Onnoman | maandag 20 juli 2009 @ 01:12 |
1.Descartes zei het ons: ik denk dus ik ben een glas kan niet denken, bestaat het dan niet? 2. (hele diepe) Als de mensheid op alle vragen een antwoord heeft? Verrichten we dan alleen nog maar reinigende en handhavende werkzaamheden? 3. Verklaar je bewustzijn. Later nog wat extra... | |
beelz | maandag 20 juli 2009 @ 01:43 |
Als een vrouw in haar eentje in een bos is en zegt iets, heeft ze dan nog steeds geen gelijk? | |
BrandX | maandag 20 juli 2009 @ 06:27 |
--> WFL ![]() | |
#ANONIEM | maandag 20 juli 2009 @ 07:59 |
Onzin verwijderd | |
hardromacore | maandag 20 juli 2009 @ 08:31 |
quote:wij denken dus zijn, menselijk bewustzijn en dat heeft een glas niet. Maar het is er toch. quote:Dan zullen we net als nu leven naar de antwoorden 3. Verklaar je bewustzijn. Intern en extern. | |
jeroen25 | maandag 20 juli 2009 @ 09:02 |
quote:De gedachte achter "Cogito, ergo sum" is niet dat denken een voorwaarde voor bestaan is maar dat het gegeven dat ik denk al mijn twijfel over mijn bestaan wegneemt. Maar het gegeven dat ik denk zegt niets over het bestaan of het denken van een glas of iemand anders. quote:Nee, dan vragen we ons af of er nog onbeantwoorde vragen zijn. | |
Onnoman | maandag 20 juli 2009 @ 09:40 |
quote:nee. als we op elke vraag een antwoord hebben is wetenschap niet meer nodig.. in dat geval is geld niet meer nodig en heeft het leven geen nut meer. Het leven heeft pas nut wanneer er wetenschap is... | |
jeroen25 | maandag 20 juli 2009 @ 09:52 |
Maar hoe weet je of elke vraag beantwoord is? | |
Onnoman | maandag 20 juli 2009 @ 10:14 |
quote:zelfs wanneer er vragen onbeantwoord blijven zien we op een gegeven moment het nut van wetenschap niet meer in omdat de uitdaging ervan verloren raakt... je kan ook de vraag stellen van.. kan alles een antwoord hebben? maar daar kan ik uiteraard geen antwoord op geven | |
jeroen25 | maandag 20 juli 2009 @ 10:31 |
Maar als een vraag onbeantwoord blijft is dat toch juist een uitdaging? | |
oompaloompa | maandag 20 juli 2009 @ 17:52 |
quote:Onze zintuigen kunnen ons bedriegen, bijvoorbeeld fata morganas zijn er niet echt en sommige visuele illusies laten beweging zien die er niet is, mensen kunnen fantoompijn hebben in ledematen die er niet zijn etc. Als je dus niet je zintuigen kunt vertrouwen kun je nooit zeker van iets zijn. Je ziet een glas, je voelt een glas, maar is dat glas er ook echt of is dat glas ook een illusie? Op deze manier kun je alles betwijfelen, behalve het feit dat je aan het twijfelen bent. Ik twijfel dus ik ben. In diezelfde context, het glas denkt niet en je kunt er niet 100% zeker van zijn dat het echt bestaat. (zelfs als het glas zou denken kun je nog niet zeker zijn of dat het bestaat, het gaat alleen over eigen denken. Ik denk dus ik besta, jij denkt dus je zou kunnen bestaan maar misschien ben jij ook een illusie van mijn zintuigen). | |
Tamashii | maandag 20 juli 2009 @ 17:54 |
Er blijven altijd vragen onbeantwoord. Je weet toch nog steeds niet of er leven is na de dood. Ik bedoel, Gandhi zo erg dat hij er niet over wilde discussiëren of reïncarnatie bestond. Maar wij weten het niet. | |
oompaloompa | maandag 20 juli 2009 @ 17:56 |
Ik snap vraag drie trouwens niet zo goed, wat wil je precies weten? | |
ExperimentalFrentalMental | dinsdag 21 juli 2009 @ 08:13 |
Om op zoek te gaan naar onbetwijfelbare waarheden voert Descartes een twijfelexperiment uit. Hij laat zichzelf eraan twijfelen of hij überhaubt wel een denkbeeld heeft over enig werkelijk bestaand ding. Hij verwerpt al zijn overtuigingen over materiële objecten als onwaar en verlaat zich dan op de sceptische hypothese van de 'bedriegende kwade geest'. Maar om door de kwade geest te worden bedrogen betekent dat dat er een medium moet bestaan voor dat bedrog, een denker moet bestaan: hijzelf. Je kunt wel aan alles twijfelen maar uiteindelijk moet er een 'ik' bestaan die deze twijfel uitvoert. Maar pas als hij het bestaan van god heeft vastgesteld vindt hij een basis om te geloven in de realiteit van de dingen buiten hemzelf. Hij denkt dat God een uiterst volmaakt en goed wezen is, dat niet kan worden voorgesteld als iemand die onwaarheden laat verschijnen aan een aandachtige menselijke geest die de intentie heeft de waarheid te vinden. Hij merkt ook op dat een menselijke geest zich niet kan vergissen wanneer hij, als hij alle voorzorgsmaatregelen neemt om vergissingen tegen te gaan, gelooft in het bestaan getallen en lichamen ofwel het verband tussen het materieel zijn en het innemen van een driedimensionale ruimte onweerlegbaar vindt, aldus Descartes... Descartes komt tot de conclusie dat, terwijl materiële objecten niet hoeven te zijn zoals ze aan de zintuigen verschijnen, hun wiskundige eigenschappen helder zijn en boven alle twijfel verheven... |