Groentekraam van RangelrooijIk was van plan weer eens een visje te halen bij vishandel Bronk. Adrie heeft laatst in het ziekenhuis gelegen. Wilde weten hoe het met hem gaat en of het door het kampioenschap van Feyenoord kwam. Ik zag echter niet meer dan een lege plek, daar waar ik Adrie had verwacht. Die bleek echter op dinsdag niet op de Bommelsche mert te staan. Ik viste dus mooi achter het net. Kreeg het te horen van Martin van Meerveld, die op zaterdag, al jaren, met z'n groentekraam tegenover Bronk staat. Ik zeg van Meerveld, maar iedereen kent 'm als van Rangelrooij. Onder die naam begonnen zijn ouders ooit een groentewinkel. Die naam heeft ie, om geen verwarring te stichten, aangehouden.
Ik ken Martin al heel wat jaartjes. Noem hem dan ook altijd Mart. Komt ook van pas op de Mert. Al vaak met hem staan keuvelen. Dan gaat het meestal over FC Den Bosch. Die club steunt ie door dik en dun. Als het even kan is ie bij de thuiswedstrijden aanwezig. Als het niet over FC Den Bosch gaat, krijg ik vaak de laatste Bommelsche roddels te horen. Dit komt voornamelijk doordat de "hooligans" van het 'Leugenbankje' zich verplaatst hebben naar de hoek Boschsstraat/Mert. Achter de kraam van Martin en naast de sigarenzaak, waar ooit Bob van Kooten en Willie van Bruchem de scepter rookten. De roddels gaan dan ook als een lopend vuurtje. Onder leiding van gespreksleiders Leo van Opijnen jr. en Good Old Coby Werner wordt er gedebatteerd alsof Walter van Aken en Birgit van Keulen op één dag gemaakt zijn. Birgit werkt namelijk in de sigarenzaak, waar Walter vroeger boven woonde.
Ik was eerlijk tegen Martin en zei : 'Mart, ge wit dak een gerenomeerd recensent ben, gevreesd, maar ook gewaardeerd, die oe kan make of brèke. Fijnde ut goed dak wa groente en fruit bij oe koop, en er een gefundeerd oordeel over ga vellen ?' Hij had er gelukkig geen bezwaar tegen. Dat getuigde van zelfvertrouwen. Van een rechte rug zeg maar, waar eventuele kritiek van af zou glijden. Onder vakgenoten noemen we dat een Spinazie Bifida.
Ondertussen moest ik aan m'n opa denken. Wijlen Piet van Eck, in de volksmond Piet de Kolf. Die had vroeger een volkstuintje, aan het eind van het Sophia-straatje. Daar hing ie bananen in de boom, aan een touwtje. Ik begreep laatst pas dat ieder kleinkind ze heeft mogen plukken, en allemaal trots op school hebben verteld dat m'n opa bananen in de boom had. Ik keek eens goed rond, het viel me op dat er zoveel Hollandsche producten lagen. Allemaal vers volgens Mart. Is altijd lekkerder dan geïmporteerd fruit. Mijn eerste blik viel op de originele Bommelsche aardbeien. Ze lagen knus in de bakjes te glimmen. Wieltjes er onder en je kon de Aardbeienroute rijden. Ik vroeg of de kiwi's ook zo vers waren. Dat waren ze, hoewel ze niet uit een Hollandsche boom waren geplukt. De Nieuw-Zeelandse rugbyers noemen ze trouwens de Kiwi's.
Ik ging verder op zoek naar fris en fruitig voedsel van eigen bodem. Kwam kakelverse kersen tegen. Die zijn nog gevaarlijker dan de vitamine bom die kiwi heet. Kersen zijn zo lekker, dat het moeilijk kersen eten is. Je kunt namelijk niet meer stoppen. Kreeg van Martin, net als bij de aardbei, een proefexemplaar. Alsof een engeltje op m'n tong de Bommelsche kersenroute reed en onderweg moest plassen. Zoveel pit zat er in dit kleine stukje fruit. 'Doe snel een pond Mart, voor ik een kilo bestel.' Vergat aan Mart te vragen of ie zijn wortels in Bommel heeft. Niet echt belangrijk eigenlijk, want een echte Bommelaar herken je onmiddellijk. Hier stond er één, in al zijn glorie te schitteren op de meest prominente plek van de Bommelsche mert.
Zou bijna de bramen vergeten. Het werd zo wel een erg zoete inval bij Martin. Maar het suikergehalte werd gecompenseerd door een hoeveelheid vitaminen, waardoor matrozen op de van Speijk, met scheurbuik, fluitend de lucht in zouden zijn gegaan. Zo zoet als brèm, zegt m'n moeder altijd, als iets mierzoet is. Weet eigenlijk niet of dat een Bommelsche uitdrukking is. Wat wel weer ouderwets oer-Bommelsch was, is de kwaliteit van het eten. Ditmaal het fruit van Martin van Rangelrooij. Het begint zo zoetjes aan gewoonte te worden dat ik half lyrisch moet concluderen, dat we als Bommelaars verwend worden door steeds weer nieuwe hoogstandjes. Ik kreeg de bananen voor gratis mee, om niet te betalen qua geld. Het was dan ook van onbetaalbare klasse. Hier had Mart, op zijn Bommelsche mert, de touwtjes in handen. Net zoals de kleinkeinder van opa van Eck vruuger.
Een 9. Met een trie van The Kiwi's.
Ik noem een Tony van Heemschut,een Loeki Knol,een Brammetje Biesterveld en natuurlijk een Japie Stobbe !