Ik lees sinds gisteravond
Supertex van Leon de Winter.
Begin jaren 90 al eens gelezen, maar nu heb ik 'm in een bundel met
De ruimte van Sokolov, van mijn zwager en schoonzus gekregen.
Op zich ben ik altijd wel gecharmeerd geweest van De Winter. In tegenstelling tot, ik noem een Theo van Gogh, vind ik het uitventen van zijn joodse achtergrond wél interessant. Goed, hij schrijft inderdaad wel héél vaak over de joodse jongen die zich uit rancune jegens zijn vader/ouders afzet tegen zijn achtergrond en het daar later in zijn leven ineens moeilijk mee krijgt (zo ook in bijvoorbeeld
Kaplan en
Zionoco), en het ligt er allemaal wel erg dik bovenop, maar De Winter kán schrijven. Gegoochel met tijd kan ik in het algemeen ook wel waarderen.
Vanavond dus weer lekker verder in
Supertex