quote:Op maandag 2 januari 2012 13:38 schreef Warren het volgende:
Kan iemand misschien toelichten waarom
| x + a | < b = -b < x + a <b ?
In mijn boek wordt dit als "regel" gegeven, maar ik wil het ook snappen.
| x + a | = b kan worden opgelost door
x + a = b en x + a = - b op te lossen. Ik dacht dus ook dit toe te passen op | x + a | < b. Kortom:
x + a < b en x + a < - b op te lossen. Maar hier kom ik niet op het juiste antwoord, omdat dat het ingelijkheidsteken bij beide dezelfde kant op wijst.
Bij voorbaat dank.
quote:Op maandag 2 januari 2012 13:55 schreef freiss het volgende:
[..]
Je regel om |x+a|=b op te lossen is niet helemaal goed, je moet namelijk dan x+a=b en -(x+a)=b oplossen. Bij het gelijkheidsteken maakt dat niet uit, maar bij het >-teken klapt het teken om bij vermenigvuldiging met een negatief getal. Dan kom je wel op het goede antwoord.
quote:Op maandag 2 januari 2012 13:55 schreef zoem het volgende:
Je vergeet het teken om te draaien bij minus b
en
Eh, algemene interessequote:Op dinsdag 3 januari 2012 12:23 schreef thenxero het volgende:
Waarom moet je dit weten?
Check hier de laatste pagina, waarom het werkt.
http://www.rightbase.nl/Worteltrekken_met_pen_en_papier.pdf
Ik begrijp dat je niet met zekerheid kunt zeggen dat iets daardoor veroorzaakt wordt.quote:Op zondag 8 januari 2012 23:53 schreef GlowMouse het volgende:
Je kunt geen oorzaken bepalen aan de hand van het door jou uitgevoerde onderzoek.
Dat gaat met een statistische toets. Iemand met kennis van regressie zou je hierbij kunnen helpen, misschien ken je iemand aan een sociale of economische faculteit want het is lastig om hier allemaal neer te zetten.quote:Op zondag 8 januari 2012 23:56 schreef Kaneelstokje het volgende:
[..]
Ik begrijp dat je niet met zekerheid kunt zeggen dat iets daardoor veroorzaakt wordt.
Maar stel dat ik wil zien of er een verband bestaat tussen bijvoorbeeld grootte van de schelp en hoogte van vindplaats. Hoe kan ik dit dan aanpakken?
Ik weet helaas vrij weinig van statistiek, dus alvast mijn excuses als ik hier dom overkom.
ja tegen die stap loop ik aanquote:Op donderdag 12 januari 2012 14:18 schreef GlowMouse het volgende:
En dan kun je dat nog mooier opschrijven.
Wat heb je met je p gedaan?quote:Op donderdag 12 januari 2012 14:51 schreef Tauchmeister het volgende:
Ik moet y vrijmaken uit p-(15y^2-80y+96)=0.
p-(15y^2+80y-96)=0
p=(15y^2+80y-96)
Wanneer ik de abc-formule gebruik kom ik uit op D=(-80)^2-(4*15*96)=640. In het dictaat gaat men echter uit van een discriminant van 640+60. Waar komt die 60 vandaan?
Ja die ken ik volgens mij moet het goed zijn op die manier, tenminste als ik naar het antwoord uit het boek kijk.quote:Op donderdag 12 januari 2012 14:40 schreef zoem het volgende:
Ken je de kettingregel? Want die moet je hier gebruiken.
Eigenlijk niets nu ik het zo bekijk. In het dictaat verdwijnt deze echter ook en wordt het y(p)=8/3±1/30*(640+60)^0,5. Daar kom ik ook op uit, op die 60 na in de discriminant.quote:
Ik heb de vglquote:Op donderdag 12 januari 2012 14:58 schreef Tauchmeister het volgende:
[..]
Eigenlijk niets nu ik het zo bekijk. In het dictaat verdwijnt deze echter ook en wordt het y(p)=8/3±1/30*(640+60)^0,5. Daar kom ik ook op uit, op die 60 na in de discriminant.
Die discriminant moet iig een p bevatten Je hebt immers (met mijn notatie) dat C = -(96+p).quote:Op donderdag 12 januari 2012 15:13 schreef Tauchmeister het volgende:
Dus in het dictaat zijn ze vergeten om een p achter die 60 te zetten? Dan is de discriminant dus 640+60p.
Ah verhip. Als ik dus nu uit mijn specifieke eerste oplossing m.b.v. de begincondities c1 afleid en dan vervolgens die regel uit het dictaat toepas zou er hetzelfde moeten uitkomen?quote:Op zondag 15 januari 2012 20:51 schreef thabit het volgende:
[..]
Je gaat er hier van uit dat c1 reëel is, maar dat hoeft niet.
Dit klopt niet want N(3) | N(1)=3 heeft een andere verdeling dan N(3).quote:Op maandag 16 januari 2012 22:34 schreef thenxero het volgende:
= E(N(3) - N(1) | N(1)=3) (vanwege "stationarity")
= E(N(3) - 3)
Gewoon even een plaatje tekenen hoe gebied D eruit ziet. Je krijgt dan een gebied dat wordt afgebakend door de vier lijnen |y|=1-|x|. Ja dat zijn vier lijnen, want |y|=+-y, |x|=+-x.quote:Op woensdag 18 januari 2012 18:54 schreef Physics het volgende:
Let niet op wat na = teken staat, ik heb het even in wolfram ingetypt zodat ik niet met LaTeX hoefde te kloten
Evalueer [ afbeelding ] over gebied D met D={(x,y)| |x|+|y|=<1}
(1) Ondergrens x en y zijn als |x| of |y| minimaal zijn voor |x|+|y|<=1, dat is voor x,y=-1 als y,x=0
(2) Bovengrens x en y zijn als |x| of |y| maximaal zijn voor |x|+|y|<=1, dat is voor x,y=1 als y,x=0
(3) Dus integreren naar x en y met beide grenzen van -1 naar 1
Klopt mijn gedachtegang??
Voor de x die de inversen zijn van een natuurlijk getal, is het bewijs makkelijk. Maar als je een x hebt die bijvoorbeeld ligt in het interval ligt, staat er niets over convergentie. In de limiet gaat de lengte van dit interval naar nul, dus kun je dan bewijzen dat kleiner is dan een zekere . Als je het voor beide soorten x hebt bewezen, heb je het voor het gehele interval bewezen.quote:Op woensdag 18 januari 2012 17:40 schreef Anoonumos het volgende:
Is er iemand die me op weg kan hen helpen met deze vraag over continuiteit?
[ afbeelding ]
Volgens mij had je net zo goed je boek even open kunnen slaan, luiwammes .quote:
Ik zou het je kunnen uitleggen, ik denk dat googlen naar 'binomium van Newton' sneller is.quote:Op donderdag 19 januari 2012 23:33 schreef Andeh het volgende:
Even snelle vraag.
Hoe werk ik dit uit? Wil het graag buiten haakjes werken. Graag met de stappen erbij.
Bvd
(8x+6)^7
Pak [0,6-1,645.sqrt((0,6.0,4)/50), infinity)quote:Ik heb een 95% betrouwbaarheidsinterval berekend:
0,6-1,96.sqrt((0,6.0,4)/50) < pi < 0,6+1,96.sqrt((0,6.0,4)/50)
wat uitgerekend dit geeft:
0,6-0,429 < pi < 0,6+0,429
Maar hoe kom ik nou tot dat rechtséénzijdige betrouwbaarheidsinterval?
Chill, dankjewelquote:Op zondag 22 januari 2012 15:12 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Pak [0,6-1,645.sqrt((0,6.0,4)/50), infinity)
Waarom denken sommige mensen toch dat statistiek géén wiskunde is?quote:Op zondag 22 januari 2012 14:58 schreef IrishBastard het volgende:
Ik ga er voor het gemak even van uit dat statistiek ook wiskunde is.
Maar hoe kom ik nou tot dat rechtséénzijdige betrouwbaarheidsinterval?
Omdat het expliciet het 'bèta wiskunde' topic is. Statistiek is nou eenmaal niet echt 'zware' bèta wiskunde, of wel danquote:Op zondag 22 januari 2012 16:24 schreef thenxero het volgende:
[..]
Waarom denken sommige mensen toch dat statistiek géén wiskunde is?
dat laatstequote:Op zondag 22 januari 2012 16:30 schreef IrishBastard het volgende:
[..]
Omdat het expliciet het 'bèta wiskunde' topic is. Statistiek is nou eenmaal niet echt 'zware' bèta wiskunde, of wel dan
Dat laatste inderdaad. Als je wat gegevens in SPSS stopt dan heb je het misschien niet door, omdat de echte wiskunde achter de schermen plaatsvindt.quote:Op zondag 22 januari 2012 16:30 schreef IrishBastard het volgende:
[..]
Omdat het expliciet het 'bèta wiskunde' topic is. Statistiek is nou eenmaal niet echt 'zware' bèta wiskunde, of wel dan
Die vraag kun je niet beantwoorden.quote:
Het quotiënt is de uitkomst van de deling.quote:Op dinsdag 24 januari 2012 16:04 schreef vault_tec het volgende:
stel ik heb een deling van
3.3 x 10-4 /1000
wat is hier dan het quotient van?
wikipedia is niet helemaal duidelijk er over maar ik zal jouw woord voor waarheid nemenquote:Op dinsdag 24 januari 2012 16:16 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Die vraag kun je niet beantwoorden.
[..]
Het quotiënt is de uitkomst van de deling.
Correct, wij beginnen echter bij B1 dus dat is zeker niet standaard.quote:Op zondag 22 januari 2012 21:05 schreef GivanildoVieiraDeSouza het volgende:
Y(hat) = Beta0 + Beta1X1 + Epsilon dus Beta0 is dan de intercept en Beta1 de slope, dat is toch standaard zo?
En met deze specifieke toets bedoel jij dan een lineair model met meerdere variabelen? En dan testen we dus wel hetzelfde?
Mijn fout, niet op de volgorde gelet. Bij z'n F-test ging het echter over meerdere beta's dus dan was die met subscripts niet het juiste model ervoor.quote:Op dinsdag 24 januari 2012 16:45 schreef GlowMouse het volgende:
Hij vergeet gewoon de subscript i. Zou X de datamatrix zijn, dan was het model
omdat matrixvermenigvuldiging niet commutatief is.
quote:Op woensdag 25 januari 2012 17:53 schreef naatje_1 het volgende:
Het snijpunt M van bissectrices is gelijk aan het middelpunt van de ingeschreven cirkel. Bewijs dat dit het geval is.
Hier kom ik dus niet uit.
Dat snap ik, dat heb ik ook al gebruikt om te bewijzen dat de bissectrices allen hetzelfde snijpunt hebben (M), maar hoe bewijs ik daarmee dan dat M ook het middelpunt is van de ingeschreven cirkel?quote:Op woensdag 25 januari 2012 18:08 schreef kutkloon7 het volgende:
[..]
[ afbeelding ]
De punten die op de bisectrice van hoek ABC liggen, hebben de eigenschap dat ze evenver van lijn AB als van lijn BC liggen. Die eigenschap kan je ook op de andere bisectrices toepassen.
Het middelpunt van de ingeschreven cirkel moet even ver van alle randen van de driehoek liggen, dus als je bewijst dat dat punt M aan die eigenschap voldoet ben je klaar.quote:Op woensdag 25 januari 2012 18:17 schreef naatje_1 het volgende:
[..]
Dat snap ik, dat heb ik ook al gebruikt om te bewijzen dat de bissectrices allen hetzelfde snijpunt hebben (M), maar hoe bewijs ik daarmee dan dat M ook het middelpunt is van de ingeschreven cirkel?
klopt, denk ook wel dat GlowMouse dat bedoeltquote:Op woensdag 25 januari 2012 21:22 schreef vault_tec het volgende:
ik kan het niet goed schrijven.
Het is 1 keer e tot de macht min x.
dan wordt het toch -1 e tot de macht min ?
Nee, ik bedoelde echt -1.quote:Op woensdag 25 januari 2012 21:24 schreef Nelis89 het volgende:
[..]
klopt, denk ook wel dat GlowMouse dat bedoelt
quote:Op woensdag 25 januari 2012 21:07 schreef vault_tec het volgende:
heb wat beter op moeten letten bij wiskunde deze periode. Moet de volgende dingen differentiëren
1*e-x
Ln5x
Wat komt hier uit?
Niet om te haten, maar als je nog veel dingen moet differentiëren of integreren waar je niet uitkomt is het misschien handig om wolfram alpha te gebruiken:quote:Op woensdag 25 januari 2012 21:33 schreef norrie13 het volgende:
kan iemand me helpen met haakjes verwijderen en deferentieren met deze 2 sommen.
en graag de stapjes erbij vermelden?
a) g(t)=t²(5t³+8t)
b) O(p)=p²(p-4)(2p+7)
bedankt
Je kan het op meerdere manieren oplossen, bijv. de product regel: tan (x) * tan(x)quote:Op woensdag 25 januari 2012 22:02 schreef vault_tec het volgende:
laatste vraag, ben ik klaar met mijn huiswerk.
Wat komt er uit
(tan x)²
als je het differentieert. Morgen even langs mijn docent voor wat bijscholing.
ik heb zelf 2 (tan x) * cos² x
jaquote:Op woensdag 25 januari 2012 22:04 schreef bert_van_dirkjan het volgende:
Is de absolute waarde van een imaginair getal de wortel van de kwadraten van het reële en imaginaire deel? Oftewel geldt: Abs(a+bi) = (a^2+b^2)^(1/2) ?
Nee, de afgeleide van tan(x) is niet cos²(x).quote:Op woensdag 25 januari 2012 22:02 schreef vault_tec het volgende:
laatste vraag, ben ik klaar met mijn huiswerk.
Wat komt er uit
(tan x)²
als je het differentieert. Morgen even langs mijn docent voor wat bijscholing.
ik heb zelf 2 (tan x) * cos² x
wat is het dan wel?quote:Op woensdag 25 januari 2012 22:31 schreef thenxero het volgende:
[..]
Nee, de afgeleide van tan(x) is niet cos²(x).
Wiskunde vraagjequote:Op woensdag 25 januari 2012 21:51 schreef norrie13 het volgende:
thanks
de eerste snap ik
2e snap ik nogsteeds niet : O(p)=p²(p-4)(2p+7)
en hoe quot je? me quot button is weg
Ik kom uit op 6/6x = 1/x en -3e-xquote:Op donderdag 26 januari 2012 15:57 schreef vault_tec het volgende:
volgens mijn docent is na differentieren Ln 6x
1/6e * 6x
geworden maar dit is toch 1/x ?
en 3e^-x
-e^-x
maar dat klopt toch ook niet?
quote:Op donderdag 26 januari 2012 15:57 schreef vault_tec het volgende:
volgens mijn docent is na differentieren Ln 6x
1/6e * 6x
geworden maar dit is toch 1/x ?
De regel is datquote:en 3e^-x
-e^-x
maar dat klopt toch ook niet?
Gebruik eens wat haakjes want volgens mij snap je zelf ook niet wat je eigenlijk zegt.quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:08 schreef vault_tec het volgende:
dus die vermenigvuldiging bij 1/6e* 6x moet eigenlijk een deling zijn?
het sterretje staat voor een keer teken. die dat moet dus een deling deelteken zijn?quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:11 schreef thenxero het volgende:
[..]
Gebruik eens wat haakjes want volgens mij snap je zelf ook niet wat je eigenlijk zegt.
Ik bedoel het volgende:quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:12 schreef vault_tec het volgende:
[..]
het sterretje staat voor een keer teken. die dat moet dus een deling deelteken zijn?
Bedankt in ieder geval mannen
Dat is inderdaad beter. Het liefst met \frac{a}{b} voor a/b.quote:Op donderdag 26 januari 2012 16:15 schreef zoem het volgende:
Tip: gebruik de [tex] en [ /tex] voor duidelijke opmaak van vergelijkingen (of ongelijkheden )
Bumpquote:Op donderdag 19 januari 2012 13:38 schreef JohnSpek het volgende:
Als ik in SPSS een lineaire regressie uitvoer, dan vind ik het vreemd dat eigenlijk alles wel significant is. Ik heb een grote dataset.
Elke willekeurige combinatie van variabelen heeft een significant effect, de R^2 is daarentegen soms heel laag (0,0005) dus de onafhankelijke variabel verklaart vrijwel niks in de afhankelijke variabel.
Hoe kan het dat zowat alles significant is?
Dat is een zwakte van statistiek.quote:
Ik heb nu een model met 4 variabelen met een adjusted R^2 van 12%.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:15 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Dat is een zwakte van statistiek.
Dat hangt van het model af. Als je iets helemaal niet verwacht is 12% hoog. Als je iets echt wilt verklaren is 80% laag.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:25 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Ik heb nu een model met 4 variabelen met een adjusted R^2 van 12%.
Het gaat over het underpricing fenomeen van aandelen (gemiddelde eerste dag returns zijn niet verklaarbaar hoog).
Ik weet niet echt wat ik nu kan zeggen. Hoe weet ik of 12% veel is?
Ik heb gewoon hypotheses (of tenminste, die moet ik nog opschrijven) in de vorm van "Variabel 1 heeft een positief effect op variabel Y". Dan is het erg laag dus?quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:27 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Dat hangt van het model af. Als je iets helemaal niet verwacht is 12% hoog. Als je iets echt wilt verklaren is 80% laag.
Hij kan genoeg zijn om je nulhypothese (geen effect) te verwerpen.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:38 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Ik heb gewoon hypotheses (of tenminste, die moet ik nog opschrijven) in de vorm van "Variabel 1 heeft een positief effect op variabel Y". Dan is het erg laag dus?
Wat voor factoren hebben daar invloed op?quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:42 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Hij kan genoeg zijn om je nulhypothese (geen effect) te verwerpen.
Van wat ik me herinner, zijn p-waarden vaak kleiner dan 0,01 als je heel erg veel waarnemingen hebt zelfs als het effect heel klein is.quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:44 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Wat voor factoren hebben daar invloed op?
De p waarde van alle beta's in het model zijn kleiner dan 0,01
Zijn er andere statistische methoden om wat meer duidelijkheid te creëren of er een effect is?quote:Op donderdag 26 januari 2012 22:53 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Van wat ik me herinner, zijn p-waarden vaak kleiner dan 0,01 als je heel erg veel waarnemingen hebt zelfs als het effect heel klein is.
Met jouw hypothese set H0: b1=b2..=bk = 0quote:Op donderdag 26 januari 2012 23:12 schreef Sir_Windsor het volgende:
Je kan gebruik maken van de volgende test (n-k)/(n-1)*R^2/(1-R^2) de test statistic volgt een F distributie. Met H0: b2...bk=0. Je test dus dat alle beta's 0 zijn behalve de intersectie
Je test als R^2 0 kan zijn of niet. Je kijkt dus als je bewijs hebt om aan te nemen dat er geen verband is tussen de afhankelijke en onafhankelijke variabelen.quote:Op donderdag 26 januari 2012 23:19 schreef JohnSpek het volgende:
[..]
Met jouw hypothese set H0: b1=b2..=bk = 0
en H1: Niet H0
Test je toch juist of 1 of meer beta's niet gelijk zijn aan 0?
Dat doet SPSS volgens mij automatisch? Gewoon het testen van het regressiemodel?quote:Op donderdag 26 januari 2012 23:22 schreef Sir_Windsor het volgende:
[..]
Je test als R^2 0 kan zijn of niet. Je kijkt dus als je bewijs hebt om aan te nemen dat er geen verband is tussen de afhankelijke en onafhankelijke variabelen.
Wat is de andere kant van de vergelijking, of moet er geïntegreerd danwel gedifferentieerd worden?quote:
Je bedoelt ?quote:Op zaterdag 28 januari 2012 21:24 schreef One_conundrum het volgende:
uh? ik wil gewoon graag een nummer ipv q. dat nummer is 0.02003
Inderdaad.quote:Op zaterdag 28 januari 2012 21:30 schreef GlowMouse het volgende:
steek maar meer moeite in het stellen van je vraag
haha, Ik had niet verwacht dat mijn vraag zo onduidelijk was.quote:Op zaterdag 28 januari 2012 21:30 schreef GlowMouse het volgende:
steek maar meer moeite in het stellen van je vraag
99.003etc = 100e -(q/2)quote:Op zaterdag 28 januari 2012 22:07 schreef One_conundrum het volgende:
hmm het komt niet echt uit, ik krijg niet echt 0.02etc uit mijn GR..
het moet dus zijn uuuh
100 - 1e-(0.04/12) = 100e -(q/2)
99.003etc = 100e -(q/2)
Ik ben inderdaad niet helemaal netjes met de tekens. Eigenlijk moet je de volgende twee aanpassingen doen tov wat ik deed:quote:Op zondag 29 januari 2012 22:47 schreef zoem het volgende:
Voor strict concaaf moeten de determinant en de eigenwaardes van de Hessiaan positief zijn. Waarom dan het gelijk-aan-of-groter teken? Of is dit nog niet de (juiste) oplossing voor het strict geval?
verbeterdquote:Op vrijdag 3 februari 2012 12:22 schreef GlowMouse het volgende:
Is y afhankelijk van t?
Rare notatie van een interval.
Als je onderscheid maakt tussen y>=0 en y<0 dan is het toch wel te doen? Alleen opletten bij y=0 wanneer 0<alpha<=1.
Mits de meetfouten onafhankelijk zijn.quote:Op zondag 5 februari 2012 23:19 schreef twaalf het volgende:
Nou ja, je zit erboven of eronder, dus je krijgt iets binomiaals denk ik, 10 trekkingen.
precies, dat staat erquote:Op donderdag 9 februari 2012 13:43 schreef bezemsteeltaart het volgende:
Is |A+B| dan eerst de A+B matrices bij elkaar optellen en daar de determinant van?
ik zou twee voorbeeldmatrices maken en het dan allebei uitproberenquote:Op donderdag 9 februari 2012 13:43 schreef bezemsteeltaart het volgende:
Laat A en B 2x2 matrices zijn met de determinanten |A|=4 en |B|=7
ik weet dat |A|+|B| niet gelijk is aan |A+B| maar wat zijn de verschillen dan?
Is |A|+|B|=11 of is |A+B|=11??
Is |A+B| dan eerst de A+B matrices bij elkaar optellen en daar de determinant van ofzo?? Ik heb geen idee..
Je hebt hier in feite gewoon de bekende Newton-Raphson iteratie voor de bepaling van het nulpunt van - in dit geval - f(x) = x3 - A, waarbij geldt:quote:Op vrijdag 10 februari 2012 01:19 schreef kutkloon7 het volgende:
Ik moet bewijzen dat
als
Kan iemand me een aanwijzing geven? Ik kan wel aantonen dat als
ook
maar hier kom ik niet echt verder mee.
Dat hoeft ook helemaal niet in het algemeen te bewezen worden, maar alleen in dit specifieke geval. Dan wordt het vast makkelijker.quote:Op vrijdag 10 februari 2012 11:31 schreef Riparius het volgende:
[..]
Je hebt hier in feite gewoon de bekende Newton-Raphson iteratie voor de bepaling van het nulpunt van - in dit geval - f(x) = x3 - A, waarbij geldt:
[ afbeelding ]
Je zou eerst moeten aantonen dat je rij {xn} überhaupt convergeert, en dat is nog niet zo eenvoudig (zie hier).
Neem {A,B,C,D} als beginpermutatie. Gegeven een eindpermutatie. Neem de letter die in de eindpermutatie in de uiterst rechter positie terecht moet komen (positie 4). Dit kan in hoogstens 3 stappen. Nu de rechterletter vaststaat, is het probleem gereduceerd tot het volgende:quote:Op zaterdag 11 februari 2012 21:05 schreef Anoonumos het volgende:
1) Kan elke permutatie van {A,B,C,D} gemaakt worden uit de tranposities (AB), (BC) en (CD)?
Ja, want ik kan de transposities (AC), (AD) en (BD) schrijven als product van de andere drie transposities, en elke permutatie is een product van transposities.
2) Hoeveel vermenigvuldigingen zijn er dan maximaal nodig?
Bij 1) vond ik dat ik (AC) 3 stappen kost om te maken. (BD) ook 3 en (AD) 5.
Van ABCD naar DCBA (of CDAB) gaan kost dan 6 stappen en ik vermoed dat dit het maximale is. Maar hoe bewijs je zoiets?
Je geeft nu een bovengrens voor het aantal vermenigvuldigingen.quote:Op zaterdag 11 februari 2012 21:50 schreef thenxero het volgende:
[..]
Neem {A,B,C,D} als beginpermutatie. Gegeven een eindpermutatie. Neem de letter die in de eindpermutatie in de uiterst rechter positie terecht moet komen (positie 4). Dit kan in hoogstens 3 stappen. Nu de rechterletter vaststaat, is het probleem gereduceerd tot het volgende:
"Hoeveel vermenigvuldigingen zijn er maximaal nodig om van {A,B,C} met de transposities (AB) en (BC) een willekeurige permutatie van {A,B,C} te maken".
Als je het argument op deze manier afmaakt krijg je 3+2+1=6.
De vraagsteller had 6 ook al als ondergrens.quote:Op zaterdag 11 februari 2012 23:15 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
Je geeft nu een bovengrens voor het aantal vermenigvuldigingen.
Ik snap niet echt wat je hier bedoelt. (ABCD) verandert de volgorde van je permutatie niet (?).quote:Op zaterdag 11 februari 2012 23:10 schreef Anoonumos het volgende:
Dank.
Dus voor het geval dat je alleen de transpositie (AB) en 4-cykel (ABCD) mag gebruiken, is het:
4 + 3 + 1 = 7
maximaal 4 stappen om de eerste 2 in volgorde te zetten, en dan nog 3 + 1 om alles om op de goede plaats te zetten (doorschuiven) en eventueel de laatste 2 nog in goede volgorde te zetten.
Je hebt wel gelijk dat alleen een bewijs gevraagd wordt voor de convergentie van deze specifieke iteratie, maar ook dat is niet echt eenvoudig en in zijn algemeenheid trouwens niet juist. Als we bijvoorbeeld A = 2 kiezen en als startwaarde x0 = -1, dan breekt de iteratie af na x1 = 0 omdat x2 dan ongedefinieerd is. De vragensteller geeft dus onvolledige informatie. Als we echter veronderstellen dat A > 0 en tevens x0 > 0 kiezen dan gaat het wel goed. Het is dan mogelijk te bewijzen dat de rij {xn} in ieder geval vanaf de tweede term x1 monotoon dalend is en tevens begrensd, waaruit volgt dat de rij een limiet heeft. En dan is het niet moeilijk meer te bewijzen dat die limiet inderdaad A1/3 is.quote:Op vrijdag 10 februari 2012 12:52 schreef thenxero het volgende:
[..]
Dat hoeft ook helemaal niet in het algemeen te bewezen worden, maar alleen in dit specifieke geval. Dan wordt het vast makkelijker.
Klik.quote:Op dinsdag 14 februari 2012 15:13 schreef solidslayer het volgende:
Kan iemand deze voor mij oplossen?
3 √16
---------- =
2 * 4√64
(de 4 is de 4e machtswortel van 64)
Dit artikel gaat alleen over het bestaan van de derdemachtswortel van 2 als reëel getal, en daar schiet je niets mee op voor jouw vraagstuk. Ik denk dat je je vraagstuk erg onderschat, dus ik zal even laten zien hoe ik het zou aanpakken.quote:Op woensdag 15 februari 2012 18:19 schreef kutkloon7 het volgende:
[..]
Bedankt voor de reacties!
Hier staat ook een manier, kwam ik toevallig tegen .
Beetje creatief zijn. Bedenk datquote:Op vrijdag 17 februari 2012 22:17 schreef Anoonumos het volgende:
Ik wil deze limiet berekenen:
als (x,y) naar (0,0) gaat.
Alleen weet ik niet hoe ik die sinus kan wegwerken. Ik dacht aan een taylorreeks, maar dat hebben we nog niet gehad met twee variabelen. Ik krijg de breuk ook niet kleiner gepraat dan iets zonder sinus.
Heeft iemand een tip?
Bijnaquote:
Bijnaquote:
waarbij jequote:
Kloptj, de uiteindelijke integraal wordt dusquote:Op zondag 19 februari 2012 16:18 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
waarbij je
ook op kunt schrijven als:
ik zag het wel, met je ninja-editquote:Op zondag 19 februari 2012 16:19 schreef M.rak het volgende:
[..]
Kloptj, de uiteindelijke integraal wordt dus
Psst!quote:Op zondag 19 februari 2012 16:20 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
ik zag het wel, met je ninja-edit
waar gaat die initiele +1 dan heen van: ?quote:Op zondag 19 februari 2012 16:18 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
waarbij je
ook op kunt schrijven als:
Er is geen +1.quote:Op zondag 19 februari 2012 16:54 schreef bezemsteeltaart het volgende:
[..]
waar gaat die initiele +1 dan heen van: ?
psst, die is nog steeds fout hoor; je vergat nl. de absoluutstrepen om de term v/d logaritmequote:Op zondag 19 februari 2012 16:19 schreef M.rak het volgende:
[..]
Klopt, de uiteindelijke integraal wordt dus
Vergelijking is denk ik wat het meest in de buurt komt. Google translate?quote:Op dinsdag 21 februari 2012 20:05 schreef gogosweden het volgende:
wat is de nederlandse naam voor equation ookalweer? ben het ff helemaal kwijt
het klonk toch niet helemaal goed dus daarom vroeg ik het hier voor de zekerheid naquote:Op dinsdag 21 februari 2012 20:07 schreef kutkloon7 het volgende:
[..]
Vergelijking is denk ik wat het meest in de buurt komt. Google translate?
Ken je de Jordan-normaalvorm van een matrix?quote:Op dinsdag 21 februari 2012 20:45 schreef kutkloon7 het volgende:
Ik wil de nde macht van een simpele matrix uitrekenen. Is er een manier voor? Mathematica komt er wel uuit, dus ik dacht dat het ook wel met de hand na te gaan moet zijn.
For the record, dit is de matrix:
[ afbeelding ]
En de nde macht van deze matrix is:
[ afbeelding ]
Oja, ik ken de manier waarbij je de matrix diagonaliseert, dat kan bij deze matrix niet omdat er geen basis van eigenvectoren is. Er is wel een matrix te maken zodat (als we de matrix met eigenvectoren als kolommen V noemen, de matrix waarvan ik de diagonaalmatrix wil hebben M en de diagonaalmatrix met eigenwaarden L):
MV = VL
Maar nu is v niet inverteerbaar, omdat zijn determinant 0 is.
Ik denk dat dat is waar ik naar op zoek ben ja. Het is wel een keer kort behandeld, maar blijkbaar niet blijven hangen. Ik zoek het wel op in mijn dictaat lineaire algebra. Dankje, ouwe baasquote:Op dinsdag 21 februari 2012 20:53 schreef thabit het volgende:
[..]
Ken je de Jordan-normaalvorm van een matrix?
Waar invult? In de bovengrens? Ondergrens? Iets anders?quote:In het antwoordmodel staat dat als je 0 invult in de formule je er 1/4e uitkrijgt??
Je kan beter even naar de meetkundige definities kijken (eventueel even een eenheidscirkel bekijken met daarop een punt dat een bepaalde hoek maakt met de x-as, dan zie je het wel denk ik), ik zou je graag verder helpen maar ik moet nu eten .quote:Op zaterdag 25 februari 2012 18:36 schreef Setting_Sun het volgende:
hoe toon je, gegeven onderstaande definities van de sinus en cosinus, aan dat cos2 + sin2 = 1 ???
[ afbeelding ]
(mijn vraag komt van de oorspronkelijke vraag waarom de functie exp(ri) een cirkel in het complexe vlak geeft, geen huiswerk maar eigen interesse)
SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.inbed in het platte vlak, er minstens twee snijpunten zijn? (dus waar twee zijden elkaar snijden...)
(En dezelfde vraag voor K6, de complete graaf met 6 en 3 snijpunten, maar misschien kom ik daar zelf wel achter als ik deze snap)
Ik wil eigenlijk gebruiken dat als je bijvoorbeeld K5 inbed in het platte vlak met maar een (ik kan geen accenten op de e doen?) snijpunt, dat de topologie dan als het ware elke keer hetzelfde is, anders moet je erg veel gevallen gaan onderscheiden. Als iemand me kan helpen, graag!
Hehe, twee fouten en dat nog wel in een dikgedrukte tekst . Ik weet trouwens zeker dat het bij college wel zijdes werden genoemd (maar dat zegt natuurlijk niks, behalve dat ik het dan misschien verkeerd geleerd heb ).quote:Op zaterdag 25 februari 2012 22:03 schreef GlowMouse het volgende:
Ik kan er weinig over zeggen, maar het is de Petersengraaf, zonder o en zonder spatie. En het zijn geen zijden maar kanten.
quote:Op zaterdag 25 februari 2012 21:37 schreef kutkloon7 het volgende:
Iemand een idee wat handig is om aan te tonen dat als je de Peterson graafDenk dat je deze stelling moet gebruiken:SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.inbed in het platte vlak, er minstens twee snijpunten zijn? (dus waar twee zijden elkaar snijden...)
(En dezelfde vraag voor K6, de complete graaf met 6 en 3 snijpunten, maar misschien kom ik daar zelf wel achter als ik deze snap)
Ik wil eigenlijk gebruiken dat als je bijvoorbeeld K5 inbed in het platte vlak met maar een (ik kan geen accenten op de e doen?) snijpunt, dat de topologie dan als het ware elke keer hetzelfde is, anders moet je erg veel gevallen gaan onderscheiden. Als iemand me kan helpen, graag!
A finite graph is planar if and only if it does not have K5 or K3,3 as a minor.
Van wikipedia.
Gebruik dat sin'(x) = cos(x) en cos'(x) = -sin(x); dat volgt direct uit die machtreeksdefinities. Daarna kun je sin2(x) + cos2(x) eenvoudig differentiëren en zien dat daar 0 uitkomt. De uitdrukking is dus constant; x=0 invullen geeft dat er 1 uitkomt.quote:Op zaterdag 25 februari 2012 18:36 schreef Setting_Sun het volgende:
hoe toon je, gegeven onderstaande definities van de sinus en cosinus, aan dat cos2 + sin2 = 1 ???
[ afbeelding ]
(mijn vraag komt van de oorspronkelijke vraag waarom de functie exp(ri) een cirkel in het complexe vlak geeft, geen huiswerk maar eigen interesse)
Je zou dit heel eenvoudig kunnen doen door eerst aan de hand van de reeksontwikkelingen aan te tonen dat cos x en sin x resp. -sin x en cos x als afgeleide hebben. Vervolgens definieer je de functie:quote:Op zaterdag 25 februari 2012 18:36 schreef Setting_Sun het volgende:
hoe toon je, gegeven onderstaande definities van de sinus en cosinus, aan dat cos2x + sin2x = 1 ???
[ afbeelding ]
Bekijk het eens als volgt. Je weet dat je een curve in een plat vlak met een cartesisch assenstelsel kunt beschrijven met een parametervoorstelling x = x(t) en y = y(t). Op dezelfde wijze kun je in het complexe vlak een curve beschrijven met een complexe functie z(t) = x(t) + i∙y(t) van een reële variabele t, aangezien het punt (x(t);y(t)) het beeldpunt is van het complexe getal x(t) + i∙y(t).quote:(mijn vraag komt van de oorspronkelijke vraag waarom de functie exp(ti) een cirkel in het complexe vlak geeft, geen huiswerk maar eigen interesse)
quote:Op zaterdag 25 februari 2012 21:37 schreef kutkloon7 het volgende:
Iemand een idee wat handig is om aan te tonen dat als je de Peterson graafJe kunt proberen aan te tonen dat je minstens 2 kanten moet weghalen om de graaf planair te maken. Een standaardargument met Euler's formule zou hier wel moeten werken denk ik. Je hebt in elk geval dat elk vlakdeel minstens een vijfhoek is.SPOILEROm spoilers te kunnen lezen moet je zijn ingelogd. Je moet je daarvoor eerst gratis Registreren. Ook kun je spoilers niet lezen als je een ban hebt.inbed in het platte vlak, er minstens twee snijpunten zijn? (dus waar twee zijden elkaar snijden...)
(En dezelfde vraag voor K6, de complete graaf met 6 en 3 snijpunten, maar misschien kom ik daar zelf wel achter als ik deze snap)
Ik wil eigenlijk gebruiken dat als je bijvoorbeeld K5 inbed in het platte vlak met maar een (ik kan geen accenten op de e doen?) snijpunt, dat de topologie dan als het ware elke keer hetzelfde is, anders moet je erg veel gevallen gaan onderscheiden. Als iemand me kan helpen, graag!
Merk eerst op dat je alle complexe functies als het volgende kunt schrijven met i als het complexe getalquote:Op zaterdag 25 februari 2012 18:36 schreef Setting_Sun het volgende:
mijn vraag komt van de oorspronkelijke vraag waarom de functie exp(ri) een cirkel in het complexe vlak geeft, geen huiswerk maar eigen interesse
Dat is de definite van een inverse functie. Je kan er pas concreet mee aan de slag als je f weet.quote:Op maandag 27 februari 2012 18:20 schreef pocketplayer09 het volgende:
[..]
Bedankt voor het antwoord, zou u misschien uit willen leggen hoe u er op gekomen bent?
cscxquote:Op maandag 27 februari 2012 20:00 schreef thabit het volgende:
[..]
Dat is een kutnotatie. Gebruik liever (sin x)-1 voor zoiets.
Ik ben er niet helemaal uitgekomen, maar het was een inleveropgave en ik heb van niemand gehoord dat hij er helemaal uitgekomen is. Misschien was het niet de bedoeling om een bewijs te geven (er stond 'laat zien'). In ieder geval bedankt!quote:Op zondag 26 februari 2012 13:17 schreef thabit het volgende:
[..]
Je kunt proberen aan te tonen dat je minstens 2 kanten moet weghalen om de graaf planair te maken. Een standaardargument met Euler's formule zou hier wel moeten werken denk ik. Je hebt in elk geval dat elk vlakdeel minstens een vijfhoek is.
Volgens mij werkt het wel op de manier die ik voorstelde.quote:Op maandag 27 februari 2012 21:50 schreef kutkloon7 het volgende:
[..]
Ik ben er niet helemaal uitgekomen, maar het was een inleveropgave en ik heb van niemand gehoord dat hij er helemaal uitgekomen is. Misschien was het niet de bedoeling om een bewijs te geven (er stond 'laat zien'). In ieder geval bedankt!
Klopt, het was alleen niet de bedoeling dat we de formule van Euler gebruikten 'want die kwam pas in het hoofdstuk erna'. Wel bewonderenswaardig dat je zo snel een bewijs weet te produceren .quote:Op maandag 27 februari 2012 22:09 schreef thabit het volgende:
[..]
Volgens mij werkt het wel op de manier die ik voorstelde.
Voor planaire grafen geldt de formule van Euler: v - e + f = 2. Voor de Petersengraaf hebben v=10 en e=15. Hieruit volgt 10 - 15 + f = 2, ofwel f = 7. Elk vlak is minstens een vijfhoek (elke cykel heeft lengte minstens 5). Verder grenst elke kant aan 2 vlakken, dus 5f <= 2e = 30, dus f <= 6, in tegenspraak met f=7.
Wat we moeten bewijzen is, dat als we 1 kant weghalen, dat dat ding nog steeds niet planair is (als er maar 1 snijpunt zou zijn, dan zou je namelijk 1 van de twee betreffende kanten weg kunnen halen om het planair te maken). De resulterende graaf heeft dan v=10 en e=14, dus f=6. Maar nog steeds geldt 5f <= 2e, wat in dit geval 28 is. Dit is in tegenspraak met f=6.
Aangezien er wel inbeddingen bestaan met 2 snijpunten, zou nog een kant weghalen geen tegenspraak meer moeten geven (even als sanity check). Maar dan krijg je inderdaad e=13 en f=5 uit Euler, dus 5f = 25 en 2e = 26.
Daar kan ik nog wel inkomen, maar waarom is dit dan onbepaald, want dat is toch feitelijk hetzelfde?quote:Op dinsdag 28 februari 2012 20:09 schreef GlowMouse het volgende:
Je moet de termen niet los bekijken. Een exponentiële functie 'wint' altijd van een machtsfunctie.
je rekent een oneigenlijke integraal per definitie uit als limiet: linkquote:Op dinsdag 28 februari 2012 21:13 schreef Thas het volgende:
[..]
Daar kan ik nog wel inkomen, maar waarom is dit dan onbepaald, want dat is toch feitelijk hetzelfde?
Ah, ok, dat wist ik niet. Hoe kan ik trouwens laten zien dat de ene functie het "wint" van de andere? Het enige wat ik kan verzinnen is van zowel de teller als de noemer de afgeleide nemen en dan laten zien dat die van de noemer voor elke a>0 en x>0 groter is, maar dat is hier duidelijk niet het geval, (a-1)*x^(a-2) is niet kleiner dan e^x voor elke combinatie van x en a.quote:Op dinsdag 28 februari 2012 21:19 schreef GlowMouse het volgende:
[..]
je rekent een oneigenlijke integraal per definitie uit als limiet: link
Deze kun je wel onthouden, maar je kunt ook laten zien dat er voor elke epsilon altijd wel een x* bestaat zodanig dat ax / xb < epsilon voor x>x* (mits a>1). Daarvoor kun je gebruiken datquote:Op dinsdag 28 februari 2012 21:52 schreef Thas het volgende:
[..]
Ah, ok, dat wist ik niet. Hoe kan ik trouwens laten zien dat de ene functie het "wint" van de andere? Het enige wat ik kan verzinnen is van zowel de teller als de noemer de afgeleide nemen en dan laten zien dat die van de noemer voor elke a>0 en x>0 groter is, maar dat is hier duidelijk niet het geval, (a-1)*x^(a-2) is niet kleiner dan e^x voor elke combinatie van x en a.
Of is dit gewoon een regel die ik maar moet onthouden zonder dat het veel te ingewikkeld wordt?
Versta je onder natuurlijke werking dat je modulo n rekent met optelling?quote:Op dinsdag 28 februari 2012 21:54 schreef Anoonumos het volgende:
Hallo, ik heb een vraag over deze algebra opgave:
Zij X = {1,2,3...} de verzameling van positieve natuurlijke getallen en vat S_n op als ondergroep van S(X) door zijn natuurlijke werking op {1,2,3,...,n}. Laat zien dat
een ondergroep is van S(X). Is H gelijk aan S(X)?
Ik zou zeggen dat voor alle n geldt dat , en dan heb ik al een bewijs dat zegt dat de vereniging van twee ondergroepen een ondergroep is als er één bevat is in de ander.
En voor het tweede deel lijkt me dat een element a in S(X) bevat is in S_a, en andersom iets soortgelijks.
Maar het kan nooit zo gemakkelijk zijn, dus ik vroeg me af of iemand hier weet wat ik over het hoofd zie?
DIe uitspraak is nooit voorgekomen voor deze vraag, dus ik weet ook niet helemaal hoe ik dat moet interpreteren. Dat zal ik morgen vragen. Bedankt in ieder geval.quote:Op dinsdag 28 februari 2012 22:04 schreef thenxero het volgende:
[..]
Versta je onder natuurlijke werking dat je modulo n rekent met optelling?
Nee, je permuteert alleen de eerste n getallen; de rest laat je op z'n plaats.quote:Op dinsdag 28 februari 2012 22:04 schreef thenxero het volgende:
[..]
Versta je onder natuurlijke werking dat je modulo n rekent met optelling?
Wat je nog kan laten zien is dat die eigenschap van ondergroepen die je gebruikt, ook aftelbaar vaak toegepast mag worden.
Nee, je integreert nu over een halve kubus in plaats van een halve bol.quote:Op woensdag 29 februari 2012 16:07 schreef Dale. het volgende:
[ afbeelding ]
Lijkt mij niet te kloppen?
Ik krijg er 16π uit. Zo dus. Je kunt gewoon in cartesische coördinaten blijven werken en het is met de hand te doen, maar ik ga het hier niet voor je uitschrijven.quote:Op woensdag 29 februari 2012 16:45 schreef Dale. het volgende:
Maar dit moet toch makkelijker kunnen ?
Nee, je mag ∞ niet als een getal behandelen, wat je hier doet heeft geen betekenis.quote:Op dinsdag 28 februari 2012 21:13 schreef Thas het volgende:
[..]
Daar kan ik nog wel inkomen, maar waarom is dit dan onbepaald, want dat is toch feitelijk hetzelfde?
Als je niet weet wat natuurlijke logaritmen zijn, zul je het antwoord van thenxzero niet begrijpen.quote:Op donderdag 1 maart 2012 22:37 schreef Paxcon het volgende:
Sorry hoor maar wat is In(a) Ik weet dat f(x)= 3x^2 wordt f'(x) = 6x, alleen deze snap ik niet.
Het verschil tussen die twee is dat bij 3x^2 de variabele op de grond staat en bij 3^x in de macht. Dus die kan je niet hetzelfde behandelen.quote:Op donderdag 1 maart 2012 22:37 schreef Paxcon het volgende:
Sorry hoor maar wat is In(a) Ik weet dat f(x)= 3x^2 wordt f'(x) = 6x, alleen deze snap ik niet.
Door het numerieke antwoord verwacht ik dat het met de GR moet.quote:Op donderdag 1 maart 2012 22:47 schreef Paxcon het volgende:
Hmm... Dat zegt me niks eigenlijk. De opgave waar ik op vastloop is: gegeven is f(x) = 3^x. Bereken de hellimg van f voor x = -2. Het antwoord is f'(-2) = 0,122.
Ik heb alleen geen idee hoe ik dat zelf moet invullen.
Er is toch niks ingewikkelds aan. Eigenlijk is het nog makkelijker: als je de afgeleide neemt hoef je er alleen maar ln(a) bij te zetten .quote:Op donderdag 1 maart 2012 23:02 schreef Paxcon het volgende:
Wtf wat vaag allemaal. Ik heb dit vorig jaar wel eens gehad maar zo ingewikkeld met die formules kan het toch niet zijn?
Voor een normale afgeleide kun je gewoon zeggen je doet de macht keer het voorste getal en trekt 1 van die macht af en dat is de afgeleide? En dat In komt me ook totaal onbekend voor.
Forum Opties | |
---|---|
Forumhop: | |
Hop naar: |