Een moshende draaikolk voor Queens of the Stone Age
17 NOVEMBER 2017 OM 02:13 UUR | Inge Schelstraete
Er mag al eens gedanst worden op ‘Villains’, de nieuwe plaat van Queens of the Stone Age, maar in het Sportpaleis serveerde de groep ook een ferme portie stonerrock. Een dik uur lang was de balans tussen rock, branie, humor en emotie van Josh Homme en zijn mannen perfect.
Koen Bauters
Er zijn nog meer potige rockgroepen dan Queens of the Stone Age, maar die missen het vileine gevoel voor humor van Josh Homme. Dit keer verscheen de groep op het podium op de tonen van ‘Walk the night’, een cultklassieker uit het homo-s/m-circuit van Skatt Brothers. Die song heeft een stevige rockriff, een wahwahgitaar en funky zang, dus stond hij nog niet zo gek naast de opener, ‘If I had a tail’. ‘Monsters in the parasol’ zette er stevig de beuk in. ‘My God is the sun’ kreeg mooi onheilspellende synthesizers van Dean Fertita, en het tempo werd strak vertraagd en versneld. Goed begonnen, maar we misten nog iets.
Dan zette de groep ‘Feet don’t fail me’ van de nieuwe plaat Villains in, en het middenveld begon als één man te bewegen. Power is mooi, maar van Queens of the Stone Age verwacht je ook branie en schwung. Uit het publiek zagen we iemands benen als een grote ‘V’ omhoog steken - het was het begin van een draaikolk voor het podium zoals we die in jaren niet meer hebben gezien. En van een bijzonder fraaie ontsnapping van de band, met swingende drums van Jon Theodore in ‘The way you used to do’ (’a love song I guess’, zei Homme), een razend en rollend ‘You think I ain’t worth a dollar but I feel like a millionaire’ (‘Come on dance with me motherfuckers!’) en een geweldige, minutenlang uitgesponnen versie van ‘No one knows’.
Die begon met Fertita die de keyboards inruilde voor een gitaar en met gitarist Troy van Leeuwen rondsprong tussen de verlichte palen op het podium - die waren flexibel, dus zwiepten ze iedere keer terug. Daarna kwam een fel toegejuichte drumsolo van Theodore, en toen die stopte, nam de band doodleuk de song weer op. Als Queens of the Stone Age goed zijn, combineren ze niet alleen power en schwung, maar gieten ze er ook een ferme scheut emotie bij. Achteraf vroeg Homme glunderend om de lichten in de zaal op te zetten: de Rosse Reus wilde de liefde van de zaal niet alleen voelen, maar ook zien.
Strak, niet stoned
‘Regular John’ was het oudste nummer in de set, uit de debuutplaat van de set. Homme, Fertita en Van Leeuwen stonden geconcentreerd in een driehoekje om de luid-stil-luidwisselingen vooral niet te missen - Queens anno 2017 spelen strak, niet stoned. In ‘The evil has landed’ haalde Homme zijn beste falset boven, terwijl de band stompende glamrock speelde, ‘I sat by the ocean’ zong hij op zijn soulvolst, en in het vingerknippende ‘Smooth sailing’ kwam zijn gevoel voor humor weer boven: ‘Heb je ooit al zo diep gezeten dat je niets meer hebt? It’s a wonderful fucking feeling - van daar af kan het alleen maar beter gaan.’ Ook een gezinsmotto chez Homme, vertelde hij vooraf in een interview (morgen in de krant).
Dan was het even op. ‘Fortress’ van de nieuwe plaat heeft een mooie melodie, maar Homme zong ze een halve toonaard te hoog en moest af en toe een lettergreep overslaan. Tijdens ‘Domesticated animals’ verslapte de aandacht in de zaal. ‘Make it with chu’, een schurker vanjewelste, werd bijzonder geil en loom gespeeld en Homme gooide er nog een mooie fuzzy solo bovenop - u weet wel, dat geluid van een verkouden olifant. Maar in ‘I appear missing’ ging het weer de mist in: de stem van Homme verzoop in de echo en de gitaren, de golvende keyboards van Fertita gingen nergens heen en het gepriegel van de gitaristen bleef maar duren. Vroeger zou het dan niet meer goedgekomen zijn. Dat het nu wel weer mooi samenkwam, lag aan het uitstekende werk van Theodore en bassist Michael Shuman. Dat de groep zoveel strakker speelt dan vroeger, ligt voor een groot deel aan de ritmesectie. Hoe dan ook: toen ze hun groove weer hadden gevonden, ging ‘I appear missing’ bloedmooi over in ‘Villains of circumstance’. Het bijna-titelnummer van de nieuwe plaat is bombast, maar dan wel bombast vol emotie - onze kop eraf als er geen mensen gaan trouwen op deze song.
Nog even rammen voor het slapengaan
De eindspurt mocht weer stevig, met een snel ‘Little sister’, ‘Sick sick sick’ en ‘Go with the flow’, weer zo’n emotionele moker. Eigenlijk voegden de toegiften daarna nog weinig toe; we blijven erbij dat ‘Head like a haunted house’ eigenlijk ‘Rock lobster’ van B-52s is, maar met meer gitaren. En ‘I think I lost my headache’ en ‘Song for the dead’ waren nog even rammen voor het slapengaan. Het concert had zijn vier sterren al een halfuur eerder verdiend.