verdomme, Ben ik toch te laat gekomen
* Als ik weer naar de andere kijk, zie ik dat ze mij ook aankijken en ik besluit me voor te stellen.
Gegroet mens elf en dwerg, ik ben jan jaap wie zijn jullie, en wie heeft deze vrouw gedood want ik denk niet dat jullie dat gedaan hebben zoals ik van jullie gezichten kan aflezen.
U ook gegroet Jan Jaap. Mijn naam is Myrddin en ik ben een bewoonster van dit dorp. Ik kan u ook niet zo zeggen wie deze vrouw heeft vermoord, daar waren we net over in discussie. Ik wil niet te brutaal overkomen, maar mag ik u vragen hoe u hier zo komt en wat u doel van dit bezoek is?
* Myrddin kijkt om zich heen en ziet hoe de mist in het dorp optrekt en hoe de zon aarzelend haar stralen over het dorp laat gaan, net of het wil aangeven dat alles op dit moment goed is. Maar Myrddin vraagt zich af voor hoe lang.
* Garoef draait zich om en stelt zich voor aan de onbekende die zichzelf Jan Jaap noemt.
Goedendag, Garoef is de naam. Helaas, U bent inderdaad te laat. Maar de bescherming van de weegschaal heerst over ons en we zijn vooralsnog veilig. Al zal de tijd van de leeuw niet lang op zich laten wachten.
De tijd van de Leeuw komt eraan. Is dat iets slechts?
* Myrddin richt haar blik naar de hemel en ziet alleen fonkelende sterren aan de hemel, maar een echt patroon kan ze er niet aan onderscheiden dan kijkt ze naar de maan en ziet dat de rode band om de maan verdwenen is. Ze beseft dat de kleine man gelijk heeft, dat het gevaar voorlopig geweken is.
Ze kijkt weer terug naar de personen voor haar, een bonte verzameling van wezens en vraagt zich af of het het lot is dat hun hier samen heeft gebracht of dat het toch toeval is. Maar toeval bestaat voor Myrddin eigenlijk niet, dat heeft haar opleiding haar wel duidelijk gemaakt. Ze bedenkt dat ze deze personen beter een slaapplaats kan aanbieden. Dan draait ze zich weer om naar het lijk dat nog steeds achter haar ligt en voelt de pijn weer in haar hart.
Dan knielt ze er bij neer en begint een zacht lied te zingen. Het vedriet dat het lied voortbrengt is voelbaar in het bos.
* De woorden galmen door het bos zodra Trem merkt wat er eigenlijk aan zijn arm knaagde terwijl hij sliep. Nog versuft van zijn slaap houdt hij het rat achtige creatuur in zijn ferme linkerhand. In zijn rechter zijn hamer welke op het punt staat moes te maken van het kleine, toch ietwat onschuldige beestje. Al vanaf het het moment dat hij 3 dagen geleden wakker werd onder die grote eik werd hij lastig gevallen door deze kleine beesten, alsof er een vloek over hem hing. Dagenlang doolde hij rond door het bos zonder enige aanwijzing van richting of pad. De irritatie van de laatste paar dagen had zich opgekropt en het trillen van zijn spieren duidde aan dat het moment daar was om dit diertje in een baan om de aarde te brengen. Ware het niet dat ineens een gezang zijn oor bereikte.
"wat is dat nou weer" * mompelt hij tegen zichzelf
* Half geirriteerd liet hij het beestje los, welk vlug onder een struik kroop. De grote noorman draaide zich om riching het geluid. Het was het eerste wat hij in dagen gehoord had, en misschien wist de zanger wel hoe hij uit dit verduivelde bos kon komen. Zijn hamer over zijn schouder slingerend pakte hij zijn paar bezittingen bij elkaar en begon te wandelen richting het constant sterker wordende geluid. Zijn ogen samenknipend ziet hij in de verte een aantal personen. Hij verstevigd zijn grip op zijn immens grote hamer en vervolgt zijn weg. je weet maar nooit, denk hij bij zichzelf.
Ik huiver als ik het lied hoor want het klinkt zo mooi, maar daar komt het niet alleen door, ik heb het gevoel dat iemand in de buurt is en onze kant op komt.
Ik besluit om het lied niet te onderbreken om het de andere te vertellen, want wie het ook is hij is dichtbij en kan zo hier zijn.
Ik luister op mijn hoede verder naar het lied.
Jan-Jaap staat achterhem, hij kijkt nuchter voor zich uit en gebaart dat Garoef een stap terug moet doen. Garoef gehoordzaamd en blijft gefascineerd toekijken.
Een korte knik in de richting van de twee anderen laat hen weten dat hij ze gezien heeft. En met zijn normaal kalme, maar nu toch wat verontrustte blik richting de vrouw vraagt hij zich af of alles in orde is.
Hij slingert zijn hamer van zijn schouder, en zet deze langzaam neer op de grond, stilletjes aanschouwt hij het geheel, niet echt zeker wat hij ervan moet denken.
Even kijkt Myrddin om zich heen, ze ziet hoe de nacht helderder is geworden dan ze in lange tijd heeft gezien. in het bos klinken weer de normale geluiden en een havik komt omlaag gevlogen en land op de uitgestoken arm van myrddin. Even haalt ze een hand over de kop van de havik en de havik lijkt Myrddin ook te begroeten.
Bij het gebouw aangekomen, doet Myrddin de oude houten deur krakend open en stapt de schemerige ruimte in. Net naast de deur staat een kaars en met een beweging van haar hand gaat de kaars aan. Zo gaat ze naar de kroonluchter die in het midden van de kamer hangt en na nog een handbeweging, springen de kaarsen aan, zo de kamer in het licht zettend.
Ze gebaart de anderen om te gaan zitten.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 03-12-2003 23:00]
* Eenmaal zittende bestuurdeerd hij de kamer. Een oude bruin koperen kroonluchter siert het plafond, verder staat er een stevig tafel met een aantal totaal verschillende stoelen. Aan de wand staat een halfgevulde boekenkast. Gedeeltelijk al jaren niet gebruikt, gedeeltelijk vol met bladwijzers en niet zo lang geleden weggezet. Hij kijkt naar JanJaap die tegenover hem zit, dan naar rechts naar Myrddin, even kijkt hij in de rondte en dan ziet hij Trem diep in gedachte bij het raam staan. Hij laat hem voor wat het is en keert zich weer tot Myrddin.
Bedankt, ik heb genoten van je gezang. Het was ontroerend. De leeuw heeft het gehoord en is voorlopig schrik aangejaagd. We kunnen even rustig ademhalen.
Dank u wel voor uw woorden, in onze stam is het gebruikelijk om zingend afscheid te nemen van een geliefd persoon en de persoon van wie ik net afscheid heb genomen was zeer geliefd in dit dorp en het verlies zal groot zijn. Ik vrees ook voor de gevolgen. Ik merk dat er veel onrust in het dorp verkeerd, zelfs nog meer toen Ivellios, de kwaadaardige tovenaar nog niet gevlucht was. U zegt dat de Leeuw rustig is, misschien hebben we dan nog tijd. Ik heb het gevoel dat er wat ergs staat te gebeuren en dat wij niet voor niets bij elkaar zijn gebracht.
Wat denkt u?
* Myrddin richt haar oplettende blik op de dwerg en probeert hem te doorgronden. In haar jonge leven heeft ze nog nooit voor zo'n situatie gestaan en ze weet niet wie ze wel kan vertrouwen en wie niet. Ongemerkt klemt Myrddin haar hand vaster om haar staf, om op alles voorbereid te zijn.
Even aarzelde hij en toen slingerde hij zijn hamer weer over zijn schouder, nam nog een grote teug frisse boslucht en stapte gebukt het hutje binnen. zijn blik fris, en vrolijk nu hij eindelijk weer wat andere wezens aan trof in het bos.
Zijn stem was diep en zwaar, maar paste bij zijn postuur. Terwijl hij zijn hamer neerzette, en tegen zijn voorhoofd tikte als begroeting sprak hij
Gegroet aldaar, Tremmor is de naam. Het is al een tijdje geleden dat ik anderen tegen ben gekomen, vindt u het erg als ik me bij u voeg.
* Geduldig glimlachte hij door de deuropening richting iedereen. En wachtte netjes op een antwoord voordat hij verder nar binnen kwam
* Garoef tikt wat met zijn vingers op tafel. Lichte zenuwen lopen door zijn lichaam. Hij weet niet echt goed wat hij met de situatie aan moet. Er zijn tekens, maar er zijn zoveel onbekenden.
Ik had me al aan sommige voorgesteld, maar aan gezien er zoveel mensen bij zijn gekomen, lijkt me het beter om ons eerst even voor te stellen aan de anderen, zodat we weten met wie we te maken hebben en misschien kunnen we erachter komen, waarom wij juist bij elkaar zijn gekomen.
Mijn naam is Myrddin caridwen en ik ben een bewoonster van dit dorp. Ik heb jarenlang lesgehad in de elf magie van de elf koningin. Een paar jaar terug werd ons dorp overvallen door een boosaardige tovernaar die mijn koningin dwong met hem te trouwen en te doden zodat hij de macht over dit bos en dit dorp kreeg. Doordat ik van de koningin les had gekregen was ik blijkbaar een bedreiging en ik werd in een huisje in het dorp opgesloten. Hoewel ik eruit ben ontsnapt heb ik de tovernaar niet te pakken kunnen krijgen en eigenlijk was ik op zoek naar mensen, toen de tovernaar besloot te vluchten. Ik kwam Chameleon onderweg tegen en besloot terug te keren naar het dorp. Daar gebeurde de ene rare gebeurtenis na de ander en eigenlijk zijn we nu op dit punt aanbeland.
Mijn naam weet ik niet, maar de stam die me vond noemde me Tremmor, Trem in het kort, via die stam ben ik ook op het eiland terecht gekomen. Ze hebben me hier achter gelaten, of ik heb de boot gemist, dat kan ook. Maar nu ik dit zo hoor, vraag ik me af of dit allemaal wel toeval was.
* Hij legde zijn grote armen over elkaar op de tafel, en keen eens serieus in het rond
Maar goed, mijn sterke punt is mijn slagkracht * Waarop hij naar zijn hamer wees En ik weet niet wat er aan de hand is, maar ik denk dat het best van pas kan komen.....toch?
Ik ben Jan-Jaap ik had me al voorgesteld aan een paar van jullie maar niet vertelt hoe ik hier terecht ben gekomen dat is een lang verhaal maar ik zou het kort houden
Ik was in het kasteel van een zekere heer Lord Dreamer die denk ik bij sommige van jullie wel bekent is.
Maar goed, daar ontdekte ik een geheime gang en toen kwam ik bij een kamer met in het midden een blauw vuur en die heeft mij hier onverwachts naar toe getransporteerd.
* Als ik ben uitverteld, haal ik een stuk brood en een stuk kaas wat ik nog uit het kasteel had meegenomen uit mij tas en leg het op de tafel.
Het is niet veel voor ons allen maar mag het jullie smaken.
Het lijkt mij het beste dat we naar het kasteel gaan, daar is plaats en eten genoeg voor iedereen en kunnen we even uitrusten en bijkomen van de reizen die we gemaakt hebben. Ook kunnen we overleggen wat onze plannen zijn, hoe we met elkaar kunnen samen werken of iemand moet een beter voorstel hebben?
Dat lijkt me een goed idee Myrddin want ik voel iemand nader komen, ik weet niet of hij goed of slecht is en met hoeveel ze zijn of hij alleen is, maar het is beter om naar het kasteel te gaan.
* Met een tweede beweging van Myrddin haar hand gaan alle kaarsen weer uit, en we lopen naar buiten richting het kasteel.
Ze gaat de anderen voor en buiten neemt ze een klein bospad wat aan hun linker hand ligt. Het bos is ook geheel in het duister gelegen en met een tik op de grond met haar staf, verleent Myrddin voldoende licht om te zien waar ze heen gaat. Licht heeft ze eigenlijk niet nodig, ze kent deze weg ook in het donker vinden, maar iets zegt haar dat ze beter voor licht kan zorgen.
Ze maant de anderen vlak achter haar te blijven.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 24-12-2003 17:18]
Voor Laliana antwoord geeft, besluit Laliana wat kracht te tonen, door zich kwetsbaar op te stellen. Ze stijgt van haar paard af om haar kwetsbare positie duidelijk te maken. De ogen van de elf volgen al haar bewegingen en met haar opmerkelijke ogen kijkt Laliana de elf aan. Die knikt dan begrijpend en gebaart Laliana en de rest haar weer te volgen.
Ze ziet hoe de rest niet begrijpend naar de elf kijkt, om vervolgens hun schouders op te halen en de elf verder het bos in te volgen.
Myrddin vraagt aan de vrouw waarom ze hun volgen.
Zonder antwoord te geven stijgt de vrouw van haar paard af ondertussen kijkt myrddin haar nog de hele tijd aan en wenkt haar en ons om haar weer te volgen.
Verbaast kijken we haar aan om dit rare gedoe, maar zonder iets te zeggen volgen we haar weer richting het kasteel.
Aan de andere kant ziet Myrddin de vertrouwde tuinen en snuift ze de heerlijke geur op van de bloemen die er bloeien. Een vlinder komt lansgvliegen en blijft even boven op haar toverstok zitten, voor het weer fladderend verder vliegt.
De anderen kijken met iets van verbazing om zich heen, maar Myrddin loopt onvermoeibaar door.
Ze neemt een paadje naar links en neemt zo het pad naar de westervleugel. Ze gebaart naar Laliana om haar paard hier in de tuin achter te laten, die is hier veilig genoeg en er is genoeg gras om te grazen. Ze loopt recht op een deur af en opent die. Ze gebaart de anderen haar voor te gaan en als laatste stapt ze het kasteel binnen, waarna ze zorgvuldig de deur achter zich sluit. met een handgebaar zorgt ze voor voldoende licht en kunnen de anderen om zich heen kijken.
Ik zou zeggen welkom in dit kasteel en voel je vrij om rond te kijken. Ik zal eerst iedereen een kamer toewijzen, zodat je je wat kan opfrissen. Ik zal zorgen dat er zo eten wordt geserveerd in de grote eetkamer, die is hier rechtdoor. Ik hoop jullie daar over ongeveer een uurtje weer te mogen ontmoeten
* Myrddin geeft iedereen een kamer en loopt zelf richting een andere vleugel, daar opent ze een houten deur en begint een paar toverspreuken uit te spreken. Na niet al te lange tijd, vult een heerlijke etensgeur het kasteel. Na even goedkeurend te hebben geknikt loopt ook Myrddin naar haar kamer om zich wat op te frissen.
Het duurt en het duurt en uiteindelijk besluit de dwerg om vast een hapje te nemen. Hij breekt een stuk brood af en doopt die in de soep. Hij neemt een hap. Een heerlijke smaak vult zijn mond. Hij kan zich niet inhouden en al snel is zijn hele kom soep leeg. Voorzichtig staat hij op om te kijken of de anderen nog komen.
Een lichte duizeling stijgt naar zijn hoofd. Het voelt niet goed. Met gezwinde pas loopt hij naar zijn kamer en gaat op bed liggen. Hij sluit zijn ogen en valt in slaap.
Elfenmagie mompel ik
Ik loop de kamer door en opeens sta ik in een mooi versierde badkamer met een bad vol met heet water waar de heerlijkste geuren uit komen.
Ik besluit een bad te nemen en als ik me uitgekleed hebt laat ik me langzaam in het water glijden.
Het water is heel ontspannend, ik voel me spieren ontspannen en val bijna in slaap als ik opeens mij maag hoor rommelen.
Ik besluit maar om naar de eetzaal te gaan, en nadat ik weer aangekleed heb met nieuwe kleren die opeens op mij bed zijn verschenen, loop ik de gang op mijn neus achter naar.
Als ik even later een zaal binnenkom zie ik dat er al iemand heeft gegeten.
En denk bij mezelf
Vreemd, wie zou er nou al gegeten hebben
* Ik ga aan de tafel zitten en pak een kan wijn en schenk wat in en begin te eten, ondertussen wachtend op de anderen die wel snel zullen komen
Hij schudy zijn cape af en laat Hidalgo stapvoets verder gaan. De zon begint aan haar laatste minuten en dus is het lastig om te kijken in het bos.
Het is al bijna volledig duister als er in de verte een lichtje verschijnt. Hidalgo stapt gestaag door in de duisternis.
Voorzichtig maakt Dagobert de man wakker. De vreemdeling kijkt versuft uit zijn ogen en vraagt aan Dagobert wie hij is en wat hij wil.
U lijkt er niet al te best aan toe te zijn, kan ik U ergens mee helpen?
Is wat water ook goed meneer? Bier heb ik helaas niet bij me, maar U mag wel meekomen naar mijn abdij, daar heb ik ook wel een warme droge plaats om te slapen voor U.
Onderweg vertelt hij wat over zichzelf en de adbij. Hij heeft niet door dat de dronkaard ondertussen weer ligt te soezen.
Met de laatste kracht die hij nog heeft tovert hij zijn staf en cape om en daarna gaat hij even liggen, voor hij de reis terug nar het dorp zal maken
Weet jij wie er nog meer van het eten heeft gegeten?
* Ze ziet hoe Jan Jaap verschrikt opkijkt alsvorens naar het eten te kijken, dan druppelen de andere een voor een de kamer binnen. Als ze ziet dat de anderen aan het eten willen beginnen klinkt er een schreeuw
Nee!!! Niet aan het eten komen, er is iets goed mis met het eten, aangezien de rest er allemaal is, missen we er een en ik ben bang dat die al van het eten heeft gegeten, net als Jan Jaap hier.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 08-01-2004 19:13]
quote:*szoezd*
Op dinsdag 6 januari 2004 18:44 schreef Dagobert het volgende:
* Dagobert geeft de man wat water en helpt hem dan achter op zijn paard. Hij spoort Hidalgo aan en samen rijden ze terug naar Zilea, Abdij van de Verborgen Waarheid.Onderweg vertelt hij wat over zichzelf en de adbij. Hij heeft niet door dat de dronkaard ondertussen weer ligt te soezen.
Garoef loopt rustig door en gaat op het geluid af. Het is donker in het bos, maar toch ook licht. De maan en de sterren zijn te zien aan de hemel, maar ook op plekken waar de maan niet door de bomen schijnt kan Garoef toch goed voor zich uit kijken en zich een pad banen door de felgekleurde varens.
Als hij bij een klein huisje komt zie hij een vrouw met een luit zitten. Ze heeft prachtig donkerbruin haar en stralende groene ogen. Een zachte stem zet in op de melodie van het lied. Het gaat over vroeger, over de plek waar Garoef vandaan komt. Het duurt even, maar dan ziet hij het. Het is zijn moeder die zachtjes zit te zingen.
Dit kan niet, dit klopt niet denkt Garoef bij zichzelf. Hij loopt rustig op de vrouw af en wil haar hand strelen. Ze lijkt hem niet te zien, totdat ze plots zijn hand vast pakt. Garoef kijkt haar aan en ziet langzaam dat het Myrddin is. Hij kijkt wat verbaasd uit zijn ogen en ziet dan alle gasten om zijn bed staan.
Wat is er aan de hand?
Wat is er aan de hand , * Vraagt Garoef. Myrddin zorgt dat hij weer gaat liggen, aangezien ze de bijwerkingen van deze betovering kent. Ze kijkt om zich heen en ziet dat er iemand mist. Met ruisende rokken draait ze zich om en haast weer de gang op. Snel loopt ze terug naar de eetkamer, waar ze Jan Jaap op de grond aantreft, op dezelfde manier als ze Garoef net aantrof. Ze knielt bij hem neer en schud hem ook aan zijn schouders heen en weer. pakt zijn hand en zend er de energie door die nodig om zo'n betovering te verbreken. Even knippert Jan jaap met zijn ogen, om vervolgens in een gezonde slaap weg te zakken. Ze laat Jan Jaap even liggen en loopt naar de tafel, waar het eten nog staat. Met een hand gebaar laat ze al het eten verdwijnen.
[Dit bericht is gewijzigd door Amethist op 14-01-2004 16:16]
Ik voel opeens me heel moe en zie nog net dat Myrddin haastig de zaal verlaat voordat het zwart voor mij ogen word en mij ledematen slap worden en op de grond ik elkaar zak.
Even later knipper ik met mij ogen en zie dat Myrddin mij hand heeft vastgepakt en ik voel een rare energie stroom door mij heen gaan.
Langzaam doe ik mij ogen maar weer dicht en val in een diepe slaap.
Het lijkt me het beste als iedereen wat gaat slapen, ik neem aan dat iedereen zelf wat te eten in zijn reis benodigdheden heeft, dat lijkt me op dit moment veiliger om te eten. Ik wens iedereen een goede nacht en kijk goed uit.
* Met deze woorden draait ze zich om en stuift ze de kamer uit. Snel loopt ze de trap af naar de kerker waar het lab zich bevind. Daar ligt het eten en snel doet ze wat proefjes op het eten. Veel verder dan wat ze al wist komt ze niet. Buiten begint het al weer licht te worden en met een handgebaar verwijdert ze het eten en sluit de deur zorgvuldig af voor ze naar haar vleugel loopt
[i]...Mama...
Garoef kijkt diep in haar groene ogen en krijgt ditmaal wel een blik terug. De muziek is gestopt en de jongedame staat op. Zonder een woord te zeggen draait ze zich om en loopt het huisje waar ze voor zat in. Garoef kijkt even rond en besluit haar te volgen. Ze loopt de keuken in en begint een maaltijd te bereiden. Garoef kan zijn ogen niet geloven als ze korte tijd later de keuken uit komt. Hij pakt een stuk brood vast en neemt een hap.
Het is vreemd. Hij lijkt niets te proeven. Hij kijkt om zich heen en ziet dat het ondertussen weer licht is buiten en hij nog steeds op zijn kamer ligt. Naast zijn bed staat een schaaltje met brood waarvan hij een stuk in zijn hand houdt.
vaarwel Eiland
* Op het bed blijft slechts een lichaam achter. De geest ie gevlogen naar huis. Naar egborgenheid en zekerheid. Een kille wind komt de kamer binnen. Het blijft donker en koud in het kasteel.
|
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |