abonnement Unibet Coolblue
pi_99951668
25-07-2011

‘Grootouders waren belangrijk voor menselijke evolutie’

De evolutie van de mens kreeg een belangrijke impuls op het moment dat moderne mensen zo oud werden dat ze voor hun kleinkinderen konden zorgen.


Foto: Thinkstock

Dat beweren Amerikaanse wetenschappers.

Ongeveer 30.000 jaar geleden groeide het aantal Homo sapiens dat de leeftijd van 30 jaar bereikte drastisch.

De voedselproductie en het gebruik van complexe voorwerpen nam in deze periode snel toe, waarschijnlijk als gevolg van de kennis die de ouderen overdroegen op hun kinderen en kleinkinderen.

Dat meldt de Britse krant The Guardian op basis van een studie die is verricht aan Central Michigan University.


Levensverwachting

“De hogere levensverwachting had een duidelijk effect op bevolkingsaantallen, sociale interacties van moderne mensen en biedt mogelijk zelfs de verklaring voor het feit dat Homo sapiens veel succesvoller waren dan Neanderthalers”, verklaart hoofdonderzoekster Rachel Caspari.

De onderzoekster kwam tot haar bevindingen door fossielen te bestuderen uit verschillende periodes van de evolutie van de mens. Op basis van de tanden die bij de skeletten waren gevonden, kon ze een vrij nauwkeurige schatting maken van de leeftijd van elk individu.


Zeldzaam

Oermensen die langer dan dertig jaar leefden, bleken extreem zeldzaam tot ongeveer 30.000 jaar geleden. Op dat moment nam de gemiddelde leeftijd van de uit Afrika afkomstige Homo sapiens snel toe in vergelijking met de Neanderthalers die in Europa leefden.

“Voor elke tien jonge Neanderthalers die stierven tussen de leeftijd van tien en dertig jaar, waren er slechts vier volwassenen die ouder werden dan dertig jaar”, aldus Caspari. “Maar voor elke tien jonge Homo sapiens die stierven, waren er twintig volwassenen die wel de leeftijd van dertig jaar bereikten.”


Overlevingskansen

Volgens de wetenschappers had deze trend grote invloed op de overlevingskansen van de Homo sapiens. Zo gaven ouderen waarschijnlijk kennis door over giftig voedsel, plekken waar water was te vinden en het maken van gereedschap.

“Ook als er ruzie ontstond over de toegang tot water en voedsel konden ouderen zich mogelijk relaties herinneren met andere stammen, zodat het gemakkelijker werd om te onderhandelen en voorzieningen met elkaar te delen”, verklaart de Britse professor Chris Stringer. “In die zin waren oudere mensen zeer belangrijk voor de overlevingskansen van de menselijke soort.”

© NU.nl/Dennis Rijnvis

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_99967097
quote:
Mitochondria Share an Ancestor With SAR11, a Globally Significant Marine Microbe

ScienceDaily (July 25, 2011) — Billions of years ago, an astounding evolutionary event occurred: certain bacteria became obliged to live inside other cells, thus starting a chain of events that resulted in what is now the mitochondria, an organelle found in all eukaryotic cells. A recent study by researchers at the University of Hawaii -- Manoa (UHM) and the Oregon State University (OSU) provides strong evidence that mitochondria share a common evolutionary ancestor with a lineage of marine bacteria known as SAR11, arguably the most abundant group of microorganisms on Earth.

"This is a very exciting discovery," says Michael Rappe, Associate Researcher at the Hawaii Institute of Marine Biology in the School of Ocean and Earth Science and Technology (SOEST) at UHM. "The results that we present make sense in a lot of ways: the physiology of SAR11 makes them more apt to be dependent on other organisms, and based on the contemporary abundance of SAR11 in the global ocean, the ancestral lineage may have also been abundant in the ancient ocean, increasing encounters between this bacterial lineage with the host of the original symbiosis event."

In order to understand the evolutionary history of the SAR11 clade of marine bacteria, colleagues at Oregon State University compared the genomics of mitochondria from diverse supergroups of eukaryotes (including Excavata, Chromalveolata, and Archaeplastida) with the genomics of SAR11 strains isolated by Rappe's laboratory using several interconnected computer programs. This approach provided highly sophisticated and thorough phylogenetic analysis of these genomes. In addition to discovering the evolutionary connection between mitochondria and SAR11, the phylogenomics-based assessment of the diversity of this group (i.e. an assessment based on the entire genome, rather than single genes) provided substantial support for proposing a new family of bacteria, Pelagibacteraceae, fam. nov. "The implication is that the lineage of highly abundant marine bacteria known as SAR11 contains a significant amount of genetic diversity, which potentially indicates significant diversity in metabolism," notes Rappe.

Rappe and colleagues at SOEST and OSU continue to grow new strains of SAR11 and probe their genomes to further understand their metabolic potential and how they have become so successful in the global ocean.
bron
Huidige trend atmosf. CO2 Mauna Loa: 411 ppm ,10 jaar geleden: 387 ppm , 25 jaar geleden: 358 ppm
pi_99992901
26-07-2011

Krimpend brein van mens is uniek

De mens is waarschijnlijk de enige primaat waarbij op latere leeftijd de hersenen krimpen. Dat hebben Amerikaanse wetenschappers vastgesteld.


Foto: ANP

Mensen verliezen aan het einde van hun leven ongeveer vijftien procent van het originele gewicht van hun hersenen. Het brein van chimpansees vertoont echter geen krimp op latere leeftijd.

Dat meldt BBC News naar aanleiding van een onderzoek van antropoloog Chet Sherwood van de George Washington Universiteit in Washington.


Ouderdomsproces

Uit de studie blijkt dat de vijf tot acht miljoen jaar aan evolutionaire geschiedenis die mensen en apen van elkaar scheiden, hebben geleid tot een totaal ander ouderdomsproces.

Mensen leven van nature langer dan apen. Vermoedelijk is die lange levensduur in de loop van de evolutie ontstaan omdat ouders en grootouders op die manier meer tijd hadden om hun kinderen op te voeden. De ontwikkeling van het menselijk brein duurt namelijk relatief lang.


Hersenscans

De lange levensduur van mensen heeft er waarschijnlijk toe geleid dat ons brein op latere leeftijd zeer kwetsbaar wordt en krimp begint te vertonen.

De wetenschappers kwamen tot hun bevindingen door hersenscans te bestuderen van tachtig chimpansees en tachtig mensen die tussen de 22 en de 80 jaar oud waren.

Uit een analyse van de scans bleek duidelijk dat het brein van chimpansees in tegenstelling tot het menselijk brein niet krimpt naarmate de dieren ouder worden. De resultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences.


Groter brein

“Deze studie bewijst dat de veroudering van het brein bij mensen heel anders verloopt dan bij andere dieren”, verklaart onderzoeker Tom Preuss.

Het menselijk brein is overigens gemiddeld drie keer zo groot als het brein van een chimpansee.

© NU.nl/Dennis Rijnvis

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_100035739
27-07-2011

Bewezen: mensen uit het Noorden hebben grotere hersenen


Hersenen van mensen uit het Noorden zijn groter dan die van mensen uit het Zuiden.

Hoe noordelijker mensen wonen, hoe groter hun hersenen zijn. Dat ontdekten wetenschappers van de universiteit van Oxford. Maar dit wil niet zeggen dat die mensen slimmer zijn dan mensen uit het Zuiden.

Dat verschil in grootte is vrij eenvoudig uit te leggen. De mensen die noordelijker wonen, leven met minder licht. Hun hersenen hebben zich daaraan aangepast zodat ze daarmee om kunnen.

Niet slimmer
"Hoe verder je leeft van de evenaar, hoe minder licht er beschikbaar is. Hierdoor moeten de ogen van de mensen zich ontwikkelen en groter worden", legt antropologe Eiluned Pearce van de universiteit van Oxford uit. "De hersenen moeten ook groter worden om met de extra visuele input om te kunnen. Maar die grotere hersenen willen niet zeggen dat mensen slimmer zijn."

Scandinaviërs hebben grootste hersenen
Ze onderzocht samen met haar team de oogholtes en de hersencapaciteit van 55 schedels die van over de hele wereld komen. De studie toonde aan dat mensen die ver van Afrika woonden, zich sneller aanpasten aan een lager lichtniveau. Scandinaviërs hebben duidelijk de grootste hersenen. Een Brit heeft een hersengrootte van 26 milliliter, terwijl de hersenen van iemand uit de buurt van de evenaar slechts 22 milliliter groot waren. (jue)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_100035861
quote:
0s.gif Op donderdag 28 juli 2011 08:42 schreef ExperimentalFrentalMental het volgende:
27-07-2011

Bewezen: mensen uit het Noorden hebben grotere hersenen

[ afbeelding ]
Hersenen van mensen uit het Noorden zijn groter dan die van mensen uit het Zuiden.

Hoe noordelijker mensen wonen, hoe groter hun hersenen zijn. Dat ontdekten wetenschappers van de universiteit van Oxford. Maar dit wil niet zeggen dat die mensen slimmer zijn dan mensen uit het Zuiden.

Dat verschil in grootte is vrij eenvoudig uit te leggen. De mensen die noordelijker wonen, leven met minder licht. Hun hersenen hebben zich daaraan aangepast zodat ze daarmee om kunnen.

Niet slimmer
"Hoe verder je leeft van de evenaar, hoe minder licht er beschikbaar is. Hierdoor moeten de ogen van de mensen zich ontwikkelen en groter worden", legt antropologe Eiluned Pearce van de universiteit van Oxford uit. "De hersenen moeten ook groter worden om met de extra visuele input om te kunnen. Maar die grotere hersenen willen niet zeggen dat mensen slimmer zijn."

Scandinaviërs hebben grootste hersenen
Ze onderzocht samen met haar team de oogholtes en de hersencapaciteit van 55 schedels die van over de hele wereld komen. De studie toonde aan dat mensen die ver van Afrika woonden, zich sneller aanpasten aan een lager lichtniveau. Scandinaviërs hebben duidelijk de grootste hersenen. Een Brit heeft een hersengrootte van 26 milliliter, terwijl de hersenen van iemand uit de buurt van de evenaar slechts 22 milliliter groot waren. (jue)

(HLN)
Wat maakt de grootte nou uit? Het gaat erom wat je ermee doet... vrouwen zeggen dat ook zo vaak, dus dan moet het wel waar zijn.
  donderdag 28 juli 2011 @ 11:59:26 #81
304120 Bramdecaviaeter
"LSD, 100 µg, i.m."
pi_100041205
volume zegt niet alles over intelligentie. Echter is dit wel een erg gemakkelijke conclusie die ze trekken waarschijnlijk om racistische uitspraken af te schermen. het totale lichaamsgewicht lijkt me groter in noordelijke landen(en dan bedoel ik niet door vette troep) waardoor de hersenen meestal ook iets groter zijn. Dan moet je dus ook kijken naar de Bodymass brain ratio kijken.
En wat ook een belangrijke factor kan zijn is de betere voeding die hersengroei toelaat.

Alleen het licht lijkt me echt kortzichtig, je zou net zo gemakkelijk een hypothese kunnen stellen dat mensen in het noorden veel meer moeten plannen door de grote seizoensverschillen. Maar dan komt er al snel een politieke lading in de discussie.
Inter faeces et urinam nascimur,
pi_100051873
quote:
0s.gif Op donderdag 28 juli 2011 11:59 schreef Bramdecaviaeter het volgende:
volume zegt niet alles over intelligentie. Echter is dit wel een erg gemakkelijke conclusie die ze trekken waarschijnlijk om racistische uitspraken af te schermen. het totale lichaamsgewicht lijkt me groter in noordelijke landen(en dan bedoel ik niet door vette troep) waardoor de hersenen meestal ook iets groter zijn. Dan moet je dus ook kijken naar de Bodymass brain ratio kijken.
En wat ook een belangrijke factor kan zijn is de betere voeding die hersengroei toelaat.

Alleen het licht lijkt me echt kortzichtig, je zou net zo gemakkelijk een hypothese kunnen stellen dat mensen in het noorden veel meer moeten plannen door de grote seizoensverschillen. Maar dan komt er al snel een politieke lading in de discussie.
Waarom haal je nou racisme aan? En het licht lijkt je kortzichtig? Je bedoelt je eigen licht zeker, zaklampje.
  donderdag 28 juli 2011 @ 16:37:51 #83
304120 Bramdecaviaeter
"LSD, 100 µg, i.m."
pi_100052351
Nouja ik kan me voorstellen dat mensen racistische ideeen kunnen halen uit het feit dat hersenmassa in mensen die noordelijker wonen groter is.

Licht is zeker niet het enige factor die verschilt in noordelijke regionen, en daarom lijkt het me kortzichtig om het verschil enkel toe te schijven aan de lichtperceptie zonder gekeken te hebben naar daadwerkelijke volumes van occipitale lobes of andere delen van hersenen die met zicht te maken hebben.

Hersenvolume is wel gerelateerd aan intelligentie maar de mate van opvouwing van de cortex veel meer.

Ik geloof best dat er verschillen zijn tussen de door de mens veronderstelde rassen, maar de variatie binnen "rassen" is erg groot en voor intelligentie is opvoeding en cultuur een veel belangrijkere invloed om rascisme een kans te geven.
Inter faeces et urinam nascimur,
pi_100183963
29-07-2011

Onze voorouders uit Afrika liepen Neanderthalers in Europa onder de voet



Pikten hun dorpen en voedsel in na suprematie van 300.000 jaar300.000 jaar hadden de Neanderthalers, ingeweken vanuit Afrika, de wereld geregeerd vanuit Europa. Tot ze plots werden uitgeroeid. Tot vandaag was die uitroeiing een groot raadsel, maar wetenschappers van de universiteit van Cambridge hebben het raadsel ontsluierd: onze voorouders uit Afrika trokken massaal naar Europa en liepen de Neanderthalers onder de voet. Zo pikte de moderne mens (de 'homo sapiens') de dorpen en het voedsel van de Neanderthalers in. Zo'n 40.000 jaar geleden is de laatste Neanderthaler door die evolutie omgekomen.

Generaties lang dachten experten dat homo sapiens dankzij zijn hogere intelligentie (bv. op het gebied van jachttechnieken) de bovenhand had gehaald op de primitieve Neanderthalers. Nu blijkt echter dat 'we' de oermensen gewoon hebben weggevaagd.

Koude winters
Na 300.000 jaren suprematie van de Neanderthalers in Europa trok de moderne mens, die zich ontwikkelde in het oosten van Afrika, Europa en Azië. Ze deden dat zo massaal (tien keer de populatie van de Neanderthalers) dat de primitieve mens kansloos was. Ze werden onder de voet gelopen in hun dorpen. Vooral in de barre winters met diepe vriestemperaturen moesten ze het afleggen tegen de massa moderne mensen en stierven van de kou, honger en ontbering.

Handel
Meer en meer haalde de moderne mens de bovenhand en dankzij meer complexe communicatiemethodes, werkten de 'indringers' beter samen om voedsel te verhandelen in tijden van schaarste. "Geconfronteerd met deze vorm van competitie, trokken de Neanderthalers zich terug in marginalere gebieden van Europa, waar het veel moeilijker leven was", zegt Sir Paul Mellars, Professor Emeritus van Prehistorie en Menselijke Evolutie aan het Department Archeologie van de Universiteit van Cambridge.

Périgord
Mellars's team van experts onderzocht overblijfselen van de Neanderthalers in de Périgord, in het zuidwesten van Frankrijk. Uit overblijfselen van dierlijke voeding en stenen voorwerpen konden de onderzoekers afleiden dat de homo sapiens uit Afrika in getal tien keer sterker was dan de primitieve bewoners.

Vermenging
Oorspronkelijk kwamen zowel de Neanderthalers als de moderne mensen uit Afrika, de bakermat van de beschaving. Zo'n 400.000 jaar geleden verlieten de Neanderthalers Afrika en trokken naar Europa en Azië. Onze voorouders bleven toen nog in Afrika en ontwikkelden zich tot moderne mensen, de homo sapiens. Pas 100.000 jaar geleden verlieten ook onze voorouders het Afrikaanse continent in een gigantische migratiegolf. Zo'n 20.000 jaar leefden de twee mensenrassen min of meer samen, tot de Neanderthalers volledig van de aardbodem verdwenen. Vorig jaar wees onderzoek al uit dat er maar een klein percentage van vermenging tussen de moderne mens en de Neanderthaler was. Moderne Aziaten en Europeanen hebben slechts tussen 1 en 4 procent Neanderthaler-DNA. (kh)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  vrijdag 5 augustus 2011 @ 15:55:57 #85
36858 Semisane
Iemand nog een koekje?
pi_100356765
Meer iets van biologie in het nieuws, maar toch interessant.

quote:
Nederlandse doet onderzoek naar logica vogelzwerm

AMSTERDAM - Jarenlang hebben wetenschappers zich gebogen over het mysterie van vogels die in harmonieus bewegende zwermen vliegen. Nieuw onderzoek van theoretisch biologe prof. dr. Charlotte Hemelrijk van de Rijksuniversiteit Groningen heeft daarin nieuwe inzichten gebracht.
Met het dit programma simuleerden de onderzoekers het rondvliegen van spreeuwenzwermen boven een slaapplaats. Telkens als de spreeuwen buiten het gebied rond die plek kwamen, moesten ze terugdraaien.

In een publicatie in het wetenschappelijk tijdschrift PloS ONE beschrijven Hemelrijk en wetenschappelijk programmeur Hanno Hildenbrandt met het computermodel StarDisplay een aantal oorzaken van de variatie van vormen van spreeuwenzwermen.

De gesimuleerde spreeuwen ondervonden in StarDisplay een opwaartse kracht, luchtweerstand, zwaartekracht en hellen bij bochten.

Zandlopers

Video-opnamen van spreeuwenzwermen die rondvliegen blijken overal ter wereld een variatie te vertonen. Zwermen die veranderen van trechters naar zandlopers, verdichtingen en verdunningen; volgens Hemelrijk komt het allemaal voor.

''Ik wilde nagaan of zelforganisatie van de vogels hier afdoende verklaring biedt'', aldus Hemelrijk.

Botsingen

Via StarDisplay concludeert zij dat de vogels tot elkaar zijn aangetrokken, ze bewegen dezelfde kant op en ze proberen botsingen te vermijden. Verder bevat het wiskundige functies die het vlieggedrag beschrijven met behulp van een vereenvoudigde vorm van aerodynamica.

Eerder keek Hemelrijk met een vergelijkbaar computermodel naar visscholen. Waarnemingen lieten zien dat die altijd langgerekt zijn. ''In onze modellen van visscholen bleek dat de langwerpige vorm vanzelf tot stand komt door zelforganisatie'', zegt Hemelrijk.

''Naast het gebruikelijke groeperen en coördineren zijn daar geen extra regels voor nodig. Een vis die achter een andere vis zwemt, remt iets af om een botsing te vermijden en de buurvissen schuiven dan naar binnen om de opengevallen ruimte op te vullen. Zo wordt de school langwerpig.''

Versnellen

Het draaien bij de vogels gaat op een andere manier dan bij de vissen. Volgens de modellen en empirisch onderzoek kan een school vissen de individuen die aan de buitenkant van de bocht zwemmen iets laten versnellen, terwijl de binnenste vissen worden vertraagd. Zo behouden vissen op hun oorspronkelijke positie in de groep en blijft de school langgerekt.

Uit observaties van rondcirkelende rotsduiven in 1992 bleek dat vogels in een zwerm individueel draaien. Dat betekent dat vogels na een draai van 90 graden in een andere positie zitten ten opzichte van elkaar. Vogels die eerst naast elkaar vlogen, bevonden zich dan achter elkaar. Bij de volgende draai vliegen vogels die eerst aan stuurboord zaten, ineens aan bakboord.

Snelheid

Hemelrijk: ''Met StarDisplay kunnen we zien dat deze manier van draaien vooral een gevolg is van het feit dat vogels hun snelheid weinig kunnen variëren. Als we in ons model meer variatie in snelheid inbouwen, worden de vormen langgerekter in de richting van de beweging. De uitkomst, die we eerder voor vissen kregen waarbij de vormen constant langwerpig blijven, zou dan ook opgaan voor vogels.''

Ze vervolgt: ''In de publicatie in PloS ONE kunnen we nu slechts enkele oorzaken van de variatie in vormen van spreeuwenzwermen behandelen. Naast de weinig variabele snelheid zijn die andere factoren het grote aantal individuen in de zwerm, het kleine aantal partners - slechts zeven - waarmee één vogel interactie heeft, het maken van bochten en het overhellen in een bocht.''

Ondanks een aantal beperkingen in het programma levert het model volgens de onderzoekster een flinke hoeveelheid hypotheses op die getest kunnen worden. ''Dat is zeer waardevol, want zonder een model dat zorgt voor goede onderbouwing is onderzoek naar dit soort verschijnselen in de natuur bijzonder lastig.''
Bron
Putting the Fun back into Fundamentally Wrong since 1975.
"Yes, of course, I knew you would volunteer, Mr. Feynman, but I was wondering if there would be anybody else."
pi_100842157
16-08-2011

Primaten kregen 10 miljoen jaar eerder dan gedacht al nagels in plaats van klauwen


© ap

Al 55,8 miljoen jaar geleden, ruim tien miljoen jaar eerder dan tot voor kort werd aangenomen, groeiden nagels aan vingers en tenen van sommige primaten.

Met nagels, in plaats van klauwen, aan handen en voeten konden primaten zich beter vastgrijpen in de bomen waarin ze leefden. Dat melden Amerikaanse wetenschappers in het wetenschappelijke blad American Journal of Physical Antropology.

Teilhardina brandti
Amerikaanse antropologen bestudeerden de afgelopen zeven jaar 25 nieuwe fossiele resten van de Teilhardina brandti, een vijftien centimeter lange primaat die 55,8 miljoen jaar geleden leefde in het Wyoming Bighorn Bassin in Noordwest-Amerika. De Teilhardina brandti stamt uit het vroeg-eoceen, uit een periode van 200.000 jaar klimaatopwarming waarin zoogdieren kleiner werden.

Dat het gaat om de oudste en kleinste echte nagels die uit die periode gevonden werden bij primaten, bewijst dat nagels niet ontwikkelden met groter wordende lichamen, merkt professor Ken Rose van de John Hopkins University School of Medicine op.

Veranderingen
"Terwijl vroegere primaten klauwen hadden, kregen sommige moderne primaten nagels, frontale ogen en een grotere herseninhoud", zegt Jonathan Bloch van het Florida Museum of Natural History. Het gaat om de groep primaten die later evolueerde tot maki's, apen en mensen. "De huidige primaten hebben nog steeds dezelfde kenmerken en behalve de mensen leven ze allen in bomen." (belga/sam)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_100970126
quote:
De mol heeft aan beide voorpoten een soort zesde vinger
vrijdag 19 augustus 2011 om 13u18

De mol heeft aan beide voorpoten een zesde vinger. © unitedwildlife.com
Het is evident dat de mol een aantal aanpassingen aan zijn gravende bestaan in grote duisternis ontwikkeld heeft, want anders zou hij er niet in geslaagd zijn een succesvolle ondergrondse levenswijze uit te bouwen.

Een van die aanpassingen is dat een mol aan beide voorpoten een zesde vinger heeft – bijna geen enkel gewerveld landdier heeft meer dan vijf vingers. Het gaat in feite om een pseudoduim die groeit uit een beentje dat deel uitmaakt van het polsgewricht, en dat uitzonderlijk lang verlengd wordt en zo iets wordt dat de hand van de mol meer graafkracht geeft. De duim is dus geen echte vinger, ook omdat hij pas ná de vijf andere vingers tot ontwikkeling komt.

Wetenschappers hebben in het vakblad Biology Letters het genetisch mechanisme achter de ontwikkeling van de pseudoduim toegelicht. Het is een gevolg van een verhoogde expressie van een gen in de polsregio dat in principe de ontwikkeling van vingers stuurt. In de aan de mol verwante spitsmuis is dat gen niet actief in de regio waaruit het polsgewricht ontstaat.

Ooit is er in de mollenprehistorie dus een kleine genetische wijziging opgedoken die tot de vorming van een zesde vinger aanleiding gaf, en die in het geval van de mol met zijn speciale levenswijze een groot voordeel bood. (DD)
http://knack.rnews.be/nl/(...)le-1195085301621.htm
pi_101196556
24-08-2011

'Macro-evolutie' kost minimaal miljoen jaar

Het duurt ten minste een miljoen jaar voor de lichaamsgrootte van soorten significant groter of kleiner is geworden. Ecologie trapt zelf op de rem, stelt een Amerikaanse onderzoeker.

Hij heeft samen met een Noorse en een Zuid-Afrikaanse collega studies naar genetische mutaties op korte tijdschalen, van 10 tot 100 jaar, vergeleken met de resultaten van geologisch onderzoek, dat door middel van gedateerde fossielen kan terugzien over honderden miljoenen jaren evolutie.



Micro-evolutie

Biologen kunnen de eerste stadia van evolutie tegenwoordig in het laboratorium waarnemen. Daaruit wordt zelfs geconcludeerd dat essentiële aanpassingen al kunnen plaatsvinden op een tijdschaal van 50-100 generaties.

Het internationale onderzoeksteam denkt daar anders over. Bij zulke snelle evolutie zouden soorten waarschijnlijk maar heel kort bestaan, terwijl fossielenonderzoek aantoont dat veel levensvormen over honderdduizenden jaren nauwelijks veranderen.


Grootschalig

Ze maken daarom een onderscheid tussen micro- en macro-evolutie. Veel kleine veranderingen zijn volgens hen slechts fluctuaties rond grote evenwichtsbepalende milieufactoren. Slechts een klein deel van zulke mutaties overleeft om bij te dragen aan grootschalige patronen, de macro-evolutie.

Grote veranderingen, zoals een verdubbeling van de lichaamsomvang of het ontstaan van nieuwe soorten, vinden plaats binnen een interval van 1 tot 360 miljoen jaar, schrijven de onderzoekers in het wetenschapsblad PNAS.


Doorbroken evenwicht

Voor hoofdauteur Josef Uyeda van de Universiteit van Oregon is het niet de grote variëteit aan leven op onze planeet die hem verwondert, maar juist het ontbreken van nog veel grotere biodiversiteit.

Uyeda is aanhanger van de 'punctuated equilibrium'-theorie: hij spreekt van zogeheten stases, perioden van vele miljoenen jaren waarin alle evolutie binnen een smalle marge plaatsheeft en er geen grote soortenveranderingen optreden. Hierop volgt een ecologische verstoring en een stroomversnelling in de evolutie, die honderdduizenden jaren kan duren.


Survival of the oldest

Deze evolutietheorie bestrijdt de gedachte dat natuurlijke selectie zorgt voor de vorming van nieuwe soorten, zoals Darwin dacht. 'Survival of the fittest' zorgt er mogelijk juist voor dat bestaande soorten sterker worden, en nieuwe geen kans krijgen.

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_101196625
25-08-2011

Vroegste voorouder van zoogdieren ontdekt

Wetenschappers hebben in China een 160 miljoen jaar oud fossiel ontdekt van een voorouder van veel moderne zoogdieren.


Foto: Mark A. Klinger/Carnegie Museum

Het dier had waarschijnlijk veel weg van een spitsmuis en leefde voornamelijk in bomen. De resten van de muisachtige zijn aangetroffen in het noordoosten van China in de provincie Liaoning.

Het gaat om een deel van de schedel, delen van het skelet en enkele afdrukken van zacht weefsel, zoals haar. Dat meldt nieuwssite Physorg.com op basis van onderzoek van het Carnegie Museum of Natural History.


Voorouder

De gefossiliseerde diersoort heeft de naam Juramaia sinensis gekregen. Uit de studie blijkt dat de muisachtige een verre voorouder is van alle zogenaamde placentale zoogdieren, oftewel de zoogdieren die hun ongeboren jongen voeden doormiddel van een placenta. De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature.

“Omdat Juramaia sinensis 160 miljoen jaar geleden leefde, kon niemand het geboortecertificaat ondertekenen”, grapt hoofdonderzoeker Zhe-Xi Luo. “Maar dit dier kan heel goed onze 160 miljoen jaar oude overgrootmoeder zijn, of anders een oudtante die via een zijtak aan ons verwant is.”


Insecten

De prehistorische muisachtigen wogen waarschijnlijk minder dan een halve kilo en hadden scherpe tanden waarmee ze gemakkelijk insecten konden eten.

Verder waren hun voorpoten uitermate geschikt om in bomen te klimmen, zodat ze uit de buurt konden blijven van de dinosauriërs met wie ze de aarde 160 miljoen jaar geleden deelden.

“Ik stel me zo voor dat dit dier zich voornamelijk in bomen schuil hield en daar op insecten jaagde”, aldus Luo.

© NU.nl/Dennis Rijnvis

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_101322534
27-08-2011

Seks met Neanderthalers versterkte immuunsysteem

Seksuele omgang tussen de vroege mens en zijn evolutionaire neven introduceerde genen die ons nu nog helpen ziektes te bestrijden.


Foto: ANP

Eerder onderzoek wees al uit dat prehistorische kruising tussen verschillende mensachtigen verantwoordelijk is voor 4 procent van de genen van de moderne mens. In Science is nu nieuw onderzoek gepresenteerd waarin een deel van deze genen zijn geïdentificeerd.

Het betreft de zogenaamde Humaan Leukocyten Antigenen (HLA). Een familie genen die een belangrijke rol speelt in de bescherming tegen indringers in ons lichaam, zoals virussen.


De HLA-genen van de Neanderthalers en Denisovans, een andere prehistorische mensachtige, kregen honderdduizenden jaren de tijd zich aan te passen aan ziektes in Europa en Azië.

Het verkrijgen van de genen door kruising vergrootte de overlevingskans van onze voorouders dan ook aanzienlijk.


Verspreiding

De hoeveelheid HLA die afkomstig is van onze prehistorische neven loopt sterk uiteen per continent.

Zo schatten de wetenschappers dat Europeanen de helft van een bepaald type HLA te danken hebben aan Neanderthalers en Denisovans. Onder Afrikanen komt het type bijna niet voor terwijl het bij Aziaten kan oplopen tot 95 procent.

Volgens de onderzoekers is dit verschil te verklaren doordat de prehistorische mens seksuele relaties aanging met zijn primitievere medemens, toen hij 65.000 jaar geleden Afrika verliet. Hoe verder de mens wegtrok, hoe meer kruising er kon optreden.

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_101533665
quote:
Jongens rijpen sneller
zaterdag 03 september 2011 om 11u04

Wat van meisjes al een tijd bekend is, namelijk dat ze steeds vroeger seksuele rijpheid bereiken, blijkt nu ook voor jongens het geval te zijn.

Demografen hebben in het vakblad Public Library of Science ONE uitgerekend dat er sinds het midden van de achttiende eeuw elke tien jaar ongeveer 2,5 maanden af is gegaan van de leeftijd waarop jongens seksueel rijp zijn geworden. Dat is niet minder dan twee jaar eraf per eeuw. De oorzaak zou in de verbeterde leefomstandigheden liggen: betere voeding en minder ziektes.

Bij meisjes was het relatief gemakkelijk om dit gegeven te analyseren aan de hand van de registratie van de eerste menstruatie, maar voor jongens moest er een omweg gebruikt worden. Die werd gevonden in een korte opstoot van mortaliteit van tienerjongens, waarschijnlijk gelinkt aan een plotse stijging van de hoeveelheid mannelijke geslachtshormonen in het bloed, waardoor jongens ineens risicogedrag gaan vertonen. De hormonenopstoot is gelinkt aan seksuele rijpheid (in de zin van: vruchtbaarheid).

De onderzoekers wijzen er wel op dat een vervroegde seksuele rijpheid niet hand in hand gaat met een snellere volwassenheid, wel integendeel. Ze besluiten dat de kloof tussen seksuele rijpheid en volwassenheid bij zowel jongens als meisjes steeds groter wordt. Zeker omdat tegenwoordig ook de trend bestaat om almaar later het ouderlijk huis te verlaten en aan een eigen gezin te beginnen. (DD)
http://knack.rnews.be/nl/(...)le-1195095463382.htm

[ Bericht 5% gewijzigd door zakjapannertje op 04-09-2011 20:38:22 ]
pi_101741576
09-09-2011

Mogelijk oudste voorvader van de mens gevonden


© reuters

Wetenschappers hebben mogelijk de oudste voorvader van de homo sapiens (de mens) gevonden. De Australopithecus sediba is qua lichaamsbouw half mens half aap en beschikt over een combinatie van primitieve en moderne lichaamsfuncties. De ontdekking werpt een heel nieuw licht op de evolutie van de mens.


© afp

De Australopithecus leefde bijna twee miljoen jaar geleden, veel vroeger dan tot nu toe werd aangenomen. De Zuid-Afrikaanse professor Lee Berger vond de resten in 2008 in een grot in Zuid-Afrika. Na diepgaand onderzoek door wetenschappers vanover de hele wereld, is men het erover eens dat het een van de meest belangwekkende vondsten in de menselijke geschiedenis is.

"We hebben de meest complete hand van één individu van eender welke oude voorvader van de moderne mens die ooit ontdekt werd", zegt Berger. "En ze lijkt erg veel op een menselijke hand, met kleinere vingers en een lange duim. We krijgen nu een beter inzicht in het moment waarop onze grip, wat ons als mens zo uniek maakt, dat ons in staat stelt om piano te spelen, te schilderen, te typen, gereedschap uit steen te maken of handen te schudden, evolueert. "

Nog volgens Berger had de soort een klein maar verrassend ontwikkeld brein en een modern bekken, terwijl de voeten en enkels kenmerken van zowel mens als aap vertoonden. "Die kenmerken, en zijn leeftijd, maken het de beste kandidaat om als onze oudste voorvader beschouwd te worden", aldus Berger. "Nog meer dan vorige ontdekkingen als de homo habilis."

Tot op de dag vandaag is er geen uitsluitsel over wie nu de directe voorloper is van de homo sapiens. Homo erectus wordt algemeen beschouwd als meest waarschijnlijke link tussen aap en mens, maar of die nu zelf afstamt van de homo habilis of de homo rudolfenis is niet duidelijk. Volgens wetenschappers is de australopithecus sediba nu een meer waarschijnlijke kandidaat. (hlnsydney/sps)



(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  maandag 12 september 2011 @ 12:14:01 #93
36858 Semisane
Iemand nog een koekje?
pi_101852571
Blinde vissen hebben 'dubbel dagritme'

AMSTERDAM - Een blinde vissoort uit Somalië heeft een 'dubbel dagritme' vergeleken met andere diersoorten. Dat hebben Duitse wetenschapper vastgesteld.



De vissen van de soort Phreatichthys andruzzii leven al meer dan 2 miljoen jaar in grotten onder de Somalische woestijn, waarin geen zonlicht doordringt.

De dieren hebben een dagritme ontwikkeld van ongeveer 47 uur. Dat meldt BBC News op basis van onderzoek aan het Karlsruhe Institute of Technology.

Voeding

De wetenschappers weten niet precies waarom de biologische klok van de dieren juist op dit dagritme is ingesteld.

“Mogelijk heeft het iets te maken met de beschikbaarheid van voedsel in hun leefomgeving”, aldus hoofdonderzoeker Nick Foulkes.

Het dagritme van mensen en dieren bestrijkt normaal gesproken iets meer dan 24 uur en wordt afgesteld onder invloed van het daglicht. Een reis per vliegtuig naar een gebied met een andere tijdzone leidt daarom vaak tot een jetlag. De interne lichaamsklok moet zich na de reis namelijk instellen op de nieuwe lichturen.

Licht

De onderzoekers kwamen tot hun bevindingen door de blinde vissen op regelmatige tijden te voeren en vervolgens in kaart te brengen in hoeverre de dieren hun dagritme daarop aanpasten.

Uit het onderzoek bleek al snel dat de vissen een dagritme aanhouden dat ongeveer twee keer zo lang duurt als het ritme van andere dieren. Ook ontdekten de wetenschappers dat de biologische klok van de dieren totaal niet meer gevoelig is voor licht. De resultaten van het experiment zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift PLoS Biology.

Verloren ritme

"Het kan zijn dat deze dieren bezig zijn om hun dagritme totaal te verliezen", verklaart hoofdonderzoeker Foulkes. "Als de vissen over twee miljoen jaar opnieuw worden onderzocht hebben ze misschien helemaal geen biologische klok meer."

nu.nl
Putting the Fun back into Fundamentally Wrong since 1975.
"Yes, of course, I knew you would volunteer, Mr. Feynman, but I was wondering if there would be anybody else."
pi_101889877
12-09-2011

De stappen van de evolutie: het ontstaan en de migratie van de moderne mens [1/2]

In dit artikel wordt het evolutie- en migratieproces van aapachtige zoogdieren tot de moderne intelligente mens in vogelvlucht besproken. Dit gebeurt aan de hand van een aantal stappen: uitgaande van een gezamenlijke voorouder wordt respectievelijk het proces van uit de bomen komen en rechtop lopen behandeld, daarna de ontwikkeling tot carnivoor en de mogelijkheid tot duurloop, vervolgens de invloed van het klimaat en ten slotte een tweetal theorieën over de migratie van Homo sapiens. Vandaag deel 1 van 2, aanstaande vrijdag verschijnt deel 2.

Inleiding


Een impressie van Lucy

Toen in 1974 Lucy werd gevonden, een beeldschone dame die zo’n 3,2 miljoen jaar geleden moet hebben geleefd, was het team van het Institute for Human Origins blij verrast. Zij was namelijk tot dan toe veruit de oudste bekende mens die rechtop liep, terwijl haar kleine herseninhoud gelijk was met dat van de aap.[1] Deze vondst bewees dat het rechtop lopen vooraf is gegaan aan het groeien van de herseninhoud. Hoewel Lucy meer het uiterlijk had van een Chimpansee, waren de bouw van haar benen vrijwel identiek aan die van de moderne mens.[2]

Bovenstaande anekdote is slechts een klein stukje uit de zoektocht naar het ontstaan van de moderne mens. Het idee dat mensen en apen afstammen van een gemeenschappelijke voorouder werd in 1871 als eerst beschreven door Charles Darwin in zijn boek ‘The Descent of Man’. Hierin stelt hij dat het waarschijnlijk is dat de mens aapachtige voorouders heeft in Afrika.[3] Naar aanleiding van deze gedachte en de overtuigende voorbeelden die Darwin gaf, werd er gebroken met de religieuze opvatting over het ontstaan van de mens.[4] Zodoende raakte men steeds meer geïnteresseerd in deze ‘Oude Wereld’ van waaruit de moderne mens zich moest hebben ontwikkeld. Nadat bleek dat de verre voorouders uit Afrika kwamen, ontstond eveneens de vraag hoe deze zich mondiaal hebben kunnen verspreiden. De interactie tussen het evolutie- en migratieproces van de mens en de wereld kan in zekere zin worden gezien als een eerste vorm van globalisering. Deze meest basale vorm van globalisering leidt daarmee vandaag de dag tot de vraag: Hoe heeft de ontwikkeling en verplaatsing van de moderne mens over de wereld plaats gevonden?

Het beschrijven van het evolutieproces zal vaak niet zonder slag of stoot gaan. Omdat het bewijs voor bepaalde hypothesen in deze tak van wetenschap vaak gering is (fossielen zijn veelal schaars), is het moeilijk om van bepaalde processen met zekerheid de oorzaak te geven. Door nieuwe vondsten en ontwikkelingen van onderzoeksmethoden worden reeds aanvaarde theorieën continu op de proef gesteld, met als gevolg dat er nog veel onenigheid bestaat. Een eenduidig verhaal over hoe het hele evolutieproces moet hebben plaatsgevonden, bestaat hierdoor vooralsnog niet.

Een gezamenlijke voorouder

Sinds Darwins vernieuwende theorie betreffende de oorsprong van de mens aan populariteit won, is er veel onderzoek gedaan naar het proces van evolutie. Zijn theorie impliceerde dat alle mensen, hoe weinig sommigen ook op elkaar lijken, van eenzelfde soort voorouder afkomstig moet zijn. Het groeiende aantal fossiele ontdekkingen bevestigde deze theorie, en er bleek dat onze gezamenlijke voorouder in Afrika haar wortels moest hebben gehad.

Hoewel fossiele ontdekkingen relevante data opleverden, was het vaak moeilijk om precieze uitspraken te doen. Behalve dat hypotheses kunnen worden geverifieerd en gefalsifieerd aan de hand van bewijs uit fossielen, komt er tegenwoordig ook steeds meer bewijs vanuit onderzoek naar het menselijk genoom.[6] De opkomst van het onderzoek naar mutaties in het mitochondriaal DNA (mtDNA) levert veel aanvullende informatie.[7] Uit onderzoek naar diversiteit in mtDNA-genomen bleek dat de diversiteit in Afrika meer dan twee keer zo groot is als in de rest van de wereld.[8] Dit bevestigt het idee van de Afrikaanse wortels. Maar hoewel bleek dat in Afrika de diversiteit groter is dan elders, heeft later onderzoek uitgewezen dat de mtDNA-strengen van mensen over de hele wereld slechts 0,1% van elkaar verschillen.[9] Voor meer informatie over wat mtDNA mutatie allemaal kan betekenen voor evolutie onderzoek, zie S. Sigurðardóttir et al.[10]

Uit de bomen en rechtop lopen


Evolutie stripje van Cyanide and Happiness

Zo’n 6 miljoen jaar geleden leefden onze voorouders nog in bomen. Vanaf een zeker moment is deze verblijfplaats ingewisseld voor de vaste grond, waarna de houding en de manier van voortbewegen veranderde van quadrupedaal (op vier voeten) naar bipedaal (op twee voeten). Deze veranderingen worden gezien als de belangrijkste kenmerken van de eerste mensachtigen.[11],[12],[13] De Australopithecus afarensis, die zo’n 4 miljoen jaar geleden leefde, stond recht op, was bipedaal, maar klom ook nog in de bomen.[14],[15] Onderzoekers kunnen bipedie onder andere dankzij de vorm van de bekken en de plaats van het dijbeen bij fossielen, vaststellen.[16]

Er zijn verschillende theorieën over de reden waarom de eerste mensen uit de relatief veilige bomen zijn gekomen.[17] De meest bekende is de ‘Savanne-hypothese’. Deze hypothese verklaart het uit de bomen komen aan de hand van het klimaat: doordat het klimaat warmer werd, zouden er minder bomen zijn en werd het land meer bedekt met Savanne. Noodgedwongen zouden de mensen de bomen moeten hebben verlaten en stukken moeten lopen op zoek naar voedsel. Echter, op 19 juli 2001 vond Michel Brunet een schedel van een mensachtige die gedateerd werd van tussen de 6 en 7 miljoen jaar oud. Doordat de schedel enkele gelijkenissen had met latere schedels van bipediën, zou het geen rare conclusie zijn dat deze Sahelanthropus tchadensis ook al op twee benen liep.[18],[19] Maar ook later gevonden fossielen bewijzen dat de voorouders al miljoenen jaren voordat Afrika bedekt was met savanne, zich reeds bipedaal voortbewogen.[17]

Lange tijd werd gedacht dat doordat de oude mens steeds meer ging lopen, ook meer rechtop ging lopen. Er werd gedacht dat rechtop lopen minder energie zou kosten dan op 4 voeten lopen. Dit is door onderzoek echter verworpen.[20] Over de werkelijke toedracht waarom mensachtigen uiteindelijk rechtop zijn gaan lopen, tast men vooralsnog in het duister.

Ontwikkeling tot carnivoor en de mogelijkheid tot duurloop

Nadat de eerste mensachtigen de mogelijkheid tot lopen hadden ontwikkeld, zo blijkt uit fossiel onderzoek, ontwikkelde de genus Homo zo’n 2 miljoen jaar geleden de capaciteit om te rennen.[21] Evolutionair gezien heeft deze ontwikkeling op zich weinig nut, omdat de Homo ten opzichte van de meeste zoogdieren relatief langzaam was. Het is dan ook niet de mogelijkheid om te rennen, maar het vermogen om dit een langere tijd vol te houden, wat evolutionair voordeel heeft opgeleverd. Andere primaten, evenals de meeste zoogdieren, hadden deze duurloop capaciteit niet.[21]



Doordat het menselijk lichaam het haar kwijt raakte, was het beter in staat overvloedige hitte naar de omgeving te geleiden. Bij zoogdieren zorgt de vacht er niet alleen voor dat zij minder last hebben van de omgeving, maar ook dat het lichaam van het dier zijn hitte niet kwijt kan aan de omgeving.[22] Het kalende lichaam in combinatie met de steeds beter ontwikkelde zweetklieren, zorgde ervoor dat mensen in staat waren langere afstanden te rennen dan de meeste zoogdieren.[23]

Ook in onderzoek naar de ontwikkeling van het menselijk geraamte wordt gezocht naar de ontwikkeling van de mogelijkheid tot duurloop. Aangezien in het evolutieproces de verandering van de proporties in de voorvoet van de mens geen voordeel zou hebben geleverd bij lopen en zelfs een nadeel bij het rennen, lijkt dit erop te duiden dat de mogelijkheid tot duurloop zich heeft ontwikkeld als gevolg van deze verandering in de proporties.[24] Deze hypothese wordt echter slechts indirect door onderzoek ondersteund.[25]

Door de mogelijkheid tot duurloop ontstond er een nieuwe manier om aan voedsel te komen. Want hoewel zoogdieren vaak sneller waren, raakten zij eerder uitgeput dan de mensachtigen. Doordat deze laatsten op een constante manier energie verbruikten konden zij achtervolgen op snelheden die hun prooien tot inefficiënt energieverbruik dwongen, met snelle uitputting tot gevolg.[23]


Referenties:
1. Stephen Tomkins, The Origins of Humankind (Cambridge: Cambridge University Press, 1998).
2. Rebecca L. Cann, “In Search of Eve, A DNA Trail Leads to a Single African Woman, 200,000 Years Old,” The Sciences (september/oktober 1987), p. 30.
3. Charles Darwin, The Descrent of Man (Forgotten Books, 2007), p. 135.
4. Ongepubliceerd artikel van S. de Bruin: “Intelligent design – Religie of wetenschap?”.
5. Ongepubliceerd artikel van D. de Wit: “De laag des levens – De wisselwerking tussen mens en atmosfeer”.
6. Richard G. Klein en Blake Edgar, The dawn of human culture (John Wiley and Sons, 2002), p. 7.
7. Masami Hasegawa et al., “Dating of the human-ape splitting by a molecular clock of mitochondrial DNA,” Journal of Molecular Evolution 22 (Springer New York, oktober 1985), p. 171.
8. Max Ingman et al., “Mitochondrial genome variation and the origin of modern humans,” Nature 408 (7 december 2000), pp. 710-711.
9. Lars Jeuk et al., “Structural variation in the human genome,” Nature Reviews Genetics 7 (februari 2006), p. 85.
10. Sigrún Sigurðardóttir et al., “The Mutation Rate in the Human mtDNA Control Region,” The American Society of Human Genetics 66 (Elsevier Inc., mei 2000), pp. 1599-1609.
11. Katherine K. Whitcome et al., “Fetal load and the evolution of lumbar lordosis in bipedal hominins,” Nature 450 (13 december 2007), pp. 1075-1078.
12. K. Galik et al., “External and Internal Morphology of the BAR 1002’00 Orrorin tugenensis Femur,” Science 305 (3 september 2004), pp. 1450-1453.
13. Peter B. deMenocal, “African climate change and faunal evolution during the Pliocene–Pleistocene,” Earth and Planetary Science Letters 220 (30 maart 2004), pp. 3-24.
14. Jean-Pierre Changeux en Jean Chavaillon, Origins of the human brain (Oxford University Press, 1996).
15. Jack T. Stern Jr. en Randall L. Susman, “The locomotor anatomy of Australopithecus afarensis,” American Journal of Physical Anthropology 60 (datum onbekend), pp. 279-317.
16. Zie 14, p. 107.
17. Zie 13, p. 4.
18. Michel Brunet et al., “A new hominid from the Upper Miocene of Chad, Central Africa,” Nature 418 (11 juli 2002), pp. 145-151.
19. Bruce Bower, “Evolution’s Surprice, Fossil find uproots our early ancestors,” Science News 162 (13 juli 2002), p. 19.
20. Taylor C.R. en Rowntree V.J., “Running on two or on four legs: which consumes more energy?,” Science (12 januari 1973), p.
21. Dennis M. Bramble en Daniel E. Lieverman, “Endurance running and the evolution of Homo,” Nature 432 (18 september 2004), p. 345.
22. David R. Carrier et al., “The Energetic Paradox of Human Running and Hominid Evolution,” Current Anthropology 25 (augustus – oktober 1984), p. 486.
23. Zie 22, p. 487
24. Campbell Rolian et al., “Walking, running and the evolution of short toes in humans,” Journal of Experimental Biology 212 (13 februari 2009), p. 713.
25. Zie 24, p. 719.

(Visionair.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_102008090
15-09-2011

De evolutie van de veer

Nieuwe dinoveren van verschillende pluimage

Door: Elmar Veerman

Hoe zijn veren ooit ontstaan? Canadese onderzoekers speurden met succes naar oerveren in barnsteen en hebben er nu een beter beeld van. Een prachtig beeld ook.

Wij zoogdieren gebruiken haren om onszelf warm te houden, en dat is eigenlijk best sneu. Zo simpel, een haarzakje waar vervolgens een enkele spriet uit groeit. Nee, dan de vogels, met hun veren. Uit hun zakjes komt een hele boom, soms met allerlei weerhaakjes die ‘m in model houden, soms met donzige zijtakken die extra veel lucht vasthouden. Voor ieder doel zijn weer andere veren. Vliegen bijvoorbeeld stelt heel specifieke eisen aan de vogelpluimen.

Prachtig natuurlijk, en heel complex. Hoe is dat ooit in de evolutie ontstaan? De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat veren waarschijnlijk net zo begonnen als de haren van de zoogdieren: als isolatiemateriaal. Dinosaurussen zullen zich er warm mee hebben gehouden, en ze vast ook hebben gebruikt om zichzelf te versieren of te camoufleren. Vliegen was er voor hen niet bij.

Maar uit een dinosaurus is wel ooit de eerste vogel ontstaan – in een geleidelijk proces uiteraard. Dat betekent dat de veren ook langzaamaan geschikt moeten zijn geworden voor een leven in het luchtruim. Hoe dat ging, is vrijwel helemaal onbekend.

Ryan McKellar en collega’s, van de universiteit van Alberta in Edmonton, Canada, besloten dat ze daar iets aan wilden doen. Ze hebben ruim vierduizend stukken barnsteen bekeken, op zoek naar veren. Al die stukjes waren ooit hars van een boom en zijn gevonden op dezelfde plek, Grassy Lake. In elf stuks zat inderdaad een veertje of een of meer stukjes veer.

En wat prachtig: ze zijn heel verschillend, van holle haarachtige structuren tot ingewikkelde constructies met zijtakken vol pigmentbolletjes. Met deze veren, uit het eindtijdperk van de dinosauriërs, wordt weer een stuk meer bekend over de ontwikkeling en functie van deze vorm van lichaamsbedekking. Sommige exemplaren lijken op de borstveren die sommige vogels vandaag de dag gebruiken om water naar hun nest te vervoeren, of die duikende vogels hebben om hun weerstand in het water te verminderen. Andere lijken sterk op de slagpennen die vogels gebruiken om te vliegen. ‘Deze werden vermoedelijk gedragen door een dier dat in staat was tot vliegen’, schrijven de onderzoekers in Science. Vogels dus. Maar andere veren zijn juist zo anders, dat ze van dinosauriërs moeten zijn geweest.

Wat dit precies zegt over de evolutie van de veer? In ieder geval dat er ook in de dinotijd al behoorlijk gespecialiseerde veertypen bestonden. En nog veel meer, maar dat is voer voor specialisten. Voor leken levert het vooral prachtige plaatjes op. Zie de fotoserie in de rechterbalk.

Ryan C. McKellar, Brian D.E. Chatterton, Alexander P. Wolfe en Philip J. Currie: ‘A diverse assemblage of late cretaeceous dinosaur and bird feathers from Canadian amber’, Science, 16 september 2011

(wetenschap 24)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_102008166
16-09-2011

De stappen van de evolutie: het ontstaan en de migratie van de moderne mens [2/2]

Visionair: Niek op 16 september 2011

In dit artikel wordt het evolutie- en migratieproces van aapachtige zoogdieren tot de moderne intelligente mens in vogelvlucht besproken. Dit gebeurt aan de hand van een aantal stappen: uitgaande van een gezamenlijke voorouder wordt respectievelijk het proces van uit de bomen komen en rechtop lopen behandeld, daarna de ontwikkeling tot carnivoor en de mogelijkheid tot duurloop, vervolgens de invloed van het klimaat en ten slotte een tweetal theorieën over de migratie van Homo sapiens. Vandaag deel 2 van 2.

De invloed van het klimaat



Hoewel we een paar stappen terug hebben gezien dat de relatie tussen het uit de bomen komen en het klimaat niet is aangetoond, is een relatie tussen het groeien van het brein en het klimaat wel waarschijnlijk.[26],[27] Ook is er een relatie tussen de beweging van de aarde door de ruimte en veranderingen in het klimaat.[5],[28] Dramatische schommelingen in het klimaat werden gedurende langere perioden steeds meer versterkt en hadden daarmee grote invloed op de ontwikkeling van het aanpassingsvermogen van mensen.[29]

In figuur 1 is een schema te zien waarin gegevens uit zeebodemonderzoek de fluctuaties van het klimaat (het opkomen en afnemen van ijstijden) weergeven. In de afgelopen miljoenen jaren fluctueerde het klimaat met een frequentie van soms wel 100.000 jaar. Het blijkt echter dat de fluctuaties, en daarmee de ijstijden, in een bepaalde periode steeds frequenter plaats vonden, tot soms wel eens per 1000 jaar.[30] In figuur 1 is ook duidelijk te zien dat het klimaat steeds onrustiger werd. In diezelfde periode is het hersenvolume van de mensachtigen ook duidelijk toegenomen.[31] Bij dusdanig snelle klimaatveranderingen hebben creatieve wezens met grote herseninhoud een evolutionair voordeel.[30] Ook uit metingen van zuurstofisotopen blijkt sterk dat menselijke evolutie samenvalt met de schommelingen van het klimaat.[32]


Figuur 1.[31

Gevonden fossiele stenenwerktuigen bevestigen dit verhaal ook. Het eerste stenenwerktuig dateert van zo’n 2,6 miljoen jaar geleden.[33] In het begin veranderde deze werktuigen weinig,[34] maar zo’n 1,7 miljoen jaar geleden ontstonden er meer geraffineerde vormen van deze werktuigen, kort nadat de klimaatwisselingen heviger werden.[33] Ook het oudst gevonden gereedschap gemaakt van schelp dateert van zo’n 1,6 miljoen jaar geleden.[35] De laatste 100.000 jaar heeft deze vorm van technologie zich zelfs sneller ontwikkeld dan de biologische evolutie.[34]

Ook het eerste vertrek vanuit Afrika door de Homo genus is waarschijnlijk sterk beïnvloed door het klimaat en – daarmee samenhangend – de ecologische condities.[36] Daarmee zijn we bij de laatste stap zijn aangekomen.

Theorieën over migratie van Homo sapiens

Ruim 1,7 miljoen jaar geleden waren mensachtigen van het Homo genus de eersten die zich buiten Afrika verspreidden.[37] Over deze eerste ‘uittocht’ van Afrika, die zowel naar Europa als naar Azië leidde,[38] is weinig bekend.[39]

Zo’n 100.000 jaar geleden hadden zich over de hele wereld verschillende soorten mensachtigen ontwikkeld: de Homo sapiens, Homo erectus en in Europa de Homo neanderthalensis. Zo’n 70.000 jaar later was er van al deze diversiteit nog maar één soort over, de Homo sapiens. Uit fossielenonderzoek blijkt dat Azië, Europa en Australië 30.000-40.000 jaar geleden volledig gekoloniseerd waren door deze moderne mens, en Amerika zo’n 12.000 jaar geleden.[40] Zie figuur 2. In de discussie over hoe het zo ver heeft kunnen komen dat de andere soorten zijn uitgestorven, voeren twee verschillende theorieën de boventoon: het multiregionale continuïteitsmodel (MC) en het recente Afrikaanse oorsprongmodel (RAO).[41]



1. Multiregional Continuity model (MC)

Nadat zo’n 1,7 miljoen jaar geleden de Homo erectus voor het eerst Afrika verliet, verlegde deze eerste wereldreizigers langzaam maar zeker via het Midden-Oosten hun leefwereld naar andere delen van de wereld, zoals Zuidoost Azië en Europa. Het MC model stelt dat deze mensen van de soort Homo erectus lokaal evolueerde in de moderne Homo sapiens, met alle rasdiversiteit die we vandaag de dag zien tot gevolg.[41],[42]

2. Recent African Origin model (RAO)

Het RAO-model stelt dat de moderne mens zich pas vrij recent heeft geëvolueerd in Afrika (zo’n 100.000 tot 200.000 jaar geleden) en pas vanaf toen over de wereld is gaan verspreiden. Bij deze verspreiding heeft het, volgens deze theorie, de andere soorten mensachtigen helpen uitsterven[41], zonder daarbij te kruisen.[42]

Behalve deze theorieën zijn er nog enkele varianten die uitgaan van andere assumpties.[42] Een van de problemen waar de theorieën een antwoord op moeten hebben, is het feit dat de Homo neanderthalensis en de Homo sapiens beide rond dezelfde periode in Europa moeten hebben geleefd, en elkaar daar waarschijnlijk zijn tegengekomen.[43] Omdat vanaf 30.000 jaar geleden er alleen nog maar de moderne mens over was, gaan er verschillende hypotheses over deze vroege ontmoeting. Deze variëren van assimilatie tot kruising.[43]

De meerderheid van het genetisch en fossiel bewijs lijkt het RAO-model als geloofwaardiger dan het MC-model te bestempelen.[41],[44] Onderzoek van Cann, Stoneking en Wilson met mtDNA van mensen over de hele wereld heeft de hele mensheid kunnen herleiden tot één gezamenlijke moeder, welke symbolisch ‘Eva’ wordt genoemd.[45] Zij moet zo’n 200.000 jaar geleden hebben geleefd. In dit onderzoek is geen bewijs voor kruising met andere mensachtigen, zoals de Homo neanderthalensis, gevonden.[45]

Conclusie

Door alle invloeden en processen die de mens heeft ondergaan van aapachtig zoogdier in de boom tot de moderne intelligente mens, heeft hij een aantal kenmerkende eigenschappen ontwikkeld die opmerkelijk succesvol bleken.[41] In grote lijnen komt het er op neer dat de mens is ontstaan en zich grotendeels heeft ontwikkeld in Afrika, zich toen mondiaal heeft verspreid en ruim 30.000 jaar geleden over een groot deel van de wereld heeft gevestigd.[44] Toch kunnen we dit nog steeds niet met zekerheid zeggen. “We still need better methods that make fewer assumptions,” aldus Cann.[45]


Figuur 2: kaart van de wereld met migratie pijlen.[46

Referenties:

26. Richard Potts, “Environmental Hypotheses of Huminin Evolution,” Yearbook of Physical Anthropology 41 (1998), p. 93.
27. Richard Potts, “Variability Selection in Hominid Evolution,” Evolutionary Anthropology (1998), p. 81.
28. John D. Kingston et al., “Astronomically forced climate change in the Kenyan Rift Valley 2.7–2.55 Ma: implications for the evolution of early hominin ecosystems,” Journal of Human Evolution 53 (November 2007), p. 488.
29. Zie 26, p. 131.
30. Peter J. Richerson et al., “Evolution on a Restless Planet: Were Environmental Variability and Environmental Change Major Drivers of Human Evolution?,” Handbook of Evolution 2 (2005), p. 225.
31. Zie 30, p. 226.
32. Zie 14, p. 83.
33. Zie 30, p. 228.
34. Zie 14, p. 110.
35. Kildo Choi and Dubel Driwantoro, “Shell tool use by early members of Homo erectus in Sangiran, central Java, Indonesia: cut mark evidence,” Journal of Archaeological Science 34 (januari 2007), p.
36. J. Agustí et al., “Climate forcing of first hominid dispersal in Western Europe,” Journal of human evolution 57 (december 2009), p. 820.
37. Zie 30, p. 229.
38. G. Philip Rightmire, “The Dispersal of Homo erectus from Africa and the Emergence of More Modern Humans,” Journal of Anthropological Research 47 (zomer 1991), p. 183.
39. Zie 38, p. 177.
40. Zie 2, p. 37.
41. Donald Johanson, “Origins of Modern Humans: Multiregional or Out of Africa?,” mei 2001, < http://www.actionbioscience.org/evolution/johanson.html>; (opgehaald 11 september 2011).
42. Zie 8, p.710.
43. John J. Shea, “The Middle Paleolithic of the East Mediterranean Levant,” Journal of World Prehistory 17 (December 2003), p. 314.
44. Christopher S. Henshilwood en Curtis W. Marean, “The Origin of Modern Human Behavior, Critique of the Models and Their Test Implications,” Current Anthropological 44 (December 2003), p. 627.
45. Trisha Gura, “Bones, molecules…or both?,” Nature 406 (20 juli 2000), p. 231.
46. Mitomap.org, “Human mtDNA Migrations,”, 2002, < http://www.mitomap.org/pu(...)rldMigrations.pdf>; (opgehaald 19 juni 2010).

(visionair.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_102025383
16-09-2011

Veren van vogel en dino naast elkaar gevonden

Geschreven door Caroline Hoek op 16 september 2011 om 12:45 uur



Voor het eerst is bewezen dat dino’s met primitieve veren en vogels met ontwikkelde veren naast elkaar leefden.

Wetenschappers hebben stukjes barnsteen geanalyseerd die ongeveer 79 miljoen jaar oud zijn. De stukjes zijn ontstaan toen een boom wat hars losliet. In die hars zijn veren gewaaid en deze bleven plakken. De hars is hard geworden en de veren zitten er anno 2011 nog steeds in.

Barnsteen
In totaal hebben de onderzoekers elf stukjes barnsteen uit exact hetzelfde gebied kunnen analyseren. En dat leverde een bijzondere vondst op. Ze troffen er namelijk veren van dinosaurussen en van vogels in aan.

Primitief
De veren van de dino’s zijn heel primitief en kleurrijk. Zo zijn ze er in verschillende tinten bruin. Waarschijnlijk ontwikkelden de dinosaurussen de veren om zichzelf warm te houden. De veren van de vogels lijken al sterk op de veren van de moderne vogel en een aantal veren waren ook zeker geschikt om mee te vliegen, zo stellen de onderzoekers in het blad Science.

Met de vondst is voor het eerst bewezen dat dinosaurussen met primitieve veren en vogels met goed ontwikkelde veren naast elkaar leefden. Onderzoekers vermoedden dat al langer, maar konden het tot op heden nooit bewijzen.

Bronmateriaal
"Advanced birds lived alongside 'hairy' dinosaurs" - Newscientist.com
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door Science / AAAS (via Sciencemag.org).

(scientias.nl)

[ Bericht 1% gewijzigd door Robus op 16-09-2011 18:35:09 ]
pi_102025421
16-09-2011

Neanderthaler at wel schelpdieren
Geschreven door Caroline Hoek op 16 september 2011 om 16:50 uur

Resten van schelpdieren in een grot in Spanje bewijzen dat Neanderthalers al van dit slimmakende goedje smulden.

Lang werd gedacht dat moderne mensen de eersten waren die zich aan schelpdieren waagden. Sterker nog: het feit dat onze voorouders de diertjes aten, zoud ervoor gezorgd hebben dat onze soort nog steeds bestaat. Het gaf ons brein een boost, waardoor we ons beter aan situaties konden aanpassen en in tegenstelling tot die andere mensachtigen aan het langste eind trokken.

Maar het lijkt erop dat die theorie niet opgaat. Wetenschappers hebben in een grot in Spanje namelijk naast stenen gereedschappen van Neanderthalers ook schelpen gevonden. Het gaat voornamelijk om mosselen, zo is in het blad PLoS ONE te lezen.

De schelpen zijn zo’n 150.000 jaar oud. De oudste restanten van schelpen die door moderne mensen werden gegeten, zijn 164.000 jaar oud. “Dit onderzoek laat zien dat Homo sapiens in het zuiden van Afrika in dezelfde tijd als de Homo neanderthalensis in het zuiden van het Iberisch Schiereiland dezelfde bronnen gebruikten,” concludeert onderzoeker Francisco Jimenez Espejo.

Bronmateriaal
"Earliest Known Use of Marine Resources by Neanderthals" - Plosone.org
"Neanderthals ate shellfish 150,000 years ago: study" - Physorg.com

(scientias.nl)

[ Bericht 3% gewijzigd door Robus op 16-09-2011 18:35:33 ]
pi_102072307
quote:
Oudste hout 407 miljoen jaar geleden ontstaan
donderdag 15 september 2011 om 09u12
Wetenschappers hebben de oudste fossiele resten van hout

De evolutie van planten is moeilijk te bestuderen. Er is nog minder af te leiden uit fossiele planten dan uit dieren. Algemeen wordt aangenomen dat in het Midden-Devoon (zo’n 397 tot 385 miljoen jaar geleden) de eerste houtstructuren ontstonden, dus de eerste stappen richting bomen gezet werden. Daarvoor zou alles gewoon ‘groente’ zijn geweest.

Geoloog Philippe Gerrienne van de Universiteit Luik publiceert met zijn collega’s in het topvakblad Science een analyse van wat als nóg oudere fossiele houtresten worden beschouwd. Lang bewaarde stukjes van bomen van respectievelijk ongeveer 407 en 397 miljoen jaar geleden, die werden gevonden in Frankrijk en Canada. De fossielen zijn niet meer dan 12 centimeter lang en 5 millimeter breed. Ze zouden deel uitgemaakt hebben van planten die maximaal 2 meter hoog konden worden.

Het hout van een boom wordt gezien als een ontwikkeling die essentieel was om groeiende planten van kracht te voorzien en die tegelijk een systeem voor een efficiënte waterhuishouding garandeerde. Wetenschappers gaan er nu van uit dat waarschijnlijk de verbeterde waterhuishouding de belangrijkste factor achter de ontwikkeling van hout was. Al de rest kwam er achteraf als extraatje bij. (DD)
http://www.knack.be/nieuw(...)e-1195103719060.htm#
pi_102072942
quote:
0s.gif Op maandag 2 mei 2011 20:07 schreef KoningStoma het volgende:
Daar hoor je ze ook over. Ook over geologie.
Ik heb inderdaad wel eens gelezen over reli's die de idee van halfwaardetijd in twijfel trokken.
Evolution is from the Devil
Did you know that Ted Bundy's first dog, a collie, was named Lassie, did you know that?
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')