Ik zal maar gelijk met de deur in huis vallen: ik kom uit Egypte en ben een kameel. Niet een normale kameel, maar een pluche kameeltje. Een meisje had mij gekocht om mij aan haar zusje te geven, maar die wilde mij niet. Toen schaamde ik me dus kapot, want als een klein meisje van zes mij al niet wil, wie dan wel. Ik had de hoop al opgegeven toen ze me aan een jongen gaf, en wat bleek? Die scheen helemaal blij met mij te zijn, een grote glimlach op z’n gezicht! Zelfs niet in mijn dromen, en pluche kameeltjes dromen veel, was er ooit iemand zo blij geweest met een pluche kameel als deze jongen.
Hij stopte me in zijn tas en ik zag direct dat hij mij heel goed wilde bewaren, want hij gaf echt om me. Maar omdat ik benieuwd was hoe de wereld er van buiten uit zag en dus op de rand ging zitten floepte ik eruit. De jongen zag mij niet en ik was verloren. Waarom deed ik zo stom, eindelijk iemand die om me gaf, ik schaam me dood. Wat een ondankbaar pluche kameeltje ben ik toch. Wat moet ik doen. Hoe kan ik dit ooit goed maken?
Hoewel van pluche kameeltjes wordt verwacht dat ze je vrolijk aanstaren en knuffelbaar zijn, ben ik toch aan het huilen en erg ongelukkig.
Wat moet ik doen?!?
Een hopeloos pluche kameeltje