonderd zijn; in deze liefde zal de dood alleen een slapen, slapen gerust een wachten op u, een wachten zijn. J.H. Leopold |
plunk | vrijdag 11 juli 2003 @ 03:27 |
Afscheid Ieder scheiden is van 't laatste scheiden Voorbode, ieder bed van 't laatste bed. Alle sterfelijke wegen leiden Naar het eind waarvan geen liefde redt. In het stedelijk duister van de straten Nemen we afscheid - en het drukt als lood, Kijken om en wuiven, reeds verlaten, Slaan de hoek om, en het is de dood. J.C. Bloem. .
|
PingPong | vrijdag 11 juli 2003 @ 03:40 |
En nou is het uit met die droefenis! Cheer up!  Vader Vader kocht ooit een verzameld werk: een bundel gedichten van degelijk merk. Bij wat hij mooi vond zette hij strepen een enkele keer een uitroepteken. Bij tijd en wijle herlees ik die zeer summiere biografie : In een code van strepen en stippen steeg het water hem naar de lippen. Willem Wilmink |
Lamon | vrijdag 11 juli 2003 @ 03:44 |
quote: Op vrijdag 11 juli 2003 03:40 schreef PingPong het volgende: En nou is het uit met die droefenis! Cheer up! 
Maar droevig kan ook zo mooi zijn.  Liefde is niets dan daaglijks verder gaan door dorre woestenijen Om na den nacht saam moe weer op te staan uit duistere valleien Want het leven is geen vast geluk, maar een rampspoedig dolen door het labyrinth van de gevoelens; wie de weg weet is hoogmoedig als onervaren kind Liefde is alleen elkander droef verdragen als vrouw en man: Twee vijanden die toch elkander schragen Zoo nu en dan, en, daar god voor hun wanhoop en vragen geen heul, geen antwoord heeft Soms naar de eeuwigheid de zweefvlucht wagen die een omhelzing geeft. |
JAM | vrijdag 11 juli 2003 @ 03:46 |
Ils finissent la discussion. |
OllieA | vrijdag 11 juli 2003 @ 03:47 |
quote: Op vrijdag 11 juli 2003 03:40 schreef PingPong het volgende: En nou is het uit met die droefenis! Cheer up! 
Sorry, het moest even.Deze dan, van Jopie Breemer? De Reiziger De reiziger reist heen en weer Van Amsterdam naar Wormerveer En ook wel eens naar Krommenie Naar Beetsterzwaag en Middellie. Hij leest zijn krant in de coupé En neemt altijd zijn koffer mee Hij draagt een witte hoge boord En als hij zit zegt hij geen woord Hij praat nooit met een ander heer De reiziger reist heen en weer. |
PingPong | vrijdag 11 juli 2003 @ 03:52 |
 Pogues - A pair of brown eyes One summer evening drunk to hell I stood there nearly lifeless An old man in the corner sang Where the water lilies grow And on the jukebox Johnny sang About a thing called love And it's how are you kid and what's your name And how would you bloody know? In blood and death 'neath a screaming sky I lay down on the ground And the arms and legs of other men Were scattered all around Some cursed, some prayed, some prayed then cursed Then prayed and bled some more And the only thing that I could see Was a pair of brown eyes that was looking at me But when we got back, labeled parts one to three There was no pair of brown eyes waiting for me And a rovin' a rovin' a rovin' I'll go For a pair of brown eyes I looked at him he looked at me All I could do was hate him While Ray and Philomena sang Of my elusive dream I saw the streams, the rolling hills Where his brown eyes were waiting And I thought about a pair of brown eyes That waited once for me So drunk to hell I left the place Sometimes crawling sometimes walking A hungry sound came across the breeze So I gave the walls a talking And I heard the sounds of long ago From the old canal And the birds were whistling in the trees Where the wind was gently laughing And a rovin' a rovin' a rovin' I'll go For a pair of brown eyes |
plunk | vrijdag 11 juli 2003 @ 03:58 |
quote: Op vrijdag 11 juli 2003 03:40 schreef PingPong het volgende: En nou is het uit met die droefenis! Cheer up! 
De allerlaatste, ok? .Krang - Kraaien De kraaien op het land Zwart als de raven Zullen schateren op de dag Dat deze jongen wordt begraven De stoet vanuit de kerk Tegen al mijn wensen in Een laatste avond in de kroeg Maar de familie had geen zin 't Zijn zulke brave burgermensen Grijze mussen berelaf Ik kan sputteren wat ik wil Ze dragen me naar mijn graf Alwaar de goegemeente rouwend Luistert naar de dominee In zijn hart een goeie jongen En de schare knikt gedwee Terwijl ik de kist graag had gezien Op de bar de deksel open Een joint gaat in het rond En jullie allemaal bezopen Lul de oren van mijn kop En dan de laatste drank besteld Waarop een heldere geestverwant Een taxibusje belt Zet deze jongen bij het raam Neem brood en koffie mee En rij dan in het holst Met z'n allen naar de zee Zet me rechtop in het zand Veeg het vuil van mijn gezicht Zing de maan nog eenmaal toe Tot aan het eerste ochtendlicht Ga wandelen in de duinen Leg wat schelpen in m'n schoot Verzamel al het spoelhout En bouw een kleine boot En als dan 's avonds heel de zon In die bak met water dooft Duw me dan de zee op Zoals me is beloofd Maak allemaal een fakkel Steek het bootje in de brand Ik zal mijn lied nog eenmaal zingen Jullie dansen op het strand Als indianen. |
PingPong | vrijdag 11 juli 2003 @ 04:02 |
Dat doet me denken aan Pantani van Krang Een purperen hemel Geel zijn de wegen Ik ben de bezem Wie zal ik vegen Groter dan god Nooit zal ik buigen Langs de kant van de weg Staat de duivel te juichen Allez Pantani! Slik dit poeder 'T Is geen voet van een col 'T zijn de borsten Van uw moeder Drink de bergen voeten dansen Zelfde ronde nieuwe kansen Herman Brood op een fiets Tour de France Junkie Fietsen is niets Fietsen is Funkie Berg na berg met een vinger in de neus Vanaf heden luidt de leus De bergen vallen mee Rij de Tour op L.S.D L ' Epo C'est Moi Verdoemd tot het niets Vliegende Hollander Spook op een fiets Een Ghostdance Op de pedalen In het donker Zullen we stralen Allez Pantani! Snuif dit poeder 'T Is geen voet van een col 'T zijn de dijen van uw moeder De fiets digitaal De mens analoog En mochten we vallen Dan is het omhoog Herman Brood op een fiets Tour de France Junkie Fietsen is niets Fietsen is Funkie Berg na berg Met een vinger in de neus Vanaf heden luidt de leus De bergen vallen mee Rij de Tour op L.S.D Arc de Triomphe Champs-Elysées Trip de France Legalisé Ik fiets ik besta Het podium blank Obelix de val En een ketel toverdrank |
Lamon | vrijdag 11 juli 2003 @ 04:07 |
Mijn dood wordt net als een feestje, Iedereen heeft lol, en ik krijg weer geen uitnodiging.Die is van mezelf. Voor die gevraagde vrolijke noot.  |
tong80 | vrijdag 11 juli 2003 @ 06:57 |
quote: Op vrijdag 11 juli 2003 03:40 schreef PingPong het volgende: En nou is het uit met die droefenis! Cheer up! 
Poep in je hoofd.Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Poep in je hoofd, poep in je hoofd. Wat maakt het uit, als je maar geloofd. Poep in je hoofd, poep in je hoofd. Wat maakt het uit? Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten Lekker, lekker, jaaaaaaa Poep in je hoofd, poep in je hoofd. Wat maakt het uit, als je maar geloofd. Poep in je hoofd, poep in je hoofd. Wat maakt het uit? Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker in je bek scheiten of heb je al poep, poep in je hoofd. Zal ik jouw is effe lekker lekker lekker aaaaaaaaah Poep in je hoofd 
|
Lamon | dinsdag 15 juli 2003 @ 02:36 |
De regen van noem mij desnoods geen regen wordt door geen oor wordt door de huid gehoord. Booglamplicht geeft waarom daarom zijn zegen; de hemel zwijgt en zwijgt van enzovoort.En niemand komt niemand dan niemand tegen. En iemand zegt ik ben een iemandswoord. En iemand zegt ik ben maar ben verzwegen. De hemel zwijgt en zwijgt want enzovoort. En wij wijzelf gaan wonderlijke wegen: wij varen om de tropen van de noord figuurlijk zelfs met ons figuur verlegen. En staan op straat en lopen toch weer door t noem mij desnoods noem mij desnoods dan regen. De hemel zwijgt en zwijgt en enzovoort. |
neusaap | dinsdag 15 juli 2003 @ 02:37 |
mislukt  |
Lamon | dinsdag 15 juli 2003 @ 02:49 |
Angst die ons vernedert. En het gevecht geen lange heldenzang. Een dierenangst, sidderend en duizelend, een redeloos bijten in leven, hopeloos op de grens van het bestaande. Wij, voer voor de ruimte, ketting- reactie, kralensnoer van de zon, wij verbeelden ons niets meer, zien met onze ogen niets meer, horen onverstaanbaar geluid, geen geluid. En zijn biddende huid. Maar de wil van de laatste dubbelganger in ons: lichtvalk of elk ander woord, zal geschieden. Is geschied. |
RaisinGirl | dinsdag 15 juli 2003 @ 09:42 |
Lezen is heerlijk. Het kan heerlijk wezen om een boek te lezen: boom - roos - vis - vuur en een boek is heus niet duur. Hier op bladzij tachtig is mijn boek zo prachtig, want daar gaat een wit konijn naar zijn oma met de trein. En op bladzij honderd: pispot omgedonderd. Ha, wat moet ik lachen man, krijg er bijna buikpijn van. Maar bij bladzij zeven, huil ik altijd even, want daar gaat een kikker dood ergens in een boerensloot. |
RaisinGirl | dinsdag 15 juli 2003 @ 09:49 |
Gedicht van de dag: Excuus Een fles valt om met luide knal, Jouw hart breekt en ik zie de scherven zich verspreiden Door ons heelal; Ik zeg iets ondoordachts; de onrust is gezaaid, en ik zie jouw blik. Mijn maag keert zich om, de aarde draait: sorry. |
omegaproject | dinsdag 15 juli 2003 @ 09:53 |
quote: Op dinsdag 15 juli 2003 09:49 schreef RaisinGirl het volgende: Gedicht van de dag:Excuus Een fles valt om met luide knal, Jouw hart breekt en ik zie de scherven zich verspreiden Door ons heelal; Ik zeg iets ondoordachts; de onrust is gezaaid, en ik zie jouw blik. Mijn maag keert zich om, de aarde draait: sorry.
 |
larrios | woensdag 16 juli 2003 @ 01:19 |
De drie mogelijkheden van het menselijk denken Op de fiets gaat alles wel langzaam maar toch nog behoorlijk hard. Wie heel goed luistert aan een stilstaand horloge hoort een zacht tikken. Waar blijft de tijd? Om daar over na te denken hebben wij het zwerk. Rutger Kopland |
larrios | donderdag 17 juli 2003 @ 01:55 |
Zomeruren I Breng het vergulde kristal, En glazen van droomrige kleur; Behoed onzen roes voor verval In overprikklenden geur. Rozen! Om rozen nood! Ik heb ze lief tot waanzin. Zij hebben 't somber aanzien Van dingen, aanbrengend dood. De goudwijn schuimbekt in de kroes; Gij klieft een perzik, dat het moes Bespat uw blankzwellende borst. Het park is als een afgrond zwart... Er woelt, onstilbaar, in mijn hart Naar zachtheid wrangkwellende dorst. J. Slauerhoff. |
Lamon | donderdag 17 juli 2003 @ 02:48 |
Fed up with my destiny And this place of no return Think I'll take another day And slowly watch it burn It doesn't really matter how the time goes by Cause I still remember you and I And that beautiful goodbye We staggered through these empty streets Laughing arm in arm The night had made a mess of me Your confessions kept me warm And I don't really miss you, I just need to know Do you ever think of you and I And that beautiful goodbye When I see you now I wonder how I could've watched you walk away If I let you down Please forgive me now For that beautiful goodbye In these days of no regrets I'll keep mine to myself And all the things we never said I can say for someone else Cause nothing lasts forever, but we always try And I just can't help but wonder why We let it pass us by When I see you now I wonder how I could've watched you walk away If I let you down Please forgive me now For that beautiful goodbye Amanda Marchall - Beautiful goodbye Simpel kan soms ook mooi zijn.  |
larrios | vrijdag 18 juli 2003 @ 00:24 |
Twee citaten uit: De Renner, van Tim Krabbé. 'Je bewustzijn is klein op een fiets. Hoe zwaarder de inspanning, hoe kleiner. Iedere gedachte is meteen helemaal waar, iedere onverwachte gebeurtenis is iets dat je altijd al geweten had maar even vergeten was.' 'Langzamerhand vind ik een cadans. Klimmen is een ritme, een roes, je moet de protesten van je organen in slaap wiegen.' |
plunk | zaterdag 19 juli 2003 @ 02:04 |
Een groot dichter zijn en dan te vallen. Maar er kwam nooit wat van, want als je een dichtertje bent, dan lopen de mooiste meisjes altijd aan den overkant van de gracht. En zoo werd z'n hele leven één gedicht, wat ook vervelend wordt. Uit: Dichtertje van Nescio.
|
Lamon | zaterdag 19 juli 2003 @ 02:14 |
Zeven maal om de aarde gaan, als het zou moeten op handen en voeten; zevenmaal om die éne te groeten die daar lachend te wachten zou staan. Zeven maal om de aarde gaan.Zeven maal over de zeeën te gaan, schraal in de kleren, wat zou het mij deren, kon uit de dood ik die éne doen keren. Zeven maal over de zeeën te gaan - zeven maal, om met zijn tweeën te staan. |
plunk | zondag 20 juli 2003 @ 04:42 |
Deze is vast al een keer gepost. .De Dapperstraat Natuur is voor tevredenen of legen En dan: wat is natuur nog in dit land? een stukje bosch, ter grootte van een krant, Een heuvel met wat villaatjes ertegen. Geef mij de grauwe, stedelijke wegen, De in kaden vastgeklonken waterkant, De wolken, nooit zo schoon dan als ze, omrand Door zolderramen, langs de lucht bewegen. Alles is veel voor wie niet veel verwacht. Het leven houdt zijn wonderen verborgen Tot het ze, opeens, toont in hun hoogen staat. Dit heb ik bij mijzelven overdacht, Verregend, op een miezerigen morgen, Domweg gelukkig, in de Dapperstraat. J.C. Bloem |
onlogisch | zondag 20 juli 2003 @ 19:23 |
ik trek hem wel weer ff omhoog hoor  |
tong80 | zondag 20 juli 2003 @ 19:56 |
quote: Op zondag 20 juli 2003 19:23 schreef onlogisch het volgende: ik trek hem wel weer ff omhoog hoor 
Pure poëzie.

|
larrios | zondag 20 juli 2003 @ 22:16 |
Hoe weet je de weg Hoe weet je de weg op zee, kapitein? Hoe weet je waar je moet zijn? Daar is nergens een huis, daar is nergens een straat. daar is nergens een bord waar de naam op staat van de stad waar je morgen moet zijn. Hoe weet je de weg, kapitein? Willem Wilmink. |
plunk | dinsdag 22 juli 2003 @ 16:05 |
En ondertussen, op de Friese Meren: .
.
|
larrios | vrijdag 25 juli 2003 @ 00:02 |
Vuilniszakken Zoals ze daar 's morgens op de stoep tegen elkaar aan geleund warmte zoekend in hun plastic jassen staan te wachten, grijs, vormeloos, vol afgedankt leven, tegelijk broos en weerloos. Je zou ze weer naar binnen willen halen, je ouders wachtend op de bus. Victor Vroomkoning |
tong80 | vrijdag 25 juli 2003 @ 04:37 |
Ne me quitte pas Ne me quitte pas Il faut oublier Tout peut s'oublier Qui s'enfuit déjà Oublier le temps Des malentendus Et le temps perdu A savoir comment Oublier ces heures Qui tuaient parfois A coups de pourquoi Le coeur du bonheur Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas Moi je t'offrirai Des perles de pluie Venues de pays Où il ne pleut pas Je creuserai la terre Jusqu'après ma mort Pour couvrir ton corps D'or et de lumière Je ferai un domaine Où l'amour sera roi Où l'amour sera loi Où tu seras reine Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas
Ne me quitte pas Je t'inventerai Des mots insensés Que tu comprendras Je te parlerai De ces amants-là Qui ont vue deux fois Leurs coeurs s'embraser Je te raconterai L'histoire de ce roi Mort de n'avoir pas Pu te rencontrer Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas
On a vu souvent Rejaillir le feu De l'ancien volcan Qu'on croyait trop vieux Il est paraît-il Des terres brûlées Donnant plus de blé Qu'un meilleur avril Et quand vient le soir Pour qu'un ciel flamboie Le rouge et le noir Ne s'épousent-ils pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas Ne me quitte pas
Maar da's Tong.
So, who gives a fuck. 
|
Lamon | vrijdag 25 juli 2003 @ 04:41 |
quote: Op vrijdag 25 juli 2003 04:37 schreef tong80 het volgende: Maar da's Tong.
..en ook een beetje Brel.  Dans le port d'Amsterdam is dan mijn favoriet.  |
Lamon | vrijdag 25 juli 2003 @ 04:49 |
Here I go out to sea again The sunshine fills my hair And dreams hang in the air Gulls in the sky and in my blue eye You know it feels unfair There's magic everywhere Look at me standing Here on my own again Up straight in the sunshineNo need to laugh and cry It's a wonderful, wonderful life No need to run and hide It's a wonderful, wonderful life The sun's in your eyes, the heat is in your hair They seem to hate you because you're there And I need a friend, oh I need a friend, to make me happy Not stand here on my own Look at me standing Here on my own again Up straight in the sunshine I need a friend, oh I need a friend To make me happy, not so alone Look at me here Here on my own again Up straight in the sunshine |
dagwaarde | vrijdag 25 juli 2003 @ 04:55 |
16-07-03, gemaakt in de trein naar Budapest Hoe aangenaam kan nieuwsgierigheid zijn? Geluiden, beelden van het onbekende Ruimdenkendheid uit zich in alle wegen Veel komt voorbij, en nog steeds onderweg naar toen Als een engel in de wind, maar dwalend zonder vleugels Bevind ik mij gedreven door gevoel Als een verademing in een zee, van zelfvertrouwen -DW- |
larrios | zaterdag 26 juli 2003 @ 12:40 |
Ik echo naar de werkelijkheid, en hij echoot lekker terug. Daarmee is mijn bestaan een feit en keer ik hem de rug. |
plunk | maandag 28 juli 2003 @ 00:38 |
Poëzie is voor mij het verhaal Dat men mij vroeger vertelde Van een man die op zijn zolder Een vliegtuig van beton gebouwd had En trots tegen iedereen zei Dat het wel kon vliegen Maar niet door het dakraam kon.Rien Vroegindeweij. .
|
JAM | maandag 28 juli 2003 @ 01:46 |
Fear not, the crimson flag, waving in these dawns will never fade Before the last hearth that is burning in my nation vanishes. That is my nation's star, it will shine; That is mine, it belongs solely to my nation. Oh coy crescent do not frown for I am ready to sacrifice myself for you! Please smile upon my heroic nation, why that anger, why that rage? If you frown, our blood shed for you will not be worthy. Freedom is the right of my nation who worships God and seeks what is right.
Türkiye ! |
ilona-scuderia | maandag 28 juli 2003 @ 02:16 |
The beauty of silence... |
Lamon | maandag 28 juli 2003 @ 03:25 |
Willem Elsschot - Het Huwelijk Toen hij bespeurde hoe de nevel van de tijd in d'ogen van zijn vrouw de vonken uit kwam doven, haar wangen had verweerd, haar voorhoofd had doorkloven toen wendde hij zich af en vrat zich op van spijt.
Hij vloekte en ging te keer en trok zich bij de baard en mat haar met de blik, maar kon niet meer begeren, hij zag de grootse zonde in duivelsplicht verkeren en hoe zij tot hem opkeek als een stervend paard. Maar sterven deed zij niet, al zoog zijn helse mond het merg uit haar gebeente, dat haar toch bleef dragen. Zij dorst niet spreken meer, niet vragen of niet klagen, en rilde waar zij stond, maar leefde en bleef gezond. Hij dacht: ik sla haar dood en steek het huis in brand. Ik moet de schimmel van mijn stramme voeten wassen en rennen door het vuur en door het water plassen tot bij een ander lief in enig ander land. Maar doodslaan deed hij niet, want tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren, en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren, en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat. Zo gingen jaren heen. De kindren werden groot en zagen dat de man die zij hun vader heetten, bewegingsloos en zwijgend bij het vuur gezeten, een godvergeten en vervaarlijke aanblik bood. |
larrios | dinsdag 29 juli 2003 @ 00:13 |
 |
Lamon | dinsdag 29 juli 2003 @ 00:27 |
Villanel De minsten zullen minnaar zijn, De armsten zullen macht vergaren En gulzig drinken van den wijn Onder een zoel ultramarijn. Met bloesemwinden in hun haren Zullen de minsten minnaar zijn Als minstreel in den manenschijn Zij die te min voor vrouwen waren En gulzig drinken van den wijn. Hun wellust, enkel minnepijn, Werd niet verspild in liefdesparen: De minsten zullen minnaar zijn, Omdat zij voor den levenscijns Zich ongeboren nog bewaren... Want nu tot t drinken van de wijn Den rijkeren de lust verdwijnt, Geen lied meer slaat uit moede snaren, Zullen de minsten minnaars zijn En gulzig drinken van den wijn! Vestdijk |
larrios | dinsdag 29 juli 2003 @ 00:46 |
Twee dichters Zij hadden samen 't groene gif gedronken, Zij wilden in hun verzen ondergaan, - Niet eeuw'ge liefde, sneeuw'ge maan; - 't Liefst zouden zij met vuile woorden pronken. Er kwam een vrouw, - of waren 't and're vonken Die hen bezielden? Zij zijn heengegaan, Verwaten, stoffig op de breede baan, Naar 't neev'lig stadsbeeld, waar de vriendschap slonk in Een twist van prikkelbare jonggehuwden. Wie zou het minste zijn? Het naspel was Een kort revolverdrama, dat weer luwde, - Het tweede: een bekeering met veel wijn En een pak slaag in 't Natte Neckargras, - Het derde: het cachot, - en de woestijn.... Simon Vestdijk |
Lamon | dinsdag 29 juli 2003 @ 01:01 |
Herinner mij. lk heb mij neergeschreven op de rand van nu en daarna en toen, omdat ik niet anders kon, wilde doen en ik leven moest, het uitriep van leven. Vergeet mij - want die het schrijft is het niet en wat hij schrijft laat niet los van zijn vingers dan ondanks hemzelf. Er is niets geringers dan een mens en iets beters is er niet. Dubbele tong. En daarin de waanzin en de zin, het haast onuitspreekbaar tasten. onderwoords aftasten van een begin- nend geluk, geluk waar? Overal waar ik doodga aan ik, leef door mij niet meer vast te houden, hier: in het aards en ruimtelijk vuur, hier: in het vogelvrij ogenblik. Andreus |
larrios | dinsdag 29 juli 2003 @ 01:07 |
Stille drinker Doodgaan is door de hals van de fles gaan, geslikt worden door een altijd zwijgende kosmos, die nooit iets uitlegt maar drinkt en zwijgt. Hans Andreus |
larrios | donderdag 31 juli 2003 @ 01:33 |
Geheim Poëzie is onmededeelbaar. Blijf krom in je hoek. Heb niet lief. Ze zeggen dat er geweervuur is binnen bereik van ons lichaam. Is het revolutie? liefde? Niets zeggen. Alles is mogelijk, alleen ik onmogelijk. De zee stroomt over van vissen. Er zijn mensen die lopen op zee als liepen ze op straat. Niet vertellen. Stel dat een engel van vuur het gelaat van de aarde zou geselen en dat de geofferde mensen genade zouden vragen. Niet vragen. Carlos Drummond de Andrade |
Lamon | donderdag 31 juli 2003 @ 01:41 |
Gelukkig, wat rust door alle chaos heen.  Woorden, Ontwaak! Nu ik zo zuiver thuis ben met mijzelf zie ik de bodem van mijn zelfbesef. Tijd en vertrek verdwijnen in een ongevormd begin. Woorden, ontwaak, ik ben uw naam, ik ben uw enige bestaan. Ik zie mij ongeboren aan. O kern, hoe ben ik u nabij, alleen de dood is tussen u en mij. Gerrit Achterberg |
larrios | donderdag 31 juli 2003 @ 02:22 |
Poetry in Motion Allicht, ook de poëzie moet bewegen, het is immers een en al beweging? C.B. Vaandrager |
larrios | vrijdag 1 augustus 2003 @ 01:40 |
Ook een goeie smartlap is mooi. Verborgen Smarten Ziet daar die Zigeuner dat knaapje eens slaan. Wat moet toch zoo'n knaapje ontberen, Omdat hij zoo even een fout heeft begaan, Wijl hij nieuwe kunstjes moet leeren. Als dan het knaapje huilt en beeft, Omdat het kou en honger heeft, Klinkt vaders stem heel norsch en barsch: 'Vooruit, naar het dorpje, voorwaarts marsch!' Als hij dan lacht en danst en bedelt om een cent, Een liedje zingt, dan schreit zijn harte, Want ieder houdt hem voor een kleine, leuke vent. Maar dat zijn verborgen smarten. Ziet daar nog een moeder, zij waakt bij haar kind: Zoo pas is er een dokter ontboden; En dan op haar angstvraag, hoe de kleine zich bevindt, Is weldra het leven gevloden. Als dan de knaap aan haar boezem rust, En zij zijn bleke wangen kust, Want zij weet toch wat haar lieveling lijdt; Wanneer hij ziet dat zijn moesje schreit, Als zij dan lacht en zijn blonde lokken streelt, Een liedje zingt, dan schreit haar harte, Omdat God nu haar eenigst, liefste kind ontsteelt; Maar dat zijn verborgen smarten. Ziet daar nog een dame: 't is middernacht, Hoe zij daar loopt te flaneeren, Hoe zij in schijn tegen iedereen lacht En wenkt aan voorbijgaande Heeren; Als er dan soms eens een blijft staan, Dan knoopt zij gauw een praatje aan, Want iedereen weet toch wel gewis, In welk een leven of zij is. Als zij dan drinkt en lacht met zoo'n Heer, alleen Een liedje zingt, dan schreit haar harte; Want zij denkt dan weer aan die tijden van weleer, Maar dat zijn verborgen smarten. 
|
larrios | zaterdag 2 augustus 2003 @ 01:33 |
De schilder en zijn model Doe toch die bloemen weg en laat mij zien. Maak mij los van het behang, van deze stoel. En nu je eindelijk luistert, noem mijn naam, ik ben geen tafel. Kijk me aan, dit moet je zien. Dat ik van groter diepte ben dan weelde, dat, hoewel jij me penseelde, maar hoe mooi ik ben. Doe die bloemen weg, je hebt het al gezien. Hoe leeg je schilderij is, want je leven, als ik ben opgestaan. Tenzij om naar je toe - Ik neem je hand en breng je naar het leven. Kijk nog even, hoe verliefd je bent. Het lukt me wel, ik ben toch je model. Robert Anker
 Henri Matisse - La table noire
|
PingPong | zaterdag 2 augustus 2003 @ 01:42 |
Hoi PingPong, je laatste bezoek was op zaterdag 12 juli 2003 @ 04:02  Twee straten verder Ik heb gelopen door de stad, op zoek naar het feest, tot de morgen begon Ik heb gezeten aan het strand, dronken van liefde, gestaard naar de ondergaande zon Ik heb gelopen door winkels, gekocht wat ik wou, mijn laatste geld verkwist Ik heb mijn honger gestild tussen de lakens, met een vrouw wier naam ik niet eens wist Maar waar ik ook zoek, het is steeds of ik iets mis Of het leven niet hier, maar twee straten verder is Het is altijd een ander café, een andere vrouw, een andere stad Het is nooit hier, nooit hier, nooit hier Ik heb gereisd naar een land, de stilte gehoord, een mooier uitzicht ken ik niet Ik heb nachten geschreven, naar woorden gezocht, tot ze klonken in een lied Ik heb mijn handen gevouwen, de weg gevraagd aan een man die zei dat hij het antwoord had Ik heb gelegen op een bank bij een vrouw die deed of ze de waarheid bezat Maar waar ik ook zoek, het is steeds of ik iets mis Of het leven niet hier, maar twee straten verder is Het is altijd een ander café, een andere vrouw, een andere stad Het is nooit hier, nooit hier, nooit hier Waarom ben ik nooit genoeg voor mij, ben ik nooit genoeg voor mij Loop ik altijd het geluk voorbij, het is nooit hier, nooit hier, nooit Waar ik ook zoek, het is steeds of ik iets mis Of het leven niet hier, maar twee straten verder is (Arthur Umbgrove) |
larrios | zondag 3 augustus 2003 @ 01:27 |
De schiettent Schieten jongens of schiet op! Brandt er licht voor niets in top Tussen pop en pijpekop? Raak maar eens een witte knop... En de tijger heft zich op En het paard komt in galop En het huis vertoont een mop En de trommel onderop Slaat een roffel van nonstop Wie hier schiet heeft nooit een strop! Ben ik goed of ben ik slecht Zegt de vrouw die nooit iets zegt Niemand heeft mij uitgelegd Of het onrecht is of recht. Ik ben buit voor al wie vecht Ik ben meid voor elke knecht Ik ben moederlijk gehecht Aan wie moeder tot mij zegt Maar als er wordt aangelegd Komt het schot in mij terecht. Schieten jongens of schiet op! Wie hier schiet heeft nooit een strop! Martinus Nijhoff
 Pyke Koch - De Schiettent
|
PingPong | dinsdag 5 augustus 2003 @ 01:22 |
Ik had niet eerder de tijd dit te posten: Vader Vader kocht ooit een verzameld werk: een bundel gedichten van degelijk merk. Bij wat hij mooi vond zette hij strepen een enkele keer een uitroepteken. Bij tijd en wijle herlees ik die zeer summiere biografie: In een code van strepen en stippen steeg het water hem naar de lippen. Ik heb een verzameld werk van Willem Wilmink en dat ziet er net zo uit. |
larrios | woensdag 6 augustus 2003 @ 01:00 |
 Luister even wat ik vraag Luister even wat ik vraag luister wat ik vraag vandaag zeg maar ja, of zeg maar nee doe maar mee prja la la Zeg eens even allemaal zijn er hier ook meisjes in de zaal Ach, dat doet me veel plezier zijn er ook wel jongens hier? Wat ik ook nog vragen wil: is er hier een krokodil?? Ik wou dat ik een ijsje had, ijs met slagroom, lusten jullie dat? 'k snap het al daar smul je van lust je ook wel bloemkool dan? (met een papje, met een papje, met een papje) Luister even wat ik roep lust je ook een broodje poep? Foei Ome Willem, dat mag u niet zeggen, een broodje poep is vies! Rapapa, rapapa rapapa (boem, boem boem) jullie wonen in een huis, heb je ook een tafel thuis? Staat er op die tafel dan een broodje poep dat vliegen kan? Ome Willem dat bestaat niet rapapa, rapapa, rapapa (boem, boem, boem) 'k Geloof dat ik maar niks meer vraag 't is al weer genoeg vandaag Ome Willem stopt ermee knip knap knee. ook van Willem Wilmink |
larrios | donderdag 7 augustus 2003 @ 01:04 |
En jij? en jij? als ik groot ben word ik piloot. en jij? als ik groot ben ga ik dood. en jij, en jij, en jij? als we groot zijn gaan we dood maar eerst worden we nog even piloot. Tim Krabbé |
larrios | zaterdag 9 augustus 2003 @ 00:27 |
Westerik: Twee mensen, man in water, vrouw in boot Albumblad van voor jaren hoe wij, op zondag gevaren in de gehuurde roeiboot, onder de bomen paarden, onhandig op hout en daarna de boot lieten drijven en baadden. Vervolgens ik opgedroogd tot in mijn okselharen alleen terug in mijn boot. Koud in mijn ondergoed, klevend als een dood rimpelvel aan mijn lijf, mijn borsten week uitgedijd. Jij bleef er nog wat in, met verkorte benen, je voeten aangevreten door planten, je geslacht dik deinend als bloemen. Ik dacht, had ik dat binnenin willen voelen tot in mijn tanden. Als ik nu naar ze kijk voel ik weer de lome angst voor voorbijgaan komen van die twee lieve dode anderen daar, opgesloten in verledenheid als een fles. Geen kijken dat ze meer redt van de onherstelbare foto waarop ze zijn bijgezet. Willem van Toorn
 Co Westerik - Twee mensen, man in water, vrouw in boot
|
I.R.Baboon | maandag 11 augustus 2003 @ 01:10 |
Eenige maanden heeft Japi nog verstaard. Met zijn gezondheid ging het niet al te best en de toelage van zijn kantoor hield op. Den winter bracht i in Amsterdam door, waar ze druk bezig geweest waren, mooie huizen af te breken en er leelijke voor in de plaats te zetten, al tobbende. In Mei trok i naar Nijmegen. Daar schreef i me op een briefkaartje, dat Jeanne aan haar borstkwaal gestorven was. Daar hatti op gewacht, schreef i. Op een zomermorgen om half vijf, toen de zon prachtig opkwam, is hij van de Waalbrug gestapt. De wachter kreeg hem te laat in de gaten. 'Maak je niet druk, ouwe jongen," had Japi gezegd, en toen was i er afgestapt met zijn gezicht naar het Noord-Oosten. Springen kon je het niet noemen, had de man gezegd, hij was er afgestapt. |
Seborik | maandag 11 augustus 2003 @ 01:12 |
De schoonheid, Van een bonkend hoofd.De liefde van een viagrapil, Plastic bekertjes in een afvalbak. |
JAM | maandag 11 augustus 2003 @ 13:18 |
 Flamenco. . |
larrios | dinsdag 12 augustus 2003 @ 00:16 |
Le bal du Moulin de la Galette (Renoir) Een fractie van een kus. Geen lichtvlek Renoir, maar een meisje dat ik zou willen vragen hoe het moet zijn om meer dan een eeuw te zijn begraven en nog steeds dansend op le bal du Moulin de la Galette te verschijnen, onwetend over het sneuvelen van zonen die zij nog moet baren. Bang om de smaak van haar afgewende lippen te verraden. Zoveel vragen over de bijna achtendertigduizend dagen die vlugger voorbij waren dan de penseeltrek die haar een strohoedje gaf. Op de kalender in mijn keuken kan ik nog hooguit vijftig jaar naar haar kijken, maar is de maand voorbij: de vuilnisemmer in en 'De Kus' van Gustave Klimt in haar plaats. Eddy van Vliet
 Auguste Renoir - Le bal du Moulin de la Galette
|
larrios | donderdag 14 augustus 2003 @ 00:19 |
Vergezicht Uitkijkend over de daken, raakt een mensch soms van ruimte bevangen, en neemt dan verschijnselen waar. Zie daar! Nee dáár!! Daar rijdt langs de wolken een boer op z'n fiets. Of zijn het er vier? Jules Deelder |
larrios | vrijdag 22 augustus 2003 @ 23:31 |
Berry van Aerle een waterdrager in het veld Draagt echt geen water Als een vent draagt hij Het schimpen van de held Die zweven kan op draagvleugels Van een geërfd talent. Op schitteren rust een verbod Hij mag niet hoger dan een zes Meer wil men van hem niet vragen Hij draagt zijn lot Anoniem in het succes Katvanger van nederlagen. Henk Spaan |
Ryan3 | zaterdag 23 augustus 2003 @ 00:04 |
MISSCHIEN WORDT 'T MORGEN BETER Hier zit ik op een vuilnishoop Ik kijk droevig om me heen Ik zie vodden en ouwe flessen Excuseert u me, ik ween Ja, ik huil een paar dikke tranen En ik zing met benard gemoed Misschien wordt het morgen beter Maar het wordt toch nooit goed Misschien wordt het morgen beter Maar het wordt toch nooit goed Want burgers, het is een rotzooi Van het einde tot het begin Of bent u vooruitstrevend Ha, ha, daar blijf ik bijna in Een merkwaardig soort illusie Naar de afgrond coûte que coûte En misschien wordt het morgen beter Maar het wordt toch nooit goed En misschien wordt het morgen beter Maar het wordt toch nooit goed De wereld is vol van dingen Waar de mensen bang voor zijn De één kan niet tegen vrouwen En de ander niet tegen wijn Eerlijk zullen we alles delen Jij het zuur, en ik het zoet En misschien wordt het morgen beter Maar het wordt toch nooit goed En misschien wordt het morgen beter Maar het wordt toch nooit goed Als ik ziek ben bel ik de dokter En dat vindt die man wel leuk Maar radioactieve uitslag En radioactieve jeuk Daar bestaan er geen pillen tegen En het helpt niet wat je doet Maar misschien wordt het morgen beter Al wordt het toch nooit goed Maar misschien wordt het morgen beter Al wordt het toch nooit goed Onder ons gezegd, burgers De wereld is op en neer 't Is een vreselijke bende Vindt u ook niet, meneer Ik zie helemaal geen strand meer Tussen eb en tussen vloed Maar misschien wordt het morgen beter Al wordt het toch nooit goed Maar misschien wordt het morgen beter Al wordt het toch nooit goed |
JAM | zaterdag 23 augustus 2003 @ 01:53 |
quote: Den Haag Om het uitvak van FC Utrecht zijn 3 rijen met containers geplaatst om zo een confrontatie tussen Den Haag en Utrecht hooligans te voorkomen. Mocht dit nog wel lukken dan is er voor gezorgd dat in een straal van 300 meter om de derde reeks containers de straattegels goed zijn vastgezet en zijn er bomen gekapt om zodoende de mobiele eenheid haar werk te laten doen. Tevens moeten de FC Utrecht-supporters voor aankomst in de Den Haag over stappen op stadsbussen uit Den Haag om zo te voorkomen dat er wapens en vuurwerk naar binnen wordt gesmokkeld. Iedere combiganger wordt bij het verlaten van de combi en voor het instappen in de stadbus grondig gefouilleerd. Bij spreekkoren van beide zijden die schockerend zijn heeft de scheidsrechter van de KNVB de opdracht gekregen om de wedstrijd stil te leggen zodat de Mobiele Eenheid het desbetreffende vak kan ontruimen. De politie zet zaterdag avond 600 man in om het verloop van deze wedstrijd met een verhoogd risico in goede banen te leiden,iets wat de gemeenschap ¤ 158.000 gaat kosten. Als we uitgaan van 600 Utrecht-supporters, dan betekent dat ¤ 263 per Utrecht-supporter
 Me kluppie. . |
Gellius | maandag 25 augustus 2003 @ 10:08 |
Amsterdam, honderd jaar geleden door de lens van Breitner , . .
|
TinTinAuTibet | maandag 25 augustus 2003 @ 17:17 |
 .
|
XxXamsterdamgurlie83 | maandag 25 augustus 2003 @ 17:21 |
Zelfportret. 
. . . . . .
|
larrios | woensdag 27 augustus 2003 @ 00:12 |
Het fileermes Het fileermes heb ik klaarliggen. Wie ben je? Ik zal het weten. Keurig zal ik je na het fileren weer aan elkaar naaien. Want zo ben ik ik heb liefde Sylvia Hubers |
plunk | vrijdag 29 augustus 2003 @ 02:19 |
Heelal Hoe verder men keek, hoe groter het leek. Jules Deelder. .
|
trekpop | vrijdag 29 augustus 2003 @ 02:28 |
Vogeltje wat zing je vroeg, is de nacht niet lang genoeg, nee, de nacht is altijd veel te kort, omdat het tegen vieren, zo 's morgens tegen vieren, omdat het dan pas echt gezellig wordt.
P. de Leeuw |
Lamon | vrijdag 29 augustus 2003 @ 02:29 |
Woorden in de nacht Voel je hoe ik naar je toe kom? Je bent naakt in de nacht. Wacht ik doe eerst een doek om. Nog niet, nog niet. Liefkoos mij, zacht. Zeg dat je mij mooi vindt En alleen door te strelen In 't donker, mij ziet. Zullen wij spelen, Dat wie 't eerste lacht, Moet ondergaan wat de ander bedacht? O, laat het doorgaan, Totdat wij doodgaan. Alles wat hierna komt Is niets dan Dood, vermomd in schijn van Leven. Neem mij weer, wacht nog even. Slauerhoff |
Ryan3 | vrijdag 29 augustus 2003 @ 21:59 |
And Death Shall Have No Dominion by: Dylan Thomas And death shall have no dominion. Dead men naked they shall be one With the man in the wind and the west moon; When their bones are picked clean and the clean bones gone, They shall have stars at elbow and foot; Though they go mad they shall be sane, Though they sink through the sea they shall rise again; Though lovers be lost love shall not; And death shall have no dominion.And death shall have no dominion. Under the windings of the sea They lying long shall not die windily; Twisting on racks when sinews give way, Strapped to a wheel, yet they shall not break; Faith in their hands shall snap in two, And the unicorn evils run them through; Split all ends up they shan't crack; And death shall have no dominion. And death shall have no dominion. No more may gulls cry at their ears Or waves break loud on the seashores; Where blew a flower may a flower no more Lift its head to the blows of the rain; Though they be mad and dead as nails, Heads of the characters hammer through daisies; Break in the sun till the sun breaks down, And death shall have no dominion. |
Ryan3 | vrijdag 29 augustus 2003 @ 22:10 |
Emily Dickinson. Part Four: Time and Eternity LXIII AMPLE make this bed. Make this bed with awe; In it wait till judgment break Excellent and fair. Be its mattress straight, Be its pillow round; Let no sunrise' yellow noise Interrupt this ground. |
Koekepan | zaterdag 30 augustus 2003 @ 18:43 |
De Santa Maria in Ara Coeli: ,
.
|
sweek | zaterdag 30 augustus 2003 @ 18:47 |
Een prachtige Mat. '54.
 |
trekpop | zaterdag 30 augustus 2003 @ 18:54 |
When I'm sitting so close to you There's only one thing that I wanna do But I know what you're likely to say That I'm going about it the wrong wayWe can't agree about anything Where to go or even where we've been And I know what you're likely to do Say that I've never cared about you And all I wanted to say was that I love you But you tell me now you don't believe it's true You got a different, a different A different point of view You got a different Point of view You don't believe a single word I say If I'd say black was white, you'd say it was grey But in spite of being treated this way I still dream of you all night and day And all I wanted to say was that I love you But you tell me now you don't believe it's true You got a different, a different A different point of view You got a different Point of view Just this once Just say yes Please You've got a clever way of haunting me I'm never scared, but you're still daunting me 'Cause I know what you're likely to say And I know that you'll get your own way And all I wanted to say was that I love you But you tell me now you don't believe it's true You got a different, a different A different point of view You got a different Point of view You got a different, a different A different point of view You got a different Point of view Pet Shop Boys |
larrios | maandag 1 september 2003 @ 03:59 |
Gisteren gezien op de Uitmarkt. Rinus Michels Ooit onderwees hij doven Bij hen kwam je met fluisteren niet ver Hij ging spreken met een kracht Die hem nog te pas zou komen Voetballers wíllen soms niet luisteren. Met stentorstem dicteerde hij wetten Op weg naar nooit bereikte doelen Korte metten maakte hij met Wie niet horen wilden Zij moesten voelen. Nu bij het vallen van de avond Zijn stem gaat inboeten aan kracht Buigen de mensen zich naar voren Dat ze hem nog willen horen Stemt hem zacht. Henk Spaan |
larrios | vrijdag 5 september 2003 @ 23:08 |
Pepto Bismo 2003 - voor Panamarenko, genie van het Sint-Jansplein - 1. in het land van de fiksers arrangeer ik de zwaartekracht met één helm en zes mixers: ik zweef dus ik leef 2. ik land niet dit land rekt zijn nek tot zijn coiffure aan al mijn tenen trekt 3. drie blikjes en wat hondenkak het lijk van een duif en een wolk in een plas plus een pluis op een plastic zak: mijn plein mijn wak waarover ik heers met bronzen gemak straks vlieg ik naar peer daarna naar bagdad; mijn schouderblad is al op weg nu nog de rest - ach wat: ik leef dus ik zweef al niettegenstaande mijn gouden pak Tom Lanoye
 Panamarenko - Duikboot 'Nova Zemblaya'.
Deze week gezien in Zeebrugge. |
larrios | zondag 7 september 2003 @ 02:18 |
Liever niks Als ik een doek van Chagall zie, zie ik terstond een juffrouw met knotjeshaar die zegt jongens en meisjes dit is dus wat de schilder als het ware droomt met zijn geestesoog zoals het uit die viool die speelt opstijgt en werkelijkheid wordt: de innerlijke belevingswereld zoals de kunstenaar die ervaart want het paard dat vliegt niet echt door de lucht dat begrijpen jullie wel. Maar als ik ook iets zeggen mag, of dat paard echt door de lucht vliegt of niet: liever helemaal geen kunst dan Marc Chagall. Gerard Reve |
ilona-scuderia | zondag 7 september 2003 @ 14:27 |
Voor Haar Zij verstaat de kunst van bij me horen In mijn lichaam heeft ze plaats gemaakt voor twee In mijn ogen woont ze, in mijn oren Ze hoort en ziet mijn hele leven met me mee Soms begint ze in mijn hart te zingen Waar het nacht wordt heeft ze lichtjes aangedaan En door haar weet ik dan door te dringen Tot de onvermoede schat van ons bestaan
Zo alleen maar wil ik verder leven Schuilend bij elkaar En als ik oud moet worden, dan alleen met haar Zij kent al mijn dromen en mijn wanen Al mijn haast en al mijn hoon en mijn spijt Als ik lach kent zij alleen de tranen Die daar achter liggen in de tijd Zo alleen maar wil ik verder leven Schuilend bij elkaar En als ik oud moet worden, dan alleen met haar Zij is meer dan deze woorden zeggen In mijn lichaam heeft ze plaats gemaakt voor twee Maar wie weet een wonder uit te leggen En een wonder draag ik met me mee Frans Halsema
|
Batuwu_Griekgriek | dinsdag 9 september 2003 @ 00:35 |
De plantjes water geven Het huis van een kennis, die met vakantie is, leeg halen. De schilderijen, meubels, tapijten, kachels, het servies, grammofoonplaten, kleding, spiegels en ander huisgerei fotograferen en op ware grootte afdrukken. De gefotografeerde dingen eventueel met een standaard in de rug -denk aan de meubels- weer op hun oude plaats terugzetten. Messen en vorken hebben geen standaard nodig, komen gewoon in de gefotografeerde bak (het zoutvaatje een kleine standaard). Bij zijn thuiskomst zit wat de bewoner in het buitenland de laatste weken zag, ontwikkeld door een plaatselijke fotograaf, plat in een reistas. K. Schippers |
larrios | dinsdag 9 september 2003 @ 00:43 |
Een klein eerbetoon aan Willem Wilmink. Frekie Wanneer 's middags om vier uur onze schoolbel was gegaan en we gingen voetbal spelen, dan kwam Freek er altijd aan. Frekie woonde in de buurt maar zat niet op onze school. Hij was een imbeciele jongen, een mongool. Meestal riep er iemand wel: 'Kom maar, Frekie, doe maar mee!' Welke kant hij uit moest schoppen, daarvan had ie geen idee. Maar we legden soms de bal op twee meter van het doel, en we riepen: 'Schieten Frekie!' en hij trok een ernstig smoel. Als het raak was dook de keeper mooi naar de verkeerde kant, en 't was goal, en dan was Frekie kampioen van Nederland. Ze vonden Frekie zielig, maar dat was hij niet voor mij, want ik zag nooit een jongen die zo blij kon zijn als hij. Willem Wilmink |
ArmaniMania | dinsdag 9 september 2003 @ 00:46 |
Mij kunnen ze uitdeuken van het lachen hoor  |
Crashcat | dinsdag 9 september 2003 @ 02:07 |
Lord! I wonder what fool it was that first invented kissing. Jonathan Swift. |
Gellius | dinsdag 9 september 2003 @ 08:48 |
Quiche Lorraine: .
.
|
Crashcat | woensdag 10 september 2003 @ 04:11 |
Kissing is a practice that shortens life, Single life. |
larrios | zaterdag 13 september 2003 @ 00:36 |
2 p.m. beer nothing matters but flopping on a mattress with cheap dreams and a beer as the leaves die and the horses die and the landladies stare in the halls; brisk the music of pulled shades, a last man's cave in an eternity of swarm and explosion; nothing but the dripping sink, the empty bottle, euphoria, youth fenced in, stabbed and shaven, taught words propped up to die. Charles Bukowski |
Ryan3 | zaterdag 13 september 2003 @ 20:58 |
Uit The Ballad of Reading Goal door Oscar Wilde.VI. In Reading gaol by Reading town There is a pit of shame, And in it lies a wretched man Eaten by teeth of flame, In burning winding-sheet he lies, And his grave has got no name. And there, till Christ call forth the dead, In silence let him lie: No need to waste the foolish tear, Or heave the windy sigh: The man had killed the thing he loved, And so he had to die. And all men kill the thing they love, By all let this be heard, Some do it with a bitter look, Some with a flattering word, The coward does it with a kiss, The brave man with a sword! |
FlyingFox | zaterdag 13 september 2003 @ 21:07 |
BIER! |
TrailerParkBoy | zondag 14 september 2003 @ 01:42 |
quote: Op zaterdag 13 september 2003 21:07 schreef FlyingFox het volgende: BIER!
x2 = 2 bier  Leuk topic trouwens |
Inspiration | zondag 14 september 2003 @ 01:42 |
quote: Op zaterdag 13 september 2003 21:07 schreef FlyingFox het volgende: BIER!
BREEZER |
TrailerParkBoy | zondag 14 september 2003 @ 01:43 |
quote: Op zondag 14 september 2003 01:42 schreef Inspiration het volgende:[..] BREEZER
de sletjes zijn al aan het slapen hoor... die liggen na 2 breezers al plat  |
Inspiration | zondag 14 september 2003 @ 01:44 |
quote: Op zondag 14 september 2003 01:43 schreef TrailerParkBoy het volgende:[..] de sletjes zijn al aan het slapen hoor... die liggen na 2 breezers al plat 
In het zicht van een suikerpotje stuiteren ze al |
TrailerParkBoy | zondag 14 september 2003 @ 01:44 |
quote: Op zondag 14 september 2003 01:44 schreef Inspiration het volgende:[..] In het zicht van een suikerpotje stuiteren ze al
Alleen maar even d'r aan snuiven en het is al genoeg  |
Inspiration | zondag 14 september 2003 @ 01:44 |
fipo 11e page my specialty |
Inspiration | zondag 14 september 2003 @ 01:45 |
quote: Op zondag 14 september 2003 01:44 schreef TrailerParkBoy het volgende:[..] Alleen maar even d'r aan snuiven en het is al genoeg 
Kleurstof, water en suiker .. ojah nog wat alcohol gebundeld in een glas is teveel voor ze |
TrailerParkBoy | zondag 14 september 2003 @ 01:45 |
quote: Op zondag 14 september 2003 01:44 schreef Inspiration het volgende: fipo 11e page my specialty
gefeliciteerd  krijgen we nou taart? |
TrailerParkBoy | zondag 14 september 2003 @ 01:45 |
hehehe |