quote:
En weer lacht iedereen om verdriet van Ajax
AVERSIE
PSV genoot van Ajax' leed. De Amsterdammers missen waarschijnlijk weer de titel en de rest lacht mee. De afkeer tegen de grootste club van het land, je merkt het na een jaar in het spoor van de Amsterdammers. ,,Maar daarom is Ajax Ajax.''
Misschien zegt deze vergelijking wel alles. Toen PSV'er Jetro Willems vorig seizoen met een stalen gezicht meldde dat PSV ondanks de achterstand op Ajax nog heus wel kampioen zou worden, werd er gegniffeld. Zo van: ach, hoor die Jetro nou, joh. Gut, kijk ze eens positief zijn in Eindhoven.
Nee, dan Lasse Schöne. De Deen, sympathiekere profvoetballers zijn moeilijk te vinden, stookte de laatste weken op een soortgelijke manier het vuurtje op. In de kern zei hij als achtervolger op Feyenoord nog niet eens iets heel schokkends. Ja, dat Ajax na afgelopen weekend de koploper van de eredivisie zou zijn. De overheersende reactie? Boe! Arrogant! Zelfingenomen!
Zo liggen de verhoudingen dus. Ajax roept standaard de meeste aversie op. Het is van alle tijden, maar het feest in het Philips Stadion zondag benadrukte maar weer eens dat het historische sentiment verre van afzwakt. Toen FC Twente, en niet Ajax, in 2010 op de slotdag kampioen werd, barstte er in de overige stadions een spontaan feestje los. Het is voor veel supporters van Ajax juist een fijne bevestiging. De weerzin tegen de beste is altijd het grootst. Kijk ook maar eens over de grens in Duitsland, waar Bayern München gehaat wordt van Hamburg tot Keulen.
Schöne zelf zei het eerder dit seizoen al. ,,Juist daarom is Ajax Ajax. Omdat iedereen van je wil winnen. Dat maakt spelen bij Ajax ook zo moeilijk, maar ook zo mooi. Elke week wordt het uiterste van je gevraagd. Want elke week staan er weer anderen klaar om je aan te pakken. Ik ben er na al die jaren wel aan gewend. Je weet dat elke verslapping pijnlijk kan aflopen
Provocerend handje
Eén keer dit seizoen deed de Deen een provocerend handje achter zijn oor na een doelpunt buiten de Amsterdam Arena. Dat was na zijn wondergoal tegen FC Utrecht in de Galgenwaard, nadat hij eerder een strafschop miste.
Minutenlang had de aanhang van Utrecht hem even daarvoor met een liedje bedankt voor het missen van elf meter. Zou dat tegen een willekeurige andere club ook zijn gebeurd? Nee, is het antwoord. Ajax roept overál emoties op, werkt als een rode lap op een stier. Het zit in het karakter van de club. Heerlijk om te haten, maar ook om er van te houden. Want reizend door Nederland merk je óók de enorme populariteit, de vraag om een handtekening van Kasper Dolberg op een Heerenveen-shirt of Heracles-petje.
Maar het is vaak de aversie tegen de recordkampioen die beklijft. Dat zit hem in Sjaak Swart, die na een nederlaag klaagt over de scheidsrechter of over de inzet van De Graafschap tijdens een mislukte kampioenswedstrijd. Het zit hem in Richard Witschge, die een balletje gaat hooghouden tegen Feyenoord om de suprematie te benadrukken.
En je merkt het tijdens uitwedstrijden van Ajax vooral ook aan kleine dingen. Keeper André Onana, die na dat curieuze tegendoelpunt uit bij FC Groningen op weg naar de catacomben extra hard wordt uitgelachen. Of Amin Younes, die uit bij Excelsior door een schijtlollige supporter de verkeerde deur door wordt gestuurd. En minder onschuldig: de ordinaire scheldkanonnades als de bus arriveert bij Feyenoord, ADO Den Haag en FC Utrecht.
In Eindhoven merkte je afgelopen zondag: ze gaan er hier alles aan doen om juist Ajax van de titel te houden. Toen dat lukte, vierde het Philips Stadion de zege alsof zíj nog kampioen kunnen worden. Ja, zelfs bij PSV dat na tal van titels geen jaloezie meer zou moeten hebben, was er leedvermaak. Nick Viergever wond zich er over op. Hij had in zijn derde seizoen als Ajacied beter moeten weten.
"Wedstrijden kun je altijd verliezen anders hoef je die wedstrijden ook niet te spelen"
Klaasweetalles 14-08-2018