WKN Weer, Klimaat en Natuurrampen
Lees alles over het onstuimige weer op onze planeet, volg orkanen en tornado's, zie hoe vulkanen uitbarsten en hoe Moeder Aarde beeft bij een aardbeving. Alles over de verwoestende kracht van onze planeet en tal van andere natuurverschijnselen.
Warmte en Koudegetallen.
Bronnen :
Warmtegetal
KNMI-Warmtegetal
KNMI-Warmtegetallen
Koudegetal
KNMI-Koudegetal
KNMI-Koudegetallen / Hellmann
Warmtegetal (definitie)
Een methode om een soort tussenstand van de zomer op te maken is het berekenen van het warmtegetal. Dit biedt de mogelijkheid om tussentijds een indruk te krijgen over de aard van de zomerse weer in het hele jaar en de mate van uitzonderlijkheid. De waarde wordt berekend door het aantal graden dat de gemiddelde etmaaltemperatuur van elke dag boven de 18,0 graden ligt, op te tellen. Een dag met gemiddeld over 24 uur een temperatuur van 20,2 graden draagt dus 2,2 bij aan het warmtegetal. Zo komen we dus uiteindelijk tot een totale som die het mogelijk maakt de warmte in het jaar te classificeren.
Warmtegetal in de praktijk
Er zijn verschillende mogelijkheden om de zomer te beoordelen, maar met de meeste grootheden, zoals gemiddelde temperatuur, het aantal uren zon en de neerslag, kan de balans pas achteraf worden opgemaakt. Bovendien gaan die gemiddelden over de drie zomermaanden, juni, juli en augustus, terwijl het zomerse weer vaak al eerder begint en ook in het najaar nog voortduurt. Er zijn daarom ook methodes om een soort tussenstand van de zomer op te maken en die bieden de mogelijkheid om tussentijds een indruk te krijgen over de aard van de zomerse weer in het hele jaar en de mate van uitzonderlijkheid.
Het KNMI houdt daarom de toename van het aantal "ADS"-dagen bij. Dat zijn echte mooi-weerdagen met een gemiddelde temperatuur ruim boven normaal (het decadegemiddelde), hooguit 0,2 mm neerslag en een zonneschijnduur van minstens 50%. Topjaar van de 20e eeuw was 1947 met in de zomerperiode mei- september 78 ADS-dagen. Dit jaar hadden we tussen mei en september 51 mooi-weerdagen, 11 in mei, 9 in juni, 17 in juli, 2 in augustus en 12 in september. Voor september is dat het grootste aantal mooi-weerdagen sinds 1959 toen De Bilt er ook 12 boekte.
Een andere methode voor een tussentijdse balans, die uitgaat van de warmte, is het warmtegetal. Die waarde wordt berekend door het aantal graden dat de gemiddelde etmaaltemperatuur van elke dag boven de 18,0 graden ligt, op te tellen. Een dag met gemiddeld over 24 uur een temperatuur van 20,2 graden draagt dus 2,2 bij aan het warmtegetal. Zo komen we dus uiteindelijk tot een totale som die het mogelijk maakt de warmte in het jaar te classificeren.
Topjaar van de 20e eeuw is 1947 met een warmtegetal van 221,3, daarna volgt 2006 met ruim 200, op de derde plaats 1995 met 169,7, op vier 1976 met 163,8 en op vijf 1994 met 147,9 (volledige tabel onder nader verklaard- zomer tussenstand).
Voorlopige tussenstand tot en met 30 september 2006: 201,3
Koudegetal (definitie)
Classificatie van de kou in het winterperiode gebaseerd op het dagelijks etmaalgemiddelde van de temperatuur. Dat is het gemiddelde over 24 uur, dat bepaald wordt uit de 24 uurlijkse temperatuurmetingen op een dag. Alle etmaalgemiddelden beneden het vriespunt over de periode 1 november tot en met uiterlijk 31 maart worden opgeteld, zodat uiteindelijk één (koude)getal wordt verkregen. Daarvan wordt het minteken weggelaten. De methode om winters te classificeren werd geïntroduceerd door de Duitse meteoroloog Gustav Hellmann (1854-1939). Voordeel is de mogelijkheid van een tussentijdse balans van de kou. Bovendien telt ook vorst in het voor- en naseizoen meetelt, dit in tegenstelling tot meteorologische winter die alleen betrekking heeft op de kalendermaanden december, januari en februari.
Koudegetal in de praktijk
De meteorologische winter omvat de drie maanden december, januari en februari. Vorst in november en maart tellen dus niet mee in de wintergemiddelden. Vandaar dat er naast de gemiddelde temperatuur een methode wordt gehanteerd die ook vorst in het voor- en naseizoen meetelt. Die mogelijkheid, die ook geschikt is voor een tussentijdse balans, biedt het koudegetal van Hellmann.
Zijn berekening gaat uit van het dagelijks etmaalgemiddelde van de temperatuur. Dat is het gemiddelde over 24 uur, dat bepaald wordt uit de 24 uurlijkse temperatuurmetingen op een dag. Alle etmaalgemiddelden beneden het vriespunt over de periode 1 november tot en met uiterlijk 31 maart worden opgeteld, zodat uiteindelijk één (koude)getal wordt verkregen. Daarvan wordt het minteken weggelaten. Bedraagt de gemiddelde etmaaltemperatuur op een bepaalde dag -0,5°C en de volgende dag -0,8°C, dan is het koudegetal over die twee dagen 1,3.
De winter krijgt op grond van het koudegetal in De Bilt aanduidingen als streng, koud, zacht of zeer zacht. Een winter met een koudegetal van minder dan 20 wordt zeer zacht genoemd. De winter van 1989 was met een 1,9 de zachtste van de 20e eeuw, op twee staat 1975 (3,2) en op drie 2000 (3,6). Een koude winter heeft een koudegetal tussen 100 en 160. In De Bilt is dat in de 20e eeuw achttien keer voorgekomen. Zes keer lag het koudegetal tussen 160 en 300 en dan spreken we van een zeer koude winter. Het koudst was de winter van 1963 met een koudegetal van 345,9. De winter van 1947 staat op de tweede plaats met 342,8 en daarna volgt die van 1942 met 331,8.
In de winter van 1996 is het koudegetal opgelopen tot 150,5. Daarmee bezet deze winter de twaalfde plaats op de lijst volgens Hellmann. De koude winters van 1986 en 1987 haalden in De Bilt met 149,2 en 151,5 een vergelijkbare score. De winter van 1997 leverde een koudegetal op van 131,6 en was daarmee de laatste koude winter van de 20e eeuw.
Met een koudegetal van 16,3 staat 2004 op de 7e plaats bij de zachtste winterperiodes sinds 1901.
Bronnen :
Warmtegetal
Koudegetal
Warmtegetal (definitie)
Een methode om een soort tussenstand van de zomer op te maken is het berekenen van het warmtegetal. Dit biedt de mogelijkheid om tussentijds een indruk te krijgen over de aard van de zomerse weer in het hele jaar en de mate van uitzonderlijkheid. De waarde wordt berekend door het aantal graden dat de gemiddelde etmaaltemperatuur van elke dag boven de 18,0 graden ligt, op te tellen. Een dag met gemiddeld over 24 uur een temperatuur van 20,2 graden draagt dus 2,2 bij aan het warmtegetal. Zo komen we dus uiteindelijk tot een totale som die het mogelijk maakt de warmte in het jaar te classificeren.
Warmtegetal in de praktijk
Er zijn verschillende mogelijkheden om de zomer te beoordelen, maar met de meeste grootheden, zoals gemiddelde temperatuur, het aantal uren zon en de neerslag, kan de balans pas achteraf worden opgemaakt. Bovendien gaan die gemiddelden over de drie zomermaanden, juni, juli en augustus, terwijl het zomerse weer vaak al eerder begint en ook in het najaar nog voortduurt. Er zijn daarom ook methodes om een soort tussenstand van de zomer op te maken en die bieden de mogelijkheid om tussentijds een indruk te krijgen over de aard van de zomerse weer in het hele jaar en de mate van uitzonderlijkheid.
Het KNMI houdt daarom de toename van het aantal "ADS"-dagen bij. Dat zijn echte mooi-weerdagen met een gemiddelde temperatuur ruim boven normaal (het decadegemiddelde), hooguit 0,2 mm neerslag en een zonneschijnduur van minstens 50%. Topjaar van de 20e eeuw was 1947 met in de zomerperiode mei- september 78 ADS-dagen. Dit jaar hadden we tussen mei en september 51 mooi-weerdagen, 11 in mei, 9 in juni, 17 in juli, 2 in augustus en 12 in september. Voor september is dat het grootste aantal mooi-weerdagen sinds 1959 toen De Bilt er ook 12 boekte.
Een andere methode voor een tussentijdse balans, die uitgaat van de warmte, is het warmtegetal. Die waarde wordt berekend door het aantal graden dat de gemiddelde etmaaltemperatuur van elke dag boven de 18,0 graden ligt, op te tellen. Een dag met gemiddeld over 24 uur een temperatuur van 20,2 graden draagt dus 2,2 bij aan het warmtegetal. Zo komen we dus uiteindelijk tot een totale som die het mogelijk maakt de warmte in het jaar te classificeren.
Topjaar van de 20e eeuw is 1947 met een warmtegetal van 221,3, daarna volgt 2006 met ruim 200, op de derde plaats 1995 met 169,7, op vier 1976 met 163,8 en op vijf 1994 met 147,9 (volledige tabel onder nader verklaard- zomer tussenstand).
Voorlopige tussenstand tot en met 30 september 2006: 201,3
Koudegetal (definitie)
Classificatie van de kou in het winterperiode gebaseerd op het dagelijks etmaalgemiddelde van de temperatuur. Dat is het gemiddelde over 24 uur, dat bepaald wordt uit de 24 uurlijkse temperatuurmetingen op een dag. Alle etmaalgemiddelden beneden het vriespunt over de periode 1 november tot en met uiterlijk 31 maart worden opgeteld, zodat uiteindelijk één (koude)getal wordt verkregen. Daarvan wordt het minteken weggelaten. De methode om winters te classificeren werd geïntroduceerd door de Duitse meteoroloog Gustav Hellmann (1854-1939). Voordeel is de mogelijkheid van een tussentijdse balans van de kou. Bovendien telt ook vorst in het voor- en naseizoen meetelt, dit in tegenstelling tot meteorologische winter die alleen betrekking heeft op de kalendermaanden december, januari en februari.
Koudegetal in de praktijk
De meteorologische winter omvat de drie maanden december, januari en februari. Vorst in november en maart tellen dus niet mee in de wintergemiddelden. Vandaar dat er naast de gemiddelde temperatuur een methode wordt gehanteerd die ook vorst in het voor- en naseizoen meetelt. Die mogelijkheid, die ook geschikt is voor een tussentijdse balans, biedt het koudegetal van Hellmann.
Zijn berekening gaat uit van het dagelijks etmaalgemiddelde van de temperatuur. Dat is het gemiddelde over 24 uur, dat bepaald wordt uit de 24 uurlijkse temperatuurmetingen op een dag. Alle etmaalgemiddelden beneden het vriespunt over de periode 1 november tot en met uiterlijk 31 maart worden opgeteld, zodat uiteindelijk één (koude)getal wordt verkregen. Daarvan wordt het minteken weggelaten. Bedraagt de gemiddelde etmaaltemperatuur op een bepaalde dag -0,5°C en de volgende dag -0,8°C, dan is het koudegetal over die twee dagen 1,3.
De winter krijgt op grond van het koudegetal in De Bilt aanduidingen als streng, koud, zacht of zeer zacht. Een winter met een koudegetal van minder dan 20 wordt zeer zacht genoemd. De winter van 1989 was met een 1,9 de zachtste van de 20e eeuw, op twee staat 1975 (3,2) en op drie 2000 (3,6). Een koude winter heeft een koudegetal tussen 100 en 160. In De Bilt is dat in de 20e eeuw achttien keer voorgekomen. Zes keer lag het koudegetal tussen 160 en 300 en dan spreken we van een zeer koude winter. Het koudst was de winter van 1963 met een koudegetal van 345,9. De winter van 1947 staat op de tweede plaats met 342,8 en daarna volgt die van 1942 met 331,8.
In de winter van 1996 is het koudegetal opgelopen tot 150,5. Daarmee bezet deze winter de twaalfde plaats op de lijst volgens Hellmann. De koude winters van 1986 en 1987 haalden in De Bilt met 149,2 en 151,5 een vergelijkbare score. De winter van 1997 leverde een koudegetal op van 131,6 en was daarmee de laatste koude winter van de 20e eeuw.
Met een koudegetal van 16,3 staat 2004 op de 7e plaats bij de zachtste winterperiodes sinds 1901.
Met bijna 13-15 graden in de plus morgen schiet het wel lekker op. Welke sneeuw ?quote:Op maandag 8 januari 2007 19:45 schreef pfaf het volgende:
Interessant, eens kijken of we het Hellmann-getal in 2007 onder de 1.9 kunnen Houden.
Misschien kunnen we voor Pasen het warmtegetal al wat opkrikken.quote:Op maandag 8 januari 2007 19:49 schreef Drugshond het volgende:
[..]
Met bijna 13-15 graden in de plus morgen schiet het wel lekker op. Welke sneeuw ?
Mooie lijstjes.
In de jaren 30, waren er 9 winters op rij onder de 100. Waarop, vanaf 1939 er 4 boven de 100 volgde.
De winters in Nederland zijn niet echt stabiel.
In de jaren 30, waren er 9 winters op rij onder de 100. Waarop, vanaf 1939 er 4 boven de 100 volgde.
De winters in Nederland zijn niet echt stabiel.
Ik hoop het eigenlijk nietquote:Op maandag 8 januari 2007 19:45 schreef pfaf het volgende:
Interessant, eens kijken of we het Hellmann-getal in 2007 onder de 1.9 kunnen Houden.
Eindelijk winter, ik ben benieuwd op welke plaats deze winter gaat eindigen.
De periode loopt tot en met 31 maart. Het kan dus nog stevig gaan vriezen.
De periode loopt tot en met 31 maart. Het kan dus nog stevig gaan vriezen.
Twenthe heeft gisteren overigens 5,5 helmannen gehaald.
En zelfs Den Haag 1.
Alleen zeeland, de kop van Noord Holland en alles wat aan de waddensauna grenst heeft nog niets.
En zelfs Den Haag 1.
Alleen zeeland, de kop van Noord Holland en alles wat aan de waddensauna grenst heeft nog niets.
silence can say more than thousand words
80.1 een normale winter dus (volgens het lijstje)quote:Op woensdag 24 januari 2007 11:36 schreef 61neorej het volgende:
2003 was eigenlijk nog een behoorlijke winter
Normaal als in het gemiddelde van alle winters.
De mediaan ligt echter op 52 punten. De helft van de winters heeft dus lager als 52.
2003 staat op plaats 37.
De mediaan ligt echter op 52 punten. De helft van de winters heeft dus lager als 52.
2003 staat op plaats 37.
silence can say more than thousand words
En we zitten inmiddels op 4.8
Drie winters waren dus zachter al
Drie winters waren dus zachter al
silence can say more than thousand words
Het zuiden zit flink hoger als de rest van het land nu.
Vandaag alleen al zo'n 10 hellmannen erbij daar.
Komende dagen gaat het daar ook een stuk harder, zal misschien zelfs al richting een koude winter gaan als je alleen naar de hellmanscore kijkt.
Vandaag alleen al zo'n 10 hellmannen erbij daar.
Komende dagen gaat het daar ook een stuk harder, zal misschien zelfs al richting een koude winter gaan als je alleen naar de hellmanscore kijkt.
Dit jaar staat nu op plaats 78 met 31.4 hellman punten.
En daar komen nog wel een aantal bij. Nog 10 punten erbij en de Winter kan als normaal worden gezien.
En daar komen nog wel een aantal bij. Nog 10 punten erbij en de Winter kan als normaal worden gezien.
Jan Visserquote:Het Koudegetal van de winter 2008-2009 is in De Bilt inmiddels opgelopen naar 43.6. Hiermee staat de winter van 2008-2009 op een alleszins verdienstelijke 58ste plaats in een reeks vanaf 1901 (met dank aan Ed Aldus, TV Rijnmond voor de gegevens). De verschillen tussen Noord- en Zuid-Nederland zijn enorm: Leeuwarden heeft een Koudegetal van slechts 29.4, Maastricht 66.3. Geen wonder dat men in het noorden niet echt warm loopt voor deze winter.
[ Bericht 0% gewijzigd door #ANONIEM op 10-01-2009 23:37:34 ]
Actuele stand winter 2008/2009: 55.5 (t/m 5 FEBRUARI)
Goed voor plaats 49.
En het schijnt weer kouder te worden.
Goed voor plaats 49.
En het schijnt weer kouder te worden.
Actuele stand winter 2009/2010: 9.8 (t/m 17 DECEMBER)
En nu maar hopen dat er nog flink wat punten bij komen.
En nu maar hopen dat er nog flink wat punten bij komen.
Vandaag komen er wel 7-8 punten bij denk ik.
Jammer dat het vrij laat afkoelde maar het is nu nog -9 in DB
Jammer dat het vrij laat afkoelde maar het is nu nog -9 in DB
We zijn nu al een hoop jaren voorbij kwa hellmannetjes !
34 punten voor Eelde... en rond de 25 voor de Bilt !
34 punten voor Eelde... en rond de 25 voor de Bilt !
|
|
