Dormonoct [Aventis Pharma BV]
(als mesilaat monohydraat)
Tablet 1 mg.
CFH-AdviesSlaapmiddelen komen alleen in aanmerking als het functioneren overdag gestoord is. Alleen incidentele toepassing of kortdurend gebruik gedurende maximaal twee weken is voor nieuwe patiënten nog als verantwoord te beschouwen. Kortwerkende slaapmiddelen als temazepam, zolpidem, lormetazepam en zopiclon in een lage dosering zijn daarbij de middelen van eerste keus. Loprazolam is vanwege zijn langzame inwerkingtreding minder geschikt als slaapmiddel.
EigenschappenBenzodiazepine, toegepast als hypnoticum.
Kinetische gegevensResorptie: langzaam en onregelmatig. Tmax = 2–5 uur. Metabolisering: 20% tot actieve metaboliet. Eliminatie: met de urine en feces. T1/2el = 8 uur, 6–8 uur (metaboliet).
IndicatiesKortdurende behandeling van ernstige slaapstoornissen, die het normale functioneren verstoren of waaronder ernstig geleden wordt. Premedicatie op de avond voorafgaand aan operatieve ingrepen.
Contra-indicatiesMyasthenia gravis. Overgevoeligheid voor benzodiazepinen. Ernstige respiratoire insufficiëntie. Slaap-apneusyndroom. Ernstige leverinsufficiëntie.
Zwangerschap/LactatieOver het gebruik van deze stof tijdens zwangerschap bij de mens bestaan onvoldoende gegevens om de mogelijke schadelijkheid te beoordelen. Op grond van de farmacologische werkzaamheid kunnen hypothermie, hypotonie, matige ademhalingsdepressie en voedingsproblemen bij pasgeborenen optreden, vooral na langdurig gebruik tijdens het laatste trimester. Bovendien kan bij de pasgeborene dan afhankelijkheid zijn opgetreden en bestaat het risico van onttrekkingsverschijnselen in de postnatale periode.
Benzodiazepinen gaan over in de moedermelk. Tijdens gebruik geen borstvoeding geven.
BijwerkingenVooral in het begin van de behandeling en bij doses hoger dan 1 mg slaperigheid overdag, spierzwakte, duizeligheid, verwarring, moeheid en dubbelzien. Soms maag-darmstoornissen, opwekking van de eetlust en gewichtstoename, verminderde libido en huidreacties. In een enkel geval pruritus en eosinofilie. Anterograde amnesie kan enkele uren na inname optreden. Manifest worden van een onopgemerkte depressie. Vooral bij kinderen en ouderen kunnen zich paradoxale reacties met acute opwinding, verwarring en verandering van de psychische toestand voordoen. Gebruik van benzodiazepinen kan leiden tot fysieke afhankelijkheid; bij staken van de behandeling kunnen onthoudings- of rebound-verschijnselen optreden. Psychische afhankelijkheid kan optreden.
InteractiesAlcohol en andere centraal dempende stoffen versterken het centrale effect van benzodiazepinen. De euforie en daardoor de psychische afhankelijkheid van opioïden kan worden versterkt.
Waarschuwingen en voorzorgenHet gebruik kan leiden tot verminderd reactie- en concentratievermogen. Vele dagelijkse bezigheden (bv. autorijden) kunnen daarvan hinder ondervinden. Indien minder dan 7–8 uur beschikbaar is om te slapen, is er gedurende enige tijd veel meer kans op anterograde amnesie. Ouderen zijn gevoeliger voor de sedatieve effecten van benzodiazepinen, bovendien is bij hen het gevaar van cumulatie groter. Bij herhaald gebruik gedurende enkele weken kan het hypnotisch effect van benzodiazepinen minder worden (tolerantie). Het risico van afhankelijkheid neemt toe bij hogere doseringen, een langere gebruiksduur en bij alcohol- en/of drugmisbruik in de anamnese. In verband met de risico's van afhankelijkheid, tolerantie en centrale bijwerkingen dient het gebruik te worden beperkt tot bij voorkeur 1–2 weken en maximaal 4 weken. Om mogelijke onthoudings- en/of rebound-verschijnselen te voorkomen dient men bij staken van de behandeling en bij overschakeling van een lang op een kort werkend benzodiazepine het oorspronkelijke middel uit te sluipen. Benzodiazepinen niet toepassen bij kinderen jonger dan 15 jaar. Terughoudendheid is geboden bij alcohol- en/of drugmisbruik in de anamnese.
Dosering0,5–1 mg, gebruikelijk 1 mg vóór het slapen gaan; in ernstige gevallen en bij psychiatrische patiënten 2 mg per dag. Ouderen: beginnen met 0,5 mg per dag. Bij ernstige lever- en/of nierfunctiestoornissen en bij chronische respiratoire insufficiëntie (vanwege de kans op ademhalingsdepressie) lager dan gewoonlijk doseren.
Alles wat je moet weten van een medicijn