Prijzige Noorse wollen wintertruien razend populair in ons land

’s Nachts vriest het inmiddels weer en menig Nederlander krabt zich ’s ochtends een ongeluk op de auto. Winterkleding is niet aan te slepen en warme Noorse truien al helemaal niet. Een willekeurige blik door de etalageruiten leert dat Noorse truien, mutsen, sjaals en handschoenen razend populair zijn. Maaike Bouwman en Gerard Kampert importeren samen al bijna tien jaar deze Noorse wollen kleding. Op de Winterfair in de tuin van paleis Het Loo verklapt het Heerenveense stel het geheim: „Het zit als een tweede huid!”

Op vakantie in Noorwegen begon het te kriebelen bij de Friezen. Kampert zag een Noorse trui in een etalage hangen en was verkocht. Er moest direct eentje gekocht worden en niet veel later zag Bouwman er ook de charme van in. Zo kwamen ze eind 2001 gekleed in Noorse wol terug van vakantie. Een idee was geboren, vrijwel meteen werd de eerste partij Windfjord-truien uit het Noorse Bergen gehaald. Inmiddels levert het stel aan meer dan 200 winkels en loopt ’half Nederland’ in de karakteristieke kledij. Kampert: „Jaren geleden had dit soort wollen kleding misschien een wat stoffig imago, dat is echt verleden tijd. De jeugd draagt het ook!”

Prijzig zijn de truien wel. Met minder dan 200 euro in de knip hoeft men de winkel niet binnen te stappen. Daarom lijkt het wellicht een wat vreemde trend, zo midden in crisistijd, maar Maaike heeft er wel een verklaring voor. „Kwaliteit is altijd gewild.” Net als de Friezin dit zegt, loopt een Winterfair-bezoeker langs met een goedkope, vaal uitziende Noorse trui. „Kijk, dat bedoel ik nou!”, zegt ze. „De échte Noorse trui is van 100 procent wol. De goedkopere varianten zijn deels van katoen of gemaakt van andere materialen. De kleuren zijn lelijk, het wordt bovendien erg snel pluizig. Een echte Noorse trui gaat jaren mee.”

Lagelonenlanden

Gerard Kampert benadrukt dat veel goedkope merken hun kleding in lagelonenlanden laten maken. „Daar doen wij niet aan mee, beroerde werkomstandigheden en kinderarbeid moet je niet in stand houden.” Of de kleding met recht ’Noors’ genoemd mag worden, is de vraag, aangezien de wol uit Australië komt. Wol van het Australische merinoschaap is veel zachter dan de wat ruwe Noorse wol, legt Kampert uit.

Tv-iconen Bill Cosby en Mart Smeets hielpen het imago van de typische truien omhoog. De patronen en de kleuren geven de streek in Noorwegen aan waar het kledingstuk vandaan komt. Ook in Duitsland zijn de truien immens populair. Kampert weet waarom: „Ze moeten die dikke buiken toch op de een of andere manier warm houden!”

bron

Ik heb er echt helemaal niets mee. Ik vind er niets aan.

Wie heeft er wel eentje?