Ode aan glijmiddel

Kom, laat ons aangenamer de liefde bedrijven,
als een gesmeerde machine, zo soepel, zo glad,
bewegen onze ineengesmolten lijven.

Zelfs de allerdroogste rivier doe jij herleven,
met wat druppels van jou, help ik mijn schat,
zodat ik mijn liefste van genot kan doen beven,
oh middel, zo soepel, zo glad.

Glijmiddel, één van de wereldwonderen,
och, als ik jou toch niet had,
Het maakt je van onderen,
Zo soepel, zo glad.

Het maakt je zo soepel, zo glad, zo fijn,
waar zou de wereld zonder glijmiddel zijn.

Zo soepel, zo glad,
och, als ik jou toch niet had,
mijn middel der middelen.