Godmiljaar.
Mijn pro-actieve houding jegens het vak Praktijk van onderzoek en statistiek, waarvan ik een videocollege aan het volgen ben, heeft mij mijzelf doen vergiftigen.
Bij het narekenen van enkele formules bleek dat mijn oude vrind TI-83 Plus de geest te hebben gegeven. Nadere inspectie leidde al gauw tot de conclusie dat de batterijen leeg moesten zijn. Na het batterijklepje te hebben verwijderd en de eerste drie batterijen weg te hebben gegooid, zat de vierde behoorlijk vast.
Een lekkage van de batterij in casu bleek het geval. Allerhande witte aangekoekte zooi zat soortement van vast in het veertje dat de batterij op zijn plaats houdt.
Ik dacht slim te zijn door dit witte, harde goedje uit het batterijvakje te verwijderen middels mijn reeds in de aanslag verkerende balpen te pakken en te gaan krabben. Al snel was alle witte meuk uit het klepje verdwenen en vonden vier nieuwe batterijen hun weg naar hun nieuwe levensdoel: het voeden van mijn al eerder genoemde TI-83 Plus, teneinde mij een voldoende cijfer te genereren voor bovenstaand vermeld vak.
Echter.
Nadat de hierbovengenoemde, en eenmaal eerder naar verwezen, rekenmachine mij hielp met het uitrekenen van een Chi²-toets, sloeg het noodlot toe. Ik had een tikfout gemaakt. Al zoekend na een oplossing voor de op het display verschenen syntax-error, maakte ik een fatale fout. Ik sabbelde op het dopje van mijn pen.
Deze sabbelende beweging zorgde ervoor dat een grote hoeveelheid witte batterijzuurkristallen in mijn mond terecht kwamen, waardoor er zich hier een vieze smaak vormde. Teneinde een snelle oplossing aan dit probleem te maken, besloot ik een slok hete thee te nemen, waardoor het goedje haar weg vervolgde naar mijn maag.
En daar zit het nu te branden en ik heb een vieze smaak in mijn bek.
Ons soort mensen, trapt reeds jaren blij van zin, het vuile plebs de modder in.
Ons soort mensen, steunpilaar van vaderland en koningin.