Het is een vrij pittige opleiding. Je gaat allereerst veel vakkennis opdoen zoals zinsontleding, taalkunde (taalwetenschap, dus wetenschappelijke benadering van de taal), woordbenoemen, spelling, leesvaardigheid (non-fictie), schrijfvaardigheid etc. Hoewel je uiteraard bij het begin begint, gaat men wel in hoog tempo verder en snel naar een hoog niveau. Een goede basisbeheersing van deze onderdelen, voordat je start met deze opleiding, is dus wel vereist, anders red je het niet. Het niveau wat hier gevraagd wordt is hoger dan 3F. Kijk vooral op internet naar lesboeken over deze onderwerpen (liefst hbo-niveau en anders vanaf havo leerjaar 4) Verder ga je veel, heel veel literatuur (en poëzie) lezen, analyseren en verwerken in opdrachten. Niet alleen de hedendaagse literatuur, maar ook van vroeger. (tot aan de middeleeuwen aan toe) Dat neemt behoorlijk wat tijd in beslag en geloof me, op gegeven moment kun je geen boek meer zien
Bedenk daarbij dat je niet met boekjes moet aankomen van bijvoorbeeld Carry Slee (Hoewel soms mooi en geschikt voor een deel van de doelgroep) of samenvattingen geplukt van het internet, want dan ga je geheid op je plaat.
Verder krijg je veel les in (vak)didactiek, onderwijskunde, omgangskunde etc. (geldt voor alle lerarenopleidingen). Naast dat je dus veel interesse moet hebben in de Nederlandse taal, moet je het vooral heel erg leuk vinden om met jongeren te werken. Naast het volgen van lessen, ga je ook al vanaf jaar 1 onderzoek doen. Van dit onderzoek wordt een hoger niveau verwacht dan je gewend bent op het mbo. Bedenk ook dat je weinig tot geen taalfouten mag maken in verslagen etc. Ik weet niet of de criteria bij alle hogescholen hetzelfde zijn, maar bij mijn school mocht je bijvoorbeeld bij verslagen hooguit zes taalfouten hebben. Had je er meer dan werd je verslag afgekeurd, ook al was de inhoud verder goed.
De lerarenopleidingen zijn vooral gericht op het lesgeven op het vmbo en onderbouw havo/vwo. Mbo komt weinig aan bod, hoewel een mbo-stage wel verplicht is.
Daarmee kom ik ook op stages in het algemeen. Het is een vrij pittige periode. Hoewel je in het begin vooral achterin de klas zult zitten observeren, is het ook de bedoeling dat je al in het eerste jaar (deel)lessen gaat geven. Je zult deze lessen dus moeten voorbereiden (kost zeker in het begin veel tijd) en achteraf op reflecteren. Ook hiervan zul je verslag moeten doen en daarbij bewijzen dat je bepaalde competenties op een bepaald niveau hebt behaald.
Algemeen geldt voor het hbo dat je geacht wordt het vooral zelf uit te zoeken. Je krijgt weinig begeleiding, er wordt nauwelijks gecontroleerd of jij je huiswerk hebt gemaakt en als je een vraag hebt zul je dat vooral zelf moeten uitzoeken of aan je klasgenoten vragen. Docenten hebben daar weinig tijd voor. Ook op het hbo zul je in groepjes moeten werken (net als op het mbo) en word je als groep beoordeeld. En ja, ook hier zitten lamballen die liever niks uitvoeren. Moet je tegen kunnen.
Tip: ga naar info-avonden/open dagen en praat vooral met studenten van de opleiding. Bedenk daarbij wel dat zij instructies hebben gekregen vooral mooie praatjes te houden en dat het studenten zijn waarbij de studie hen redelijk makkelijk afgaat. Desondanks kunnen ze wel aardig wat info verschaffen over hoe de opleiding er in de praktijk uitziet.
Lang verhaal zo. Ik hoop dat je er wat aan hebt