Turkije is de één na hardst groeiende economie ter wereld, op China na. De Turkse munt is in het afgelopen half jaar 20% sterker geworden ten opzichte van de euro. Het tekort op de begroting bedraagt 2% in tegenstelling tot de 13% van Griekenland en andere Europese landen. Lees het onderstaande artikel.
http://www.tijd.be/nieuws(...)34821-1615.art?ckc=1 De Turkse economie is in het eerste kwartaal van 2010 jaar op jaar met 11,7 procent gegroeid, bleek deze week. Dat is op China na de beste prestatie van alle G20-landen. Bijna geruisloos te midden van de escalerende crisis bij de Griekse buren, ontpopt Turkije zich na decennia economisch wanbeheer tot dé opkomende markt in de Europese achtertuin.
Op de Istiklal Caddesi in hartje Istanbul is het ook op een weekavond na 21 uur nog koppen tellen. Een mix van toeristen en Turken baant zich een weg langs westerse winkelketens en talloze kebab- zaken. West vloeit samen met oost, zo gaat dat in Turkije, al is dat in Istanbul visueel duidelijker dan in Ankara. Het land mag al lang beweren met zijn unieke ligging in Europa en Azië een kruispunt van beschavingen te zijn, het lijkt de Turken de jongste tijd menens om hun natie ook op die manier op de kaart te zetten.
Op het internationale toneel profileert de regering van premier Recep Tayyip Erdogan en president Abdullah Gül zich almaar feller. Dat politieke zelfbewustzijn komt van ergens. Het gaat Turkije op economisch vlak na vele moeilijke jaren voor de wind, en dat is een flinke boost voor het zelfvertrouwen van het land.
‘Als je een sterke economie hebt, houden ze rekeninig met je, dat is onontbeerlijk’, zegt Cevdet Akcay, hoofdeconoom van de zakenbank Yapi Kredi. De Turkse economie lijkt met het verteren van de recente crisis een lange periode van onduurzaam beleid achter zich te hebben gelaten. Turkije bleef niet gespaard van de financiële en economische malaise van vorig jaar, maar beleefde die wel even kort als krachtig. 2009 startte met een terugval van het bbp met bijna 15 procent in het eerste kwartaal, maar werd afgesloten met 6 procent groei de laatste drie maanden. Daarmee moest Turkije binnen de G20, de groep van de 20 belangrijkste economische landen ter wereld, enkel China laten voorgaan. In het eerste kwartaal van dit jaar evenaarde Turkije met 11,7 procent groei bijna de Chinese 11,9 procent.
‘Voor het eerst reageerde Turkije op een economische crisis als een normaal land’, zegt Akcay. ‘Onze munt bleef min of meer stabiel en de centrale bank reageerde gepast. In het verleden ging het met de aanpak van economische crises steevast mis.’
Onstabiliteit was tijdens de twee voorbije decennia de regel. Het expansieve monetaire en fiscale beleid leverde hoge groeicijfers op, maar ook grote begrotingstekorten en chronische inflatie. Tussen 1985 en 2000 stegen de consumptieprijzen met gemiddeld 62,5 procent per jaar. Slecht bestuur, structurele onevenwichten en externe problemen als de Golfoorlog kleurden het Turkse plaatje somber.
Pas in 2001 kwam er beterschap toen Turkije de monetaire en fiscale teugels strak hield in ruil voor leningen van het Internationaal Monetair Fonds. Tot 2008 zetten de levenslijnen van het IMF de Turkse economie weer op de rails.
Toen de recentste crisis ook Turkije overspoelde, had het land een gigantische troefkaart in de hand. De financiële sector toonde zich dankzij de hervormingen immuun en bleef overeind. ‘Tien jaar geleden was ons financieel systeem een zootje en zaten we met een zeer onduurzame schulden- situatie’, zegt Akcay. ‘Nu zit het Westen met exact dezelfde zorgen als Turkije in 2001. Daaruit putten we vertrouwen, en een land met vertrouwen durft zijn nek uit te steken.’
Hulp van het IMF is daarbij niet meer nodig. Premier Erdogan kon trots aankondigen dat zijn land verder kan zonder bijstand van de ‘lender of last resort’. ‘We kunnen lopen zonder wandelstok’, klonk het bullish nadat zijn regering de stekker uit de laatste onderhandelingen met het IMF had getrokken.
Turkije zit dus eindelijk op het groeipad. Toen Vlaams minister-president Kris Peeters begin juni een Vlaamse economische missie leidde in Istanbul en Ankara, had hij het over ‘het BRIC-land in onze achtertuin’. De BRIC-landen of terke groeimarkten zijn Brazilië, Rusland, India en Chin. Peeters wordt volmondig bijgetreden door bankier Wouter Van Roste, lid van de raad van bestuur van DenizBank, dat in 2006 door Dexia werd overgenomen. ‘De toekomst ziet er heel goed uit voor Turkije’, zegt Van Roste. De grootste troef is wellicht de omvangrijke bevolking, en vooral de lage leeftijd ervan. Turkije telt 72,5 miljoen inwoners, van wie de helft jonger is dan 28. ‘Dat zijn allemaal jonge consumenten die hun eerste weddes ontvangen en hun eerste grote aankopen als een huis en een wagen doen’, zegt Van Roste. ‘En die aankopen zijn betaalbaar. De rentetarieven liggen voor het eerst sinds lang onder 10 procent.’ Eveneens anders dan vroeger is dat de hoogopgeleide jongeren hun heil niet langer buiten de grenzen zoeken. ‘Jonge Turken actief in de financiële sector keren steeds vaker uit Londen of New York terug naar Istanbul.’
Normalisatie
Er blijven uiteraard adders onder het gras. Als Turkije echt de weg van de duurzame groei wil inslaan, zal de overheid iets moeten doen aan de hoge werkloosheid van meer dan 14 procent en de Turken aan het sparen moeten krijgen. ‘We sparen te weinig’, zegt econoom Akcay.
De optimistische toekomst die de waarnemers voor Turkije zien, vindt weerklank in de economische voorspellingen. De OESO verwacht voor de periode 2011-2017 een jaarlijkse bbp-groei van 6,7 procent, de snelste groei van alle OESO-landen. ‘Wij rekenen op 6 procent groei dit jaar en 5 procent in 2011’, zegt Akcay. ‘Tegen dan is Turkije een absolute wereldspeler. Turkije is het China van Europa, en het oosten van Turkije is het China van Turkije’, vat Akcay samen. ‘De wereld raakt er maar beter aan gewend.’
[ Bericht 2% gewijzigd door Frutsel op 07-07-2010 20:21:39 ]