quote:
Het huis Veuve Clicquot-Ponsardin
Het wijnhuis, toen nog een kleine wijnhandel, werd in 1772 door Philippe Clicquot opgericht. Hij is eigenlijk textielhandelaar, een veel voorkomend beroep in die tijd, bovendien een goede vriend van Nicolas Ponsardin, de vader van Barbe-Nicole. En zoals het ging in die jaren, werden al vroeg de plannen gesmeed om hun beide kinderen te laten huwen.
In 1798 trouwt Francois Clicquot inderdaad de toen 22-jarige Barbe-Nicole Ponsardin. Hij is een dromer met depressieve buien, zij blijkt een zakenvrouw pur sang. Francois wil de wijnhandel van zijn vader uitbouwen. De eerste jaren blijft Barbe-Nicole een beetje op de achtergrond, ze baart een dochter en laat haar man begaan want een vrouw behoorde zich niet te bemoeien met mannenzaken. In 1803 brengen ze hun eerste eigen gebottelde flessen op de markt. Tot dan hebben ze alleen maar aangekochte flessen Champagne verhandeld. Na vijf jaar huwelijk sterft haar man Francois aan tyfus. Zelfs de geneeskrachtige eigenschappen die toen al door artsen aan Champagne werd toegeschreven, konden hem blijkbaar niet meer redden. De weduwe (Veuve) Barbe-Nicole is dan 27 jaar, maar vastberaden om de wijnhandel van haar man tot een succes te maken.
Ook al had Barbe-Nicole zo op het eerste oog niet veel op met Champagne, ze kwam wel degelijk uit een familie met wijnconnecties. Haar oma was de dochter van Nicolas Ruinart, het oudste Champagnehuis (1772) en in die tijd al fameus. Deze Nicolas Ruinart was de neef van monnik Dom Thierry Ruinart, die in zijn tijd goed bevriend was met de ook al beroemde Dom Pierre Perignon, van het huis Moet et Chandon. Kunt u het nog volgen? Het wijnvak vloeide dus al ruim door haar aderen en niet te vergeten het zakelijk instinct. Binnen tien jaar na het overlijden van haar man was ze een van de rijkste vrouwen van Frankrijk en werd ze in Reims 'La Grande Dame' genoemd.
Vooral in het buitenland wordt het Champagnehuis een groot succes. Schepen volgeladen met Veuve Clicquot-Ponsardin champagne zetten vanuit Reims in die tijd veelvuldig koers naar onder andere Rusland. 10.000 flessen gevuld met mierzoete mousserende wijn, want de Russen zijn gek op zoet. Een fles bevatte zon 300 gram suiker. In die tijd heel gewoon! Als je beseft dat een dessertwijn van nu de helft aan suikers bezit Ook de kleur was nog niet zo helder als tegenwoordig. Die was eerder oudroze, wat deed denken aan het oog van een patrijs. Vandaar dat Champagne ook oeil du pedrix (patrijzenoog) werd genoemd. Die kleur kwam door de blauwe schillen van de druiven, die niet snel genoeg uit het druivensap werden gehaald. Door het toevoegen van suikersiroop en brandewijn, kreeg de Champagne de gewenste zoetheid. Toen de technieken veranderden en de kleur helderder werd, gooiden sommigen wijnmakers er vlierbessensap bij om toch die rosé kleur te behouden.
De beroemde gele etiketten sierden nog niet de flessen. Die kwamen pas in 1835. De flessen lagen 'bloot', zonder etiket, in het vooronder van de schepen. Maar de inmiddels 33 jarige weduwe Barbe-Nicole Clicquot-Ponsardin had een vooruitziende blik en ging in 1810 voor het eerst Champagnes maken met druiven uit één oogstjaar. Ze drappeerde een geel lint om de halsen van de flessen om ze tijdens het transport te kunnen onderscheiden van de gewone flessen. Nu, tweehonderd jaar later, wordt dit gebruik in ere hersteld en worden de vintage flessen weer versierd met een geel lint.
Als u zich straks gelukkig mag prijzen om te zippen aan een prachtig glas van de sensuele vintage rose 2004, de charmante vintage 2002, of de uitdagende vintage rich 2002, uit de fles met het gele etiket en het gele lint, vergeet dan niet even stilletjes te toasten op een bijzondere vrouw, Berbe-Nicole, want bij haar is het feest begonnen