quote:
Ontmoet de Chinese snookersensatie die O’Sullivan van zijn sokken blies, maar eigenlijk een groots pianist moest worden
Ronnie O’Sullivan strandde vorige week in de halve finales van de English Open snooker. Een teleurstelling voor ‘The Rocket’, die over het algemeen aanzien wordt als de beste man ooit met een keu. Als O’Sullivan dus een jonge speler bombardeert tot toekomstig wereldkampioen, dan moet die wel wat kunnen. Die eer is weggelegd voor de amper 18-jarige Luo Honghao.
Snooker leeft enorm in China. Na Engeland (56) heeft het Aziatische land de meeste professionele spelers op het circuit, namelijk 24. Dat zijn er ruim de helft meer dan zeven jaar geleden. Vijf talenten maakten dit jaar hun debuut: Lu Ning, Chen Feilong, Zhang Jiankang, Fan Zhengyi én Luo Honghao.
Zij proberen, net zoals voorgangers als Liang Wenbo en Yan Bingtao, in de voetsporen te treden van de vaandeldrager van het Chinese snooker: Ding Junhui. Die werd al in 2003 prof en is al jaren een vaste waarde aan de top van het circuit. Ding won als 18-jarige de China Open tegen legende Stephen Hendry en China had meteen een ‘poster boy’ voor een sport waarin het wilde investeren.
De nu 31-jarige Ding zit intussen aan negentien finales van ‘ranking events’, de term waaronder de belangrijkste snookertoernooien bekendstaan. Daarvan won hij er dertien. In 2016 haalde Ding als eerste Aziaat de finale van het WK, maar moest hij het afleggen tegen Mark Selby. Kortom: Ding heeft de standaard gezet voor Chinese spelers. En die is hoog...
Velen faalden ondanks hun grote talent. Anderen werden dan weer als een racket gelanceerd om daarna te blijven hangen. Maar er is hoop. De 18-jarige Yan Bingtao staat al 23ste op de wereldranglijst en speelde al een finale op de Northern Ireland Open. De 21-jarige Zhao Xintong werd al de “nieuwe Ronnie O’Sullivan” genoemd”. Maar de Engelse legende was zelf zwaar onder de indruk van Luo Honghao na hun partij op de English Open.
O’Sullivan onder de indruk
‘The Rocket’ ontmoette het amper 18-jarige toptalent in de kwartfinale. O’Sullivan liep snel 2-0 uit dankzij breaks van 118 en 90, maar zat dan lang op zijn stoel. De linkshandige Luo won drie frames op een rij en maakte een break van 136 om 2-3 voor te komen. De Engelsman had dan heel wat geluk nodig om er 3-3 van te maken en profiteerde van een zeldzame misser van Luo om uiteindelijk met 5-3 te zegevieren.
“Ik kan niet geloven dat ik deze wedstrijd gewonnen heb”, reageerde O’Sullivan na afloop. “Ik was echt de op één na beste speler vandaag. Dit is Luo’s eerste jaar op het circuit. Als hij nu al zo goed is, wat gaat dat binnen twee of drie jaar geven? Hij gaat de beste worden. Het was eigenlijk pas de tweede keer dat ik hem zag spelen. Indrukwekkend hoe hij de ballen raakt…”
“Hij versloeg in de vorige ronde Neil Robertson (de wereldkampioen van 2010, red.) en toen hij van 2-0 naar 2-3 ging, ik dacht niet dat hij ging missen. Hij speelde foutloos. Misschien was het hier het gebrek aan ervaring dat de doorslag gaf, maar ik dacht even dat hij mij ging wegspelen. Wat ik tegen hem zei na afloop? Dat hij een geweldige speler is en dat hij meer dan goed genoeg is om wereldtitels te winnen. Als een snookerfan zie ik hem graag zijn potentieel vervullen.”
‘From 9 to 5’
Luo Honghao was ooit een van de vele jonge Chinezen die hun thuis verlieten voor een kans op het World Snooker College in Beijing. Vanaf 12 jaar ben je daar welkom om van 9 tot 17 uur te trainen. Van maandag tot vrijdag, met een lunchpauze tussen de snookertafels als enige rustperiode. Een groot risico dat ze in China graag nemen.
“Ik hoop dat ik ooit het WK kan winnen want op dit moment heeft nog geen enkele Chinees dat kunnen doen”, verklapte een toen 17-jarige Luo zijn ambitie aan Sky News. Maar het leven van het snookertalent had er heel wat anders kunnen uitzien. Op z’n vijfde zat Luo namelijk al aan een piano. De Chinees bezat een uitzonderlijk talent, maar toen kreeg de snookermicrobe hem te pakken.
“Ik speelde al vanaf een jonge leeftijd op de piano”, vertelde Luo aan The Independent. “Ik was op een bepaald moment op een niveau dat ik zo goed als een professionele muzikant was. Ik zat op het negende van potentieel tien niveaus als amateur, ik speelde in concertzalen en theaters, mijn favoriete stuk was het themalied van Pirates of the Caribbean. Maar toen begon ik te snookeren. Op mijn elfde wist ik wat ik wilde doen: snooker spelen. De reden was vrij simpel: ik wil dingen winnen in mijn carrière. Zoals het WK, liefst meerdere keren.”
Luo heeft nog altijd geen spijt van zijn keuze, ook al moet hij af en toe nog wat manieren leren. Zo wilde tegenstander Adam Duffy hem geen hand schudden na hun wedstrijd “omdat hij zijn handen niet had gewassen na een toiletbezoek”.
Maar Luo won intussen het WK voor spelers onder 14 jaar en bereikte als 17-jarige de finale van het WK voor spelers onder 21 jaar. In zijn eerste jaar als professional bereikte hij dus meteen de kwartfinale van de English Open, een ‘ranking event’. Op de European Masters in Lommel verloor Luo, die standaard met een handschoen speelt, wel van Luca Brecel met 4-2. Binnen enkele jaren zal Brecel mogelijk met veel trots terugkijken op die zege...