SES School, Studie en Onderwijs
Wiskunde in de brugklas, Frans voor het examen of een studie Personeel en Arbeid? Moeilijke formulieren van DUO? Iets weten over studiefinanciering of studentenverenigingen? Dit is het forum voor leerkrachten, scholieren en studenten, van brugklas tot uni
Hoe weet je hoeveel H+ een zuur dus kan afstaan? Ik word massaal opgelicht door die teringmethode en docent.
ADHD ~ Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid Debiliteit
Per zuur molekuul 1 H+
De vraag is dan uiteraard hoeveel van die molekulen je hebt
Misschien eens kijken welk zuur je hebt en welke pH waarde?
De vraag is dan uiteraard hoeveel van die molekulen je hebt
Misschien eens kijken welk zuur je hebt en welke pH waarde?
Echt niet, H3PO4 kan meer H+ afstaan, zwakke zuren staan echter vaak zelfs geen H+ af.quote:Op dinsdag 14 februari 2012 19:19 schreef TR08 het volgende:
Per zuur molekuul 1 H+
De vraag is dan uiteraard hoeveel van die molekulen je hebt
Topic weer schoon.
Je moet kijken naar het aantal zuurgroepen. Zo heeft pentaanzuur 10 H's, maar zit er maar één zuurgroep aan. Hij kan dus ook maar één H afstaan. Een zuurgroep is een C-O-H met aan de C ook nog een dubbelgebonden O.
Je moet kijken naar het aantal zuurgroepen. Zo heeft pentaanzuur 10 H's, maar zit er maar één zuurgroep aan. Hij kan dus ook maar één H afstaan. Een zuurgroep is een C-O-H met aan de C ook nog een dubbelgebonden O.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
Dit kun je zonder meer informatie over een bepaald zuur niet weten.
Om te weten hoeveel H+-ionen een zuur afstaat moet je ten eerste weten met welke stof je te maken hebt.
Als eerste voorbeeld nemen we het zuur HCl.
Volgens tabel 49 in Binas is HCl dit een sterk zuur.
Kijk je links in de base-tabel, dan zie je dat het restproduct na een afgifte van een H+ Cl- wordt. HCl staat dus 1 H+ af, al zijn H+ dus.
Als tweede voorbeeld nemen we het zuur H2SO4.
Ook dit zuur is een sterk zuur volgens tabel 49 in Binas. Het restproduct wordt HSO4-, want die staat rechts van het zuur H2SO4 in de base-tabel. H2SO4 --> HSO4- + H+.
Zoals je ziet bevat HSO4- nog een H-atoom.
Deze stof zoek je dus op in de zuurtabel. Deze is daar nog te vinden als zwak zuur. Wanneer deze stof nóg een H atoom afgeeft wordt het restproduct SO42-.
Dit is volgens de base tabel een zwakke base, maar nog steeds en base dus kan ook weer een H+ opnemen.
Dit betekend dat de stof HSO4- omgezet wordt in SO42- en H+, maar deze tegelijkertijd ook weer terug kan reageren in HSO4-.
HSO4- <--- ---> SO42- + H+ is dus een evenwichtreactie (dubbele pijl).
Je weet dus dat sterke zuren haar H+ afgeven en niet meer terug nemen (HCl) en dat zwakke zuren een H+ afgeven, maar ook weer terug kunnen nemen.
Nu wil je weten hoeveel H+ er wordt afgestaan.
Om dit te weten heb je een gegeven nodig zoals bijvoorbeeld de pH waarde, of de concentratie H+ in een bepaalde hoeveelheid oplossing.
Voorbeeld
Wanneer er gezegd wordt: Zoutzuur van 0.5M is de H+ concentratie 0.5M/L
Wanneer er gezegd wordt: Zoutzuur met een pH van 0.1 is de H+ concentratie 10^-0.1 = 0.79M/L.
Stel dat 100mL zoutzuur met een pH van 0.2 wordt verdund met 200mL water en je de nieuwe pH moet berekenen:
H+ concentratie = 10^-0.2
H+ concentratie = 0.63M
Bij die oplossing wordt nu 200mL water gedaan, in totaal wordt de nieuwe oplossing dus 300mL.
De nieuwe concentratie H+ wordt nu: (Oude mollage * oude hoeveelheid) / nieuwe hoeveelheid.
De nieuwe concentratie H+ wordt nu: (0.63 * 100) / 300 = 0.21M
Nieuwe pH oplossing van 300mL = -log(0.21)
Nieuwe pH oplossing van 300mL = 0.68
Dit geldt alleen bij verdunnen. Verdunnen = met H20 en die heeft een pH van 7.
@TS: Dit hieronder is fout, dus daar even niet naar kijken.
Kan iemand anders dit verbeteren?
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Stel dat je 100mL zoutzuur met een pH van 0.7 mengt met 300mL natronloog met een pH van 13 en je de nieuwe pH moet berekenen, dan doe je het VOLGENS MIJ als volgt:
H+ concentratie zoutzuur
H+ concentratie = 10^-0.7
H+ concentratie = 0.2M in 100mL
OH- concentratie natronloog
OH- concentratie = 10^-(14-13)
OH- concentratie = 0.1M
H+ concentratie = 0.2M en je hebt er 100ml van.
OH- concentratie = 0.1M en je hebt er 300ml van.
(0.2 * 100) / 1000 = 0.02M
(0.1 * 300) / 1000 = 0.03M
0.03 - 0.02 = 0.01M
Nieuwe pH = 14 + -log(0.01)
Nieuwe pH = 12
Die laatste weet ik niet zeker, dus ik zou graag verbeterd willen worden mocht dit fout zijn.
[ Bericht 1% gewijzigd door supaoshi op 15-02-2012 11:31:05 ]
Om te weten hoeveel H+-ionen een zuur afstaat moet je ten eerste weten met welke stof je te maken hebt.
Als eerste voorbeeld nemen we het zuur HCl.
Volgens tabel 49 in Binas is HCl dit een sterk zuur.
Kijk je links in de base-tabel, dan zie je dat het restproduct na een afgifte van een H+ Cl- wordt. HCl staat dus 1 H+ af, al zijn H+ dus.
Als tweede voorbeeld nemen we het zuur H2SO4.
Ook dit zuur is een sterk zuur volgens tabel 49 in Binas. Het restproduct wordt HSO4-, want die staat rechts van het zuur H2SO4 in de base-tabel. H2SO4 --> HSO4- + H+.
Zoals je ziet bevat HSO4- nog een H-atoom.
Deze stof zoek je dus op in de zuurtabel. Deze is daar nog te vinden als zwak zuur. Wanneer deze stof nóg een H atoom afgeeft wordt het restproduct SO42-.
Dit is volgens de base tabel een zwakke base, maar nog steeds en base dus kan ook weer een H+ opnemen.
Dit betekend dat de stof HSO4- omgezet wordt in SO42- en H+, maar deze tegelijkertijd ook weer terug kan reageren in HSO4-.
HSO4- <--- ---> SO42- + H+ is dus een evenwichtreactie (dubbele pijl).
Je weet dus dat sterke zuren haar H+ afgeven en niet meer terug nemen (HCl) en dat zwakke zuren een H+ afgeven, maar ook weer terug kunnen nemen.
Nu wil je weten hoeveel H+ er wordt afgestaan.
Om dit te weten heb je een gegeven nodig zoals bijvoorbeeld de pH waarde, of de concentratie H+ in een bepaalde hoeveelheid oplossing.
Voorbeeld
Wanneer er gezegd wordt: Zoutzuur van 0.5M is de H+ concentratie 0.5M/L
Wanneer er gezegd wordt: Zoutzuur met een pH van 0.1 is de H+ concentratie 10^-0.1 = 0.79M/L.
Stel dat 100mL zoutzuur met een pH van 0.2 wordt verdund met 200mL water en je de nieuwe pH moet berekenen:
H+ concentratie = 10^-0.2
H+ concentratie = 0.63M
Bij die oplossing wordt nu 200mL water gedaan, in totaal wordt de nieuwe oplossing dus 300mL.
De nieuwe concentratie H+ wordt nu: (Oude mollage * oude hoeveelheid) / nieuwe hoeveelheid.
De nieuwe concentratie H+ wordt nu: (0.63 * 100) / 300 = 0.21M
Nieuwe pH oplossing van 300mL = -log(0.21)
Nieuwe pH oplossing van 300mL = 0.68
Dit geldt alleen bij verdunnen. Verdunnen = met H20 en die heeft een pH van 7.
@TS: Dit hieronder is fout, dus daar even niet naar kijken.
Kan iemand anders dit verbeteren?
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Stel dat je 100mL zoutzuur met een pH van 0.7 mengt met 300mL natronloog met een pH van 13 en je de nieuwe pH moet berekenen, dan doe je het VOLGENS MIJ als volgt:
H+ concentratie zoutzuur
H+ concentratie = 10^-0.7
H+ concentratie = 0.2M in 100mL
OH- concentratie natronloog
OH- concentratie = 10^-(14-13)
OH- concentratie = 0.1M
Dusquote:OH- concentratie = 10^-(14-13)
In de macht staat 14-13, want het gaat om een base (pH > 7). Je kan ook doen:
14 - 13 = 1
OH- concentratie = 10^-1
OH- concentratie = 0.1M
H+ concentratie = 0.2M en je hebt er 100ml van.
OH- concentratie = 0.1M en je hebt er 300ml van.
(0.2 * 100) / 1000 = 0.02M
(0.1 * 300) / 1000 = 0.03M
0.03 - 0.02 = 0.01M
Nieuwe pH = 14 + -log(0.01)
Nieuwe pH = 12
Die laatste weet ik niet zeker, dus ik zou graag verbeterd willen worden mocht dit fout zijn.
[ Bericht 1% gewijzigd door supaoshi op 15-02-2012 11:31:05 ]
(Oude mollage * oude hoeveelheid) / nieuwe hoeveelheid.
Dit zijn vervelende formules, je moet gewoon bedenken wat er gebeurt: hoeveel H+ is er, en wat is het volume? Daarmee kun je ook zekerder zijn van je laatste antwoord.
Dit zijn vervelende formules, je moet gewoon bedenken wat er gebeurt: hoeveel H+ is er, en wat is het volume? Daarmee kun je ook zekerder zijn van je laatste antwoord.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
Zou je mijn vorige post willen verbeteren?quote:Op woensdag 15 februari 2012 11:30 schreef GlowMouse het volgende:
(Oude mollage * oude hoeveelheid) / nieuwe hoeveelheid.
Dit zijn vervelende formules, je moet gewoon bedenken wat er gebeurt: hoeveel H+ is er, en wat is het volume? Daarmee kun je ook zekerder zijn van je laatste antwoord.
Stel dat je 100 mL zoutzuur met een pH van 0.7 mengt met 300 mL natronloog met een pH van 13 en je de nieuwe pH moet berekenen, dan doe je het als volgt:
H+ concentratie zoutzuur
H+ concentratie = 10^-0.7 = 0,200 mol/L
Hoeveelheid H+: 0,200 * 0,1 = 0,0200 mol
OH- concentratie natronloog
OH- concentratie = 10^-(14-13) = 0,100 mol/L
Hoeveelheid OH-: 0,100 * 0,300 = 0,0300 mol
Bij het mengen gaan H+ en OH- reageren (1:1, stel de reactievergelijking maar op), en blijft er dus 0,0100 mol OH- over. Het volume is 400 mL. De concentratie OH- is dus 0,0100 / 0,400 = 0,0250 mol/L.
pH = 14-pOH = 14 + log(0,025) = 12.
H+ concentratie zoutzuur
H+ concentratie = 10^-0.7 = 0,200 mol/L
Hoeveelheid H+: 0,200 * 0,1 = 0,0200 mol
OH- concentratie natronloog
OH- concentratie = 10^-(14-13) = 0,100 mol/L
Hoeveelheid OH-: 0,100 * 0,300 = 0,0300 mol
Bij het mengen gaan H+ en OH- reageren (1:1, stel de reactievergelijking maar op), en blijft er dus 0,0100 mol OH- over. Het volume is 400 mL. De concentratie OH- is dus 0,0100 / 0,400 = 0,0250 mol/L.
pH = 14-pOH = 14 + log(0,025) = 12.
eee7a201261dfdad9fdfe74277d27e68890cf0a220f41425870f2ca26e0521b0
Jij weet ook echt alles volgens mij O_oquote:
Stel dat je 100 mL zoutzuur met een pH van 0.7 mengt met 300 mL natronloog met een pH van 13 en je de nieuwe pH moet berekenen, dan doe je het als volgt:
H+ concentratie zoutzuur
H+ concentratie = 10^-0.7 = 0,200 mol/L
Hoeveelheid H+: 0,200 * 0,1 = 0,0200 mol
OH- concentratie natronloog
OH- concentratie = 10^-(14-13) = 0,100 mol/L
Hoeveelheid OH-: 0,100 * 0,300 = 0,0300 mol
Bij het mengen gaan H+ en OH- reageren (1:1, stel de reactievergelijking maar op), en blijft er dus 0,0100 mol OH- over. Het volume is 400 mL. De concentratie OH- is dus 0,0100 / 0,400 = 0,0250 mol/L.
pH = 14-pOH = 14 + log(0,025) = 12.
en ja dit is een compliment
|
|
