abonnement Unibet Coolblue
pi_171026487
quote:
’Filipijnen willen af van ontwikkelingshulp EU’



MANILLA - De Filipijnse regering heeft geen behoefte meer aan ontwikkelingshulp van de Europese Unie. Dat maakte de EU-ambassadeur in het Aziatische land, Franz Jessen, woensdag bekend. „De Filipijnse regering heeft ons laten weten dat ze geen nieuwe EU-subsidies meer accepteren”, zei de diplomaat.

Het Filipijnse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft nog niet gereageerd op de uitlatingen van Jessen. Het besluit hangt mogelijk samen met verwachte financiële steun uit China, die werd toegezegd na de topconferentie over de zogeheten ’Nieuwe Zijderoute’. De EU financierde hulpprogramma’s in arme en onrustige gebieden in de Filipijnen. Bij het stopzetten van de financiële steun vervalt volgens Jessen zo’n 250 miljoen euro aan subsidies.

De relatie tussen de Filipijnse president Rodrigo Duterte en de Europese Unie staat al langer onder druk. De EU is kritisch over Duterte’s snoeiharde aanpak van drugsdealers en -gebruikers. Sinds zijn aantreden zijn duizenden verdachten van drugsdelicten doodgeschoten. Volgens de president snappen Europese landen niet hoe groot het drugsprobleem in zijn land is. Duterte haalt nadrukkelijker de banden aan met China en Rusland. Die klagen tenminste niet over zijn harde crackdown richting criminelen en ander gespuis. Duterte moet weinig hebben van de liberale orde die Brussel vertegenwoordigd en wil zijn eigen pad bewandelen net zoals Rusland, China en Iran dat doen.

http://www.telegraaf.nl/b(...)en_geen_hulp___.html
  donderdag 18 mei 2017 @ 13:13:35 #2
129292 LXIV
Cultuurmoslim
pi_171026525
Waarom heb ik altid belasting moeten betalen om de Fillipijnen te subsidiëren? Waarom? Wat subsidieer ik nog meer?
Op maandag 15 mei 2023 18:39
Wellicht arrogant, maar ik weet 100% zeker dat ik meer weet van de Amerikaanse geschiedenis, vooral die van de Zuidelijke staten, dan alle fokkers bij elkaar. Durf ik mijn hand wel voor in het vuur te steken.
pi_171026557
quote:
0s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:13 schreef LXIV het volgende:
Waarom heb ik altid belasting moeten betalen om de Fillipijnen te subsidiëren? Waarom? Wat subsidieer ik nog meer?
Hmm, waterputten in Afrika.
pi_171026581
Dat gaan we regelen.
Conscience do cost.
pi_171026596
quote:
0s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:13 schreef LXIV het volgende:
Waarom heb ik altid belasting moeten betalen om de Fillipijnen te subsidiëren? Waarom? Wat subsidieer ik nog meer?
Dat geld was voornamelijk bedoelt voor de islamistische gemeenschap.
pi_171026679
quote:
1s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:15 schreef LelijKnap het volgende:

[..]

Dat geld was voornamelijk bedoelt voor de islamistische gemeenschap.
Mooi dat het gestopt is. Soros-trekpoppen in Brussel sponsoren dus jihad.
pi_171026695
Waar moet al dat geld nu heen dan. Dat arme geld.
wooblabalurg
pi_171026707
quote:
9s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:20 schreef Baconbus het volgende:
Waar moet al dat geld nu heen dan. Dat arme geld.
Geef maar aan Congo of Zuid-Soedan. Dan kunnen ze daar wapens van kopen.
  donderdag 18 mei 2017 @ 13:21:42 #9
431030 BlackEyedAngel
Allergic to morons and idiots.
pi_171026714
Nou dan niet, simpel zat. Kan dat geld beter gebruikt worden :)
It is possible to commit no mistakes and still lose. That is not a weakness, that is life.
pi_171026720
Prima, dikke doei. Zouden meer landen moeten doen.
Poetinsupporters staan aan de verkeerde kant van de geschiedenis
  Moderator donderdag 18 mei 2017 @ 13:43:27 #11
8781 crew  Frutsel
pi_171027251
China ja? Terwijl ze daar een conflict over eilandjes mee hebben?
  donderdag 18 mei 2017 @ 13:44:17 #12
129292 LXIV
Cultuurmoslim
pi_171027278
quote:
0s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:14 schreef Alibabaa het volgende:

[..]

Hmm, waterputten in Afrika.
Ik las waterpokken in afrika. Daar valt wel iets voor t ezeggen
Op maandag 15 mei 2023 18:39
Wellicht arrogant, maar ik weet 100% zeker dat ik meer weet van de Amerikaanse geschiedenis, vooral die van de Zuidelijke staten, dan alle fokkers bij elkaar. Durf ik mijn hand wel voor in het vuur te steken.
  donderdag 18 mei 2017 @ 13:46:30 #13
463917 Buurtzwaan
Houdt van de polder
pi_171027331
Scheelt alweer geld.
pi_171027410
quote:
In elke regio van de wereld behoren de Verenigde Staten tot de invloedrijkste spelers op zowel veiligheids- als economisch gebied. Er is sinds het einde van het Britse koloniale rijk en het uiteenvallen van de Sovjetunie geen andere mogendheid met hetzelfde geografische bereik. Alleen China lijkt het potentieel te hebben om de Verenigde Staten als geopolitieke actor te evenaren.

Zo ver is het voorlopig nog niet: China is momenteel een mondiale macht op economisch terrein, maar alleen in Oost-Azië is het ook een belangrijke militaire macht, ongeacht de enorme bestedingen van 215 miljard dollar per jaar dat het Chinese leger ontvangt blijft het vooral in de eigen regio actief. Al is de rol van China als veiligheidsactor buiten Oost-Azië beperkt, die rol wordt wel steeds groter. China wordt geleidelijk actiever in de VN-Veiligheidsraad, in VN-vredesmissies en als bemiddelaar tussen partijen die met elkaar in conflict zijn. De groeiende aanwezigheid van Chinese bedrijven wereldwijd en de kwetsbaarheid van Chinese burgers in conflictgebieden vormen voor China een belangrijke impuls om zich actiever met regionale veiligheidskwesties bezig te houden.

De toename van het aantal Chinese infrastructuurprojecten in ontwikkelingslanden als gevolg van China’s One Belt One Road-initiatief (OBOR, ook bekend als het Zijderoute-project) versterkt dit proces. Langzaam maar zeker neemt ook het vermogen van de Chinese strijdkrachten om in het verre buitenland op te treden toe. Het recente besluit van China om een marine-steunpunt te openen in Djibouti is in dit opzicht een symbolische mijlpaal. Eerder was de Chinese marine al betrokken bij het evacueren van Chinese burgers tijdens conflicten in Libië en Jemen. De opkomst van China als potentiële tweede wereldmacht naast de Verenigde Staten roept de vraag op hoe dit proces de internationale orde beïnvloedt. Wat wil China, hoe probeert het zijn doelen te verwezenlijken en wat betekent dit voor de internationale orde?

China’s ideale wereldorde
De huidige politieke leiders van China zijn er niet op uit de wereldorde volledig opnieuw in te richten. Waar ze naar streven, is een versie van de bestaande orde die op een aantal punten is aangepast om beter overeen te stemmen met de Chinese visie op internationale betrekkingen en met China’s belangen.

China zag zichzelf duizenden jaren lang als het middelpunt en de hoeder van de internationale orde. Volgens deze zienswijze oefende China deze functie uit door het stellen van normen en het belonen van buitenlandse heersers die zich aan die normen hielden, en niet door militaire interventies in andere staten. Hoewel dit beeld slechts ten dele overeen kwam met de realiteit, is het van grote invloed op hoe China de wereld beziet.

De (geïdealiseerde) traditionele orde werd in de negentiende eeuw verstoord door de opkomst van geïndustrialiseerde staten als koloniale machten. Op mondiaal niveau leidde dat proces tot een tweedeling die thans nog steeds bestaat. Enerzijds zijn er de West-Europese staten, Rusland, Japan en de Verenigde Staten als voormalige koloniale mogendheden die nog altijd veel invloed en privileges hebben, anderzijds de ontwikkelingslanden: de voormalige slachtoffers van koloniale overheersing, waartoe ook China behoort. Sinds de jaren ’50 en nog nadrukkelijker sinds het einde van de Koude Oorlog is China zich gaan presenteren als de leider van de ontwikkelingslanden in de strijd om gelijke rechten ten opzichte van de voormalige koloniale machten.

Alle staten gelijkwaardig
Deze historische achtergrond vormt de basis voor een Chinees toekomstideaal waarin de voormalige koloniale machten niet langer domineren, maar waarin alle staten gelijkwaardig zijn. Tegelijkertijd past in dit beeld een rol van China als leider op de weg naar deze nieuwe wereldorde en, wanneer het eenmaal zover is, als bewaker ervan. Er is een tegenstelling tussen het ideaal van Chinees leiderschap en het ideaal van interstatelijke gelijkheid. Die tegenstelling is echter niet uniek voor China, maar past bij de mondiale orde zoals die na de Tweede Wereldoorlog werd gecreëerd door de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en de Sovjetunie.

De Verenigde Naties belichamen dit: in de Algemene Vergadering zijn alle staten gelijkwaardig, maar in de Veiligheidsraad heeft een vaste groep van vijf staten vérgaande bevoegdheden. Omdat China tot die groep van vijf (permanente leden) behoort, is het in China’s belang deze tweedeling in stand te houden. In China’s ideale wereldorde zijn de voormalige koloniale machten niet invloedrijker dan andere staten, maar is er voor China wel een speciale rol weggelegd als bewaker van het systeem.

Hoewel ten tijde van de Tweede Wereldoorlog de Amerikaanse president Roosevelt de voornaamste drijvende kracht achter het oprichten van de Verenigde Naties was, passen de VN uitstekend in de Chinese wereldorde. Als het China lukt om op de achtergrond de meest invloedrijke actor in de VN te worden, is het in China’s belang dat de VN – nog veel meer dan nu – hun legitimiteit en vermogen versterken om wereldwijd voor stabiliteit te zorgen. Het past bij het Chinese zelfbeeld dat het land niet heerst door directe interventies, maar door het stellen en bewaken van normen. De VN zijn daartoe een geschikt instrument, zoals Roosevelt oorspronkelijk ook in gedachte had, maar dan met de Verenigde Staten als sturende kracht.

De weg naar het ideaal
Belangrijke doelen van China’s buitenlandse beleid zijn het beveiligen van het eigen territorium, het veiligstellen van economische belangen, het terugdringen van de invloed van de eerder genoemde voormalige koloniale machten, het vergroten van China’s internationale invloed, versterking en legitimering van China’s rol als leider van de ontwikkelingslanden en het consolideren en verder uitbouwen van de positie van de Verenigde Naties als belangrijkste organisatie voor mondiaal bestuur. Als het land politiek stabiel blijft, economisch blijft groeien en deze buitenlands-politieke doelen succesvol weet na te streven, zal China de basis hebben gelegd voor zijn ideale wereldorde. Of het ooit zo ver komt, is zeer onzeker, maar alleen al China’s pogingen in die richting zijn van grote invloed.

Twee strategieën
In het Chinees buitenlands beleid staan twee strategieën centraal, die elk een eigen geografische focus hebben. De eerste heeft als doel het geleidelijk vestigen van Chinese dominantie in Oost-Azië. Deze strategie is sterk gericht op de Verenigde Staten en hun belangrijkste regionale bondgenoot, Japan, waarbij militaire macht een steeds grotere rol speelt. De concurrentiestrijd tussen China, de Verenigde Staten en Japan komt in toenemende mate tot uiting in spanningen in de Oost- en Zuid-Chinese Zeeën. De regionale orde in Oost-Azië wordt als gevolg van deze rivaliteit gekenmerkt door een groeiende kans op een gewapend conflict, maar tegelijkertijd ook door de verdere ontwikkeling van een systeem van elkaar overlappende regionale initiatieven voor samenwerking op veiligheids- en economisch gebied.

China’s tweede centrale strategie heeft als doel het uitbreiden van Chinese economische en diplomatieke invloed in de rest van de wereld. Sinds eind 2013, toen het OBOR-initiatief werd gelanceerd, ligt de nadruk in deze strategie op (grote delen van) Azië, Europa en Afrika.

Beide strategieën zijn expansionistisch van aard, maar waar China in Oost-Azië de confrontatie met grote mogendheden en kleinere buurlanden steeds minder uit de weg gaat (maar daarbij probeert een gewapend conflict te vermijden), is het optreden van Beijing buiten Oost-Azië zeer behoedzaam en flexibel.

Gevolgen voor de internationale orde
Het Chinees buitenlands beleid heeft belangrijke gevolgen voor het internationale systeem. Ten eerste, wat de machtsverhoudingen betreft, versnelt China de afname van invloed van het Westen en Japan ten opzichte van de rest van de wereld. China speelt een actieve rol bij het vergroten van de invloed van niet-westerse groeperingen en organisaties zoals de G77 (een groep van 134 ontwikkelingslanden),[1] de BRICS (vijf grote niet-westerse mogendheden: Brazilië, Rusland, India, China, Zuid-Afrika) en de Shanghai Samenwerkingsorganisatie (SCO, gericht op Euraziatische samenwerking).

Hoewel Rusland een voormalige koloniale mogendheid is die door China enkele decennia geleden nog als grootste dreiging werd beschouwd, zijn Beijing en Moskou op diplomatiek gebied steeds intensiever gaan samenwerken. Waar in de jaren ’90 de Verenigde Staten, de Europese Unie en Japan onderling nauw verbonden waren en de rest van de wereld aanzienlijk minder georganiseerd was, neemt de mate van onderlinge afstemming aan niet-westerse zijde steeds verder toe.

Dit proces wordt nadrukkelijk nagestreefd door China, dat er baat bij heeft als de strategische afstemming van de Amerikanen met Japan en de EU zwakker wordt. Wat dat laatste betreft heeft de regering van president Obama een tegenbeweging ingezet door middel van onderhandelingen over nieuwe vrijhandelsverdragen met de EU en (onder andere) Japan, alsmede door een grotere militaire en diplomatieke aanwezigheid in Oost-Azië. Beijing heeft hierop gereageerd door Europa, veel meer dan de Verenigde Staten of Japan, uit te nodigen deel te nemen aan het OBOR-initiatief.

Ten tweede leidt China’s strategie tot divergentie tussen de veiligheidskant en de financieel-economische kant van het systeem van mondiaal bestuur. Aan de veiligheidskant probeert China de overkoepelende rol van de Veiligheidsraad te versterken. Internationaal gewapend optreden door individuele mogendheden of door ad hoc-coalities zonder mandaat van de Veiligheidsraad worden door Beijing bestreden. Tegelijkertijd bewaakt China het beginsel van staatssoevereiniteit: de Veiligheidsraad mag alleen in zeer uitzonderlijke gevallen ingrijpen in de interne aangelegenheden van staten.

De Chinese benadering draagt ertoe bij dat de Veiligheidsraad bij bepaalde crises geen rol van betekenis speelt, zoals ook tijdens de Koude Oorlog vaak het geval was, maar in andere gevallen juist snel tot besluiten kan komen. Wanneer er geen grote Chinese belangen op het spel staan, is Beijing geneigd zich flexibel op te stellen om de centrale rol van de Veiligheidsraad te waarborgen.

Aan de financieel-economische zijde bevordert China de ontwikkeling van nieuwe organisaties die parallel aan bestaande instellingen bestaan, en waarin het Westen en Japan beperkte of zelfs geen invloed hebben. In een aantal gevallen is China zelf de drijvende kracht achter de oprichting van de alternatieve instellingen. In deze nieuwe organisaties heeft Beijing een grotere invloed dan in de langer bestaande tegenhangers, zoals bij de G20 ten opzichte van de G7, de Nieuwe Ontwikkelingsbank (NDB) versus de Wereldbank en de Aziatische Infrastructuur Investeringsbank (AIIB) versus de Aziatische Ontwikkelingsbank (ADB).

Vergeleken met veiligheidskwesties is bij financieel-economische vraagstukken het vetorecht voor China van minder groot belang. In economisch opzicht is China echter nu al zeer invloedrijk; het naast elkaar bestaan van internationale organisaties met overlappende bevoegdheden is ook op langere termijn niet problematisch voor de Chinese regering. Er is voor China dan ook voorlopig geen impuls naar een gecentraliseerd systeem voor financieel-economisch bestuur op mondiaal gebied te streven.

Afwijzing van universele liberale waarden
Ten derde heeft het Chinese beleid gevolgen voor internationale normen. China bevordert de rol van normen die voortkomen uit de eigen positie en achtergrond, zoals morele gelijkwaardigheid tussen staten, ongeacht hun politieke systeem (een dictatuur heeft internationaal niet minder rechten en aanzien dan een democratie), het belang van staatssoevereiniteit (zo weinig mogelijk externe interventies binnen staten en een beperkte rol voor niet-statelijke actoren) en afwijzing van universele waarden en ontwikkelingsmodellen (het westerse liberale model is niet het enige ontwikkelingsmodel).

Door het bevorderen van deze normen – via de invloed die China in internationale organisaties heeft en door het zeer actief uitdragen ervan in de media en diplomatieke verklaringen richting ontwikkelingslanden – legitimeert China zijn rol als informele leider van het grootste deel van de niet-westerse wereld en ondermijnt het de invloed van het Westen in ontwikkelingslanden.[2] Omdat deze normen in de ogen van veel niet-westerse regeringen aanvaardbaar zijn of zelfs gedeeld worden, bestaat er een mondiale tweedeling op normatief gebied: naast de van oorsprong westerse normen die op liberale waarden zijn gebaseerd, zijn er steeds nadrukkelijker ook alternatieve normen die daarmee in strijd zijn.

Conclusie: onzekerheid een blijvende factor
China’s opkomst als grote mogendheid is in toenemende mate van invloed op de internationale orde. Het is daarbij onzeker in hoeverre China de komende decennia die orde naar zijn hand zal kunnen zetten, en of Beijing en Washington erin zullen slagen hun rivaliteit niet in een oorlog te laten uitmonden. Voorlopig is deze onzekerheid een blijvende factor die bijdraagt aan het voortbestaan van de huidige geopolitieke instabiliteit, niet alleen in Oost-Azië, maar ook in andere delen van de wereld waar China invloedrijker aan het worden is.

Onduidelijk is ook of China’s behoedzame strategie buiten Oost-Azië vroeg of laat vervangen zal worden door de hardere en riskantere aanpak die het momenteel in Oost-Azië hanteert. Mocht dat gebeuren, dan is de regionale orde zoals die nu in Oost-Azië bestaat wellicht een voorbode van hoe de orde op mondiaal niveau eruit gaat zien.

Oosterse denker
Zhang Weiwei is hoogleraar internationale relaties aan Fudan University in Shanghai, een van de meest prestigieuze universiteiten van China. In zijn jeugd wilde hij schilder worden en studeerde hij talen. Zo werd hij in de jaren tachtig vertaler voor Chinese bestuurders, onder meer voor Deng Xiaoping, de leider die het Chinese economische wonder initieerde. Zijn boek The China Wave is een bestseller in China en er gaan verhalen dat de huidige president Xi Jinping het boek instemmend heeft gelezen.

Zhang Weiwei is een hedendaagse Chinese denker in wiens werk het groeiende zelfvertrouwen van China tot uitdrukking komt. Eind twintigste eeuw waren er veel Chinese auteurs die benadrukten dat het land veel van het Westen kon leren. Zij zagen China als een achtergesteld land. Een mooi voorbeeld van die mentaliteit is de documentaireserie River Elegy die in 1988 werd uitgezonden en die gaat over de Gele Rivier die haar kleur krijgt van de modder. De rivier is het symbool van de Chinese cultuur die conservatief en naar binnen gericht is. De documentaireserie roept op het pad van het Westen en Japan te volgen door de oceanen op te gaan.

Dat was toen. Inmiddels is China stevig gegroeid en Zhang Weiwei verzet zich juist tegen het volgen van het westerse model. Hij plaatst vraagtekens bij de westerse politieke, sociale en economische concepten. Volgens Weiwei is China een unieke 'civilisatiestaat': het combineert de krachten van een oude civilisatie met die van een moderne staat. Het land is zowel jong als oud, zowel Chinees als internationaal.

De Chinese civilisatiestaat heeft volgens hem acht eigenschappen: 1. Een supergrote bevolking (momenteel 1,4 miljard inwoners). 2. Een groot territorium. 3. Superlange tradities. Daardoor heeft het land eigen principes van goed bestuur ontwikkeld. 4. Een rijke cultuur. 5. Een unieke taal. Veel gekoloniseerde landen zijn hun eigen taal en schrift kwijtgeraakt, maar in China leven die al millennia (duizenden jaren) lang voort. 6. Een unieke politiek. De Chinese concepten over het winnen van de harten en de hoofden van de bevolking ('minxin') en de selectie van bestuur op basis van talent geven de Chinese politiek legitimiteit. 7. Een unieke samenleving. In tegenstelling tot het individualistische Westen is de Chinese samenleving meer familie- en groepsgeoriënteerd. 8. Een unieke economie. Traditioneel China volgde geen markteconomie, maar een humanistische economie, wat doorwerkt in het hedendaagse socialisme, dat de markt tempert.

Zhang Weiwei doet belangrijke observaties over China, maar hij slaat soms door in zijn beschrijving van China als een uniek land. Hij volgt een vorm van exceptionalisme, iets wat vaker ontstaat als een land in opkomst is. In Amerika kende het exceptionalisme verscheidene vormen, waaronder het idee van de 'Manifest Destiny'. In Duitsland heette het de 'Sonderweg' en de Fransen hadden het over hun 'mission civilisatrice'. Het gevaar van het exceptionalisme is dat het een imperialistische houding rechtvaardigt. Daarnaast miskent het de diversiteit van andere landen. De oriëntatie op de gemeenschap en een positieve visie op de staat zijn inderdaad kenmerkend voor China, maar wijder verbreid dan Weiwei erkent. Beide elementen bestaan zelfs in het Westen: in Scandinavische landen en Duitsland die het Rijnlandmodel volgen. Volgens Weiwei volgen andere opkomende landen als India, Polen en Zuid-Korea simpelweg het westerse model. Daarmee miskent hij de mate waarin de instituties van die landen net als in China door lokale tradities zijn gevormd.

Een van de interessantste aspecten van Weiwei's werk is zijn kritische analyse van allerlei westerse waarden vanuit Chinees perspectief. Zo bekritiseert hij de 'showbizz-democratie' of 'Hollywood-democratie' die in veel westerse landen is ontstaan. Daarin draait het meer om presentatie dan om goed leiderschap. Zolang de democratische procedures worden gevolgd, kan iedereen tot leider worden gekozen, ook acteurs, atleten of een figuur als George W. Bush. Dit is nu des te actueler met de populariteit van Donald Trump. Dat kan in China niet gebeuren. In de korte termijnen van vier jaar dat zij aan de macht zijn, worden leiders in het Westen ook niet verantwoordelijk gehouden voor de langetermijnsconsequenties van hun daden in die 4 jaar, zoals dat in China wél gebeurt.

Weiwei bekritiseert ook het westerse ideaal van de mensenrechten. Het Westen eist transparantie en democratie boven alles, maar doet niets aan de chaos en ellende die daaruit kunnen volgen. Waarom, vraagt hij, is verlossing van armoede geen mensenrecht? Dat hebben de Afrikanen meer nodig dan democratie en dat is wat China de Afrikanen verschaft.

Een ander concept dat Weiwei kritisch analyseert, is corruptie. China en andere landen worden er vaak van beschuldigd erg corrupt te zijn. Dan hebben we het over de directe diefstal van publieke middelen door overheidsfunctionarissen. Maar het Westen heeft te maken met wat hij 'tweede-generatiecorruptie' noemt. Dat gaat niet over eenduidig en direct publieke middelen stelen, maar over een discrete misleiding en macht waarmee de financiële elite de bevolking berooft. De macht van de lobby's verhindert de westerse landen om hun elite aan te pakken en te handelen in het belang van de bevolking. In de jaren na de crisis zijn er in het Westen bijna geen schuldigen de gevangenis in gegaan. In China daarentegen worden falende leiders wel degelijk gestraft.

Sommige van Zhang Weiwei's analyses zijn plausibeler dan andere, maar zij geven in ieder geval te denken. Zijn werk is ook een voorbode van wat komen gaat. China zal in de toekomst niet alleen producten exporteren, maar ook waarden en ideeën. Wij zijn gewend om andere landen continu te beoordelen op het gebied van mensenrechten, corruptie en representatie. Modernisering betekent verwestersing, dat is de algemene assumptie. Naarmate het Oosten economisch opkomt, zullen de landen daar zelfverzekerder worden en zullen zij oosterse waarden en ideeën internationaal propageren. Daar zullen wij mee moeten leren omgaan. Als westerse leiders naar het Oosten reizen, eisen wij van ze dat zij onze gekoesterde waarden daar agenderen. In de toekomst zullen oosterse leiders hetzelfde gaan doen.


[ Bericht 9% gewijzigd door Alibabaa op 18-05-2017 14:04:33 ]
pi_171027863
quote:
0s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:49 schreef Alibabaa het volgende:

[..]

TLDR.
“The problem with socialism is that you eventually run out of other people’s money.”
pi_171030329
quote:
0s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:49 schreef Alibabaa het volgende:

[..]

Leuke post. Waarvandaan trouwens?
pi_171030697
quote:
0s.gif Op donderdag 18 mei 2017 13:13 schreef LXIV het volgende:
Waarom heb ik altid belasting moeten betalen om de Fillipijnen te subsidiëren? Waarom? Wat subsidieer ik nog meer?
Anti-blanken campagnes.
Ô mon citoyens vous serez unis.
pi_171030833
Moet ik dat prentje met Rusland, Iran en China nu in elke politieke post tegenkomen over Azie?
pi_171031877
Misschien moeten wij ook maar een vuist maken tegen Duitsland, voordat de boel in elkaar klapt en we door China worden gekoloniseerd.
pi_171032273
Voordeel van China, Rusland en Iran is dat ze niet zeuren over mensenrechten.
Als het niet met een hamer te repareren is, is het een elektrisch probleem.
  donderdag 18 mei 2017 @ 17:27:53 #21
398472 goed_volk
kan tegen een grapje
pi_171032318
Tja, je kan het moeilijk door zijn strot douwen...
Hier schreef Dagoduck: Zeer goede FiPo.
Hier denkt katindeboom dat ik eigenlijk Braddie ben, maar die ben ik natuurlijk niet.
Hier liet ik CherryOnTop haar beeldscherm onder spugen
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')