Geschiedenis De oorspronkelijke naam van Dordrecht is Thuredrith. Dit betekent "doorwaadbare plaats in de rivier Thure". In 1049 werd voor het eerst melding gemaakt van Dordrecht. Graaf Dirk IV zou in dat jaar vermoord zijn 'bij Dordrecht' (apud Thuredrech). Dordrecht kreeg in 1220 stadsrechten van de Hollandse graaf Willem I en geldt daarmee als de oudste stad van Holland. Dat is echter niet juist, aangezien de vestingstad Muiden (Noord-Holland) in het jaar 1122 tegelijk met Utrecht stadsrechten verwierf. In het historische Holland was ook Geertruidenberg, dat in 1815 Brabants werd, nog zeven jaar eerder een stad dan Dordrecht. Dat Dordrecht de oudste stad van Nederland zou zijn, zoals op familiefeestjes wel eens ter tafel komt, klopt eveneens niet. De Romeinse steden Utrecht, Maastricht en Nijmegen zijn immers ouder, en als middeleeuwse stad is onder meer ook Zutphen (1190) ouder. De verwarring ontstaat doordat Dordrecht de "eerste stad" werd genoemd. In de 12e en 13e eeuw was Dordrecht veruit de belangrijkste stad van het graafschap Holland en had als zodanig onder andere het "eerste recht".
De stad ontstond aan het riviertje de Thure (Thuredrith zou in de loop der tijd veranderen in Dordrecht, is één van de meerdere naamsverklaringtheorieën) te midden van veenmoerassen. De Thure was een zijtak van de rivier de Dubbel en liep ongeveer ter hoogte van het huidige Bagijnhof. In 1421 kwam Dordrecht ten gevolge van de Sint Elisabethsvloed, waarbij grote delen van het achterland (Grote Waard) voorgoed verdronken, op een eiland te liggen. Door haar strategische ligging ontwikkelde de stad zich tot een belangrijke stapelplaats (stapelrecht vanaf 1299). Dordrecht verhandelde vooral wijn, hout en graan.
In 1253 werd in Dordrecht een Latijnse school opgericht, tegenwoordig is dit het Johan de Witt-gymnasium en is daarmee het oudste gymnasium van Nederland. In oktober 2003 werd het 750 jarig bestaan uitgebreid gevierd. Van 1600 tot 1615 was Gerardus Vossius rector van de Latijnse school in Dordrecht.
In 1572 kwam te Dordrecht de Eerste Vrije Statenvergadering bijeen. Vertegenwoordigers van alle Hollandse steden erkenden prins Willem van Oranje en steunden de opstand tegen de Spanjaarden. In 1618-1619 vond in Dordrecht, bolwerk van de reformatie, de Synode van Dordrecht plaats, waarbij de remonstranten tegenover de contraremonstranten stonden en waar het besluit viel tot de Bijbelvertaling die in 1637 de StatenBijbel zou opleveren.
Binnen Holland werd Dordrecht vanaf de 18e eeuw overvleugeld door Rotterdam.
Door de eeuwen heen heeft Dordrecht een sleutelpositie ingenomen bij de verdediging van Holland, tot ver in de 20e eeuw was Dordrecht ook garnizoensstad. In de Benthienkazerne aan Buiten Walenvest langs de Oude Maas waren pontonniers gelegerd. Tijdens de mobilisatie van augustus 1939 werden er ook infanteristen en artilleristen naar Dordrecht gestuurd om het eiland te verdedigen.
In mei 1940 gaf Luitenant-Kolonel J.A. Mussert leiding aan de verdediging van Dordrecht, Jo Mussert was een broer van Anton Mussert die na de Tweede Wereldoorlog gexecuteerd werd vanwege hoogverraad. Toen het Nederlandse leger de strijd tegen de Duitsers opgaf en zich uit de stad terugtrok, vertrok de luitenant-kolonel op 14 mei 1940 naar Papendrecht. Hier kwam J.A. Mussert te staan tegenover reserve 1e luitenant A.J. Kruithof die Mussert verdacht van hoogverraad. Mussert weigerde zich over te geven en werd door Kruithof neergeschoten. Mussert leefde nog en werd vervoerd naar het ziekenhuis in Gorinchem, waar hij later die nacht om circa 02.00 uur is overleden aan zijn verwondingen. In de Tweede Wereldoorlog werd Dordrecht en omgeving het middelpunt van de strijd in de winter van 1944-1945. De grens tussen bevrijd en bezet gebied lag toen bij het Hollands Diep.
In 1970 werden de gemeente Dubbeldam (toen ca. 10.000 inwoners) en het zuidelijk deel van de gemeente Sliedrecht aan de gemeente Dordrecht toegevoegd, zodat de gemeente het gehele Eiland van Dordrecht ging beslaan.
BezienswaardighedenBelangrijke bezienswaardigheden in Dordrecht zijn in de eerste plaats de rivierkade bij de Groothoofdspoort, verder de Grote Kerk met zijn markante, onvoltooide toren en - ongebruikelijk in Holland - zijn stenen overwelving. Ook de grachten, waarvan er één wordt overkluisd door het stadhuis, vormen een bezienswaardigheid. Langs de grachten en oude havens staan indrukwekkende koopmanshuizen. Het Hof is een oud Augustijner klooster met een interessante geschiedenis. In Het Hof vond bijvoorbeeld in 1572 de Eerste Vrije Statenvergadering plaats. Het Statenplein is het middelpunt van de stad. Op het nabijgelegen Scheffersplein staat een standbeeld van de Dordtse schilder Ary Scheffer en op de Visbrug een standbeeld van de gebroeders Johan en Cornelis de Witt. Op de Noordendijk vinden we de laatst overgebleven molen in Dordrecht: Molen Kijck over den Dijck. Dordrecht kent ook nog enkele hofjes: o.a. de Lenghenhof (gesticht: 1755), de Regentenhof (?) de Arend Maartenshof (1625), de Van Slingelandthof (1542), en de Clara- en Mariahof (1881).
In Dordrecht bevinden zich de volgende musea:
Dordrechts Museum, in de volksmond: het schilderijenmuseum
Museum van Gijn, Winnaar Museumprijs 2004 - 2005
Landschapskundig Museum
Lips Slotenmuseum
Museum 1940 - 1945, ook wel het Verzetsmuseum genoemd
Naaimachinemuseum Dordrecht
Ten oosten van de stad ligt de Sliedrechtse Biesbosch, ten zuiden de Dordtse Biesbosch. Deze nog steeds op het Eiland van Dordrecht gelegen gebieden vormen samen de Hollandse Biesbosch, één natuur- en recreatiegebied. Via het pontje tussen de Kop van het Land en Werkendam is de rest van het Nationaal Park De Biesbosch toegankelijk.
Bekende DordtenarenAlbert Cuyp (1620), kunstschilder († 1691)
Cornelis de Witt (1623), staatsman en broer van Johan († 1672)
Johan de Witt (1625), raadspensionaris en broer van Cornelis († 1672)
Ary Scheffer (1795), kunstschilder († 1858)
Ronald Giphart (1965), schrijver
Dordse FokkersIteejer
Yvonne
Brechtje
Moemoe
MaximumRush
FerryNL
Vorig deel STA / Dordrecht #3 - Schapenkoppen!