Een nederlandse,een surinaamse en een marokaanse vrouw zaten met elkaat te praten over hun mannen.
De nederlandse vrouw zei:''Ik zei tegen mijn man dat hij voortaan zelf de afwas moest doen''.
De eerste dag zag ik niets, de tweede dag ook niet en ja hoor de derde dag zag ik hem afwassen.
De surinaamse vrouw zei:''Ik zei tegen mijn man dat hij voortaan zelf de was moest doen''.
De eerste dag zag ik niets, de tweede dag ook niet en ja hoor de derde dag zag ik hem de was doen.
De marokaanse vrouw zei:''Ik zei tegen mijn man dat hij voortaan zelf moest koken''.
De eerste dag zag ik niets,de tweede dag ook niet en de derde dag kon ik een heel klein beetje door mijn linker oog zien.