abonnement Unibet Coolblue
pi_123899828
10-03-2013

Vorsers komen met nieuwe theorie over Stonehenge


© afp.

De mysterieuze prehistorische site Stonehenge in het zuiden van Engeland zou in oorsprong wel eens een begraafplaats voor de elite onder de Stenen Tijdperkers geweest kunnen zijn. Tot die nieuwe -de zoveelste- theorie over de site komt een team archeologen onder leiding van professor Mike Parker Pearson van het University College in Londen. De bevinding is gebaseerd op tientallen jaren van opgravingen op de site en nabijgelegen monumenten.

Van begraafplaats evolueerde Stonehenge tot een plaats waar vergaderd en gefeest werd. Stonehenge, dat deel uitmaakt van het Unesco-werelderfgoed, heeft haast meer theorieën dan stenen. Het is een astronomische kalender, volgens de enen, een observatorium of, nog, een tempel gewijd aan de zonnecultus.

Volgens Pearson en co was Stonehenge zo ongeveer omstreeks 3.000 v.Chr. een plaats waar de overledenen uit de rijke families naartoe gebracht werden om er begraven te worden. Zo'n 500 jaar later kreeg de plaats een wat gezelligere functie.

Met de teloorgang van de gemeenschapscultuur en de opkomst van meer individualistische bevolkingen was het meteen ook gedaan met Stonehenge als feest- en vergaderplaats, aldus de archeologen.

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_123899859
10-03-2013

Hoe vergaat het de Nederlanders op Antarctica?



Vele onderzoekers dromen ervan, maar het is maar voor weinigen weggelegd: onderzoek doen op Antarctica. Een groepje Nederlanders had het geluk er wel heen te mogen en doet nu alweer iets meer dan twee maanden onderzoek op het koude continent. Een mooi moment om eens even contact op te nemen en te vragen hoe het leven daar bevalt.

Eind december vertelde Patrick Rozema Scientias.nl over de bijzondere reis die hij begin januari zou gaan maken. Samen met andere wetenschappers van de Rijksuniversiteit Groningen vertrok hij voor drie maanden naar Antarctica. Inmiddels is Rozema daar alweer twee maanden druk aan het werk. Hoog tijd om eens te vragen hoe het hem daar op dat spectaculaire continent vergaat.

Lange reis
Elke missie naar Antarctica begint op dezelfde manier: met een lange reis. En dat geldt ook voor de Nederlandse delegatie van de Rijksuniversiteit Groningen die op 6 januari Nederland verliet. “We vlogen van Amsterdam naar Frankfurt, naar Madrid en Santiago,” vertelt mariene bioloog Patrick Rozema, één van de onderzoekers die op dit moment op Antarctica aan het werk is. Tijdens de lange reis doen de onderzoekers heel veel indrukken op, maar moeten ze ook voor lange tijd afscheid nemen van bepaalde dingen. Bijvoorbeeld van behaaglijke temperaturen en de keuzevrijheid als het gaat om eten. “In Santiago hebben we nog een dag kunnen genieten van 25 graden Celsius, om de volgende dag door te vliegen naar Punta Arenas. Deze plek in het zuiden van Chili is de laatste gateway naar Antarctica. Het waren ook de laatste dagen waarop we zelf konden bepalen waar we trek in hadden: het hoogtepunt was een grote hamburger met verse salade en extra guacamole.” Op Antarctica zit dat er niet meer in: de onderzoekers moeten het daar doen met de voorraden die voorhanden zijn en verse groente en vers fruit worden slechts zelden ingevlogen.

Samen Het leven op een onderzoeksbasis op Antarctica is bijzonder, zo stelt Rozema. Iedereen is echt op elkaar aangewezen. “Zoals andere mensen van het Nederlandse team kunnen beamen, is de hulpvaardigheid van iedereen op de basis zeer groot. We hadden verwacht dat iedereen vooral druk zou zijn met zijn of haar eigen werk. Maar zodra iemand een probleem heeft dan wil iedereen graag zijn steentje bijdragen. Zo is een Britse elektricien bijvoorbeeld op dit moment bezig met het repareren van een data-kabel die wij naar 100 meter diepte laten zakken. Dit omdat deze essentiële data verzameld die wij nodig hebben voor ons onderzoek. Iedereen op de basis begrijpt de noodzaak van teamwork om te kunnen werken op een continent als Antarctica.”

Aankomst
Voor Rozema is het de eerste keer dat hij Antarctica bezoekt. De eerste aanblik van het continent maakt een diepe indruk, zo vertelt hij. “Na een dag vertraging vlogen we uiteindelijk naar Rothera (een Brits onderzoeksstation op Antarctica, red.). Een vlucht van vijf uren, grotendeels over de Drake-passage. Na ongeveer vier uren vliegen zagen we dan eindelijk de eerste bergen, het eerste aangezicht van het Antarctisch Schiereiland. Ongeveer vijftien minuten voordat we aankwamen op Rothera begonnen we lager te vliegen om onze landing in te zetten. Dit was, zonder twijfel, de mooiste aanvliegroute die ik ooit heb gevlogen. We vlogen naast witte bergen over een helderblauwe oceaan met daarin grote witte ijsbergen. Met hier en daar tussen de bergen een grote sneeuwvlakte totdat we landden op een gravel landingsbaan.”

Aangenaam weertje
Op het moment van aankomst is het weer in Rozema’s woorden ‘aangenaam’. Er zitten zonnige dagen bij waarop het wel vier graden Celsius is. “Sinds de laatste twee weken krijgen we echter meer natte sneeuw en regen. Steeds vaker is het bewolkt en krijgen we meer last van harde wind. Dit laatste belet ons om met onze boten monsters te gaan verzamelen. Toen ik vandaag de gordijnen open deed, zag ik echter voor eerst dat de sneeuw bleef liggen. De winter begint er nu dus langzaam aan te komen. De hoogste temperatuur die hier wordt gemeten is ongeveer vijf graden Celsius in de zomer terwijl de laagste temperatuur in de winter ongeveer min twintig graden Celsius is. Natuurlijk komt hier nog wel de wind chill-factor bij zodat het veel kouder kan aanvoelen.”

Geen sneeuw “Wat me tegenvalt, is de hoeveelheid sneeuw op de basis,” vertelt Rozema. “Ik had verwacht dat de gehele basis bedekt zou zijn met sneeuw. Maar de zomers zijn hier zo warm dat alle sneeuw die in de winter is gevallen alweer gesmolten is. Voor de kerstdagen was alle sneeuw op de basis verdwenen. Met als gevolg dat we nu over keien naar de kantine moeten lopen. Het kleine verschil tussen een paar graden boven of onder het vriespunt maakt toch een erg groot verschil in dit gebied.”Het water op

Het weer heeft grote invloed op het onderzoek van Rozema en zijn collega’s. Hun studie richt zich op de samenstelling van fytoplankton in de Ryder Bay en daarvoor moeten de onderzoekers het water op: iets wat door extreme weersomstandigheden lang niet altijd mogelijk is. “Tot nu toe hebben we het monsteren af en toe een dag moeten uitstellen, omdat de wind te sterk was. Ook hebben we af en toe ons plan moeten wijzigen wanneer er te veel ijs lag op de plekken waar we wilden monsteren. De wind kan immers al het ijs in een hoek van de baai blazen. Ook is het onlangs voor het eerst voorgekomen dat er een boot werd teruggeroepen, omdat het zicht te slecht werd, dit door een combinatie van laaghangende bewolking en sneeuw.” Natuurlijk is het vervelend als het weer het werk van de onderzoekers in de war schopt, maar de wetenschappers hoeven zich zeker niet te vervelen, zo benadrukt Rozema. “Het geeft ons de gelegenheid om onze apparatuur te onderhouden, het lab op te ruimen, de ruwe data uit te werken en natuurlijk onze eigen was te doen.”

Microalgen
Maar wat onderzoeken de wetenschappers nu precies op Antarctica? We vroegen het professor Anita Buma, eindverantwoordelijke (oftewel principal investigator) tijdens het onderzoek. Buma bevindt zich momenteel niet op Antarctica, maar hoopt tijdens de tweede expeditie (in januari 2014) het continent te bezoeken. Ondanks dat ze zich nu niet op Antarctica bevindt, weet ze als geen ander hoe het leven daar is. Buma was de eerste Nederlandse onderzoekster die Antarctica bezocht. “Onze aandacht gaat tijdens dit onderzoek specifiek uit naar de mariene microalgen die in het water rondzweven. Dit is het zogenaamde fytoplankton. Deze microalgen vormen de basis van de voedselketen in alle zeeën en oceanen, zo ook rond Antarctica. Dit betekent dat uiteindelijk alle leven in zee afhankelijk is van de groei en soortensamenstelling van deze algen. Wanneer door klimaatverandering de leefomstandigheden voor algengroei veranderen, zal dit ook invloed hebben op bijvoorbeeld het krill, vissen, pinguïns of zeezoogdieren. De opwarming van het Antarctische schiereiland, waar ook de Nederlandse basis op is gelegen, en aanpalende zeegebieden heeft al zichtbare gevolgen gehad voor de verspreiding van bijvoorbeeld pinguïnpopulaties, en van het krill (hoofdvoedsel van de meeste pinguïnsoorten op Antarctica). Dit heeft voor een groot deel te maken met veranderingen in de verspreiding en soortensamenstelling van de algen. Een belangrijke verandering in de algensamenstelling wordt veroorzaakt door veranderingen in de eigenschappen van het kustwater: deze omvatten veranderingen in zee-ijsbedekking, versterking van de menging door toenemende wind, en het zoeter worden van het water door toename in het smeltwater dat van de smeltende gletsjers afkomt.”


Aan het werk op Antarctica.

Verwachtingen
Het is nog te vroeg om inhoudelijk iets over het onderzoek te kunnen vertellen, maar Buma en haar collega’s hebben natuurlijk wel bepaalde verwachtingen. “Onze verwachting is dat we tijdens de zomermaanden (december-januari en februari) een verschuiving gaan zien in de algensamenstelling, ten gunste van kleinere algensoorten. Deze kleinere soorten zijn beter opgewassen tegen het toenemende smeltwater. Echter deze kleine algen staan niet op het menu van het krill, omdat het krill alleen grotere algen kan eten. Wanneer we inderdaad deze verschuiving naar kleinere algen gaan zien, zal dit de observatie dat het krill minder succesvol aan het worden is rond het Antarctisch schiereiland, wellicht kunnen verklaren. Dit zal weer gevolgen gaan hebben voor de zogenaamde draagkracht van het hele systeem, omdat het krill als hoofdvoedsel dient voor de meeste grotere organismen (vissen, vogels, zeezoogdieren etc.).”


Een baai op Antarctica (boven) en de mobiele laboratoria op Antarctica (onder).

Nederland
Het is zonder meer een interessant onderzoek, dat wetenschappers wereldwijd een beter beeld kan geven van de gevolgen van klimaatverandering. Maar waarom zijn het nu juist Nederlanders die voor dit soort studies naar Antarctica afreizen? “Nederland heeft sinds de tachtiger jaren een zeer sterk onderzoeksprogramma op Antarctica, waar vooral de mariene wetenschappen (chemische en biologische oceanografie) en de glaciologie bij betrokken zijn (maar ook bijvoorbeeld terrestrische biologie en humane wetenschappen, gericht op effecten van het toerisme). Zo speelt Nederland een prominente rol in het onderzoek naar zeespiegelrijzing in relatie tot de Antarctische ijskap, in onderzoek naar de effecten van het gat in de ozonlaag, of in de discussie over de plannen om ijzer in de Antarctische oceaan te storten om algenbloeien op te wekken, die CO2 kunnen afvangen.” Al die expertise heeft er uiteindelijk zelfs toe geleid dat Nederland een eigen, permanent lab op Antarctica heeft. “Het hebben van een vaste basis heeft voor de Nederlandse polaire gemeenschap grote meerwaarde. Wij hebben nu meer dan ooit de mogelijkheid de samenwerking met de Britten en andere internationale partners uit te bouwen. Ook biedt het hebben van eigen vierkante meters grote logistieke voordelen, want het maakt het heen en weer transporteren van fragiele apparatuur overbodig. Erg belangrijk is ook dat dit permanente lab ons stemrecht binnen het zogenaamde Antarctische Verdrag, dat onder meer de bescherming van Antarctica reguleert, consolideert.” Tenslotte wijst Buma erop hoe belangrijk het is om Nederlands onderzoek op Antarctica in ere te houden. “Wat we binnen Nederland aan polaire expertise hebben opgebouwd moeten we niet verloren laten gaan, maar aan een nieuwe generatie onderzoekers overdragen.”

Rozema is één van de onderzoekers uit die nieuwe generatie. De kans om naar Antarctica te gaan, greep hij met beide handen aan. En ook al is hij er nu twee maanden actief, één ding wordt wel duidelijk als we met hem spreken: echt wennen doet het niet. Zo verklapt hij dat hij zich blijft verbazen over het ecosysteem op Antarctica. “Ik ben onder de indruk van de productiviteit van dit ecosysteem. Op sommige dagen is het water bijna groen van de algen en springen de krill (kleine garnalen) voor onze boot uit. Op twintig meter van je boot zie je opeens een bultrug opduiken die zich tegoed doet aan een bijna onbeperkt buffet. Natuurlijk heb ik tijdens de voorbereiding veel over dit gebied gelezen maar om dit nu met eigen ogen te zien is onvoorstelbaar.”

(scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_123946714
11-03-2013

Weens Filharmonisch Orkest bekent naziverleden


In het boek met de leden zijn de namen van Joodse muzikanten doorstreept. © afp.

In het beroemde orkest Wiener Philharmoniker waren ongewoon veel orkestleden lid van de nazipartij. Bovendien was er zo goed als geen denazificatie na de Tweede Wereldoorlog. Vijfenzeventig jaar na de 'Anschluss' van Oostenrijk bij nazi-Duitsland op 12 maart heeft de Wiener Philharmoniker komaf gemaakt met zijn naziverleden. Drie onafhankelijke historici kregen toegang tot de archieven en stellen nu hun bevindingen voor.

In 1942 waren 60 van de 123 muzikanten lid van de nazipartij NSDAP. In vergelijking met andere instellingen en de totale bevolking met rond de tien procent was dat wel erg veel boven het gemiddeld aantal partijleden. Al voor de zogenaamde 'Anschluss' in 1938 hadden de nazi's in het orkest een lijst met Joodse muzikanten voorbereid. "Antisemitisch gedrag was dagelijks kost in het orkest". Door vervolging stierven zeven muzikanten; negen anderen vluchtten naar het buitenland.

Geen denazificatie
Na het einde van de Tweede Wereldoorlog bleef volgens het historisch onderzoek een denazificatie uit. De meeste voormalige partijleden bleven concerten spelen. Slechts vier muzikanten werden na het oorlogseinde op grond van hun naziverleden ontslagen, en zes werden gepensioneerd.

De muzikanten hadden destijds geprobeerd in de gunst de machthebber te blijven door het verlenen van eerbetoon aan nazikopstukken via "hoogst roemloze mooipraterij aan het adres van het totalitaire en mensverachtende naziregime". Deze ereringen en medailles zijn nog steeds niet herroepen. De historici wijzen erop dat nog midden de jaren zestig de veroordeelde nazioorlogsmisdadiger Baldur von Schirach na zijn vrijlating uit de gevangenis een erering terugkreeg, waarschijnlijk van de toenmalige Philharmoniker-directeur. Von Schirach was tijdens de naziperiode de baas van de Hitlerjugend en gouwleider van Wenen.

Lichtpunten
Het onderzoek toont naast de donkere bladzijden echter ook enkele lichtpunten aan. Een van de meest hartstochelijke nazi's in het orkest zou zich verzet hebben tegen de deportatie van Joodse collega's. In één geval had hijzelf de vrijlating van een muzikant uit het concentratiekamp in Dachau bewerkstelligd. Anderen zouden hun collega's met een Joodse vader of moeder of met een Joodse echtgenote actief beschermd hebben.

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_123946762
11-03-2013

Ook oude mummies leden aan aderverkalking



Wetenschappers hebben ontdekt dat ook zeer oude mummies uit verschillende gebieden wereldwijd aan aderverkalking leden. Het wijst erop dat aderverkalking – een belangrijke doodsoorzaak in de ontwikkelde wereld – niet alleen het resultaat is van ons vette eten en gebrek aan beweging.

Onderzoekers onderwierpen 137 mummies aan een CT-scan. De mummies waren afkomstig van vier continenten. Ook waren ze bijzonder oud: het waren jagers en verzamelaars.

Overal
Ongeacht waar de mummies vandaan kwamen: de onderzoekers vonden in elke bestudeerde populatie wel sporen van aderverkalking terug. “Dit is geen ziekte die enkel onder moderne omstandigheden kan ontstaan,” concludeert onderzoeker Caleb Finch. Aderverkalking lijkt in plaats daarvan simpelweg bij het ouder worden te horen. “Zelfs een man uit de Bronstijd, die zo’n 5000 jaar geleden leefde had verkalkte aderen,” benadrukt Finch, verwijzend naar de overbekende IJsman Ötzi.

Egyptenaren
Het is niet voor het eerst dat onderzoekers aderverkalking bij mummies aantreffen. Eerder bestudeerden wetenschappers al Egyptische mummies. Toen moesten ze ook concluderen dat deze aan aderverkalking leden. Het probleem met de Egyptenaren is echter dat zij over het algemeen alleen mensen uit de koninklijke familie en hoge ambtenaren mummificeerden. Dit onderzoek kon dus geen antwoord geven op de vraag of aderverkalking in alle lagen van de bevolking voorkwam. Ook bleef onduidelijk of aderverkalking vroeger wereldwijd een probleem was. Om daar meer over te weten te komen, verzamelden de onderzoekers nu mummies uit culturen waarin ook de gewone man werd gemummificeerd. Bovendien waren de mummies afkomstig uit vier verschillende klimaten en hielden ze er totaal verschillende diëten op na.


Eén van de onderzochte mummies. Deze mummie is afkomstig uit Peru. Foto: Thompson et al, published Online First in The Lancet, 10 March, 2013.

Ouderen
In 34 procent van de mummies troffen de onderzoekers sporen van aderverkalking aan. Wat hierbij opviel, was dat aderverkalking vaker voorkwam bij mensen die op latere leeftijd waren gestorven. Dat schrijven de onderzoekers in het blad The Lancet.

Leefstijl
Aderverkalking zorgt in ontwikkelde landen voor veel gezondheidsproblemen. Onderzoekers dachten altijd dat een gebrek aan beweging en een ongezond dieet aderverkalking in de hand werkten. Dit onderzoek verandert onze kijk op de aandoening. “Ons onderzoek laat zien dat we allemaal het risico lopen op aderverkalking: ongeacht van welk ras je bent, welk dieet en welke levensstijl je erop nahoudt,” vertelt onderzoeker Gregory Thomas. Dat wil niet zeggen dat we nu weer met een gerust hart ongezond kunnen eten en op de bank kunnen blijven hangen. Want uiteindelijk zijn dat wel factoren die aderverkalking kunnen verspoedigen. Maar: “De gegevens die we onder mensen uit prehistorische culturen verzameld hebben dwingen ons om buiten de box te denken en op zoek te gaan naar andere factoren die hartziekten kunnen veroorzaken.” “We denken dat onze resultaten suggereren dat ons begrip van de oorzaken van aderverkalking incompleet is,” voegt onderzoeker Randall Thompson toe. “En dat aderverkalking op een bepaalde manier samenhangt met het verouderingsproces.”

De onderzoekers hopen de mummies in de toekomst verder te onderzoeken. Wellicht kunnen ze zo achterhalen welke rol chronische infecties, ontstekingen en genen spelen als het gaat om aderverkalking.

(scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_123946922
08-03-2013

Gebroeders De Witt slachtoffers van complot?



Het voorval geldt als één van de bekendste publieke moorden uit onze vaderlandse geschiedenis: de gewelddadige moord op de gebroeders de Witt door een woedende mensenmassa op 20 augustus 1672. Althans, zo staat het in de geschiedenisboeken. Niets is minder waar, beweert historicus Ronald Prudhomme: niet het impulsieve plebs, maar arglistige samenzweerders waren verantwoordelijk voor de moord op Johan en Cornelis de Witt.

Tijdens het Eerste Stadhouderloze Tijdperk (1650-1672) bestuurde raadspensionaris Johan de Witt de Republiek op adequate wijze. In het rampjaar 1672 keerde het tij: achtereenvolgens verklaarden Engeland, Frankrijk en de bisdommen Münster en Keulen de oorlog aan de Nederlanden. De Republiek had niets in te brengen en Johan de Witt werd aangewezen als zondebok. In juli 1672 riepen Zeeland en Holland prins Willem III uit tot stadhouder. Nadat Johans broer Cornelis (vals) werd beschuldigd van een moordaanslag op de prins van Oranje, was de maat vol voor Haagse Oranjegezinden. Zij besloten voor eens en voor altijd af te rekenen met de gebroeders De Witt. De gevolgen zijn bekend. Of ging het toch net iets anders?

Stadhouder Willem III in het complot
Volgens historicus Ronald PrudHomme wel. Uit zijn onderzoek naar de moordaanslag kwam een verrassende conclusie: achter de publiekelijke lynchpartij op 20 augustus 1672 ging een wijdvertakt complot schuil. Er was sprake van een samenzwering waarvan zelfs stadhouder Willem III op de hoogte was. Terwijl iedereen dacht dat hij op dat moment aan het oorlogsfront verkeerde, ontmoette de prins van Oranje drie dagen voor de moord in het geheim één van die samenzweerders in Den Haag. Deze heer Van Odijk had samen met enkele andere lieden uit de Haagse midden- en bovenklasse een grote vinger in de pap bij het gruwelijke voorval van drie dagen later. Zij maakten daarbij handig gebruik van de haatdragende gevoelens die het volk koesterde jegens de gevaarlijke gebroeders De Witt.

Moord op de gebroeders De Witt
Toen Johan de Witt op 20 augustus 1672 een bezoek bracht aan zijn broer Cornelis in de Gevangenpoort, schoolden veel Oranjegezinden samen bij de gevangenis. Zij sleepten de twee de straat op en riepen om de dood van de broers. De Haagse schutterij, een gewapende burgerwacht, greep in en beschermde de twee regenten. Een aantal leden van de schutterij zat echter in het complot, en wist wat ze te doen stond. In alle commotie voltrokken zij op slinkse wijze het doodvonnis van Johan en Cornelis de Witt. Dankzij de nieuw verkregen inzichten, die hij baseert op uitgebreid archiefonderzoek, durft Prudhomme zelf te spreken over de oplossing van een cold case. Op zaterdag 9 maart 2013 verschijnt zijn boek Moordenaars van Jan de Witt, waarin hij zijn bevindingen presenteert.

(isgeschiedenis.nl)

[ Bericht 39% gewijzigd door ExperimentalFrentalMental op 12-03-2013 09:20:15 ]
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  Eindredactie Frontpage / Forummod dinsdag 12 maart 2013 @ 17:58:22 #181
168091 crew  Cobra4
mr. Dkut
pi_123967336
Duizenden archeologische vondsten bij Buren

BUREN - Bij de Gelderse gemeente Buren is een voor Nederland unieke archeologische vondst gedaan. Het gaat om zeker 15.000 voorwerpen, die erop wijzen dat op die plek tussen de 8e tot en met de 10e eeuw een rijke nederzetting was.

Dat heeft archeoloog Timo Vanderhoeven van onderzoeksbureau Arcadis dinsdag gezegd. Arcadis voerde het archeologisch onderzoek uit in opdracht van waterschap Rivierenland.

De vondsten, waaronder potscherven, verbrand leem, sieraden, munten en delen van maalstenen, kwamen aan de oppervlakte bij de aanleg van een vistrap in het riviertje de Korne. Vooronderzoek wees al op mogelijke resten van een nederzetting in de bodem. „Maar we hebben veel meer gevonden dan we hadden kunnen vermoeden. In ons land zijn nauwelijks vergelijkbare vindplaatsen”, aldus Vanderhoeven.

Hij stelt dat het grote aantal gevonden potscherven wijst op een handelspost. „Het aardewerk werd ook geïmporteerd.”

Daarnaast blijkt dat het huidige stadje Buren oorspronkelijk op een andere plek is ontstaan. „Deze vindplaats is de voorloper van het stadje. Door overstromingen zijn de mensen naar een hoger gelegen deel vertrokken.”

Bron: http://www.telegraaf.nl/b(...)ondsten_Buren__.html
"Any officer who goes into action without his sword is improperly dressed." - "Mad Jack" Churchill DSO MC
pi_123993676
quote:
0s.gif Op dinsdag 12 maart 2013 17:58 schreef Cobra4 het volgende:
Duizenden archeologische vondsten bij Buren

BUREN - Bij de Gelderse gemeente Buren is een voor Nederland unieke archeologische vondst gedaan. Het gaat om zeker 15.000 voorwerpen, die erop wijzen dat op die plek tussen de 8e tot en met de 10e eeuw een rijke nederzetting was.

Dat heeft archeoloog Timo Vanderhoeven van onderzoeksbureau Arcadis dinsdag gezegd. Arcadis voerde het archeologisch onderzoek uit in opdracht van waterschap Rivierenland.

De vondsten, waaronder potscherven, verbrand leem, sieraden, munten en delen van maalstenen, kwamen aan de oppervlakte bij de aanleg van een vistrap in het riviertje de Korne. Vooronderzoek wees al op mogelijke resten van een nederzetting in de bodem. „Maar we hebben veel meer gevonden dan we hadden kunnen vermoeden. In ons land zijn nauwelijks vergelijkbare vindplaatsen”, aldus Vanderhoeven.

Hij stelt dat het grote aantal gevonden potscherven wijst op een handelspost. „Het aardewerk werd ook geïmporteerd.”

Daarnaast blijkt dat het huidige stadje Buren oorspronkelijk op een andere plek is ontstaan. „Deze vindplaats is de voorloper van het stadje. Door overstromingen zijn de mensen naar een hoger gelegen deel vertrokken.”

Bron: http://www.telegraaf.nl/b(...)ondsten_Buren__.html
wow, 15.000, dat zijn er nogal wat :)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_123993692
13-03-2013

Laatste overlevende bommenlegger tegen Hitler overleden


Ewald-Heinrich von Kleist werd 90 jaar. © ap.

Ewald-Heinrich von Kleist, de laatste overlevende van het groepje Duitse officiers die een aanslag beraamden tegen Hitler, is op 90-jarige leeftijd overleden. Dat is gisteren bekendgemaakt.

Von Kleist behoorde als jonge officier tijdens Wereldoorlog II tot het groepje onder Claus von Stauffenberg. Op 20 juli 1944 plaatsten zij een bom in Bendlerblock, het Berlijnse hoofdkwartier van het Duitse leger, met de bedoeling Hitler te doden.

De jonge Duitser werd opgesloten, maar overleefde zijn tijd in het concentratiekamp. Na de oorlog werd hij uitgever. In 1962 stond hij mee aan de wieg van de jaarlijkse veiligheidsconferentie in Munchen.

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124123078
15-03-2013

De levendige middeleeuwse boekenbranche

Dat er in de Middeleeuwen boeken werden gelezen zal niemand verbazen. Dat die boeken heel vaak niet in kloosters werden vervaardigd is evenwel minder algemeen bekend. Onderzoek wijst uit dat er vanaf de dertiende eeuw een goed georganiseerde handel in boeken bestond, waarbij manuscripten tegen winst werden geschreven, versierd en verkocht. In deze wereld van winst en concurrentie zien we de contouren van onze moderne boekenbranche opdoemen.


Het middeleeuwse manuscript (Franse Bijbel, Londen, British Library, Harley 616, 13e eeuw).

British Library
De historicus G.R. Elton zei eens dat het verleden als een vreemd land is: ze doen er dingen anders. Toch zijn er juist ook vaak opvallende overeenkomsten aan te wijzen tussen onze wereld en die van eeuwen geleden. Als middeleeuws boekhistoricus merk je dat als je kijkt naar het object waarin lezers vóór de uitvinding van de drukpers hun teksten lazen: het handgeschreven boek.

Op het eerste gezicht ziet zo’n ‘manuscript’ er heel anders uit dan het gedrukte boek van vandaag de dag, om van het e-boek maar niet te spreken. Gemaakt van koeienhuiden en geschreven met veer of rietstengel zijn de middeleeuwse objecten immers niet te vergelijken met wat we in de boekhandel aanschaffen of downloaden op onze e-reader.

Maar kijken we wat beter dan zien we juist frappante overeenkomsten. Zo hebben de middeleeuwse en moderne bladzijde dezelfde relatieve dimensies (de verhouding tussen hoogte en breedte), bevatten ze allebei voetnoten, paginanummers en hoofdstuktitels, en wordt op beide het einde van de regel netjes uitgevuld. Het voornaamste verschil zit hem in de productie van het object – pen versus drukpers – en niet zozeer in de wijze waarop de tekst aan de lezer wordt voorgeschoteld.


Paginering in Parijs Bijbeltje (Londen, British Library, Arundel 311, 13e eeuw).

British Library
Schrijven als beroep
Een nog frappantere overeenkomst is die van de handel in het boek: ook daar blijken de Middeleeuwen opmerkelijk modern. Neem de boekwinkel. Al in de veertiende-eeuwse stad kon je naar een boekverkoper gaan, die vervolgens je bestelling opnam alsof ging het om een zakje friet. Je vertelde hem welke tekst je wilde en hoe deze eruit diende te zien: geschreven in één of twee kolommen, al dan niet voorzien van paginanummers en plaatjes, geschreven op perkament of papier, en van een bepaalde grootte.

Vervolgens moest je wachten tot het boek gemaakt werd, wat wel een jaar kon duren: er waren in de Middeleeuwen geen boeken op voorraad, daarvoor waren ze te duur. Soms maakte de boekverkoper het bestelde boek zelf. Dit soort dubbele beroepen zijn heel gewoon in de middeleeuwse boekenwereld, waar boekbinders ook wel verluchtten en kopiisten boeken verkochten. Zo’n beroepsschrijver, die in tegenstelling tot zijn vakbroeder in het klooster wel winst mocht (ja, moest) maken, wist met allerlei slimme trucjes klanten aan zich te binden.

Zo zijn er zogenoemde ‘schrijfbladen’ bewaard, perkamenten vellen waarop wel twintig verschillende schriftspecimina zijn uitgestald. Onder de korte schrijfprobeersels staan steeds de namen van het schrift geschreven, in goud, zodat klanten tijdens het bestellen het vakjargon van de kopiist konden bezigen. “Ik wil graag de psalmen in een littera rotunda”, klonk het dan.


Restant van een schrijfblad van Herman Strepel, die een winkel in Münster had (Den Haag, KB, 76 D 45, 15e eeuw).
KB

Middeleeuwse marketing
De blanco achterzijde van de schrijfbladen laat zien dat ze aan de muur hingen. Vermoedelijk buiten de deur, want op een ervan is te lezen: “Wie iets geschreven wil hebben, die komt hier naar binnen.” Dergelijke teksten zijn voorlopers van onze reclameboodschappen, elegante uithangborden die laten zien dat laatmiddeleeuwse vaklieden hard hun best deden om hun waar aan te prijzen.

Dergelijke staaltjes van middeleeuwse marketing komen we soms ook in de boeken tegen. Ene Herneis, die in Parijs tegen betaling boeken schreef, noteerde achterin een Frans rechtshandschrift: “Als iemand anders ook zo’n mooi boek wil, zoek me dan op in Parijs, tegenover de Notre Dame.”


Advertentie van de beroepsschrijver Herneis le Romanceur.

Universitätsbibliothek Giessen
Van de Parijse boekhandel weten we heel veel omdat de boekhouding van het middeleeuwse belastingkantoor grotendeels is bewaard. Die laat zien dat er in de straat tegenover de kathedraal tientallen vaklieden zoals Herneis zaten, van schrijvers en boekbinders tot verluchters die de plaatjes schilderden. Uit studies blijkt dat de vaklieden in zulke straten een hechte gemeenschap vormden, die bijvoorbeeld voor elkaar getuigden wanneer er disputen werden uitgevochten in de rechtszaal.

Als klant was het buitengewoon makkelijk dat alle lieden in één straat woonden, want zo wist je precies waar je heen moest als je een boek wilde; te vergelijken met onze woonboulevards. Dit soort samenklonteringen rondom het boek kun je tegenwoordig nog aflezen aan de straatnamen zoals de ‘perkamentstraat’ en ‘schrijverssteeg’.

Boekenbranche
Ook voor de boekhandelaar was het makkelijk dat zijn vakbroeders om de hoek woonden. Want hij verdiende niet alleen geld als schrijver, hij trad ook wel op als tussenpersoon. Als een bestelling te omvangrijk of te specialistisch was dan kon de boekverkoper anderen inschakelen. Zijn ene buurman kon misschien beter schilderen dan hij, terwijl de andere graag meehielp de tekst te kopiëren, zodat de productietijd werd gehalveerd en de klant slechts een half jaar hoefde te wachten op zijn boek.


Betaling aan beroepsschrijver genoemd in de marge: ‘Jehan de Sanlis maakte dit voor 6 penningen per katern’ (Den Haag, KB, 71 A 24, 13e eeuw).
KB

In dergelijke gevallen maakte de boekhandelaar contracten op, waarin uiteen werd gezet wat de ‘uitzendkracht’ zou doen en hoeveel geld hij ervoor zou ontvangen. Tijdens de productie van het boek controleerde hij hoe het werk vlotte en of de kwaliteit goed genoeg was. Dat was niet altijd het geval. Er zijn rechtszaken bekend waarin een handelaar door een verluchter werd aangeklaagd omdat hij weigerde voor het geleverde werk te betalen, vermoedelijk omdat het niet om aan te zien was.

Uit onderzoek blijkt dat boekhandelaren vaak met dezelfde groepjes vaklieden samenwerkten, buren die hij kende van het ‘biertje-doen’ na het werk. Als je de producten van dergelijke collectieven bekijkt dan zie je hoezeer deze bevriende verluchters en kopiisten op elkaar zijn ingespeeld: tezamen leveren ze de mooiste boeken af die we uit de Middeleeuwen kennen.


Literair boek gemaakt door klerk, die dikke katernen gebruikte zoals in de kanselarij (Brugge, Sint Jans-hospitaal, zonder signatuur).
Sint Jans-hospitaal Brugge

Geen vetpot
Er waren in de middeleeuwse stad ook beroepsschrijvers buiten het eigenlijke boekencentrum te vinden. Zo schreef rond 1400 de schoolmeester van Egmond een aantal boeken voor het klooster – wat demonstreert hoezeer de monastieke boekproductie op zijn retour is. Klerken die in het schrijfatelier van het stadhuis werkten, de kanselarij, staan ook bekend om hun commerciële activiteiten. Zij deden dit ’s avonds, als het eigenlijke werk er al op zat.

De boeken die zij tegen betaling maakten zijn te herkennen aan allerlei kanselarijkenmerken, zoals bepaalde afkortingen of hoe de bladen werden gevouwen. Kanselarijklerken zijn ook de eersten die (rond het midden van de veertiende eeuw) literaire boeken van papier vervaardigden, lang voordat monniken dat deden, argwanend als deze waren jegens dit ‘inferieure’ materiaal.

Over de commerciële markt van het boek in de Middeleeuwen is meer te weten te komen in deze lezing (Engels). Geïnteresseerd in het middeleeuwse boek als object? Hier is een duidelijke inleiding in de productie van het object en deze woordenlijst biedt een kijkje in verschillende materiële aspecten van het middeleeuwse boek, met mooie plaatjes. Alle handschriften die worden bewaard in Nederlandse collecties zijn hier te vinden. Voor meer over manuscripten, volg Erik Kwakkel op Twitter (Engels).
Hoewel deze voorbeelden laten zien dat je in de Middeleeuwen van de pen kon leven, werd je er niet echt rijk van. Achterin een Nederlandse kroniek van omstreeks 1450 schreef een mopperende kopiist: “Voor zo’n bedrag maak ik nooit meer een boek!” Dit verklaart precies waarom schrijvers van boeken gewoonlijk ook andere beroepen hadden, zoals schoolmeester of klerk.

Droge inktpotten
Deze handgeschreven wereld valt uiteen als de drukpers wordt uitgevonden, in het midden van de vijftiende eeuw: de schrijfbladen verdwenen van de muur, de inktpotten droogden op. Kopiisten waren nu alleen nog maar nodig voor boeken die te groot waren voor de pers, zoals grote koorboeken, alsook voor luxe exemplaren die vaak heel specifieke wensen weerspiegelden.


Deze Gutenbergbijbel (ca. 1300 pagina’s, 1455) was een van de eerste substantiële boeken gedrukt met een drukpers.
wikimedia commons

Het boek mocht met de komst van de drukpers dan ouderwets zijn geworden, de overgebleven beroepslieden die de pen hanteerden konden spectaculaire boeken maken, op maat gesneden en niet te vergelijken met de eenheidsworst die het gedrukte werk was.

Maar zelfs de expertise van deze vaklieden kon niet verhelpen dat de boekhandel als branche een metamorfose onderging: onder invloed van de mechanische productiemethode gingen veel zaken failliet, terwijl andere hun heil zochten in het maken van gedrukte boeken. Hier zien we opnieuw een frappante overeenkomst met onze eigen tijd, waar de boekhandel zich moet aanpassen aan de nieuwe verschijningsvorm van het boek, waarin inkt plaats maakt voor pixels.

Erik Kwakkel is boekhistoricus aan de Universiteit van Leiden. Hij werkt als hoofdonderzoeker aan het project Turning over a new leaf. Manuscript Innovation in the Twelfth-Century Renaissance, gefinancierd door NWO.

(kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124123116
15-03-2013

'Graven slachtoffers pest in Londen gevonden'

Archeologen zeggen dat ze bij opgravingen in Londen een begraafplaats hebben ontdekt waar mogelijk zo'n 50.000 slachtoffers van de pest zijn begraven.


Dertien skeletten die in twee rijen lagen, zijn blootgelegd.

De begraafplaats werd ontdekt 2,5 meter onder de grond in de wijk Farringdon in het centrum van Londen. Daar wordt gewerkt aan een spoorlijn.

Uit documenten was bekend dat in het gebied, beschreven als een niemandsland, inderhaast een begraafplaats was aangelegd. De pest heeft na de uitbraak in 1348 aan ongeveer een derde van de bevolking van Engeland het leven gekost.

14e eeuw

Voorlopig wijzen zowel het aardewerk dat bij de graven is gevonden als de manier waarop de skeletten zijn neergelegd, erop dat het om een begraafplaats uit de 14e eeuw gaat, zegt archeoloog Jay Carver. Hij leidt de opgravingen in Farringdon.

Dat de graven zich op 2,5 meter diepte bevinden, sterkt de archeologen in hun opvatting dat het om 14e-eeuwse graven gaat.

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  Eindredactie Frontpage / Forummod maandag 18 maart 2013 @ 15:38:43 #186
168091 crew  Cobra4
mr. Dkut
pi_124208333
Portret Rembrandt blijkt zelfportret

In Engeland is een schilderij van Rembrandt ontdekt. Het gaat om een zelfportret waarvan lang werd gedacht dat een leerling van de Hollandse meester het had gemaakt. Dat heeft de Britse National Trust, eigenaar van het werk, maandag bekendgemaakt.

130318_15474_img-180313-007.onlineBild_450_293.jpg

Na onderzoek van de Nederlandse Rembrandt-expert Ernst van de Wetering is het werk toegeschreven aan Rembrandt. Het werk is gemaakt in 1635, toen de schilder 29 jaar oud was.

Het schilderij, met een geschatte waarde van 23 miljoen euro, hing sinds drie jaar in de abdij van Buckland.

Bron: Portret Rembrandt blijkt zelfportret
"Any officer who goes into action without his sword is improperly dressed." - "Mad Jack" Churchill DSO MC
  maandag 18 maart 2013 @ 15:41:50 #187
304498 Nibb-it
Dirc die maelre
pi_124208449
Hadden ze niet even het goede portret erbij kunnen plaatsen. :P

pi_124240555
quote:
0s.gif Op maandag 18 maart 2013 15:41 schreef Nibb-it het volgende:
Hadden ze niet even het goede portret erbij kunnen plaatsen. :P

[ afbeelding ]
Inderdaad :)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124240596
18-03-2013

De duistere kant van de bevrijding
Holland Doc Themaweek: De schaduw van de geschiedenis

De bevrijding in mei 1945 zorgde voor een ontlading in Nederland. Overal werd gefeest maar ook wraak genomen. Jarenlange onderdrukte woede, frustraties, angst en afgunst kwamen er in een keer uit. Deze volkswoede richtte zich onder andere op meisjes die zich met de Duitsers hadden ingelaten, de moffenmeiden. Jan Brokken beschrijft in De vergelding treffend de oorlogsjaren en de afrekening erna in zijn geboortedorp Rhoon.


Uitgeverij Atlas

Het boek gaat niet alleen over de relaties tussen Rhoonse meisjes en Duitse soldaten, maar het loopt er wel als een rode draad door heen. De titel van het boek slaat op een vergeldingsactie van de ingekwartierde Duitsers in het Zuid-Hollandse dijkdorp. Op 10 oktober 1944 lopen enkele Duitse soldaten, samen met de twee Rhoonse zusjes Dien en Sanderien van Regt, over de onverlichte dijken. Een loshangende hoogspanningskabel treft de langste soldaat, toevallig ook Ernst Lange geheten, die later zal sterven.

De Duitse sergeant Walter Loos, die ook aanwezig is tijdens deze nachtelijke wandeling, is overtuigd van sabotage en pakt de volgende dag zeven mannen op. Hierbij kiest hij niet willekeurig: jongens die steentjes naar hem hadden gegooid, mannen die minachting hadden getoond, dat soort werk. Zij eindigen voor Loos’ vuurpeloton, hun huizen worden in brand gestoken en hun gezinnen verjaagd. Maar ging het wel om een verzetsdaad?

De bronnen
Jan Brokken heeft het boek geschreven met hulp van Bert G. Euser, zijn vroegere buurjongen. Euser heeft meer dan zeven jaar gestoken in het verzamelen en lezen van historische documenten, archiefstukken, rapporten en processen-verbaal over de gebeurtenissen tijdens en na de oorlog in Rhoon.


Merlijn Doomernik

Daarnaast hebben Euser en Brokken in totaal 185 ooggetuigen, direct betrokkenen, hun kinderen of familieleden ven nabestaanden van de slachtoffers gesproken. Al deze informatie heeft geleid tot een historisch verantwoord boek dat leest als een roman. Eenmaal begonnen kon ik het in ieder geval niet meer wegleggen.

Brokken beschrijft de gebeurtenissen in een dorp tijdens de oorlog aan de hand van gewone mensen zoals Sanderien de Regt. Zij is het vriendinnetje van de 18-jarige soldaat Lange. Op de dag dat hij sterft, is ze zelf pas veertien maar ze lijkt een stuk ouder. Ze was op sleeptouw genomen door haar 23-jarige zus Dien, die al verschillende Duitse vriendjes heeft gehad en nu stapelverliefd is op sergeant Loos. Na de vergeldingsactie in oktober 1944 zal Loos worden overgeplaatst en Dien verhuist naar Hellevoetsluis om hem te kunnen blijven ontmoeten.

Dirkje danst met Duitsers
In Rhoon treffen de soldaten en de meisjes elkaar vaak in het dijkhuisje van Dirkje Veth – de Ruyter. Een mooie vrouw die er in de oorlog alleen voor is komen te staan. Haar man, Arend-Jan Veth, vocht aan Nederlandse zijde en wist na de overgave in 1940 te vluchten en Engeland te bereiken. Hij zou, samen met de geallieerden, pas weer voet zetten op bezet gebied tijdens D-day. Omdat Dirkjes man was gedeserteerd kreeg ze geen geld van de overheid en moest ze het financieel alleen zien te rooien. Haar eigen ouders hadden het niet breed en haar rijkere schoonouders weigerde haar voedsel te geven: dat kon ze immers niet betalen?

Na de dood van haar zoontje knapt er iets in Dirkje. Ze moet toch haar twee dochters te eten geven en ze gaat werken voor de Duitsers. Eerst als wasvrouw maar al gauw is het regelmatig feest bij haar thuis. De dorpelingen kijken met afgunst naar het enige huis waar de radio aan mag en waar volop drank en eten aanwezig is. Dirkje dook, net als de andere meisjes, met verschillende Duitsers het bed in en kwam zwanger de oorlog uit.


Volkswoede afgereageerd op ‘Moffenmeid’
NA

Na de eerste roes van de bevrijding wordt Dirkje op 8 mei 1940 door een woedende meute opgepakt en bruut kaalgeknipt met een enorme schapenschaar. Met hakenkruizen van carbolineum op het hoofd worden Dirkje en andere ‘moffenmeiden’ op een kar door het dorp gereden. Hier en daar stopt de kar zodat de omstanders zich kunnen botvieren op de meisjes. De zwangere Dirkje wordt gestompt, geslagen, in haar buik getrapt en bespuugd. Sanderien weet deze dans toevallig te ontspringen.

Moffenmeiden
Na de roes van de bevrijding kwam de wraak. Exacte cijfers zijn onbekend maar honderden vrouwen werden kaalgeknipt, openbaar vernederd, mishandeld of aan het werk gezet omdat ze het met de Duitsers hadden aangelegd. Dit hoefde niet alleen vriendinnetjes van soldaten te zijn, ook NSB-vrouwen liepen risico op deze behandeling. In Rhoon ging het om een vooraf georganiseerde actie, toegestaan door de autoriteiten, en geen spontane uitbarsting. Het bewijs hiervan is de lijst met ruim 30 namen van vrouwen die gestraft moesten worden. En dat op een bevolking van 2000 inwoners.

Meer verhalen over en interviews met moffenmeiden op Geschiedenis24 en de site van de NPS serie De Oorlog.

Op het moment dat Dirkje door haar dorpsgenoten wordt mishandeld, arriveert haar man Arend-Jan Veth in een grote Amerikaanse slee vol cadeaus en lekkernijen. Bij zijn oude huis aangekomen treft hij zijn vrouw en kinderen niet aan en even later hoort hij wat er aan de hand is. Hij wacht een paar uur en rijdt dan naar zijn schoonouders. Hij stapt binnen zonder groeten en neemt zijn twee dochters onder de armen mee. Zijn vrouw, die half in coma en onder de kompressen in de kamer ernaast ligt, negeert hij. Een week later zou hij de hele inboedel uit Dirkjes huis, al haar kleren en zelfs de poppen van zijn dochters in de brand steken. Om vervolgens nooit meer terugkeren in Rhoon.

Schaamte komt later
Een van de geïnterviewde getuigen zegt over deze eerste dagen van herwonnen vrijheid: “Het ergste van de oorlog was voor ons de bevrijding”. De dagen na 8 mei kijken veel dorpelingen al met schaamte terug op de beestachtige behandeling van de dorpsmeisjes. Om hier vervolgens niet meer over te praten. Na veel speurwerk kregen Euser en Brokken langzaamaan genoeg gegevens boven tafel om de oorlogstijd van het dorp te kunnen reconstrueren. Maar nog steeds mist hij informatie en door de jaren heen zijn belangrijke getuigen overleden. Wie er achter de dood van Ernst Lange zit, zal wel altijd een geheim blijven.

De auteur vertelt
Jan Brokken laat in De Vergelding. Een dorp in tijden van oorlog (Amsterdam 2013) zien dat de schaduw van de geschiedenis zelfs in het kleine dorpje Rhoon aanwezig was en wel tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Een boek over gewone mensen in ongewone omstandigheden.


Kasteel van Rhoon

wiki commons
Brokken: “De oorlog in Rhoon was veel meer oorlog dan ik dacht. Vanaf de eerste oorlogsdag sloeg het drama toe. Dat komt natuurlijk ook omdat het dorp net onder Vliegveld Waalhaven lag. Na die eerste oorlogsdag is het niet meer rustig geweest. In Rhoon werden 300 tot 350 Duitse militairen gelegerd, in het Kasteel, de lagere scholen, bij mensen thuis. In het najaar van 1940 werden de scholen gesloten. De kinderen kregen onderwijs in de kerk, waar ze op hun knieën zaten en de kerkbank als lessenaar gebruikten.”

Grote gezinnen en armoede
“Het leven was vanaf de eerste oorlogsdag ontregeld. In 1944 zaten 170 tot 190 mannen ondergedoken in het dorp. Voorts waren er 200 evacués uit Voorne-Putten, waar de polders door de Duitsers onder water waren gezet om een geallieerde landing te voorkomen. 700 vreemden op een bevolking van 2000 zielen, dat is veel. En ik schrok hoe arm ze het in 1940 in mijn dorp hadden. Hoe waanzinnig groot de gezinnen ook waren: 12, 13 kinderen is schering en inslag. Geef die maar eens te eten in een oorlog!”

“Na de oorlog is de houding geweest: wat niet weet wat niet deert. In ons dorp hebben we altijd een standaardverhaal gehoord over de dramatische gebeurtenis van 11 oktober 1944: de executie van zeven burgers ter vergelding van de dood van een Duitse soldaat, die tegen een gebroken hoogspanningskabel was gelopen. ‘Sabotage’, dachten de Duitsers. ‘Losgeraakt door de storm’, zeiden de dorpelingen. We zijn de zaak gaan onderzoeken door een vergrootglas boven het dorp houden. Wat is er op 10 en 11 oktober 1944 precies gebeurd? Wat is er in aan vooraf gegaan en wat is er op gevolgd? Wat blijkt, iedereen in het dorp heeft zich iets kwalijk te nemen, van kleine dingen tot hele grote. Aan die schaamte wil niemand herinnerd worden.”

Themaweek op Holland Doc 24: De schaduw van de geschiedenis

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124240694
18-03-2013

Eén van de oudste zonnewijzers ter wereld ontdekt



Archeologen hebben in de Koningsvallei in Egypte één van de oudste zonnewijzers ter wereld teruggevonden. De archeologen vonden de zonnewijzer – een stuk kalksteen met een gat erin en lijntjes erop – toen ze de ingang naar een tombe vrijmaakten.

De zonnewijzer is een plat stukje kalksteen. Op de steen is een halve cirkel getekend. Die cirkel is onderverdeeld in twaalf gelijke punten. Onderaan is een gaatje zichtbaar. Hier werd waarschijnlijk een metalen of houten pinnetje in gezet. Dit pinnetje wierp een schaduw op de zonnewijzer en vertelde de oude Egyptenaren hoe laat het was.

Het is niet helemaal duidelijk waar de zonnewijzer voor werd gebruikt. De archeologen vonden de zonnewijzer toen ze de ingang naar een oude tombe vrijmaakten. Nabij de vindplaats bevinden zich stenen huisjes waarin de arbeiders die de tombes aanlegden, verbleven. Mogelijk gebruikten zij de zonnewijzer om het aantal gewerkte uren bij te houden.

Maar er is nog een mogelijkheid. Het verdelen van de baan van de zon in uren speelde namelijk ook een rol bij het aanbrengen van teksten op de muren van de tombes. Het gaat dan om teksten die chronologisch beschrijven hoe de zonnegod zich ‘s nachts door de onderwereld begeeft. Mogelijk moest de zonnewijzer die symboliek illustreren.

(scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124282459
19-03-2013

Gebroeders Grimm en de ontwikkeling van sprookjes

19 maart 2013 Marianne van Exel “Er was eens…” een sprookjespark genaamd ‘de Efteling’ waar 15 sprookjes van de gebroeders Grimm uitgebeeld stonden in het sprookjesbos. Op 14 maart 2013 werd hier een symposium georganiseerd ter gelegenheid van 200 jaar Grimm. Het thema was ‘inzicht in sprookjes met als inspiratiebron de gebroeders Grimm en hun sprookjesboek Der kinder- und Hausmärchen’ (1812). Deze mannen drukten hun stempel op de sprookjes zoals wij die nu kennen. Want niets blijkt zo veranderlijk als een sprookje.

De heer Meyer, cultureel attaché van de Duitse Bondrepubliek, opende het woord de ontvangstzaal naast de attractie de Fata Morgana, met een prachtige sterrenhemel. Roodkapje, de wolf en Sneeuwwitje stonden klaar om de genodigde pers en sprookjesliefhebbers naar hun plaats te begeleiden.



Collectieve jeugdherinnering
Vervolgens nam Olaf Vugts, directeur Imagineering van de Efteling het woord. “We hebben een nieuwe paus gekregen, we krijgen een nieuwe koning en we hebben een nieuswe keizer.” Daarmee doelde hij op de weergave van een nieuw sprookje in het sprookjesbos ‘de nieuwe kleren van de keizer’. Maar het verhaal over die keizer werd opgetekend door Hans Christian Andersen (1805-1857) in 1837, de Deense sprookjesschrijver. Vandaag waren we hier bijeen gekomen om juist die andere sprookjesvertellers te herdenken: de gebroeders Grimm. Olaf Vugts vervolgde zijn introductie met de woorden “Wat we u verkopen is een jeugdherinnering”. Door de dag heen waren er verschillende sprekers die inspeelden op deze jeugdherinnering en zij beargumenteerden hoe sprookjes zich ontwikkelden in de loop van de 19e, 20e eeuw en 21e eeuw.



Jonge jaren van Jacob en Wilhelm Grimm

De mannen die centraal stonden waren de zoons van advocaat Philipp Wilhelm Grimm en diens vrouw Dorothea Grimm. Jacob was de eerste zoon en werd geboren op 4 januari 1785. Wilhelm Karl Grimm zag iets meer dan een jaar later, op 24 februari 1786, het levenslicht. Al op jonge leeftijd waren de twee broers onafscheidelijk, wat ze de rest van hun leven bleven. Beiden gingen studeren aan de universiteit van Marburg, sliepen samen op één kamer en deelden al hun boeken. Na hun afstuderen kregen Jacob en Wilhelm een betrekking in de universiteitsbibliotheek van Kassel, waar de twee zich onder andere bezighielden met het verzamelen en de bestudering van Duitse literatuur.

1812: Kinder- und Hausmärchen
Vanaf 1806 legden de broers zich toe op het verzamelen van sprookjes en sagen. Ze vergeleken verschillende varianten van de mondelinge en schriftelijk overgeleverde verhalen en publiceerden de uitkomst in 1812 onder de titel Kinder- und Hausmärchen. Het was een verzameling van 201 sprookjes en 10 kinderlegenden. Om tot dit werk te komen moesten de gebroeders echter een paar keuzes maken. De volksvertellingen waar zij zich op baseerden waren van oorsprong vaak harde en gruwelijke verhalen. Bijvoorbeeld het verhaal over Roodkapje dat eerder door Charles Perrault (1628-1703) was opgetekend, kende een heel ander karakter dan het verhaal dat wij heden ten dagen kennen. Zo kwam Roodkapje in deze versie ´naakt in het bed bij de wolf liggen´, werd zij aan het einde van het verhaal ´opgegeten´ en was het moraal van dit verhaal ´dat kleine meisjes moesten oppassen voor wolven`?

Verandering in de aard van sprookjes
Tot aan de 19e eeuw waren sprookjes dan ook bedoeld voor volwassenen, maar met de optekening door de gebroeders Grimm verschoof de doelgroep naar kinderen en hun ouders. Tijdens het symposium werd door de sprekers duidelijk gemaakt wat de kern van de sprookjes was: volksvertellingen die meedeinen op de tred van de tijd. Zo pasten de gebroeders Grimm de sprookjes aan de 19e eeuw aan. De kern elementen die oorspronkelijk de sprookjes sierden: seksualiteit, wreedheid en geweld, werden niet meer geschikt geacht voor tere kinderzieltjes. Zo werd de jaloerse moeder in het sprookje ‘sneeuwwitje’ door de gebroeders Grimm veranderd in een ‘stiefmoeder’, waardoor het sprookje acceptabel werd voor een breder publiek, en werd Roodkapje aan het einde van dit sprookje gered.


Illustratie bij Roodkapje uit 1880 door Tomlinson (Bron: Wikimedia Commons)

Late jaren gebroeders Grimm
Nadat de gebroeders de Hausmärchen hadden geschreven, begonnen zij aan het opstellen van Das Deutsche Wörterbuch, een project dat pas in 1961 voltooid werd. In 1822 ontdekte Jacob de ‘Wet van Grimm’, die betrekking heeft op de eerste klankverschuiving die het Germaans onderscheid van de Proto-Indo-Europese taal. Vanwege zijn grote rol in de bestudering van de oorsprong van de Germaanse taal en cultuur raakte Jacob verder ook betrokken bij het politieke proces van de Duitse eenwording. Zo kreeg hij in 1848 zitting in het revolutionaire Frankfurter Parlement, dat tevergeefs probeerde van Duitsland een eenheidsstaat te maken. Wilhelm Grimm overleed op 16 december 1859, Jacob op 20 september 1863. Tegenwoordig zijn de gebroeders Grimm, naast hun politieke en taalkundige verdiensten, met name bekend door hun sprookjesboek dat zij in hun jonge jaren uitgaven.

Sprookjes van Grimm in Nederland
De gebroeders Grimm maakten de sprookjes dus toegankelijk voor een breder publiek. In de afgelopen 200 jaar zijn echter ook de sprookjes van Grimm sterk geëvolueerd. In de verschillende edities van Kinder- und Hausmärchen kwamen in de loop van de tijd verschillende verhalen te vervallen en werden andere verhalen toegevoegd en soms ook aangepast. De sprookjes van Grimm verschenen in 1820 voor het eerst in Nederland onder de titel Sprookjes-Boek voor Kinderen. “Opvallend is dat de vertaalde sprookjes aanvankelijk niet succesvol waren in Nederland en dat het boek zelfs op weerstand stuitte”, vertelde literatuurwetenschapper Vanessa Joosen. “In 1820, toen de eerste vertaling verscheen, bestond in Nederland geen sterke romantische traditie en volksliteratuur vond men nog niet interessant.” Kinderen in Nederland moesten met name ‘nuttige literatuur’ lezen over de werkelijkheid, en de toch nog gruwelijke sprookjes, die zich afspeelden in de fantasiewereld, pasten niet in dit opvoedingsbeeld.


Gustave Doré – Roodkapje

Opleving van sprookjes aan het einde van de 19e eeuw
De sprookjes die voor deze eerste Nederlandse uitgave waren geselecteerd bevatten van de moderne populaire sprookjes als Roodkapje, Sneeuwwitje en de Kikkerkoning, slechts één variant. Aan deze romantische vertellingen werd voorbijgegaan ten gunste van tegenwoordig minder populaire en harde verhalen, en de vertaling was slecht, waardoor de sprookjes lange tijd geen populariteit in Nederland genoten. Hier kwam pas verandering in nadat er een bundel van Hans Christian Andersen in Nederland werd gepubliceerd, die volgens Joosen ‘minder grove en boerse vertellingen en juist meer romantische sprookjes dan de eerste Nederlandse publicatie van Grimm bevatte’. Een nieuwe bundel van de gebroeders Grimm werd uitgebracht en eind 19e eeuw kenden de sprookjes ook in Nederland een opleving.


Snow White and the Seven Dwarfs – Walt Disney

Sprookjes begin 20e eeuw
Sprookjes maakten in de eerste helft van de 20e eeuw een ware revolutie door, onder andere in de eerste film van Disney in 1937: Snow White and the seven dwarfs, waarin de dwergen voor het eerst namen kregen en Sneeuwwitje de rol als moeder en huisvrouw op zich nam. In Nederland wordt de opleving van sprookjes nog het beste verbeeld in de totstandkoming van de Efteling. In de jaren ’30 van de 20e eeuw werd ten zuiden van Kaatsheuvel een sportpark aangelegd. In 1950 richtten de burgemeester van gemeente Loon op Zand, kunstenaar Anton Pieck en cineast Peter Reijnders de Stichting Natuurpark de Efteling op. Anton Pieck tekende de ontwerpen en Peter Reijnders bracht deze technisch tot leven. De doelgroep van deze verbeelding van de sprookjes werd eens te meer ‘het kind en de ouder’.

Sprookjes in de Efteling
De Efteling opende haar deuren op 31 mei 1952, destijds als speeltuin met een Sprookjestuin. Bij de opening waren er tien sprookjes te vinden, waaronder het Kasteel van Doornroosje, Langnek, de Put van Vrouw Holle, de grot van Sneeuwwitje en de Kikkerkoning. Al snel kwamen daar nieuwe sprookjes bij, zoals Hans en Grietje (1955) en Roodkapje (1960). Sinds de oprichting heeft de Efteling tal van sprookjes in kleur, klank en beweging een plekje in het park gegeven. Inmiddels staan 15 sprookjes van de gebroeders Grimm uitgebeeld in het Sprookjesbos van de 28 verbeeldde sprookjes.


Roodkapje in de Efteling (Bron: Wikimedis Commons – Hullie)

21e eeuw: de prinses weet wat ze wil
Vanessa Joosen is van mening dat de sprookjes in de loop van de 20e eeuw steeds meer verkleuterden om de tere kinderzieltjes te sparen. Wat uit deze dag in ieder geval duidelijk werd is dat sprookjes een spiegel zijn van de moderne maatschappij, verweven in de eeuwenoude verhalen. In de 21e eeuw kenden de sprookjes opnieuw een opleving. Deze keer in het grote aantal speelfilms en series met het sprookje als uitgangspunt. Voorbeelden hiervan zijn: Red riding hood, Snowwhite and the Huntsman, Mirror Mirror, Shrek, Ever After, Tangled (Rapunzel) en Hansel and Gretel: Witch Hunters. Theo Meder, onderzoeker bij het Meertens Instituut, beargumenteerde dat ‘de oude motieven van ‘seksualiteit en geweld’ die in de 18e eeuw nog verweven zaten in de sprookjes nu weer terug zijn gekomen’. Sprookjes worden hierdoor weer aanlokkelijk voor jongvolwassenen. Daarnaast ziet hij de moderne maatschappij doorschemeren in een nieuw fenomeen: de prinses als daadkrachtig en heldhaftig personage, die goed voor zichzelf kan zorgen.



200 jaar Grimm
De sprookjes van Grimm behoren inmiddels tot het werelderfgoed en zijn in meer dan 170 talen vertaald. Ter gelegenheid van de belangrijke rol van de gebroeders Grimm werd op 14 maart 2013 een beeldje van Jacob en Wilhelm Grimm in het sprookjesbos onthuld. “Als symbolische ode aan de inspanning die de Efteling al 60 jaar aan de dag legt om het cultuurerfgoed sprookjes levend te houden”. De sculptuur is een blijk van waardering van de Deutsche Grimmgesellschaft, een internationale, wetenschappelijke vereniging die de nalatenschap van de gebroeders Grimm beheert, en is mede mogelijk gemaakt door de steun van Grimm Heimat NordHessen.



(isgeschiedenis.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124390870
quote:
Falklands verdeelde partij Thatcher

Toegevoegd: vrijdag 22 mrt 2013, 03:46
Update: vrijdag 22 mrt 2013, 04:25

Binnen de conservatieve partij van Margaret Thatcher bestond aanvankelijk veel verdeeldheid over hoe er moest worden gereageerd op de Argentijnse invasie van de Falklandeilanden. De premier wilde daadkrachtig militair optreden, maar veel vertrouwelingen drongen juist aan op een compromis. Dat staat in stukken uit haar persoonlijke archief die nu zijn vrijgegeven.

"We maken een grote fout, hiermee vergeleken lijkt de Suez-crisis verstandig", oordeelde een parlementslid van de Tories. Een andere politicus werd "wanhopig depressief" door het vooruitzicht op een oorlog.

Verkiezingsnederlaag
Anderen drongen er bij Thatcher op aan dat de economische situatie in Groot-Brittannië veel te nijpend was om oorlog te gaan voeren over eilandjes in de Zuid-Atlantische Oceaan. Velen waren bang dat een impopulair conflict zou leiden tot een verkiezingsnederlaag.

Naaste medewerkers van Thatcher stelden zelfs een plan op waarbij de inwoners van de Falklands afgekocht zouden worden om te vertrekken. Ze zouden een compensatie van 100.000 dollar krijgen en de mogelijkheid krijgen om te kiezen voor Argentijns, Brits of Australisch staatsburgerschap.

Reagan
Het archief toont ook dat Thatcher zich bijzonder in de steek gelaten voelde door de Amerikaanse president Reagan. Hoewel ze hem als vriend beschouwde, steunde hij een compromisvoorstel. Thatcher las hem de les in een furieuze brief, maar medewerkers wisten haar over te halen tot een iets diplomatiekere toon. Die eerste versie is nu ook vrijgegeven.

De Britse premier hield uiteindelijk haar rug recht en stuurde oorlogsschepen om de Argentijnen te verjagen. Hoewel er ruim 900 militairen sneuvelden, maakte de oorlog haar ongekend populair en bleef haar partij nog jaren aan de macht.
http://nos.nl/artikel/487(...)partij-thatcher.html
pi_124400589
http://www.cobra.be/cm/vr(...)_mas_impact_napoleon

quote:
Expo in MAS toont blijvende impact Napoleon op Antwerpen
In het Museum aan de Stroom (MAS) in Antwerpen loopt vanaf nu zaterdag tot 30 juni "Bonaparte aan de Schelde", een tentoonstelling rond de impact die Napoleon Bonaparte begin 19e eeuw heeft nagelaten in de Scheldestad. Naast een van de weinige overgebleven hoeden van de Franse heerser zijn er tal van schilderijen, kaarten en scheepsmodellen te vinden die aantonen wat het Antwerpse bestuur onder Napoleon verwezenlijkte én nadien nog van plan was.

Het is dit jaar 200 jaar geleden dat aan het Antwerpse Eilandje het Willemsdok werd geopend, naast het huidige MAS. Samen met het aanliggende Bonapartedok moest dat destijds het hart gaan vormen van een nieuwe getijdenhaven en handelskwartier. Het Franse bewind had immers voor het eerst in twee eeuwen vrij scheepvaartverkeer op de Westerschelde mogelijk gemaakt. Napoleon zag in Antwerpen bovendien een ideale uitvalsbasis om erfvijand Engeland aan te vallen.

Die plannen werden na de verloren zeeslag bij Trafalgar deels opgeborgen, maar de impact op Antwerpen was blijvend. Napoleons idee om de toen nog middeleeuws aandoende plaats om te vormen tot een moderne 19e-eeuwse grootstad bleef decennialang doorwerken.

Naast de nieuwe dokken stammen ook onder meer de plannen voor het rechttrekken van de Scheldekaaien, voor een rioleringssysteem en het aanleggen van grote parken en pleinen zoals de Groenplaats uit die periode.

Op het culturele vlak liet Napoleon in oorlogstijd kerken sluiten en inboedels verkopen, maar de prestigieuze Franse 'empirestijl' deed wel zijn intrede in het Antwerpse straatbeeld.
Antwerpen lid van Europese vereniging van Napoleonsteden

Antwerpen maakt voortaan ook deel uit van de Europese vereniging van Napoleonsteden. Zo'n 50 steden zitten in de vereniging die vooral actief is op het culturele, het toeristische en het economische vlak.
pi_124400778
hier staan enkele kaarten uit die tijd en korte beschrijvingen van enkele van de plannen, meest opvallend is dat er op de Linkeroever tegenover Antwerpen een nieuwe stad moest komen: Marie-Louise http://www.skyscrapercity(...)9264669&postcount=26
pi_124556339
26-03-2013

Spitstechnologie bij onderzoek Lam Gods

In Gent wordt het Lam Gods al enkele weken gerestaureerd. Maar nu is er versterking: een team wetenschappers, gaande van wiskundigen over kunsthistorici tot scheikundigen, helpen het kunstwerk onderzoeken. Zo hopen ze eindelijk te weten te komen welke van de broers Van Eyck welk stuk van het Lam Gods geschilderd heeft.

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124597399
27-03-2013

Geheime bunker van Mussolini ontdekt bij restauratiewerken


© bunkerdiroma.it.

Arbeiders die in Rome het historische Palazzo Venezia aan het restaureren waren, zijn op een geheime bunker van de fascistische dictator Benito Mussolini gestoten. Dat meldt de Italiaanse krant La Stampa.


Benito Mussolini © ap.

De ontdekking werd eigenlijk al ruim 2 jaar geleden gedaan, maar werd nu pas bekendgemaakt. De arbeiders vonden een trapdeur van één op één in de kelder van het vijftiende eeuwse gebouw. Via de deur belandden ze in een vierhoekige ruimte van 80 vierkante meter die verdeeld was in negen kleinere ruimtes. "Toen we het beton zagen, werd het allemaal duidelijk: dit is de twaalfde bunker van Rome, Benito Mussolini's laatste bunker", vertelt architect Carlo Serafini in de krant. De bunker is nooit volledig afgewerkt.

Palazzo Venezia was het kantoor van Mussolini. Hij sprak er enkele van zijn beruchte balkonspeeches uit. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd even getwijfeld bij de Britten of ze Palazzo Venezia en Mussolini's residentie Villa Torlonia tegelijkertijd zouden bombarderen. Maar er werd van het plan afgezien omdat het niet zeker was dat 'Il Duce' daarmee zou kunnen worden uitgeschakeld. De ontdekking van de bunker bewijst dat die twijfel terecht was.

Ontsnappingsroutes
De dikke betonnen muren van de bunker liggen meer dan 15 meter onder de grond en steunen op de fundamenten van een oude toren. Er zijn twee ontsnappingsroutes voorzien: één die leidt naar de tuinen van de San Marco-kerk naast het Palazzo Venezia en één die mogelijk leidt naar een bunker onder het monument voor koning Victor Emmanuel Altare della Patria. Doch dat laatste is slechts een hypothese.

Dit najaar zou de twaalfde bunker van Mussolini worden vrijgegeven voor het grote publiek, met wat extra toeters en bellen, zoals een informatief touchscreen, gepaste belichting en het geluid van een luchtalarm

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  Eindredactie Frontpage / Forummod zaterdag 30 maart 2013 @ 08:32:49 #197
168091 crew  Cobra4
mr. Dkut
pi_124676278
Oorlogen veranderden door komst spoor

Media & Cultuur • Geplaatst door bennootje op 30-03-2013 @ 08:13

De komst van de spoorwegen zorgde er wereldwijd voor dat oorlogen van karakter veranderden. Doordat manschappen, voedsel en wapens met de trein relatief snel over grote afstanden konden worden vervoerd, kon er op meer fronten tegelijk worden gevochten en konden de strijdende partijen het ook langer volhouden.

Dat is te zien in het Spoorwegmuseum in Utrecht, waar zaterdag de tentoonstelling Sporen naar het Front opengaat. De expositie is georganiseerd vanwege de 300ste herdenking van de Vrede van Utrecht. Dat vredesverdrag bepaalde de nieuwe machtsverhoudingen in Europa. In Utrecht zijn vanaf april het hele jaar herdenkingsfestiviteiten.

Het Spoorwegmuseum heeft bruiklenen uit heel Europa gekregen voor de tentoonstelling. In de afgelopen week zijn met hijskranen en speciaal vervoer loodzwaar spoorgeschut, een pantsertrein en oorlogslocomotieven op hun plaats gezet. Defensie leverde tanks.

De tentoonstelling is tot september te zien.

Bron: Oorlogen veranderden door komst spoor
"Any officer who goes into action without his sword is improperly dressed." - "Mad Jack" Churchill DSO MC
pi_124676766
28-03-2013

Grafrovers en schatzoekers hebben vrij spel in Egypte


De pyramides bij Caïro. © epa.

Grafrovers en schatzoekers in Egypte beleven sinds de revolutie in het Noord-Afrikaanse land gouden tijden. De illegale jacht op antieke schatten floreert sinds de Arabische lente wegens het gebrek aan controle. Omwonenden van de piramides van Gizeh stellen dat er na de opstand steeds vaker mysterieuze gaten in de grond verschijnen, het werk van schatzoekers.

"Het is duidelijk dat mensen graven op zoek naar archeologische schatten. Mensen dromen ervan bij het graven goud te vinden en snel rijk te worden", aldus archeoloog Osama al-Shimi, verantwoordelijk voor de archeologische site rond Gizeh. Het is moeilijk de rovers te stoppen omdat ze vaak bewapend zijn, vertelt de onderzoeker aan de BBC.

Elders zijn grafrovers ook actief. Het gebied rond de gebogen piramide van de farao Sneferu bij Dahshur is veranderd in een kraterlandschap. Opslagplaatsen voor archeologische vondsten niet ver daarvandaan zijn al overvallen. Omdat de vondsten nog niet zijn gecatalogiseerd is het moeilijk vast te stellen wat de rovers hebben buitgemaakt.

Dramatisch
Professor Kent Weeks van de Amerikaanse Universiteit in Caïro ziet ook een dramatische toename van kunstroof in de afgelopen 2 jaar. "Sinds de revolutie en de verminderde mogelijkheden van de centrale overheid de sites te controleren, lijkt het erop dat het probleem groter is dan ooit tevoren", aldus Weeks.

De objecten zelf gaan meestal niet verloren, het grote gemis zit hem veel meer in het missen van de archeologische en historische context van de objecten, aldus Weeks. "De stukken worden goed bewaard en beschermd door de dieven omdat ze er geld aan verdienen, en ook door de verzamelaars die ze in hun collectie willen hebben."

"Maar: waar kwam het vandaan? In welke tombe is het gevonden? Welke andere objecten lagen erbij? Dit soort informatie gaat voorgoed verloren op het moment dat het object wordt gestolen."

Chef van de politie in Luxor, Brig Hussain, erkent dat er meer illegale opgravingen zijn maar ziet verder geen probleem. "We weten wat er aan de gang is en ik ben blij u te kunnen vertellen dat door ons werk er nergens iets gestolen is."

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_124677167
29-03-2013

‘Lijkwade van Turijn stamt toch uit de tijd van Christus’



Wetenschappers hebben de lijkwade van Turijn opnieuw gedateerd en stellen dat deze in ieder geval qua leeftijd wel degelijk aan Jezus Christus kan hebben toebehoord. Op basis van twee dateringen stellen ze dat de lijkwade hoogstwaarschijnlijk uit 33 na Christus – het jaar waarin Christus stierf – stamt.

Dat maakt onderzoeker Giulio Fanti, verbonden aan de universiteit van Padua, bekend. Ook wetenschappers verbonden aan andere universiteiten – waaronder die van Bologne en Londen – namen aan de studie deel.

1988
In hun studie tonen de onderzoekers naar eigen zeggen aan dat er flinke fouten zijn gemaakt tijdens de datering die in 1988 plaatsvond. Toen dateerden wetenschappers van drie laboratoria de lijkwade met behulp van de C14-datering. Op basis van hun onderzoek stelden ze toen dat de lijkwade uit de periode tussen 1260 en 1390 stamde en dus onmogelijk aan Christus kan hebben toebehoord.

Over de lijkwade De lijkwade van Turijn is een grote doek waarop een afbeelding van een man te zien is. Veel christenen zijn ervan overtuigd dat het de lijkwade van Christus is, en vandaar dat deze ook als een relikwie wordt beschouwd. Wetenschappers kunnen het maar niet eens worden over de authenticiteit van de lijkwade. Wilt u de lijkwade eens van dichterbij bestuderen? Deze wordt – vanwege de grote waarde die aan het behoud van de lijkwade wordt gehecht – maar zelden in het openbaar getoond. Maar vanaf vandaag kunt u de lijkwade elke dag van dichtbij bewonderen en wel met behulp van de app Shroud 2.0. In de app vindt u gedetailleerde foto’s van de lijkwade.

Nieuwe leeftijd
Fanti en zijn collega’s besloten de lijkwade opnieuw te dateren. Tijdens hun studie maakten ze gebruik van twee andere methodes dan de C14-datering. Zo bestudeerden ze de lijkwade met infrarood licht en maakten ze gebruik van spectroscopie (een techniek om te achterhalen hoe de lijkwade reageert op elektromagnetische straling). Wanneer de onderzoekers de resultaten van beide methodes combineren, moeten ze concluderen dat de lijkwade uit het jaar 33 na Christus stamt, met een foutmarge van 250 jaar. Dat zou betekenen dat de lijkwade stamt uit de periode waarin Jezus leefde, zo schrijft Fanti in het boek ‘Il mistero della sindone‘ waarin de studie uitgebreid beschreven staat.

Palestina
Ook hebben onderzoekers aanwijzingen gevonden dat de lijkwade uit Palestina afkomstig is. Ze vonden op de lijkwade kleimineralen terug die we ook vandaag de dag nog op het stof afkomstig uit Palestina aantreffen.

Dat het nieuws omtrent de lijkwade juist in deze tijd naar buiten komt, is niet zo verwonderlijk. Vandaag is het Goede Vrijdag: de dag waarop Christenen wereldwijd de dood van Jezus Christus herdenken, om vervolgens drie dagen later, op Eerste Paasdag, te gedenken dat Jezus Christus is opgestaan.

(scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  Eindredactie Frontpage / Forummod zaterdag 30 maart 2013 @ 20:52:55 #200
168091 crew  Cobra4
mr. Dkut
pi_124696110
Gemeente eiste erfpacht op van teruggekeerde Joden

De gemeente Amsterdam heeft na de Tweede Wereldoorlog Joodse oorlogsslachtoffers alsnog aangeslagen en beboet voor het niet betalen van erfpacht tijdens de oorlogsjaren. Dit blijkt uit stukken van het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam (OGA).

Het ging vaak om Joden wier huizen door de Duitsers of de NSB in beslag waren genomen. Sommigen van hen waren ondergedoken of afgevoerd naar een concentratiekamp.

De documenten zijn bij de digitalisering van dossiers in handen van studenten gekomen. Die ontdekten dat de gemeente de originele stukken één dezer dagen zal vernietigen.

Amsterdam dwong de Joodse oorlogsslachtoffers niet alleen alsnog erfpacht te betalen, maar legde hun ook een boete op wegens late betaling. De Joden werden zelfs aangeslagen als hun huizen op erfpachtgrond er niet meer stonden, omdat ze gesloopt of gebombardeerd waren. Daarmee trad Amsterdam strenger op dan andere gemeenten.

'Amsterdam heeft het nooit rechtgezet'
Ronny Naftaniël van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (Cidi) kent deze kwestie in grote lijnen. 'Er zijn echter weinig details bekend. En Amsterdam heeft dit, voor zover wij weten, nooit rechtgezet.'

Als penningmeester van het Centraal Joods Overleg onderhandelde Naftaniël over restitutie van Joodse tegoeden. 'Met de regering zijn we eruit. Maar onderhandelingen met lagere overheden moeten nog beginnen.'

Volgens Naftaniël was ook sprake van onrechtmatige naoorlogse inning van hondenbelasting en 'straatgelden' (ozb) bij Joodse oorlogsslachtoffers. 'Hetzelfde gebeurde door gas- en elektriciteitsbedrijven, die in handen waren van de steden.'

Het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (Niod) stelt dat wetenschappelijk niets bekend is over deze kwestie. De zaak kwam ooit in 1948 kort in Het Parool aan de orde, na een besluit van de gemeenteraad.

De gemeente Amsterdam wil goed naar de zaak kijken. Over mogelijke stappen is overlegd met het Niod. Het Verbond van Verzekeraars en het Nationaal Archief is om informatie gevraagd.

Bron: http://www.parool.nl/paro(...)gekeerde-Joden.dhtml
"Any officer who goes into action without his sword is improperly dressed." - "Mad Jack" Churchill DSO MC
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')