Wel heb ik in alle eerlijkheid een hoed gestolen; zo van de kop af. Ik zei tegen mevrouw K.: 'Ik wil dat je daar op de hoek gaat staan, met de fietsen die kant uit.' 'Hoezo?' 'Trust me, trust me.'. Nou, mevrouw K. doet dan dan wel. Daarna liep ik op de hoedendragen af en zei ik: 'Eén, twee, drie... supertruuk!'. Weg was z'n hoed, weg waren ik en mevrouw K. Wat een romantische ziel ben ik toch ook hè. Jelui begrijpt wel dat ik dat hoedje op weg naar huis nog de gracht in gesmeten dan wel cadeau aan wat ramadangangers gedaan heb? Godverdomme; vroeger had het nog een mooi verhaal kunnen zijn. Nu is het maar gelul. Kinderlijk gelul. Mevrouw K. merkte het ook al op. Die zei: 'Omdat je zo druk was op de basisschool met je pik aan alle andere kindertjes te laten zien heb je dat nooit gedaan. Je bent net een klein kind.' 'Vergeet niet,' zei ik haar, 'dat is precies hetzelfde kind waar je je hart aan verloren heb. Als ik dat soort ongein niet meer uit zou halen, dan zou je pas van me walgen.'
"The world will note that the first atomic bomb was dropped on Hiroshima, a military base."