Hoofdpijn bezorgde de jonge
Bosbeetle zijn ouders, leraren, de mensen van het consultatiebureau, de logopedist, de gedragspsycholoog, de uit Australië ingevlogen pedagoog, de paragnost, de neuroloog, Martin Gaus, de toelatingscommissie van Mensa en zijn oppasbuurmeisje.
Het joch was sloom. Zijn reactievermogen deed denken aan dat van een schildpad, een dove schildpad, dronken en knetterstoned. Kruipen? Meneer was al 8 voordat hij eens de moeite nam. Zelfstandig lopen? Dat lukte ook uiteindelijk wel, op zijn 11de. Slapen? Dat ging prima, minstens 20 uur op dag, al vanaf zijn geboorte. Traag en sloom dat was hij. Maar wel mateloos gefascineerd door vogeltjes, een draaiende platenspeler, de plaatjes in de 20-delige encyclopedie en de gedemonteerde motor uit de oude brommer die al die jaren in een verlaten hoekje van de schuur stond.
Jammer, maar helaas. Het gebeurd soms gewoon, dat je kind een beetje aan de domme kant is. Maar toen verraste Bosbeetle iedereen. Op de dag voor zijn Cito-toets. Nog nooit had het jochie gesproken. Maar toen, op 3 april, hij was 11 en een half, begon het jong te praten. Zonder horten, zonder stoten, zelfs zonder een lisp of een slis. Zei hij mama of papa? Nee, meneer begon te praten, drie dagen en drie nachten non-stop, zonder eten, slapen of, op het oog, zelfs zonder te ademen. Het begon met het complete oeuvre van Drs. P, toen volgde een relaas van uren over de filosofische aspecten aan het werk van Frank Zappa. En het slotstuk was het opsommen van het periodieke systeem der elementen, in het Latijn. Met argumentatie waarom Ag en Cd eigenlijk van plaats moesten wisselen.
Toen legde hij zijn hoofd ter ruste en viel in slaap. Drie dagen en drie nachten lang.
Euforisch was men. Jarenlang was iedereen laagdunkend over BB, een kind waarvan alleen de ouders konden houden. Maar nu: was het een genie? Een boodschapper van de heer? Of gewoon kortsluiting in zijn hersenpan?
Dat blijft tot vandaag een vraag. De Cito-toets mocht hij overslaan. Zonder moeite haalde hij zijn gymnasium en op zijn 14de begon hij aan de universiteit.
Maar traag bleef hij ook. Fietsen zonder zijwieltjes? Hij was 15. Zijn eerste vriendschap? Op zijn 22ste, met een gepensioneerde tandarts, maar toch.
Die universiteit? Dat duurde wat lang, een jaar of 19. Meneer had zijn tijd nodig om over zijn leven na te denken, zijn haar tot aan de grond te laten groeien en alle obscure muziek op Aarde te catalogiseren.
Maar hij schokte de wereld van de biologen met zijn groundbreaking studie over het inheemse paargedrag van de bruine stekelbaars in stresssituaties. Nobelprijs-waardig, maar ja, die geven die fuckers altijd aan gelikte scheikundigen en goedgebekte natuurkundigen. Niet aan een goedsullige bioloog.
Traag bleef hij ook. Met de meisjes lukte het nooit zo. Maar toch. Op zijn 25ste ontmoette hij haar dan toch. Hij zag haar voor het eerst toen zij naar hem lachte door het glas, aan de andere kant van een aquarium met stekelbaarsjes. En ze leefden nog lang en gelukkig. In een overvolle flat in Hengelo. Met een poster van Frank Zappa aan de muur en Fok! ingebrand op een vergeelde monitor. En hij kan sinds een week of 2 ook zwemmen zonder bandjes. Bravo!
Op zondag 10 december 2006 01:47 schreef -Angelus- het volgende:Uitgezonderd van deelname aan dit topic zijn de volgende personen: Lord_Vetinari, Zyggie, Sack_Blabbath, arneaux en Mwanatabu.