Wiekschoten I
1. Inleiding:
Voordat je begint met het bouwen van je baan(tje), ben je natuurlijk al lang aan het nadenken. Wat je wilt qua land en tijdperk, wat je mogelijkheden zijn qua ruimte en budget, hoe je sporenplan zal worden. Hoeveel tijd heb je beschikbaar? Hoe handig ben je zelf? Legt dat beperkingen op?
Stapels modelbouwtijdschriften worden gekocht en doorgebladerd, bierviltjes worden volgekrabbeld, nou ja, enzovoort...
Tip: scoor ergens een paar vellen flipoverpapier, en teken de hele handel een keer uit. Leg rails en wissels neer om te zien of de zaak ook echt past, en het er net zo leuk uitziet als je je had voorgesteld.
Uiteindelijk heb ik gekozen voor een stationnetje van een provinciestad. Een beetje in het oosten van het land, eind jaren-50. Een uitloper van het Nederlandse spoorwegnet, met in de buurt een kolenmijn met een paar stoomlocomotieven. Het NS-materieel: blokkendozen, een blauwe 11 met een sleep plan E. Het bekende tweetje mat-54, en als die eindelijk verschijnt de Rivarossi mat-46. Verder een allegaartje aan goederenwagens, een 2400 en een bakkie. De stoomlocomotieven van de naburige kolenmijn zijn Duitse modellen, die ik van aangepast schilderwerk wil voorzien.
Als naam voor het station koos ik ‘Wiekschoten’.
2. Timmerwerk en sporenplan:
De bouw van een baantje begint natuurlijk met een bezoek aan de bouwmarkt, en een lekker potje zagen en schroeven. Open frame, balken van 4x2 cm. Spoorbedding van 4 mm MDF. De rails liggen zoals het sporenplan wordt, dan hebben de nieuwsgierigen een idee.
Na een paar dagen in de huiskamer (handig omdat je dan om het werk heen kan lopen) kon de zaak richting studeerkamer. De schuine balken die schots en scheef lopen, dienden slechts als tijdelijke ondersteuning.
Wat je hier ziet, kan doormidden; je ziet een dubbele dwarsbalk, met bouten. Eerst helemaal in elkaar gezet, toen op de juiste plek de twee lange balken doorgezaagd.
De rechtse drie sporen (kopspoor langs perron, doorgaand spoor langs perron, omloop-/inhaalspoor) krijgen bovenleiding. Rechtsonder zie je een aansluitspoortje naar een fabriek. De rest dient als rangeerterrein, en in de verte zie je een kleine locloods.
De wisselaandrijvingen moeten er nog af. Die gaan ondergronds. Nu alleen de rails maar even vast met punaises, om een idee te krijgen, en om te zien of de tekening (schaal 1:1, op een paar gebietste flipovervellen, waar ik de rails in een eerder weekend op had uitgelegd, ook echt klopte.)
Lengte 3 meter, breedte van ongeveer 60 cm tot ongeveer 1 meter.
Om een paar zaken te testen, zal een klein bakje worden getimmerd, waarop de bevestiging van de rails, de te gebruiken ballast en een ondergrondse wisselaandrijving zullen worden getest en bekeken. Daar kom ik later nog op terug.
[ Bericht 1% gewijzigd door DriekOplopers op 23-03-2010 19:24:43 ]