Okeej, een kort verslagje van mijn bezoekje aan Glasgow;
vrijdag 16 juniAankomst in Prestwick, wat nogal een
disgrace blijkt te zijn; een lelijke klomp beton zonder enige uitstraling. Om het nog leuker te maken is er vrijwel tegelijk een vliegtuig van Ryanair geland vanuit Las Palmas en komt de bagage van de passagiers op dezelfde band binnen als die van mij. De bagage uit Las Palmas ligt echter nog niet op de band, die uit Amsterdam wel. Het is echter een hele opgave om die er af te halen, omdat een hele horde bleke Schotten met overgewicht zich heeft opgesteld rondom de band.
Afijn, het vliegveld van Prestwick is niet de meest glamoureuze locatie, maar verder geen kwaad woord over de Schotten. Verder waren het heel aardige, informele mensen ('hi there!').
Met de trein (overigens gratis) in drie kwartier naar Glasgow, eerst langs golfbanen, dan een niet onaardig golvend landschap tot tenslotte de rotzooi hoe langer hoe groter wordt als ik Glasgow nader. Je zou er prachtige foto's kunnen maken van een vervallen 'Auto Repair Shop' of zoiets. Als je langer de tijd zou hebben dan een weekendje althans. En als het mooier weer zou zijn. Het is namelijk grijs en grauw, wat wel is wat je van Schotland verwacht.
Naast het (mooie)
station ligt het (ook mooie)
Radisson SAS. Goede service, dat blijkt al meteen. Bij het reserveren had ik gevraagd om een niet roken kamer, op de hoogst mogelijke verdieping aan de straatzijde. Dat is precies wat ik krijg. Een ruime, compleet uitgeruste niet-roken kamer op de zesde verdieping, uitkijkend op het station.
Aan het eind van de middag / begin van de avond de stad in voor een eerste verkenning en op zoek naar een restaurantje. Glasgow blijkt een charmant allegaartje te zijn: een mix van oud en nieuw, mooi en lelijk, vervallen en tiptop.
Uiteindelijk beland bij
BLUU; een bar / lounge / restaurant. Hip, maar op een gezellige, niet geforceerde manier. Betaalbaar (drie gangen en een biertje voor 25 pond) en vrij behoorlijk eten, vooral het hoofdgerecht (taartje met asperges en feta, salade met zongedroogde tomaatjes).
zaterdag 17 juniDit zal een dag blijken te zijn waarop ik een paar keer op het juiste moment op de juiste plek ben. Allereerst een bezoek aan, en rondleiding door de
Glasgow School of Art, Vooral van binnen een fraai pand, ontworpen door Charles Rennie Mackintosh en nog steeds volop in gebruik. Juist vandaag blijkt de jaarlijkse eindexamententoonstelling begonnen te zijn. Na de rondleiding had ik daar nog uren doorheen kunnen dwalen, zoveel is er te zien. Dan zou ik echter nergens anders meer aan toe komen vandaag, dus het moet helaas in een wat hoger tempo.
Vlakbij de School of Art is de
Willow Tea Room, eveneens een ontwerp van Mackintosh. Ik had hier eigenlijk willen lunchen, maar voor het bordje 'please wait here to be seated' staat een rij en ik wil niet blijven wachten. Na een blik op het bekende interieur weer weggegaan en dan maar sandwiches gekocht bij de supermarkt ernaast.
Op naar de metrohalte. De
metro maakt in eerste instantie een vreemde indruk. Ik kom terecht op een grappig klein stationnetje waar een grappig klein treintje aan komt rijden. Het hele metrosysteem lijkt gekrompen in de was.
De bestemming is de universiteit, of meer precies de Huntarian Art Gallery, die daar deel van uitmaakt. Het belangrijkste onderdeel is het
Mackintosh House: een zorgvuldige reconstructie met originele interieurs van het eigen woonhuis van Mackintosh dat ongeveer op deze plek stond. Als ik om vijf voor drie aankom blijkt dat het museum vandaag gratis is en dat er om drie uur een lezing is over Mackintosh door een professor van de universiteit. Dit vanwege het feit dat Mackintosh het huis honderd jaar geleden betrok en inrichtte.
Na sluitingstijd van het museum is het nog licht genoeg om nog even bij het nieuwe
Science Center te gaan kijken, al loont het niet meer de moeite er naar binnen te gaan. Geeft niet, het gaat om de architectuur. Om er te komen moet ik echter vanaf de metrohalte nog een aardig eindje lopen en onderweg kom ik terecht in een Oranjemars; voorop mannen in pak met oranje vaandels en banieren, dan dames in witte jurken en tenslotte een drumband in kilt. Voor de derde keer vandaag toevallig op het goede tijdstip op de goede plaats.
De weg naar het Science Center gaat door een volksbuurt met wat onbewoonbare panden, langs een industrieterrein en braakliggend terrein tot uiteindelijk het glimmende, futuristische gebouw aan de rivier bereikt wordt. Men is wel bezig het waterfront aantrekkelijker te maken, maar er is nog een hoop te doen. Het Science Center ligt nu nog vrij geïsoleerd in een woestenij van lelijkheid, hoewel aan één kant wel nieuwe kantoorgebouwen staan en een moderne brug naar het centrum in aanbouw is.
Een mooi beeld: als het Science Center al gesloten is, het terrein verlaten en de zon eindelijk een beetje doorkomt zit aan een houten picknicktafel een bejaard stelletje te eten en te drinken uit een thermosfles. Van de rij tafeltjes is dit de enige die bezet is, op de achtergrond het hypermoderne gebouw dat lijkt te detoneren met het tafereeltje ervoor.
Terug in het centrum van de stad valt in de belangrijkste winkelstraat een gebouw op met een enorme pauw op het dak. Er is een smalle toegang met een roltrap omhoog. Als ik die neem wacht een verrassing; ik blijk uit te komen in een de ruimte, lichte binnentuin van een
groot winkelcentrum. Hier ook diverse restaurantjes, waaronder degene waarbij ik (niet bijzonder, wel weer goed betaalbaar) dineer.
Omdat het nog licht is nog even langs het Daily Record Building gelopen, ontworpen door... juist: Charles Rennie Mackintosh. Dat is een kleine anticlimax: het staat aan een smerige, stinkende steeg en verkeert in deplorabele staat. Achter de ramen zijn twee aanvragen voor een bouwvergunning geplakt, dus kennelijk wordt het wel weer opgeknapt, maar voor nu is het niet fraai: de ramen zijn dichtgetimmerd of ingegooid en binnen is het zo te zien een vreselijke rotzooi. Van het originele interieur is denkelijk weinig meer over.
Dan maar terug naar het hotel om uit te kijken over de stad en de zon onder te zien gaan (voor zover dat door de bewolking mogelijk is dan).
zondag 18 juniDe combinatie Glasgow, zondag en toerist blijkt geen erg gelukkige. Veel bezienswaardigheden zijn dicht of maar zeer beperkt open en de metro rijdt pas na tienen. Ik bezoek het
House for an Art Lover, alweer een ontwerp van Mackintosh. Het is pas in 1996 gebouwd op basis van een schetsontwerp dat Mackintosh ooit indiende voor een prijsvraag van een Duits vakblad. Vooral de interieurs zijn weer erg de moeite waard.
Ik had gedacht op de terugweg nog even uit te kunnen stappen bij een ander ontwerp van Mackintosh, een school, maar dat idee moet ik laten schieten. De metro, die bestaat uit één traject in een cirkel, blijkt alleen nog linksom te rijden. Het traject rechtsom is gestremd, waardoor ik een stevige omweg moet maken om weer terug te komen. Als ik de school ook nog zou willen bezoeken zou ik nog een keer de volledige ronde moeten maken en daarvoor ontbreekt de tijd.
Dus de bagage opgehaald bij het hotel, op het station nog wat sandwiches gekocht en dan maar weer eens terug naar Prestwick. Waar het inchecken werkelijk tergend langzaam verloopt, ik de laatste ponden investeer in whiskey en waar ik weer mag genieten van het gezelschap van andere Transavia-reizigers...
ja, er werd geklapt [ Bericht 3% gewijzigd door #ANONIEM op 20-06-2006 00:43:06 ]