abonnement Unibet Coolblue
pi_80294870
Nou ja, Middeleeuwse kunst werd doorgaans geschilderd in opdracht van de beter gegoede kringen. Het kan evengoed iets zeggen over de opvattingen omtrent het belang van voedsel of de symbolische betekenis van voedsel in het Christusverhaal en hoe die in het verloop van de tijd zijn veranderd. Er wordt wel heel snel een voor de hand liggende conclusie uit de bevindingen getrokken.
pi_80508546
19-04-2010

Filosofen, heb je daar wat aan?

Filosofen hebben de naam zich bezig te houden met esoterische vragen waar niemand het belang van inziet. Buigen ze zich ook wel eens over praktische onderwerpen?
Filosoof Robert Rowland Smith denkt dat grote filosofen onze kijk op het dagelijks leven kunnen verdiepen. Als docent aan de London School of Life, de praktische-filosofie-academie van popfilosoof Alain de Botton, kan hij ook moeilijk iets anders menen.

Zijn eerste voorbeeld, ‘wakker worden’, is niet eens onaardig. Dat kan ook niet missen, want dromen en waken, de vraag wat werkelijkheid is, stond nu eenmaal aan het begin van de filosofie van René Descartes, die constateerde dat hij in ieder geval nadacht, en dus bestond. Helaas blijft het bij dit veelbelovende begin. De volgende hoofdstukjes (‘Jezelf gereed maken’, ‘naar het werk’) zijn slechts quasi-filosofische essaytjes.

In bad gaan

Dieptepunten zijn de stukjes over de sportschool (‘De ultieme reden waarom we de sportschool bezoeken is het afweren van de dood’ en dan mag Heidegger opdraven), en het hoofdstukje ‘in bad gaan’, waar de lezer een lading pseudowetenschap krijgt opgediend. Inderdaad, soms ontbreekt iedere filosoof. Dan is Rowland Smith (ondanks zijn naam) de typisch Franse journalist die zijn eigen filosofische gemijmer veel te serieus neemt. Meestal duikt uit het niets een of andere postmodernist op met bijpassend orakelproza over ‘representatie’ en postmoderne ‘hermeneutiek’, of de lezer krijgt psychoanalytische prietpraat in de schoot geworpen. Meisjes ontwikkelen anorexia vanwege de onbewuste doodwens van hun vader; spijbelen op het werk is een herinnering aan het kind in ons dat zijn moeder voor even verlaat.

Kortom, een boekje als dit had een goed idee kunnen zijn. Menig grote filosoof heeft over alledaagse zaken rake observaties gedaan. Daarvoor moet je wat verder kijken dan hun academische geschriften. Dat is hier helaas niet gebeurd. Resultaat: een boekje dat laat zien dat filosofen ons weinig te melden hebben.


* Robert Rowland Smith, Ontbijten met Socrates, Uitgeverij Paradigma, 17,95 euro.

(depers.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_81075447
05-05-2010

Getty Foundation maakt 172.000 euro vrij voor onderzoek Lam Gods



De Amerikaanse Getty Foundation heeft 172.000 euro vrijgemaakt voor een wetenschappelijk onderzoek van het Lam Gods, het bekende schilderij van de gebroeders Van Eyck uit 1432. De toelage omvat een instandhoudingsonderzoek, een evaluatie van de huidige staat en de opleiding van drie toekomstige conservatiedeskundigen. Dat heeft de organisatie vandaag bekendgemaakt in Gent.

De financiële steun gaat naar de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en past in het Panel Paintings Initiative dat de Getty Foundation lanceerde. Dat programma moet de volgende generatie conservatiedeskundigen opleiden. "Het Lam Gods is een uiterst belangrijk werk dat toekomstige conservatiedeskundigen van paneelschilderijen een unieke leerervaring biedt onder het waakzame oog van experts ter zake", zei Deborah Marrow, directrice van de Getty Foundation.

Diverse technieken
Het onderzoek rond het Lam Gods moet oordelen over de vraag of een restauratie al dan niet noodzakelijk is. Dat wordt onderzocht via diverse technieken zoals infraroodreflectografie, macrofotografie, dendrochronologie en radiografie. Momenteel wordt het linkerpaneel onder de loep genomen. "Met het blote oog zien we hier en daar al opgestuwde verf", zegt professor Ron Spronk van Queens' University. "Die loszittende verf wordt vastgezet, maar dat is nog niet hetzelfde als restaureren."

25-jarige bestaan
De Getty Foundation is de filantropische tak van de J. Paul Getty Trust-stichting. De organisatie kende in haar 25-jarige bestaan wereldwijd 5.000 toelagen toe aan projecten die zorgen voor een beter begrip en instandhouding van de visuele kunsten. (belga/ddh)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_82041354
In het kader van het lichaam/geest debat een nieuwsbericht van het UMC in Nijmegen. Maar misschien is het ook wel gewoon geneeskunde.
quote:
Het Circus der gedachten voert op 18 mei in theater Carré de act Houdini on the Rocks uit. Wim Hof is dan de Iceman. Hij staat in een cabine met 700 kilo ijs. Bij de try out waren twee onderzoekers van het UMC St Radboud aanwezig: hoogleraar fysiologie prof. dr. Maria Hopman en internist/biomedisch onderzoeker prof.dr. Mihai Netea. Zij bekeken de reacties van Hofs lichaam en deden enkele bijzondere ontdekkingen.

Het lijkt erop dat Hof het autonome zenuwstelsel - normaal niet bestuurbaar - wel degelijk weet te beïnvloeden. Ook zijn immuunsysteem reageert anders dan normaal. Beide professoren zetten op korte termijn verdere onderzoeken naar Wim Hof in gang.

Wetenschappelijke onderbouwing

Wim Hof is regelmatig in het nieuws vanwege de vele kouderecords die hij op zijn naam heeft staan. Maar het is voor het eerst dat er in Nederland vanuit wetenschappelijke hoek onderbouwing komt van wat hij met zijn koude-onderdompeling in gang weet te zetten. De belangrijkste uitkomst van dit onderzoek is, dat hij in het ijs gedurende een uur en een kwartier zijn kerntemperatuur op een constante 37 graden weet te houden, terwijl zijn hartslag laag blijft en zijn bloeddruk normaal. Dit in combinatie met een stijgend metabolisme: 300 procent hoger binnen enkele minuten nadat hij in het ijs is gaan zitten. Het leidt bij de wetenschap tot verbazing.

‘Wim weet zijn kachel wel drie keer zo hard te stoken, terwijl zijn bloeddruk en hartslag normaal blijven. We begrijpen niet hoe hij dat doet. Hij rilt en bibbert ook niet. Normaal gesproken doen wij dat om warm te worden’, aldus Maria Hopman. Daarnaast lijken de metingen erop te wijzen dat Wim - om de koude te kunnen weerstaan - zijn bloedvaten zelfstandig kan openen en sluiten. Zelfs in zijn hoofd lijkt de weerstand in bloedvaten te variëren. Een verklaring zou kunnen zijn, dat hij in staat is zijn autonome zenuwstelsel te beïnvloeden.

Effecten op het immuunsysteem

Netea onderzocht de immuunrespons in de cellen van Hof. Hij stelde onder meer vast dat de cellen in Hofs bloed zelfs na zes dagen in het lab anders reageren. Dit wordt in juni nader onderzocht door hem endotoxines toe te dienen en te kijken hoe hij daarop reageert.
Ook fysioloog Hopman heeft verdere onderzoeken gepland. Onder meer van het vasculaire systeem. Verder wil zij een onderzoeksgroep van 10 personen samenstellen, die vergelijkbaar met Hof zijn. ‘Dat is nodig voor we definitieve uitspraken kunnen doen’, aldus Hopman. ‘Maar het is zeker opmerkelijk wat we bij Wim aantreffen.’

De kracht van de geest

Op dit moment wordt al een groep samengesteld die, onder leiding van Hof, op eenzelfde manier de kracht van de geest leert te gebruiken. Volgens de Iceman zelf begint alles daarmee. Want als Hof zich niet concentreert heeft hij het net zo koud als iedereen. Is de geest dan zo krachtig dat je er een bijna bovenmenselijk sterk lichaam mee kunt creëren? Voor het Circus der Gedachten was dat de reden om deze gedachte te laten onderzoeken. Hof: ‘Ik doe dit niet voor mezelf. Het gaat mij niet zozeer om die ijscapriolen. Ik wil de mensheid hiermee helpen. We kunnen zoveel meer met het immuunsysteem. Zoveel ziektes hebben daarmee te maken.’

Circus der Gedachten

Het Circus der Gedachten is een cultureel-wetenschappelijk initiatief, dat tot doel heeft bijzondere gedachten te ontwikkelen en te gebruiken voor het welzijn van de mens.
Bron
...men begint immers altijd te moraliseren als de zaken mislopen en men ergert zich over de moraal zolang men haar comfortabel tegenover het recht van meningsuiting en op pluralisme kan stellen. (Benedictus XVI)
pi_85256543
quote:
Het is officieel in China: de kerk groeit

PEKING - Hoeveel christenen telt China? Ruim 23 miljoen, zoals persbureau Xinhua donderdag meldde, of 130 miljoen, volgens een partijtopman die zelf christen werd? Een ding is zeker: de kerk in China groeit en dat is nu ook 'officieel'.

Het aantal christenen in China is gestegen tot een record van 23,05 miljoen, meldde het staatspersbureau Xinhua gisteren. Het bericht spreekt van een ,,christelijke boom'', een snelle toename ineens, die op gang zou zijn gekomen toen de economie in China ging groeien.

De meeste christenen wonen in de welvarende regio's langs de oostkust en de rivier de Yangtze. Van de kerkleden is 73 procent toegetreden na 1993, toen de regering beslissende hervormingen in de richting van een vrije markteconomie invoerde. Slechts achttien procent was in de tien jaar daarvoor christen geworden.

En in de kerken vind je tegenwoordig veel meer ,,jongeren, intellectuelen en professionals uit diverse sectoren'' dan vroeger, aldus een onderzoek door de Chinese Academie voor Sociale Wetenschappen.

Bas Plaisier, voormalig algemeen-secretaris van de Protestantse Kerk in Nederland, volgt de ontwikkeling van de kerk in China op de voet. Hij vindt de berichtgeving opvallend. ,,Voor het eerst maken officiële Chinese instanties nu bekend dat het aantal christenen groeit. Zelfs wordt openlijk gezegd dat 91 procent van de kerkleden er sinds 1982 bij gekomen is - een enorme groei dus, van een klein groepje van een paar miljoen tot 23 miljoen nu. En er wordt ook bij gezegd dat de kerk niet meer iets is voor oude, ongeletterde en arme mensen.''

Toch is het aantal van 23 miljoen christenen fors aan de lage kant. Volgens een tot het christendom bekeerde voormalige topeconoom van de Chinese Communistische Partij ligt het aantal christenen veel hoger. Hij noemde twee jaar geleden al een cijfer van 130 miljoen. Xiao Zhao herhaalde dat cijfer vorige week als spreker op de Global Leadership Summit van de Amerikaanse Willow Creek-gemeente.

De waarheid ligt vermoedelijk ergens in het midden, denkt men bij Open Doors. De organisatie, die zich inzet voor vervolgde christenen, schat het aantal christenen in China op tachtig tot honderd miljoen. Het lijkt erop dat ook de Chinese autoriteiten wel weten dat het er meer zijn dan 23 miljoen.
ND
...men begint immers altijd te moraliseren als de zaken mislopen en men ergert zich over de moraal zolang men haar comfortabel tegenover het recht van meningsuiting en op pluralisme kan stellen. (Benedictus XVI)
pi_86525195
15-09-2010

Een paradox zonder zelfreferentie

‘Deze zin is onwaar.’ Deze klassieker uit de logica is een paradox: zowel de bevestiging als de ontkenning ervan leidt tot een tegenspraak. De oorzaak zit hem in de zelfreferentie in deze zin. De Amerikaanse filosoof Stephen Yablo heeft een paradox bedacht zónder zelfreferentie. Hij heeft daarvoor wel oneindig veel zinnen nodig.

Alle volgende zinnen zijn onwaar.
Alle volgende zinnen zijn onwaar.
Alle volgende zinnen zijn onwaar.
Alle volgende zinnen zijn onwaar.
Alle volgende zinnen zijn onwaar.
Alle volgende zinnen zijn onwaar.
Etc…

De oneindige rij gelijke zinnen hierboven is filosofisch gezien erg interessant. Deze reeks zinnen werd in 1993 bedacht door Stephen Yablo, een filosoof van het Amerikaanse Massachusetts Institute of Technology (MIT).

Wat betekent het als de eerste zin waar is? Dan zijn alle volgende zinnen onwaar, in het bijzonder de tweede. Die tweede zin zegt dat alle volgende zinnen onwaar zijn, maar omdat die tweede zin zelf onwaar is, moet er dus vanaf de derde zin minstens één zin zijn die waar is. Dat kan echter niet, want we hadden al vastgesteld dat vanaf de tweede zin álle zinnen onwaar zijn!

En wat betekent het als de eerste zin onwaar is? Dan is het dus niet zo dat alle volgende zinnen onwaar zijn, dus is er vanaf de tweede zin minstens één zin die waar is. Stel dat de tiende zin waar is (het kan net zo goed een andere zin zijn, dat doet er niet toe). Dat betekent dat vanaf de elfde zin alle zinnen onwaar zijn, in het bijzonder de twaalfde. Maar dan kunnen we, analoog aan het vorige geval (waarbij we veronderstelden dat de eerste zin waar is), een tegenstrijdigheid afleiden.

Zelfverwijzing
Paradoxen zijn hinderlijke obstakels in de logica. Bertrand Russell (1872-1970) was een van de eersten die serieus nadachten over dit verschijnsel. Van de paradox van Russell zijn verschillende varianten; een tot de verbeelding sprekende variant is de catalogusparadox.


De catalogusparadox

In een bibliotheek is een grote stapel catalogi. Sommige van deze catalogi vermelden zichzelf, terwijl andere dat niet doen. Voor het gemak maakt de bibliothecaris twee nieuwe catalogi: een eerste catalogus A die alle catalogi vermeldt die zichzelf vermelden, en een tweede catalogus B die alleen de catalogi vermeldt die zichzelf niet vermelden. Natuurlijk zorgt hij ervoor dat ook catalogus A zichzelf vermeldt. Moet catalogus B zichzelf nu opnemen of niet? Als hij zichzelf opneemt, mag hij per definitie niet opgenomen worden omdat hij al in zichzelf opgenomen is. Als hij zichzelf niet opneemt, moet hij per definitie opgenomen worden, omdat hij zichzelf niet vermeldt!

Russell zat met zijn ontdekking van deze paradox in zijn maag. De paradox ontstaat doordat iets naar zichzelf verwijst. In een poging paradoxen te vermijden, nam Russell een radicaal besluit: hij liet zelfverwijzing eenvoudigweg niet meer toe. Een zin als ‘Deze zin is onwaar’ verwijst naar zichzelf en voldeed volgens Russell dus niet aan de ‘wetten van de logica’.

De zin hieronder is onwaar.
De zin hierboven is waar.

Maar toen kwam Philip Jourdain (1879-1919) met de volgende twee zinnen hiernaast. Als de eerste zin waar is, is de tweede zin onwaar; het is dus onwaar dat de eerste zin waar is en dus is de eerste zin onwaar, maar dát klopt niet met ons uitgangspunt. En als de eerste zin onwaar is, dan is het onwaar dat de tweede zin onwaar is, met andere woorden: de tweede zin is waar, en dat betekent dat de eerste zin waar is, opnieuw een tegenspraak!


Met een kaartje dat je makkelijk zelf kunt maken, is de paradox van Jourdain leuk te illustreren.

.Is er bij de paradox van Jourdain sprake van zelfreferentie? Niet direct. De eerste zin verwijst naar de tweede, de tweede naar de eerste. Maar eigenlijk is dat flauw: indirect is er wel degelijk sprake van zelfreferentie. Schrijven we de paradox op de volgende, meer formele manier, dan is dat direct duidelijk.

S1: S2 is onwaar.
S2: S1 is waar.

S1: ‘S1 is waar’ is onwaar.

S1 komt níét voor in de definitie van S1, evenmin is dit het geval bij S2. Maar als je S2 substitueert in S1, zie je direct dat er wel degelijk sprake is van zelfreferentie.

Zowel de klassieke paradox ‘Deze zin is onwaar’ (op een formele manier geschreven als S: S is onwaar) als de paradox van Jourdain die uit twee zinnen bestaat, bevat zelfreferentie, zij het bij de tweede op een indirecte manier. Russell vroeg zich af of zelfreferentie noodzakelijk is voor een paradox. Hij dacht van wel en daarom legde hij een verbod op álle soorten van zelfreferentie, ook de indirecte vorm. Maar is deze ingreep inderdaad voldoende om paradoxen definitief uit te bannen?

De paradox van Yablo
In 1993, 23 jaar na Russells dood, kwam de Amerikaan Stephen Yablo met de paradox waarmee we dit artikel begonnen. Hiermee dacht hij Russells vermoeden te hebben weerlegd. Formeel genoteerd ziet Yablo’s paradox er als volgt uit:

S1: Voor alle k > 1 is Sk onwaar.
S2: Voor alle k > 2 is Sk onwaar.
S3: Voor alle k > 3 is Sk onwaar.
Etc…

Voor alle waarden van n verwijst Sn naar alle volgende zinnen in de oneindige rij. Wanneer je zo’n volgende zin beschouwt, geldt wederom dat deze naar alle volgende zinnen verwijst, etcetera. Hoe lang je dit procédé ook herhaalt, nooit zal er een zin zijn die naar Sn verwijst, met andere woorden: bij Yablo’s paradox is er geen sprake van zelfreferentie van welke soort ook.



Stephen Yablo

Zelfreferentie is echter een begrip waar vele filosofen diepzinnige en soms moeizame vertogen hebben weten te houden. Bijvoorbeeld deze: Bij de expliciete formulering van Sn is sprake van zelfreferentie in de zin dat bij de formulering van Sn de plaats van Sn zélf in de oneindige rij zinnen ertoe doet: Sn gebruikt zijn eigen plaats in de rij zinnen als referentiepunt om te specificeren welke zinnen onwaar zijn. De discussie over zelfverwijzing is dus nog niet gesloten.

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_86699978
21-09-2010

Mozes zag iets opensplijten, maar het was niet de zee



Een nieuw computermodel biedt een mogelijke verklaring voor één van de spectaculairste mirakels uit het Oude testament. Mozes zou volgens de Hebreeuwse Bijbel door middel van de kracht van God de Schelfzee (de Bijbelse naam voor de Rode Zee) in tweeën hebben gedeeld en zo een doortocht hebben geschapen voor het Israëlitische volk naar de vrijheid. Het splitsen van de zee zou dus wel kunnen, maar er duiken dan meteen een aantal andere onjuistheden op.

Nijldelta
Carl Drews van het National Center for Atmospheric Research ontdekte bijvoorbeeld dat de locatie niet kan kloppen: het moet gebeurd zijn in de buurt van de Nijldelta (en dus niet de Rode Zee). Theoretisch kan daar een oostenwind van ongeveer honderd kilometer per uur ervoor zorgen dat het water genoeg wordt weggeblazen zodat je er op bepaalde plaatsen kan doorwaden.

Dat is uiteraard wel een stuk minder spectaculair dan wat we in ons hoofd hebben hangen over het evenement. Blijft echter het probleem van de wind: het is quasi onmogelijk dat de Israëlieten daar zouden kunnen door wandelen. (mvl)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_87009856
29-09-2010

‘Jezus had ongelijk’

Oh ijdelheid der ijdelheden!



Zo hufterig zijn we niet, het mag zelfs best wat ijdeler van Frank Meester. De filosoof neemt het op voor een eeuwenlang vervloekte eigenschap.

Niks huidcrèmes of siliconen in Zie mij, zijn boek dat volgende week uitkomt. Nee, een filosofisch werk van Frank Meester over... ijdelheid.

Hoe lang stond u vanmorgen voor de spiegel?

‘Ha! Heel kort. Ik sta soms best lang voor de spiegel, maar ’s ochtends is het druk, want ik heb kinderen... Mijn oudste zoon is 16, die is meer tijd kwijt met zijn uiterlijk.’

Waarom in vredesnaam een boek over ijdelheid?

‘Omdat we ijdelheid als een slechte eigenschap zien, terwijl er volgens mij niets mis is met ijdelheid: alle dingen die het leven mooi maken, komen voor een groot deel voort uit het feit dat we onszelf belangrijker maken dan we zijn.’

En wat is daar filosofisch aan...

‘Volgens Jean-Paul Sartre gaat de existentie vooraf aan de essentie. Dus niet ‘God heeft de mens geschapen naar zijn evenbeeld’, nee de mens is er en moet zélf zijn leven uitvinden. We moeten zin geven aan ons leven door er een mooi verhaal van te maken. We proberen dus van niets iets te maken. Dat is een ijdel streven.’

‘IJdelheid heeft ook te maken hoe je jezelf positioneert in een groep – de mens is een sociaal dier. In mijn ogen is ijdelheid een deugd in de zin van Aristoteles: het juiste midden tussen twee extremen, echoïsme – aandacht voor anderen – en narcisme – aandacht voor jezelf.’ (In de Griekse mythe liep nimf Echo wanhopig achter de knappe Narcissus aan, die verliefd was op zijn spiegelbeeld, red.)

Zijn we niet juist te narcistisch? Uw collega-denker Bas van Stokkom vindt bijvoorbeeld dat Nederlanders hufterig zijn.

‘Als je de berichten leest over ambulancepersoneel dat aangevallen wordt, tja, dán lijkt het narcisme wel toe te nemen. Maar dan is ijdelheid dus juist belangrijk, want dat is de kunst om het evenwicht te bewaren tussen narcisme en echoïsme.‘

‘Ik denk dat die hufterigheid eigenlijk wel meevalt. Ik reis dagelijks met de trein en ik woon in de overvolle stad, maar ik merk bijna nooit iets van conflicten.’

Waar komt dat negatieve beeld dan vandaan?

‘Dat is een lange traditie vanuit het christendom: je mag niet trots zijn op jezelf, want al het goede komt van God. Daarom zei Jezus ook dat je wel goed moet doen, maar het niet moet laten zien. Maar hij had ongelijk: het blijkt dat mensen sneller geven aan een goed doel als ze zien dat anderen dat ook doen. Daarom levert zo’n tv-actie voor Haïti geld op. Prima dus als BN’ers meewerken, al is ‘t om te laten zien hoe liefdadig ze wel niet zijn...‘

U vindt ijdelheid zelfs een cruciale drijfveer voor kunstenaars, topsporters, politici... Zoals?

‘Je moet altijd oppassen om op de persoon te spelen... Maar neem Femke Halsema: die is zich goed bewust hoe ze overkomt. Gebruikmakend van haar uiterlijk weet ze haar standpunten goed over te brengen.’

En Geert Wilders?

‘Hij komt narcistisch over. Zo praatte hij niet met de maker van die VPRO-documentaire, maar wél met PowNed. Maar goed, die zit in zo’n bijzondere situatie, met al die bewakers om zich heen, dat hij gedoemd is tot een soort narcisme. Hij komt niet meer uit zijn groep, kritische geluiden dringen niet door.’

Wat levert het ons burgers op?

‘IJdele mensen zoeken aansluiting bij de groep, maar proberen de dingen net iets anders te doen, ze zoeken het randje op. Zo zorgen ze voor revoluties, zoals bijvoorbeeld de acceptatie van homoseksualiteit. Filosofisch gezien is er geen absolute standaard meer voor wat goed is.’

‘Als je goed en fout wilt vastleggen, beland je in een dictatuur. Maar om te voorkomen dat we in het andere uiterste vervallen, namelijk een totaal relativisme, moeten we onze meningen laten botsen. En de ijdele mens wil dolgraag laten zien waarvoor hij staat.’

(depers.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_87160164
Background: Proximal intercessory prayer (PIP) is a common complementary and alternative medicine (CAM) therapy, but clinical effects are poorly understood, partly because studies have focused on distant intercessory prayer (DIP).

Methods: This prospective study used an audiometer (Earscan® 3) and vision charts (40 cm, 6 m “Illiterate E”) to evaluate 24 consecutive Mozambican subjects (19 males/5 females) reporting impaired hearing (14) and/or vision (11) who subsequently received PIP interventions.

Results: We measured significant improvements in auditory (P <0.003) and visual (P <0.02) function across both tested populations.

Conclusions: Rural Mozambican subjects exhibited improved audition and/or visual acuity subsequent to PIP. The magnitude of measured effects exceeds that reported in previous suggestion and hypnosis studies. Future study seems warranted to assess whether PIP may be a useful adjunct to standard medical care for certain patients with auditory and/or visual impairments, especially in contexts where access to conventional treatment is limited.


Key Points

* Although commonly employed as a complementary and alternative medicine (CAM) therapy, the clinical effects of proximal intercessory prayer (PIP) are poorly understood, partly because most research has focused on distant intercessory prayer (DIP).

* This study found a significant effect of PIP on auditory function across the tested population (P < 0.003).

* This study found a significant effect of PIP on visual function across the tested population (P < 0.02).

* Further study seems warranted to assess whether PIP may be a useful adjunct to standard medical care for certain patients with auditory and/or visual impairments, especially in contexts where access to conventional treatment is limited.

Bron
...men begint immers altijd te moraliseren als de zaken mislopen en men ergert zich over de moraal zolang men haar comfortabel tegenover het recht van meningsuiting en op pluralisme kan stellen. (Benedictus XVI)
pi_90608657
De Herziene Statenvertaling is gebaseerd op een corrupte grondtekst

quote:
De Herziene Statenvertaling is gebaseerd op een corrupte grondtekst

De Herziene Statenvertaling gebruikt voor het Nieuwe Testament dezelfde corrupte grondtekst als de Statenvertaling. Daarmee negeert deze herziening de eeuwenlange vooruitgang op het gebied van de tekstkritiek. Daarom is de HSV als vertaling niet serieus te nemen.

Handschriften en tekstkritiek
Stel je voor: een wereld zonder drukpersen. Meneer x schrijft een boek (met de hand uiteraard) en wil dit boek uitgeven. Wat doe je dan? Je laat een aantal kopieën (afschriften) maken en die verkoop je of geef je weg. Vóór de uitvinding van de boekdrukkunst betekende uitgeven ook letterlijk ‘uit handen geven’: je schrijfsel was overgeleverd aan de grillen van de kopiist of bezitter van het handschrift. En van sommige kopieën werden weer kopieën gemaakt, met in elk kopie nieuwe en oude fouten, en andere exemplaren gingen verloren. Na verloop van tijd bestonden er tientallen, en als je succesvol was zelfs duizenden kopieën van je boek, elk met onvermijdelijk tientallen fouten erin.

Dit is de situatie van de handschriften van het Griekse Nieuwe Testament. De ongeveer zesduizend handschriften bevatten meer fouten dan er woorden in het Nieuwe Testament staan. De oorspronkelijke handschriften (die de schrijvers zelf geschreven hebben) zijn verloren gegaan. Wat we over hebben, zijn handschriften uit de tweede tot de zestiende eeuw, kopieën van kopieën van kopieën van kopieën… enzovoort.

Hoe schep je orde in deze chaos? Vanaf de tijd van het humanisme hebben geleerden hierover nagedacht. Elke tekst uit de oudheid kent immers dezelfde situatie wat betreft de handschriften. De bezigheid om van een geschrift de meest oorspronkelijke tekst te reconstrueren is inmiddels tot een belangrijke tak van wetenschap ontwikkeld: de tekstkritiek. Deze wetenschap heeft geen kritiek op de tekst (net zoals Kant geen kritiek op de zuivere rede had), maar probeert op grond van de overgeleverde handschriften de tekst te zuiveren van veranderingen ten opzichte van de oorspronkelijke tekst.

De wetenschap van de tekstkritiek heeft een heel set aan methodes ontwikkelt om de meest oorspronkelijke tekst vast te stellen. Een methode die op het eerste gezicht voor de hand ligt, maar absoluut taboe is, is de oorspronkelijkheid van een lezing van de meerderheid van de handschriften af te laten hangen. Het zou immers kunnen dat goede kopiist A en matige kopiist B allebei een afschrift maken, maar dat kopie A ongezien in een kast gelegd wordt, terwijl van kopie B tientallen afschriften worden gemaakt. Dan is de meerderheid van het type B, terwijl toch type A beter is.

Het is beter om je per variant af te vragen welke lezing uit welke ontstaan kan zijn. Bijvoorbeeld (voortbordurend op het voorbeeld hierboven). Als handschrifttype B aan het eind van een brief van Paulus ‘amen’ heeft en handschrift A niet, weet je al bij voorbaat dat handschrift A de voorkeur verdient (want A was een betere kopiist). Dat moet je dan ook inhoudelijk per lezing beargumenteren, wat hier ook goed kan. Want aan het eind van een brief schreef men in de oudheid doorgaans niet ‘amen’ en dit woordje is beter te verklaren als een toevoeging van een vrome kopiist dan als een weglating (waarom zou een christelijke kopiist dat doen?).

Tekstcritici proberen op grond van de verschillen in de handschriften een stamboom te maken. Bij het NT liggen de zaken daarvoor te ingewikkeld, maar het is wel mogelijk om verschillende ‘families’ handschriften te onderscheiden. Zo is er de Byzantijnse handschriftenfamilie, een teksttype dat in het Byzantijnse rijk vanaf de zesde eeuw als gezaghebbend gold. Omdat dit de enige kerk was waar men de Griekse tekst gebruikte, is het goed verklaarbaar dat de Byzantijnse handschriften de meerderheid vormen. Maar, zoals gezegd, de kwaliteit en niet de kwantiteit moet de doorslag geven. Tegenwoordig zijn tekstcritici ervan overtuigd dat het Byzantijnse teksttype een laat en inferieur type tekst is. Oudere Griekse handschriften en de kerkvaders geven er namelijk geen blijk van dit type tekst te hebben gekend.
quote:
Sommige Bijbellezers denken dat de vertalers van bijvoorbeeld de NBV met opzet teksten hebben weggelaten. Men stelt het dan zo voor, dat de vertalers op basis van hun eigen theologische voorkeuren ingegrepen hebben in de tekst van de Bijbel. Maar dat zegt meer over de mensen die dat denken dan over de moderne vertalers.

Maar het is zonneklaar: de Textus Receptus is wetenschappelijk volstrekt achterhaald. Het is een corrupte tekst. Dat wil zeggen: er staan zoveel tweede-, derde- (etc.) -hands varianten in, dat je gerust van een bedorven tekst kunt spreken. De HSV is dus wat betreft het NT gebaseerd op een corrupte grondtekst en negeert wetenschappelijke ontwikkelingen op dit gebied. Daarom is de Herziene Statenvertaling als vertaling niet serieus te nemen.
pi_93003287
17-02-2011

Oorlog, omdat het moet

Steun aan conflict is nauwelijks rationeel

Het besluit om een oorlog te steunen neem je niet lichtvaardig. Je weegt de voors en tegens af en besluit er alleen toe als het echt niet anders kan. Zou je denken. Uit onderzoek blijkt wat anders. Mensen laten zich leiden door morele overtuigingen en besluiten zelfs tot dodelijke conflicten als ze nergens toe leiden.

De mens wordt vaak gezien als een rationeel wezen, dat met zijn verstand bepaalt welke beslissingen hij het beste kan nemen. Die zienswijze heeft een lange geschiedenis maar is onjuist, legde filosoof Bas Haring vorig jaar al uit in een interview met Noorderlicht Online: 'Sinds de Verlichting en de opkomst van de wetenschap zijn we steeds meer gaan geloven in onze ratio. Je ziet dat tegenwoordig heel duidelijk in de economie. Als een mens kan kiezen tussen één en twee euro, zal hij altijd kiezen voor twee euro, is het idee. Dat is een van de fundamenten van de economie. Maar het klopt helemaal niet. De mens is juist veel grilliger, ongrijpbaarder en irrationeler dan vaak wordt gedacht.'

Op het gebied van economie begint wel steeds meer het inzicht door te dringen dat de mens vaak meer op zijn gevoel afgaat dan op zijn verstand. Maar veel beleidsmakers en politicologen gaan er nog steeds vanuit dat mensen keuzen vooral met hun verstand nemen. De keuze om een partij te steunen die een gewapend conflict aangaat, bijvoorbeeld de Golfoorlog, is gebaseerd zijn op rationele afwegingen over de voor- en nadelen en de te verwachten uitkomst, is het idee.

Conflicterende uitkomst
Is dat ook zo? Psycholoog Jeremy Ginges en antropoloog Scott Atran namen de proef op de som en komen tot een tegenovergestelde conclusie: mensen laten zich vooral leiden door morele en religieuze overtuigingen, schrijven ze in Proceedings of the Royal Society B.

De twee experts gingen daarbij niet over één nacht ijs. Ze vroegen mensen uit drie continenten naar hun redenen om partijen te steunen in conflicten en oorlogen. En of het nu ging om joden in de bezette gebieden, Palestijnen in Gaza, studenten op een Amerikaanse campus of inwoners van de Nigeriaanse hoofdstad Lagos, de antwoorden waren opvallend eensluidend: mensen spreken hun steun vooral uit als ze vinden dat het conflict moreel gerechtvaardigd is.

Morele overtuigingen zijn vaak diep verankerd in de mens. Beslissingen die je op basis daarvan neemt, neem je niet zozeer rationeel maar meer op je gevoel. En dat was precies wat de proefpersonen deden. Ze moesten aangeven hoe groot ze de kans achtten dat het conflict het beoogde doel zou bewerkstelligen. Die inschatting hing op geen enkele manier samen met hun steun. Als ze vonden dat deelname aan het conflict ‘goed’ was, dan steunden ze het, ongeacht hun verwachtingen van de uitkomst. Tenminste, als het conflict gewapend was. Als het om een geweldloze actie, ook al was die illegaal, dan hing de steun juist wel af van de verwachte uitkomst.

Zo volk, zo leider?
De vraag is dan natuurlijk of politieke en militaire leiders op een vergelijkbare manier tot hun beslissingen komen. Daar geeft dit onderzoek geen antwoord op, maar Ginges en Atran hebben wel een idee. Om een goed leider te zijn moet je representatief zijn voor de groep, dus ligt het voor de hand dat ze op ongeveer dezelfde manier redeneren, schrijven ze. Dat is geen geruststellende gedachte, maar het is ook de vraag of het klopt. Ander onderzoek lijkt te suggereren dat presidenten en directeuren juist op een andere manier redeneren.

De resultaten helpen wel verklaren waarom voorstanders van een geweldloos alternatief voor oorlog – (stille) diplomatie bijvoorbeeld – vaak moeite hebben om steun te krijgen door erop te wijzen dat geweld vaak weinig effect heeft, of zelfs contraproductief is. Met argumenten bereik je immers weinig bij iemand die op zijn gevoel afgaat. Het is misschien effectiever om in twijfel te trekken dat geweld überhaupt moreel toelaatbaar is.

Het is in ieder geval duidelijk dat de waarden van de Verlichting nog een lange weg te gaan hebben als het gaat om gewapende conflicten. Hart en onderbuik spelen een hoofdrol. Daar kun je je maar beter goed bewust van zijn, wil je niet voor verrassingen komen te staan.

Bouwe van Straten

Jeremy Ginges en Scott Atran, ‘War as a moral imperative (not just practical politics by other means)’, in Proceedings of the Royal Society B, 16 februari 2011.

(Noorderlicht)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_93016910
ExperimentalFrentalMental :
quote:
De resultaten van het nauwgezette werk in de wederopbouw van een 2.000 jaar oude afdruk - de eerste in zijn soort - werden door The History Channel vastgelegd in een tweedelige documentaire met de vanzelfsprekende naam 'The Real Face of Jesus'. Ray Downing, kunstenaar en leider van het team, zegt dat ondanks dat er maar één voorwerp beschikbaar was - de lijkwade - ze toch heel wat informatie over het gezicht bezitten. Hij is ervan overtuigd dat ze de werkelijkheid over hoe de man eruitzag echt benaderen.
2000 jaar oude afdruk ?? Wat voor een gedateerd verhaal is me dat! Ondertussen is al onomstuitbaar bewezen dat dit doek een vervalsing is.
pi_93017275
quote:
1s.gif Op woensdag 22 september 2010 07:36 schreef ExperimentalFrentalMental het volgende:
21-09-2010

Mozes zag iets opensplijten, maar het was niet de zee

[ afbeelding ]

Een nieuw computermodel biedt een mogelijke verklaring voor één van de spectaculairste mirakels uit het Oude testament. Mozes zou volgens de Hebreeuwse Bijbel door middel van de kracht van God de Schelfzee (de Bijbelse naam voor de Rode Zee) in tweeën hebben gedeeld en zo een doortocht hebben geschapen voor het Israëlitische volk naar de vrijheid. Het splitsen van de zee zou dus wel kunnen, maar er duiken dan meteen een aantal andere onjuistheden op.

Nijldelta
Carl Drews van het National Center for Atmospheric Research ontdekte bijvoorbeeld dat de locatie niet kan kloppen: het moet gebeurd zijn in de buurt van de Nijldelta (en dus niet de Rode Zee). Theoretisch kan daar een oostenwind van ongeveer honderd kilometer per uur ervoor zorgen dat het water genoeg wordt weggeblazen zodat je er op bepaalde plaatsen kan doorwaden.

Dat is uiteraard wel een stuk minder spectaculair dan wat we in ons hoofd hebben hangen over het evenement. Blijft echter het probleem van de wind: het is quasi onmogelijk dat de Israëlieten daar zouden kunnen door wandelen. (mvl)

(HLN)
Drews zou van mij gelijk krijgen indien deze Exodus werkelijk zou hebben plaats gevonden. Oud verhaal; met de bijbel onder de arm op zoek naar verklaringen voor deze verhalen, terwijl het merendeel louter mythen en legenden zijn in de stijl van koning Arthur en de ridders van de ronde tafel.
pi_94499241
22-03-2011

‘Religie in Nederland zal uitsterven’

AMSTERDAM – Amerikaanse natuurkundigen voorspellen dat religie in Nederland zal uitsterven door een gebrek aan sociale motieven.


© ANP

De onderzoekers van de American Physical Society baseren hun voorspelling op een sterke stijging van het aantal Nederlanders dat beweert geen religieuze overtuiging te hebben.

Met behulp van een wiskundig model komen ze tot de conclusie dat deze stijging uiteindelijk zal leiden tot een samenleving waarin het aanhangen van een religie weinig of geen sociale voordelen meer met zich meebrengt. Daardoor zal religie in ons land uiteindelijk uitsterven, zo claimen de wetenschappers. Dat meldt BBC News.

Wisselwerking

Het zogenaamde non-lineaire model van de Amerikaanse natuurkundigen brengt de wisselwerking in kaart tussen het aantal aanhangers van een religie in een land en de sociale motieven die bijdragen aan de keuze om een godsdienst aan te hangen.

Dit soort modellen worden ook vaak succesvol gebruikt om het uitsterven van bepaalde talen te voorspellen.

“Het idee is simpel”, verklaart hoofdonderzoeker Richard Wiener op BBC News. “Het model stelt dat het aantrekkelijk is om je aan te sluiten bij sociale groepen die veel leden hebben. Ook gaat het model ervan uit dat sociale groepen een bepaalde status hebben en nut met zich meebrengen.”

Peru

“Als het gaat om talen, ontlenen mensen in Peru bijvoorbeeld meer status aan het spreken van Spaans dan aan het beheersen van de uitstervende taal Quechua. Op dezelfde manier is er een bepaalde status verbonden aan het feit of je een aanhanger bent van een bepaalde religie of niet.”

De wetenschappers stelden hun model op voor negen landen waarin de bevolking steeds minder religieus wordt, waaronder Nederland. “In een groot aantal moderne seculiere samenlevingen, is er een trend dat het volk zich steeds meer identificeert als niet-religieus”, aldus Wiener. “In Nederland ligt het aantal niet-religieuzen op 40 procent. In Tsjechië ligt het aantal zelfs rond 60 procent.”

Suggestief

Op basis van deze aantallen laten de non-lineaire modellen van de wetenschappers zien dat het sociaal gezien steeds minder aantrekkelijk wordt om aanhanger te worden van een godsdienst. Daardoor zou religie uiteindelijk helemaal uit de samenleving kunnen verdwijnen.

Volgens Wiener moeten de resultaten van het onderzoek echter niet al te strikt worden geïnterpreteerd. “Ik denk dat de resultaten suggestief zijn”, verklaart hij. “Maar dit model kan wel een idee geven waar deze trend heengaat.”

© NU.nl/Dennis Rijnvis

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_95430735
12-04-2011

Onderzoeker: "Ik heb spijkers uit kruis van Jezus gevonden"



Een Canadese-Israëlische filmmaker en onderzoeker beweert dat hij twee spijkers heeft gevonden die zijn gebruikt bij de kruisiging van Jezus. Simcha Jacobovici stelt in zijn film 'The Nails of the Cross' dat de spijkers in een graftombe in Jeruzalem zijn aangetroffen. Dat meldt The Guardian.

De spijkers, die twintig jaar geleden vermist raakten, zijn volgens Jacobovici opgedoken in een laboratorium in Tel Aviv. In 1990 werden de spijkers ontdekt in het graf van de joodse hogepriester Kajafas, die volgens het Nieuwe Testament Jezus aan de Romeinen overleverde.

Archeologisch argument
"Wat we de wereld te bieden hebben, is het best denkbare archeologische argument ooit dat die twee spijkers gebruikt werden bij de kruisiging van Jezus", verklaarde Jacobovici aan het persagentschap Reuters. "Weet ik honderd procent zeker? Nee, dat niet".

"Alles lijkt erop te wijzen dat deze twee spijkers werden gebruikt bij een kruisiging", zegt de filmmaker.

"Aangezien Kajafas wordt geassocieerd met de kruisiging van Jezus, lijkt het voor de hand te liggen dat dit de spijkers zijn uit het kruis".

Ook gaten in theorie
Volgens wetenschappers van de The Israel Antiquities Authority zitten er echter veel gaten in de theorie van Jacobovici.

Zo is de authenticiteit van de graftombe die wordt aangezien voor de begraafplaats van Kajafas nooit bewezen. Verder worden er wel vaker oude spijkers in graven gevonden.

"Jacobovici heeft zonder twijfel een interessante film gemaakt", stelt een woordvoerder van de organisatie. "Maar zijn interpretatie van de feiten is in onze ogen onvoldoende gebaseerd op archeologische vondsten en onderzoek".

De film is de tweede film waarin de onderzoeker beweert artefacten van Christus te hebben gevonden. Jacobovici is ook de regisseur van 'The Lost Tomb of Jesus', uit 2007. (lb)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_95439080
quote:
1s.gif Op woensdag 13 april 2011 08:31 schreef ExperimentalFrentalMental het volgende:
12-04-2011

Onderzoeker: "Ik heb spijkers uit kruis van Jezus gevonden"

[ afbeelding ]

Een Canadese-Israëlische filmmaker en onderzoeker beweert dat hij twee spijkers heeft gevonden die zijn gebruikt bij de kruisiging van Jezus. Simcha Jacobovici stelt in zijn film 'The Nails of the Cross' dat de spijkers in een graftombe in Jeruzalem zijn aangetroffen. Dat meldt The Guardian.

De spijkers, die twintig jaar geleden vermist raakten, zijn volgens Jacobovici opgedoken in een laboratorium in Tel Aviv. In 1990 werden de spijkers ontdekt in het graf van de joodse hogepriester Kajafas, die volgens het Nieuwe Testament Jezus aan de Romeinen overleverde.

Archeologisch argument
"Wat we de wereld te bieden hebben, is het best denkbare archeologische argument ooit dat die twee spijkers gebruikt werden bij de kruisiging van Jezus", verklaarde Jacobovici aan het persagentschap Reuters. "Weet ik honderd procent zeker? Nee, dat niet".

"Alles lijkt erop te wijzen dat deze twee spijkers werden gebruikt bij een kruisiging", zegt de filmmaker.

"Aangezien Kajafas wordt geassocieerd met de kruisiging van Jezus, lijkt het voor de hand te liggen dat dit de spijkers zijn uit het kruis".

Ook gaten in theorie
Volgens wetenschappers van de The Israel Antiquities Authority zitten er echter veel gaten in de theorie van Jacobovici.

Zo is de authenticiteit van de graftombe die wordt aangezien voor de begraafplaats van Kajafas nooit bewezen. Verder worden er wel vaker oude spijkers in graven gevonden.

"Jacobovici heeft zonder twijfel een interessante film gemaakt", stelt een woordvoerder van de organisatie. "Maar zijn interpretatie van de feiten is in onze ogen onvoldoende gebaseerd op archeologische vondsten en onderzoek".

De film is de tweede film waarin de onderzoeker beweert artefacten van Christus te hebben gevonden. Jacobovici is ook de regisseur van 'The Lost Tomb of Jesus', uit 2007. (lb)

(HLN)
De foto alleen al laat reeds een verkeerd beeld zien. De spijkers werden niet in de handpalm, maar in de pols geslagen. Het IAA laat wél de ossuaria zien van de familie Kajafas, maar heeft nu moeite met de tombe! ???? De claim van Jacobovici slaat ook nergens op en ik denk dat dit een spelletje kat en muis is tussen het IAA en hemzelf. De reden, zo denk ik, is het feit dat in volle onderzoek van de Talpiot-tombe het IAA deze tombe abrupt heeft laten verzegelen. Jacobovici is een documentaire-maker en geen archeoloog of geschiedkundige, maar door de verdachtmakingen omtrent de talpiot-artefacten heeft men ook de integriteit van bewuste wetenschappers besmeurd. Zekere beweringen door het IAA zijn later weerlegd, maar nooit door het IAA herroepen. Er zijn zoals men wel kan vermoeden, hogere belangen mee gemoeid dan enkel het archeologisch aspect. In elk geval is dit nieuws een kwakkel.
pi_95701835
18-04-2011

"Laatste Avondmaal had plaats op woensdag"



Het Laatste Avondmaal van Jezus met zijn discipelen had niet plaats op Witte Donderdag, maar een dag eerder. Dat blijkt uit nieuw onderzoek door professor Colin Humphreys van de Universiteit van Cambridge en waarvan de belangrijkste conclusies vandaag werden vrijgegeven.

Andere kalender
Humphreys stelt dat de verwisseling van de dagen verband houdt met verschillend gebruik van kalenders. De wetenschapper baseert zijn conclusies op onderzoek van bijbelse, historische en astronomische bronnen.

In zijn boek 'The Mystery Of The Last Supper', dat in juni verschijnt, stelt Humphrey dat Jezus net als de evangelisten Mattheüs, Marcus en Lucas waarschijnlijk een andere kalender gebruikte dan Johannes. Volgens Johannes had het laatste avondmaal plaats na het begin van het Joodse paasfeest, terwijl deze gebeurtenissen volgens Jezus, Mattheüs, Marcus en Lucas op hetzelfde moment plaatshadden. (anp/eb)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_96636436
10-05-2011

Geloven is zo gek nog niet

Hoe onze intuïtie goden en bedoelingen ziet

Goden zijn niets unieks. Verdeeld over alle continenten geloven mensen sinds de oudheid tot en met vandaag in meer dan 3000 hemelvaders en -moeders. Blijkbaar hebben we een natuurlijke neiging naar geloof. Psychologen plozen de laatste jaren uit hoe deze neiging in elkaar steekt, en stuitten op een aantal intuïties die niet alleen onmisbaar zijn voor een geloof in een god, maar ook voor datgene wat ons menselijk maakt.


Afbeelding: © Wikimedia Commons

Waarom komen we in zoveel verschillende culturen telkens goden en geesten tegen? Volgens sommige wetenschappers omdat ‘geloven’ een waardevolle evolutionaire overlevingsstrategie is, maar daar zijn de meningen nog over verdeeld. Over één ding zijn de meeste wetenschappers het wel eens: het vermogen om in goden te geloven zit ingebakken in ons brein.

Of je nu atheïst, overtuigd christen of moslim bent, volgens psychologen zijn alle mensen intuïtieve godsgelovers. Wat zijn de intuïtieve ingrediënten om in een almachtige god te geloven? Het volledige lijstje aan ingrediënten is nog niet gevonden, maar dat het iets te maken heeft met sociaal inlevingsvermogen en een poging om chocolade van de wereld te maken, zeggen onder meer de psychologen Pascal Boyer en Justin Barrett zeker te weten. Hebben ze een plausibele verklaring gevonden voor geloof?


Mensen zijn geen zakken vlees, maar lijken in het bezit van een ziel. We beelden continu in wat anderen denken. Afbeelding: © iNkMan_, Flickr.com

Sociaal inlevingsvermogen
Eerst maar eens het sociale inlevingsvermogen. Wat maakt het zo vatbaar voor goden, geesten en spoken? Om ons in andere mensen in te leven, zegt Boyer in 2008 in het blad Nature, is het logisch om zielen of geesten los te zien van het lichaam.

Je denkt vaker in een scheiding tussen lichaam en geest dan je je wellicht realiseert. Wanneer je gedrag van andere mensen probeert te voorspellen (“hoe reageert hij als ik vertel dat ik een kras in zijn auto heb gereden?”) gebruik je een fantasierijk deel van je brein, dat direct goede en kwade bedoelingen en vermoedens van anderen beredeneert. Zonder dat die anderen fysiek aanwezig hoeven te zijn. Een geest zonder lichaam dus.

En we doen dat helemaal intuïtief. Anders gezegd: we zien andere mensen niet als zakken wandelend vlees, maar als denkende, emotionele zielen, waaraan een lichaam is gekoppeld. De stap naar geesten zonder lichaam is dan makkelijk gemaakt, stelt Boyer.

Sterker nog, denken dat geest en lichaam twee verschillende dingen zijn die los van elkaar kunnen bestaan – iets wat neurologen tegenwoordig niet meer onderschrijven – is zonder meer een intuïtieve gedachte. Dat blijkt uit meerdere experimenten die psycholoog Jesse Bering in 2004 met tientallen gelovig en niet-gelovig opgevoede kleuters uitvoerde.

De muis en de krokodil
Bering zette voor 51 kinderen een toneelstukje op. In het toneelstukje figureerden een krokodil en een muis. Het duurde niet lang of de krokodil at de muis op. De kinderen beseften daarna direct dat de muis dood was. Toen Bering vroeg of de muis nog eten of water nodig had, zeiden ze bijna allemaal “nee”. De oudere kinderen zeiden zelfs dat zijn brein niet meer werkte.

Maar dat weerhield de koters er niet van te zeggen dat de muis nog gedachten en emoties had. Nagenoeg alle kinderen zeiden dat de opgegeten muis nu angstig of boos was. De jongste kleuters meenden zelfs dat de muis misschien dorst of honger had, ondanks het feit dat ze erkenden dat het lichaam van het dier geen eten of drinken meer nodig had. Muisjes geest bestond dus los van zijn lichaam. Denken dat zo’n scheiding tussen lichaam en geest bestaat, heet ook wel dualisme, en kinderen zijn er vol van.

Dualisme is doodnormaal
De gedachte dat lichaam en geest gescheiden zijn is intuïtief zo aannemelijk, dat we zonder al te veel mentale problemen films en sprookjes accepteren waarin iemands geest in een ander lichaam terechtkomt. Ook al verandert het brein dan mee, de gedachten en wensen van de ziel doen dat niet. In de film Big wenst een jonge knul dat hij eindelijk wat ouder zou zijn. Het resultaat: Tom Hanks met kinderlijke gedachten. Een recenter voorbeeld is het YouTube-sprookje Alma (zie hieronder), waarvan ik de ontknoping niet verklap.

Dat dualisme een intuïtieve gedachte is, blijkt volgens Bering uit het feit dat oudere kinderen vaker geneigd waren om te stellen dat de muis na zijn dood geen gedachten had. Waarschijnlijk komt dat doordat oudere kinderen meer scholing hebben gehad, en dus vaker bewust begrijpen dat muizen zonder hersenen niet meer kunnen nadenken. De intuïtieve gedachte dat een ziel losstaat van zijn lichaam, is dan dus door rationele kennis verdrongen. Een beetje dan.

Waarom maar een beetje? Een paar jaar later ontdekte Bering namelijk dat ook volwassenen niet ontkomen aan intuïtief dualistisch denken. Zelfs wanneer je niet gelooft in een scheiding tussen lichaam en geest, voelt het normaler om dat wel te doen. De psycholoog liet namelijk 84 volwassen studenten een verhaal lezen dat een beetje op het toneelstuk van de muis en krokodil leek. De strekking was hetzelfde: er gaat iemand dood en Bering stelde vervolgens vragen over de gemoedstoestand van de dode persoon.

Wat bleek: zeggen dat iemand na haar of zijn dood geen honger of dorst heeft, kost geen moeite. Mensen beantwoorden die vragen direct en snel. Maar zeggen dat emoties, gevoelens en bedoelingen ook ophouden, duurt ruim een seconde langer om te zeggen. Zelfs van de meest overtuigde atheïsten – die dus niet geloven in leven na de dood – antwoordde maar liefst eenderde dat de dode persoon alsnog emoties beleeft. Zelfs voor ongelovigen blijft dualisme aantrekkelijk.

Is daar iemand, of ben ik het zelf?
Maar ook al denken we met ons sociale inlevingsvermogen intuïtief in een scheiding tussen lichaam en geest, is de stap naar geesten dan wel zo logisch? Volgens Boyer wel: hij wijst erop dat onderzoek allang heeft uitgewezen dat mensen regelmatig relaties hebben met niet-bestaande geesten.


Soms moet je denkbeeldige vrienden even helpen. Afbeelding: © jaydavisconsulting, Flickr.com

Zo heeft ruim tweederde van alle Amerikaanse kinderen tot een leeftijd van zeven jaar wel eens een denkbeeldig vriendje gehad, schrijft Marjorie Taylor naar aanleiding van haar langlopende onderzoek aan meer dan honderd kinderen in Developmental Psychology.

En denkbeeldige vriendjes zijn intuitief, normaal en horen bij de sociale ontwikkeling van een kleuter, zegt Taylor. In een vervolgonderzoek ontdekte de psychologe dat de kinderen met het meeste inlevingsvermogen – degenen die bijvoorbeeld vaker speelden dat ze iemand anders waren – ook meestal een denkbeeldig vriendje hebben gehad.

Als gedachten over geesten, denkbeeldige vrienden en goden uit ons sociale inlevingsvermogen voortkomen, mag je dus ook verwachten dat ons brein hen onbewust beschouwt als mensen. Ons sociale inlevingsvermogen is immers bedoeld om andere mensen beter te begrijpen.

Laat dat nou precies zijn wat Justin Barrett van de Britse Oxford University tegenkwam. Toen hij gelovige mensen onbewust over God liet nadenken – ze lazen een verhaal over hoe God het gebed van een verdrinkende jongen aanhoort en hem direct helpt – gaven zij hun God typisch menselijke eigenschappen. God kon maar één gebed tegelijk aanhoren. Zelfs zijn gehoor leek op dat van mensen: hij hoort de vogels niet fluiten wanneer er straaljagers overvliegen. Net als wij dus. Als je dezelfde mensen daarna bewust vraagt naar Gods multitask- en luisterkwaliteiten, oftewel “Kan God meerdere gebeden tegelijk aanhoren?”, blijkt Hij het wel weer te kunnen.


Is Gods mening jouw mening? Of jouw mening Gods mening? Afbeelding: © idyll23, Flickr.com

Typisch aan ons sociale inlevingsvermogen is dat we onterecht vaak denken dat anderen onze mening delen. Als God een product is van iemands inlevingsvermogen, verwacht je dus ook dat zijn mening meestal hetzelfde is als de persoon die in ’m gelooft. En ja hoor, dat klopt. De psycholoog Nicholas Epley ontdekte dat de meeste mensen denken dat God ongeveer dezelfde mening had als zij. Zeker als het om morele kwesties ging zoals de doodstraf. Sterker nog, wanneer Epley op sluwe wijze de mening van zijn proefpersonen veranderde, waaide ook Gods mening mee.

Het hogere doel achter de wereld
Volgens Barrett is er nog een tweede, minstens zo belangrijk ingrediënt dat naast ons sociale inlevingsvermogen het intuïtief zo voor de hand liggend maakt om in goden te geloven, legt hij uit in het blad Religion. Hij stelt dat we automatisch geneigd zijn om de wereld te zien als een creatie, een schepping. In zo’n schepping heeft alles heeft een doel. Maar wie heeft het doel achter de wereld bedacht? Waarom zijn we we hier? Het enige wat ons sociale inlevingsvermogen hoeft te doen, is deze goede bedoelingen aan een denkbeeldige geest toe te kennen. Een god naar eigen of andermans keuze, maar daardoor dus wel een oppermachtige die met gemak een wereld kan schapen.

Waarom, waarom, waarom?


De Schepping. Afbeelding: © Wikimedia Commons

Dat – daarmee samenhangend – het geloof in een scheppingsverhaal ook eerder intuïtief dan aangeleerd is, blijkt uit meerdere onderzoeken van Deborah Kelemen van de Universiteit van Boston. Zij stelt dat we bij alles wat we zien, ons afvragen: wat is het nut hiervan? Waarom is het hier? Kan ik het gebruiken?

Volgens Kelemen is nut achter objecten zoeken handig, want het is juist zo typisch menselijk. We zijn immers een van de weinige dieren die niet alleen graag gereedschap gebruiken, maar ook zelf maken. Echter, dat systeem heeft een keerzijde. Gaat het iets te ver, dan ontstaat snel het idee dat alle objecten en dieren in de wereld een voorbestemd doel hebben. Die gedachtegang heet ook wel teleologisch denken, en is volgens Kelemen juist vanwege ons menselijke gereedschapsdenken erg intuïtief. Geen wonder dat de meeste scheppingsverhalen doorspekt zijn met teleologische ideeën. De wereld is er niet zomaar, maar moet ook nog eens nuttig zijn en ergens toe leiden.

Kinderen zijn daarin het ergst. Dit komt bijvoorbeeld heel sterk tot uiting in hun onvermoeibare neiging overal een ‘waarom’-vraag van te maken. Wie het spel omdraait en de ‘waarom’-vraag aan het kind stelt, zoals Kelemen in haar experimenten deed, krijgt verrassende antwoorden.

Waarom bijvoorbeeld hebben rotsen scherpe punten? De kinderen denken even na, maar dan komt het: “Zodat dieren zich eraan kunnen krabben”, of “zodat we er niet op gaan zitten.” Waarom zijn er vogels? “Om muziek te maken.” Bergen bestaan “zodat wij ze mogen beklimmen”, bomen “omdat we schaduw nodig hebben” en wolken “maken regen”. Kortom, de wereld is voor kinderen één grote gereedschapsdoos vol nuttige dingen; in een later onderzoek van Kelemen bleek zelfs dat kleuters vinden dat wanneer vogels of wolken ‘stuk’ zijn, ze aan reparatie toe zijn. Vooral dat laatste onthult hoezeer teleologisch denken samenhangt met het idee dat de wereld niet alleen vol nuttige dingen zit, maar als het ware zelfs een gereedschapsdoos voor mensen zou zijn, aldus Kelemen.


Kinderen verraden hun teleologische denkbeeld door altijd maar ‘waarom’ te vragen. Afbeelding: © Miro-Foto, Flickr.com

Net als dualisme is teleologisch denken moeilijk om van je af te schudden. Zelfs twaalfjarige kinderen die hebben geleerd dat de wereld en haar dieren uit chemische, biologische en natuurkundige processen zijn ontstaan, geven nog altijd de voorkeur aan scheppingsverklaringen voor het bestaan van de wereld. Dat ontdekte Margaret Evans, waarover ze in het tijdschrift Cognitive Psychology schrijft.

Dat teleologisch denken intuïtief is blijkt uit het feit dat volwassenen er niet eens aan ontkomen. Mensen die een lijstje afgaan met teleologische uitspraken zoals “De zon straalt licht om planten van energie te voorzien” en “Aardplaten verschuiven omdat zichzelf netjes recht te zetten”, vullen meestal correct in dat deze fout zijn. Maar onder tijdsdruk keuren ze de teleologische uitspraken opeens goed.

En God zelf dan?
Psychologische verklaringen voor religie worden volgens wetenschappers soms onterecht gezien als een aanval op iemands geloof. Volgens Barrett – zelf een overtuigd christen – staat een verklaring voor waarom mensen geloven los van of dat geloof waar is of niet. “Stel dat wetenschap met een verklaring komt voor waarom mijn vrouw van mij houdt,” aldus de psycholoog in de New York Times, “kan ik dan maar beter ophouden daarin te geloven?”

Het lijkt er in ieder geval op dat ons vermogen om in zielen, geesten en doelbewuste goden te geloven, net zo intuïtief is als ons vermogen om te plannen, muziek te maken, taal te ontwikkelen en gereedschap te gebruiken. Dat maakt religie, net als het eerdere rijtje, een typisch mensentrekje.

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_96636852
ExperimentalFrentalMental :
quote:
Het Laatste Avondmaal van Jezus met zijn discipelen had niet plaats op Witte Donderdag, maar een dag eerder. Dat blijkt uit nieuw onderzoek door professor Colin Humphreys van de Universiteit van Cambridge en waarvan de belangrijkste conclusies vandaag werden vrijgegeven.
Zo nieuw is dit onderzoek nu weer niet. James D. Tabor, hoogleraar Godsdienstwetenschappen a/d Univ. N.Carolina wist dit al haarfijn uit te leggen in 2006.( bron: " The Jesus Dynastee " : Tabor )
pi_96876426
16-05-2011

Stephen Hawking: "Er is niks na de dood, da's een sprookje"


© epa

Dat de hemel zou bestaan of dat er een hiernamaals zou zijn, dat is een "sprookje" uitgevonden door mensen die bang zijn voor de dood. Er zijn er wel meer met die mening, maar als topgeleerde Stephen Hawking ze verkondigt in een interview met The Guardian, dan is dat nieuws. Groot-Brittanniës meest eminente wetenschapper wijst in de krant elke vorm van religie af en beweert dat er niks meer is nadat het licht in ons brein definitief uitgaat.

U kent hem ongetwijfeld, Stephen Hawking, die op zijn 21ste al werd gediagnosticeerd met ALS, een ongeneeslijke motorische zenuwaandoening. Daardoor was hij voorbestemd om jong te sterven, maar Hawking is nog altijd onder ons en is 69 intussen. "Dagelijks de afgelopen 49 jaar met dat vooruitzicht te leven heeft gemaakt dat ik niet bang ben van de dood, al wil ik nog niet gaan", zegt hij in The Guardian. "Ik heb nog zoveel te doen hier."

Voor Hawking is het brein een soort computer die stopt met werken als de onderdelen het begeven. "En er is geen hemel of hiernamaals voor kapotte computers. Dat is een sprookje voor wie bang is van het donker."

Geen schepper
Hiermee gaat Hawking verder dan in zijn boek uit 2010, 'The Grand Design'. Daarin argumenteerde hij dat we het bestaan van het universum niet moeten toedichten aan een schepper. Hawking kreeg meteen de hele religieuze wereld over zich heen. Onder meer hoofdrabbijn, Lord Sacks, die hem ervan beschuldigde een "elementaire logische denkfout" te maken. Maar voor Hawking is er een duidelijk onderscheid tussen God als metafoor en het geloof in een alwetende schepper die de kosmos bestiert.

In het interview verwerpt Hawking dus dat er leven na de dood is en benadrukt hij dat we onze mogelijkheden op Aarde moeten invullen door goed te leven. Op de vraag van The Guardian hoe we dan precies moeten leven, antwoordt hij: "We moeten de hoogste waarde van onze daden zoeken." (jv)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_99652919
15-07-2011

De Reformatie: Religie is politiek

Johannes Calvijn speelde een belangrijke rol in de periode die in de West-Europese geschiedenis bekend staat als de Reformatie. Wat begon als een poging het Christelijke geloof te hervormen kreeg al snel grimmige politieke trekjes.

Veertiende- en vijftiende-eeuwse intellectuelen als Jan Hus en John Wycliffe hadden al pogingen ondernomen de Katholieke kerk van binnenuit te hervormen. Met name voor Jan Hus liep zijn kritiek op de praktijken binnen de Kerk slecht af. In 1415 werd hij levend verbrand wegens ketterij. Aan het begin van de zestiende eeuw ontstond er een nieuwe generatie van hervormers die het er voortvarender vanaf brachten.


Duitsland staat nog altijd vol met standbeelden van kerkhervormer Luther, zoals hier in Dresden. Afbeelding: © Wikimedia Commons

Toen de Duitse priester Maarten Luther in 1510 Rome bezocht, vierde de decadentie en corruptie zijn hoogtijdagen in de Heilige Stad. Hij zag priesters die bordelen bezochten en aflaten die zelfs nog aan doodsbange nabestaanden van overledenen verkocht werden, om voor hen maar een plekje in de hemel veilig te stellen. Wie maar genoeg betaalde kon zelfs het ambt van priester kopen.

Luther verwoorde zijn kritiek in pamfletten die hij verspreide in zijn thuisstad Wittenberg. Ook vatte hij zijn ideeën over wat er allemaal mis was in de Katholieke kerk samen in 95 stellingen die hij – rebels als hij was – prominent op de deur van de kathedraal van de stad spijkerde.

Luther’s kritiek richtte zich vooral op de corruptie van de geestelijkheid. Ook was hij van mening dat de Bijbel ook in andere talen dan het Latijn beschikbaar zou moeten zijn. Een idee dat nog altijd de kern van de Reformatie vormt maar niet zo nieuw was als vaak word gedacht.

Dankzij de kort daarvoor uitgevonden boekdrukkunst konden de ideeën van Luther zich snel verspreiden. Andere prominente Christelijke denkers, zoals de Zwitser Ulrich Zwingli en de Fransman Johannes Calvijn waren er evenals Luther van overtuigd dat er iets moest veranderen binnen het Christendom. Op dat moment hadden deze denkers geen plannen de Katholieke Kerk te verlaten en nieuwe kerkgemeenschappen te stichten. Wel ontstonden er al snel heftige discussies over welke kant het dan wél op moest met de inrichting van het geloof.

Bloed en lichaam
Bestaat de vrije wil? Veranderen de wijn en het brood tijdens de eucharistieviering echt in het bloed en lichaam van Christus? Tegenwoordig zijn dat vragen die – buiten de kerk – nog maar weinig mensen echt het overdenken waard vinden, maar gedurende de zestiende eeuw waren het religieuze twistpunten die een belangrijke weerslag op de politiek in Europa hadden.

Sterker nog, het Katholieke dogma dat het brood en de wijn werkelijk in het lichaam en bloed van Christus veranderde (mits door een priester toegediend), maakte zo’n belangrijk deel uit van de Katholieke theologie dat Luther’s verwerping daarvan het begin vormde van grootschalige politieke omwentelingen in vrijwel heel Europa.


Rond 1500 besloeg het Heilig Roomse Rijk een groot deel van Europa. Een hechte politieke eenheid was het echter nooit. De opkomst van de Reformatie droeg eraan bij dat het enorme rijk in de zestiende en zeventiende eeuw verscheurd werd door interne oorlogen. Afbeelding: © Wikimedia Commons

.In 1529 stelde Luther aan de zetel van het Heilig Roomse Rijk voor, het dogma van de eucharistie voortaan te verwerpen. Een definitieve breuk met de Katholieke kerk in Rome zou daarmee onvermijdelijk zijn. Omdat Luther in zijn theologie ook had opgenomen dat de Paus zich niet met politieke zaken zou moeten bezighouden, zagen veel regionale Duitse vorsten de nieuwe Christelijke leer wel zitten.

Deze machthebbers wilden baas in eigen huis zijn en van de Roomse bemoeienissen op hun politiek af. Met name in het noorden van het Rijk kreeg Luther veel steun. De religieuze twistpunten vertaalden zich vrijwel direct in politieke spanningen door het hele rijk.

Religie en politiek waren in de vroegmoderne tijd buitengewoon nauw met elkaar verweven. Binnen korte tijd raakte Europa verdeeld in aanhangers van protestantisme en katholicisme, van behoud en hervorming, van machthebbers die hun voordeel probeerden te doen met de nieuwe ontwikkelingen en zij die de status quo wilden behouden.

Als gevolg van deze spanningen scheurde de Dertigjarige Oorlog tussen 1618 en 1648 het Heilig Roomse Rijk uiteen. In vrijwel elk Europees land woedde ergens in de zestiende of zeventiende eeuw wel een godsdienstoorlog als direct of indirect gevolg van deze wisselwerking tussen religie en politiek. De Tachtigjarige oorlog in de Nederlanden was daarbij slechts een van de vele.

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_100035696
27-07-2011

Archeologen vinden een van Jezus' 12 apostelen in Turkije


De kruisiging van Filippus door schilder José de Ribera. (Foto: Wikimedia)

Een groep archeologen is ervan overtuigd de laatste rustplaats gevonden te hebben van Filippus, een van de twaalf apostelen van Jezus Christus. De heilige zou ontdekt zijn in een ruïne in Pamukkale, ten westen van Turkije. Dat heeft het Turkse persbureau Anatolia laten weten op gezag van Francesco d'Andria, de Italiaanse leider van het archeologenteam.

"We hebben jarenlang gezocht naar de graftombe van Sint Filippus", aldus d'Andria. "Ons team van archeologen heeft hem uiteindelijk ontdekt in de ruïne van een kerk, die we vorige maand al opgegraven hebben." De ontdekking is volgens de Italiaan een belangrijke ontwikkeling voor de archeologie en voor het christendom.

Filippus zou volgens de verhalen als martelaar gestorven zijn aan het kruis. De tombe met het stoffelijk overschot is nog niet geopend. Pamukkale heette in de antieke tijd Hierapolis. Filippus zou er het christelijke geloof verkondigd hebben. De plaats staat nu vooral bekend als kuuroord en is zeer in trek bij toeristen. (adha)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_100451689
04-08-2011

Een planeet vol akelige, zichzelf kwellende wezens



Volgens de Duitse filosoof Peter Sloterdijk moet en zal de mens boven zichzelf uitstijgen. Anders wordt het nooit wat.

De Franse graaf Pierre de Coubertin, de bedenker van de Olympische Spelen, wilde aanvankelijk veel meer dan een oud sportevenement nieuw leven inblazen. Zijn Spelen moesten het begin zijn van de heropleving van de Griekse geest, van de antieke wereld die de moderne wereld zou redden. Sport moest de wereld redden. En die overtuiging heerst nog steeds, onder de flauwe slogan ‘Sport verbroedert’.

De Duitse filosoof Peter Sloterdijk gaat nog een stapje verder: alle levensovertuiging, van het geloof in sport tot het geloof in God, is in wezen ‘antropotechniek’, het streven om zich te verbeteren. De mens moet en zal boven zichzelf uitstijgen. Het was Nietzsche die dit als eerste scherp zag. Vanaf een ver hemellichaam gezien, schreef hij, zien buitenaardse wezens een ‘ascetische planeet bij uitstek’, waar intens ontevreden, akelige schepsels zichzelf zoveel mogelijk kwellen. Het is, aldus Nietzsche, ‘waarschijnlijk hun enige genoegen.’

In zijn boek Je moet je leven veranderen bouwt Sloterdijk deze observatie verder uit. Meditatie, sport, moderne kunst, alternatieve leefwijzen, en uiteraard politieke ideologieën zijn allemaal gefundeerd op dat ene morele imperatief: je moet je leven veranderen! Je moet uit de stroom van alledag stappen; je moet oude gewoonten afleren; honger en gebrek tot deugden verheffen, en (de ultieme daad van verzet) de dood ontkennen. Het moet. Anders worden we nooit andere, betere mensen.

Rode draad

Sloterdijk vergelijkt en speculeert, vertelt en abstraheert. Van de grot van Socrates tot de Nieuwe Mens van het communisme, van de geestelijke oefeningen van jezuïeten tot de donderpreken van de milieubeweging. Slo-terdijk wijst op de rode draad dwars door al het menselijk falen en streven. Hij biedt ontegenzeggelijk een fascinerende intellectuele pelgrimstocht, zij het vaak over zeer moeilijk begaanbaar terrein.

Sloterdijks boeken zijn in Duitsland bestsellers. Dat is merkwaardig, want ze zijn allesbehalve lichte kost. Een redelijke kennis van de belangrijkste filosofen is een vereiste, en daarbij komt dat Sloterdijks proza allerminst eenvoudig is. Hij is voortdurend op zoek naar de beste formulering, op het hoogste abstractieniveau, en schiet daarbij regelmatig (ook voor deze lezer) door de grens van het begrijpelijke. Neem de tijd, sla desnoods een al te zwevende alinea over, want door zijn onstuitbare gedrevenheid is Je moet… uiteindelijk toch ?verslavend. En de zware reis wordt gelukkig verlicht door regelmatig opduikende rake formuleringen, waarmee Sloterdijk menige populaire filosofie en ‘intellectuele’ discussie genadeloos opzij schuift. Sloterdijk wil er toe doen. Tegelijkertijd zorgen zijn verkoopcijfers dat ‘beroepsfilosofen’ hem met argwaan behandelen, en niet echt serieus nemen.

Zijn felle polemiek met de Duitse opperfilosoof Jürgen Habermas, naar aanleiding van Sloterdijks Regels voor het mensenpark (over het telen van mensen) heeft daar ongetwijfeld veel aan bijgedragen. Wat collega-filosofen daarbij ook niet bevalt, is zijn zorgeloosheid. Hij neemt van Nietzsche, combineert Heidegger en Foucault, en gaat voort. Maar zijn filosofische wandeling is de moeite waard; de vergezichten zijn ontegenzeggelijk groots

(Depers.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_102427612
26-09-2011

Dode Zeerollen staan online


© ap

Een deel van de Dode Zeerollen staat sinds vandaag online. Het Israel Museum in Jeruzalem en internetbedrijf Google hebben vijf rollen op het web gezet, zo heeft het museum bekendgemaakt.


© ap

Op de webiste dss.collections.imj.org.il zijn afbeeldingen van de tweeduizend jaar oude tekst gratis en in hoge resolutie te bekijken. Zowel de oorspronkelijke tekst van de rollen als een Engelse vertaling is op de website te lezen. Het gaat om het Bijbelboek Jesaja, de Tempelrol, de Oorlogsrol, de Gemeenschapsregel en de Bespreking van Habakuk.

De Dode Zeerollen bestaan uit ongeveer negenhonderd documenten, die in 1947 werden gevonden in grotten bij Qumran. Het gaat om de oudste bijbelse manuscripten waar het bestaan van bekend is. (belga/gb)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_102640228
01-10-2011

Eén lange litanie van haat, wraak en wreedheid


1099 na Christus Nadat de Kruisvaarders de stad hadden veroverd, vermoordden ze alle joden die ze te pakken konden krijgen, plus duizenden moslims die de Al-Aqsa-moskee waren binnengevlucht

Uit de ‘biografie’ over Jeruzalem van Simon Sebag Montefiore blijkt vooral dat het geloof het slechtste in de mens naar voren haalt.

Jezus is op twéé plaatsen gedoopt. Althans, Jordanië heeft een heilige plek waar dat zou zijn gebeurd, en Israël heeft er ook een. De Jordaanse plek heeft de oudste papieren; daar zijn dan ook al twee pausen langs geweest. Maar Israël (is dat niet de joodse staat?) zet stug door, en is op ‘zijn’ plaats met een omvangrijk bouwprogramma gestart. Om pelgrims te lokken. Wie Jeruzalem heeft gelezen, de biografie van deze stad door Simon Sebag Montefiore, staat daar niet van te kijken. Als uit dat boek één ding blijkt, dan is het dat geloof het slechtste in de mens naar voren haalt. En nergens in zulke groteske mate als in het zogenaamde Heilige Land, en Jeruzalem.

Uit naam van God
Hoe vaak is Jeruzalem uit naam van God uitgemoord en geplunderd? Tientallen keren. ‘Als een land twee geloven heeft’, zei de filosoof Voltaire, ‘snijden ze elkaar de strot af.’ Welnu, Jeruzalem is het strijdtoneel van drie godsdiensten, die alle drie op hun beurt weer uiteengevallen zijn in kerken en sekten die elkaar tot op het bot haten. Geen enkele stad heeft een geschiedenis zo bloedig, zo deprimerend als Jeruzalem.

Deze ‘biografie’ is dan ook één litanie van haat, wraak en wreedheid. Iedereen die denkt dat het geloof een kracht ten goede is, doet er verstandig aan het te lezen, om volledig van zijn dwaling te genezen.

De stad was joods, totdat de Romeinen begin tweede eeuw na Christus de inwoners uitroeiden en de stad tot verboden gebied verklaarden. Daarna kwamen de christenen, die joden in Palestina nog verder vernederden, onder andere door de Tempelberg, het voor de joden heiligste deel van de stad, als vuilstortplaats te gebruiken. De moslims ruimden de rommel op, maar bouwden daar de Rotskoepel – om de joden én de christenen te vernederen. Een paar eeuwen later richtten de kruisvaarders er een bloedbad aan, en werden op hun beurt verjaagd. Moslims joegen elkaar over de kling vanwege de heilige stad, Turken, Fransen en Engelsen zouden volgen – en al die eeuwen gingen christelijke monniken van diverse kleuren die de Heilig Grafkerk onderling hadden verdeeld, elkaar regelmatig met knuppels te lijf. Het verwoestende fanatisme en de zich voortdurend repeterende wreedheden worden de lezer uiteindelijk te machtig – en ook Sebag Montefiore (van aristocratische, Brits-joodse komaf) raakt vanaf omstreeks 1900 eigenlijk de draad van zijn verhaal kwijt. Vanaf dat moment vallen land en stad ten prooi aan de zionistische droom van de ‘terugkeer van het Joodse volk’, en zijn het vooral joodse terroristen (ze worden later vaak Israëlische leiders) en Palestijnse meutes die bloed doen vloeien. De slothoofdstukken van zijn indrukwekkende boek verkruimelen daardoor tot een onsamenhangende opsomming van gruweldaden over en weer. Korter was beter geweest.

Geen haalbare kaart
De hereniging van de stad onder Israëlisch bestuur, na de zesdaagse oorlog in 1967, was zeker een historische gebeurtenis. Voor het eerst sinds negentien eeuwen konden joden weer vrij hun geloof belijden aan de Klaagmuur, het enig zichtbare restant van de oude , door de Romeinen verwoeste tempel. Joden, christenen én moslims kunnen nu, binnen nauwe grenzen, ieder hun eigen heiligdommen bezoeken. Maar Jeruzalem was, is en blijft een politieke tijdbom. Een massagraf in de greep van religieuze fanaten die elkaar op z’n best negeren, maar net zo makkelijk kunnen vermoorden. De Israëlische schrijver Amos Oz stelt voor om alle heiligdommen af te breken en naar Scandinavië te verplaatsen, ‘en ze pas weer terugbrengen wanneer men in Jeruzalem heeft leren samenleven.’ Sebag Montefiore noemt dat ironisch ‘geen haalbare kaart, helaas’. Sterker nog, er komen daar in die door God verlaten streek alleen maar heiligdommen bij.

Simon Sebag Montefiore, Jeruzalem. Een biografie. Uitgeverij Nieuw Amsterdam, 39,95 euro.

(depers.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_104385180
14-11-2011

Hoe Aristoteles 2300 jaar geleden al problemen voorzag bij handel met geld

In de vroege middeleeuwen kwam een handelaar die rente durfde te vragen zonder meer in de hel terecht. Deze opvattingen stamde af van de Griekse filosoof Aristoteles (384-322 voor Christus) die als velen wordt gezien als ontdekker van de economie.



Volgens Aristoteles streven mensen in eerste plaats naar een goed en deugdzaam leven. De inrichting van een staat moet daarom zo zijn, dat het mensen in staat stelt dit hoogste doel te kunnen verwezenlijken. Om überhaupt te kunnen leven zijn een aantal materiële middelen noodzakelijk, welke door middel van verschillende levenswijzen door een persoon kunnen worden verworven. Één van deze levenswijzen noemt Aristoteles de chremastike, het verdienen van geld; de manier van bezitsverwerving via ruil en handel.

De levensvorm van de chremastike wordt alleen noodgedwongen gekozen, rijkdom is duidelijk niet het goede wat we zoeken: het is een gebruiksgoed, een middel tot iets anders. (Ethica 1096 a8)

Omdat niet iedereen alle middelen direct voor zichzelf kan verwerven, is de ruilhandel volgens Aristoteles een natuurlijk proces. Het levert een evenwicht in een samenleving. Uit deze ruilhandel ontstaat de chremastike, waarbij het geld aanvankelijk slechts als een simpel ruilmiddel tussen twee producten dient. Dit stadium werd jaren later door Karl Marx als volgt uitgedrukt in een schema: W -> G -> W. Duidelijk is te zien dat het geld (G) als middel wordt gebruikt om twee waren (W) met elkaar te ruilen. Tot zover geen probleem, maar:

[...] al spoedig werd het een systematische techniek, toen de mensen meer ervaren werden in het ontdekken van plaatsen en tijden voor het maken van grote winsten uit transacties. (Politica 1257 b5)

Dit kunnen we als volgt in een schema noteren: G1 -> W -> G2, waarbij een handelaar puur het doel heeft om van een bepaalde hoeveelheid geld (G1) naar een grotere hoeveelheid geld (G2) te komen. Via wat voor waar hij dit doet is daarbij niet van belang; het idee achter het oorspronkelijke schema is hiermee op de achtergrond geraakt. Omdat iemand de gebruikerswaarde van een waar niet niet kan opsparen maar geld wel, ‘is er geen grens aan de hoeveelheid rijkdom die men langs deze weg van bezitsverwerving kan verkrijgen’ (1257 b25).
Aristoteles keurt deze omkering van het schema af. Het middel om het doel van het goede leven te bereiken, verwordt zelf het hoogste doel. Een nog grotere afkeer heeft Aristoteles tegen het idee van rente.

Deze afkeer [tegen rente] is volledig gerechtvaardigd, omdat de winst uit het lopende betaalmiddel zelf ontstaat, niet als een product van dat waarvoor het betaalmiddel bedoeld was. De valuta is bedoeld als een wisselmiddel, terwijl de rente een toename van het geld zelf betekent. [...] Van alle typen van zakendoen is dit daarom de manier die het meest tegen de natuur in is. (Politica 1258 b1-b9).

In schema-vorm zou dit er als volgt uit zien: G1 -> G2. Er komt geen waar meer aan te pas. Hoewel Aristoteles tot bijna twee millennia na zijn dood nog de manier van denken omtrent geld heeft beïnvloed, hebben zijn opvattingen vandaag de dag de tijdsgeest grotendeels verlaten. Voor vele mensen is geld inderdaad een doel op zich geworden, en zijn zij vergeten dat het ware hoogste doel het nastreven van een goed en deugdzaam leven is.

Bron: De utopie van de vrije markt, Hans Achterhuis (Rotterdam, 2010). Pp. 155-159.

(Visionair.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  woensdag 25 januari 2012 @ 10:59:12 #77
38496 Perrin
Toekomst. Made in Europe.
pi_107210912
Vóór het internet dacht men dat de oorzaak van domheid een gebrek aan toegang tot informatie was. Inmiddels weten we beter.
pi_107215122
quote:
Dubbel en dwars verdiend!
Niet meer aanwezig in dit forum.
pi_108251779
21-02-2012

'Dolfijnen moeten eigen grondwet krijgen'

Dolfijnen moeten hun eigen rechten krijgen, net zoals mensen die hebben. De zwemmende zoogdieren moeten dan ook gezien worden als 'niet-menselijke personen'.


Foto: Novum

Een groep wetenschappers en filosofen heeft daarom een grondwet voor dolfijnen samengesteld en die toegelicht tijdens een bijeenkomst van American Association for the Advancement of Science in het Canadese Vancouver, schrijft de Britse krant Daily Mail. De grondwet moet ook gelden voor walvissen en bruinvissen, zoogdieren die in het water leven.

De reden is dat dolfijnen intelligente wezens zijn met hun eigen culturen, samenlevingen en persoonlijkheden die zo complex zijn dat ze als mensen gezien moeten worden.

"Omdat studies uitwijzen dat dolfijnen een eigen karakter hebben, staat het doden van een dolfijn gelijk aan het doden van een mens", legt Thomas White uit, expert ethiek aan Loyola Marymount University in Californië.

"Wetenschappelijk bewijs is nu sterk genoeg om te kunnen zeggen dat dolfijnen daadwerkelijk emoties en persoonlijkheden hebben. Ethisch gezien kun je dan stellen dat het doden en gevangen houden van dolfijnen niet juist is."

Gevangenschap

De grondwet die is samengesteld moet ervoor zorgen dat dolfijnen het recht op een leven hebben en dat ze niet in gevangenschap mogen leven. Tijdens de bijeenkomst werden er voorbeelden getoond waaruit blijkt dat dolfijnen een eigen wil hebben. Zo zijn ze van zichzelf bewust als ze in de spiegel kijken en hebben ze verdriet als een soortgenoot komt te overlijden.

De wetenschappers hopen dat ze dankzij de bijeenkomst meer aanhangers krijgen om uiteindelijk de grondwet er doorheen te krijgen. Hiermee hopen ze dat de jacht op dolfijnen en walvissen tot het verleden behoort.

© NU.nl/René Hartkamp

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_108535004
28-02-2012

Oudste sporen van christendom gevonden



Wetenschappers hebben in een tombe uit de eerste eeuw na Christus de eerste archeologische sporen van het christendom ontdekt.

De onderzoekers vonden de tombe in Jeruzalem. Met behulp van een robotcamera werd een kijkje in de tombe genomen. De onderzoekers stuitten zo op een Griekse inscriptie en een bijzondere afbeelding.

Jona
De inscriptie telt vier regels en vertelt dat God mensen uit de dood op laat staan. De afbeelding laat een grote vis met een mens in de bek zien. Dat laatste is een verwijzing naar Jona. De profeet was niet gehoorzaam aan God en werd voor straf door een grote vis opgeslokt, zo vertelt de Bijbel. Jona bracht drie dagen in de buik van de vis door: een verwijzing naar de drie dagen die Christus alvorens Hij uit de dood opstond in het graf doorbracht.

Eerste volgelingen?
Volgens de onderzoekers stamt het graf uit het jaar 70 na Christus. Dat zou betekenen dat de Griekse tekst en afbeeldingen verreweg de oudste archeologische sporen zijn die ooit van het christendom zijn teruggevonden. Het is dan ook zeer aannemelijk dat de tekening en tekst door één van Jezus’ eerste volgelingen zijn gemaakt.

Ongelofelijk
Het is best bijzonder dat naast de tekst ook een beeltenis uit de bijbel is teruggevonden. De onderzoekers wijzen er op dat het niet zo gebruikelijk was onder de joden om beeltenissen van profeten te maken. “Als iemand had beweerd een verklaring over de opstanding van Jezus of een beeltenis van Jona in een Joodse tombe uit deze tijd te hebben gevonden dan zou ik gezegd hebben dat het onmogelijk is,” vertelt onderzoeker James Tabor. “Tot nu. Ons onderzoeksteam was vol ongeloof, maar het bewijs voor onze ogen was duidelijk.”

De tombe bevindt zich dichtbij een andere bekende tombe die ook wel wordt aangeduid als de ‘Jesus Family Tomb‘. Sommige wetenschappers vermoeden dat familie van Jezus in deze tombe begraven ligt.

(scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  woensdag 7 maart 2012 @ 10:43:25 #81
36858 Semisane
Iemand nog een koekje?
pi_108812809
Wellicht niet geheel on topic, maar goed kon even geen ander plekje vinden. ;)

A month ago I wrote a piece making fun of Newt Gingrich's wild ideas about space exploration. In the interest of fairness, it is time to make fun of what are now the two leading Republican candidates ideas, not about space, but about heaven.

One might think that the religious beliefs of political candidates should remain off limits in public discourse. I don't think so, at least not when candidates wear their religion on their sleeves.

Candidates should have the right to keep their religious views private, but in the current climate essentially none of them actually do so. Rick Santorum has gone so far as to argue that John Kennedy's strict confirmation of the separation of church and state, which many consider one of the pillars of American democracy, should be discarded. In this case, it is all the more important to explore his theological views.

More generally, should we not be able to question whether the beliefs of the religion publicly espoused by a candidate may reflect on candidate's judgment and their ability to distinguish sense from nonsense? Why is it acceptable to dissect Newt Gingrich's fanciful plans for making the Moon a 51st state but not his implicit suggestion that Pope John Paul II was responsible, via divine intervention, for the fall of communism?

Not all religious beliefs are currently so immune. Christine O'Donnell, the Tea Party Senate candidate from Delaware, had her campaign torpedoed when it was revealed she had "dabbled in witchcraft" as a teenager. This, in spite of the fact that, as my colleague and Templeton prizewinner Paul Davies reminded me at the time, Wiccan theology is in many senses no less strange than Christian theology.

This issue is particularly relevant in this election season because the two leading Republican candidates, Mitt Romney and Rick Santorum, are an enthusiastic Mormon and a fundamentalist Catholic respectively.

The bible is full of dubious scientific impossibilities, from Jonah living inside a whale, to the Sun standing still in the sky for Joshua. But while the miracles at the foundation of the Mormon Church may be no more or less believable in an a priori sense than those attributed to mainstream Judeo-Christianity, they are clearly more suspect. Joseph Smith was previously tried for the crime of claiming to falsely find lost treasure when he then claimed to discover golden tablets buried under a tree in upstate New York in the 19th century, and with the aid of an angel translates them into 17th century English, and then the original tablets miraculously disappear. Among the beliefs that followed include the claim that native American tribes represent the lost tribe of Israel and that Jesus Christ also conveniently visited North America.

Shouldn't we wonder about the judgment of anyone who buys that story without doubt, especially when that person is vying for our trust as commander in chief?

It should be admitted that Mitt Romney does not openly defend the dubious claims of Mormonism while declaring his faith on the campaign trail. Rick Santorum on the other hand is more explicit about his own unique brand of Catholicism. He is most well-known for his religious opposition to both contraception and abortion, which have led him to make ridiculous statements regarding how birth control leads to more abortions for example, which bring back memories Pope Benedict's famous claim that condom use in Africa would increase the likelihood of AIDS.

However, his theological beliefs have led him to more bizarre beliefs that transcend even the doctrines of the Roman Catholic Church. Unlike the official statements of the Vatican, Santorum has argued strenuously that his theology is incompatible with the facts of biological evolution, and he has spearheaded calls for the insertion of religious based nonsense, labeled "intelligent design" into public school science curricula. Perhaps even more worrisome is his "end of days" theological belief that "Satan has his sights on the United States of America," as the former Senator put it in a speech a few years ago.

When a person's religious beliefs cause him to deny the evidence of science, or for whom public policy morphs into a battle with the devil, shouldn't that be a subject for discussion and debate?

As Richard Dawkins has emphasized, you wouldn't want to go to a doctor who subscribed to the Stork theory of reproduction, so why should we not focus on the actual content of the publicly espoused beliefs held by politicians?

Both Romney and Santorum no doubt gained their faith by exposure to their respective religions as children. Nevertheless, as adults we should amass sufficient tools of critical thinking to know which stories to keep and which to discard. It thus seems fair game to openly and directly ask Mr. Romney and Mr. Santorum to outline the specifics of their beliefs about the sacred as well as the profane, in order to more fully probe the character and intellect anyone who proposes to lead this nation. To do any less is to be negligent in our duties as citizens.

Lawrence M. Krauss
Director of the Origins Project at Arizona State University, author of A Universe from Nothing

http://www.huffingtonpost.com/lawrence-m-krauss/election-2012-religion_b_1320886.html
Putting the Fun back into Fundamentally Wrong since 1975.
"Yes, of course, I knew you would volunteer, Mr. Feynman, but I was wondering if there would be anybody else."
pi_110217789
11-04-2012

Creationisme mag voortaan onderwezen worden in Tennessee


Creationisme, de leer dat God de wereld in zes dagen heeft geschapen, mag voortaan in Tennessee onderwezen worden. © photonews.

Op openbare scholen in de Amerikaanse staat Tennessee mag binnenkort onderwijs worden gegeven in het creationisme, dat ervan uitgaat dat God de wereld in 6 dagen heeft geschapen. Dat melden verschillende Amerikaanse media.

Het door conservatieven gedomineerde parlement in Tennessee heeft ingestemd met een wetsvoorstel voor creationisme op school. Een poging van gouverneur Bill Haslam om een veto over de wet uit te spreken, mislukte. Toch zei hij niet te vrezen dat "de wetenschappelijke standaarden in onze scholen worden veranderd".

Scholieren in de Verenigde Staten bestuderen doorgaans de evolutieleer van Charles Darwin. Dit tot ongenoegen van conservatief religieuze groeperingen die de gedachte dat mensen van apen afstammen in strijd achten met het Bijbelse scheppingsverhaal. Het creationisme mag nu naast en als alternatief voor de evolutieleer worden onderwezen in Tennessee.

Het creationisme heeft veel aanhangers in het religieuze Amerika. Uit een opiniepeiling uit december 2010 bleek dat 40 procent van de Amerikanen gelooft dat God de mens in zijn huidige vorm ongeveer 10.000 jaar geleden heeft geschapen. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt echter dat apen zijn geëvolueerd in mensen in een periode van circa 6 miljoen jaar.

In 1968 bepaalde het Amerikaanse Hooggerechtshof dat het ongrondwettelijk is om het onderwijs van de evolutieleer te verbieden. Het oordeel was gebaseerd op de scheiding tussen Kerk en Staat.

(HLN)

8)7 8)7
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_110217824
40 procent! En dat zou dan 1 van de beschaafdste landen ter wereld moeten zijn. |:(
Niet meer aanwezig in dit forum.
pi_110519972
18-04-2012

Geloof het sterkst in katholieke landen



Het aantal gelovigen neemt bijna overal langzaam af, maar blijft in katholieke landen het sterkst. Dat blijkt uit onderzoek.

Landen met het sterkste geloof in God zijn meestal katholiek. Neem bijvoorbeeld de Filippijnen. Van de inwoners zegt 94 procent altijd in God te hebben geloofd. In het voormalige Oost-Duitsland geeft slechts 13 procent dat aan. De inwoners van de Verenigde Staten hebben het sterkste geloof van ontwikkelde landen met grote protestantse groepen. Daarnaast zou het geloof in God het grootst zijn onder oudere mensen, ongeacht waar zij wonen. Dat concluderen wetenschappers van de National Opinion Research Center (NORC) van de University of Chicago op basis van gegevens uit de jaren 1991, 1998 en 2008 in dertig landen.

Geloof
Atheïsme is het sterkst in de noordwestelijke Europese landen zoals Scandinavië en de voormalige Sovjet-staten, met uitzondering van Polen. Voormalig Oost-Duitsland heeft het hoogste aantal mensen dat nooit in God heeft geloofd, namelijk 59 procent. In de Verenigde Staten is dit slechts vier procent. Hier zegt 81 procent altijd in God te hebben geloofd. Het Filippijnse volk is het meest gelovig: 94 procent noemt zichzelf gelovig. In de drie onderzoeken moesten mensen ook vragen beantwoorden over hun houding tegenover het idee dat God begaan is met individuen. In het voormalig Oost-Duitsland zegt slechts acht procent deze visie te hebben tegenover 82 procent in de Filippijnen en 68 procent in de Verenigde Staten.

Minder
Hoewel uit het onderzoek blijkt dat het geloof in God wereldwijd aan het verminderen is, groeit het in landen als Rusland, Slovenië en Israël. In Rusland werd in het voordeel van het geloof een verschil van zestien procent waargenomen tussen de mensen die nu in God geloven maar dit eerst niet deden en mensen die eerst in God geloofde maar nu niet meer.

Leeftijd
Ook leeftijd speelt een rol in het geloof. Het geloof is namelijk het hoogst onder oudere mensen. Zo gelooft 43 procent van de 68-plussers in God tegenover slechts 23 procent van mensen jonger dan 27 jaar. Het verschil lijkt in landen waar het geloof in God het minst is, het sterkst te zijn. In Frankrijk zegt acht procent van de jonge generatie in God te geloven, tegenover 26 procent van de oudere generatie. In de Verenigde Staten, waar het geloof erg sterk is, is het verschil zeer klein. Van de mensen jonger dan 28 gelooft 54 procent in de aanwezigheid van God tegenover 66 procent van de mensen ouder dan 68.

In Nederland
In het onderzoek werd ook het geloof in Nederland bestudeerd. Volgens de wetenschappers is in ons land sprake van een consistente afname van het aantal gelovigen. Iets minder dan 20 procent van de Nederlanders zou atheïst zijn. Iets meer dan 21 procent stelt niet te twijfelen aan het bestaan van God. Van de mensen die nu in God gelooft, heeft 40 procent dat altijd gedaan. Van de mensen die niet in God geloven, heeft bijna vijftig procent dat ook nooit gedaan.

Lees de volledige resultaten van alle landen in het onderzoek op NORC.


(scientias)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_111655752
16-05-2012

Sterk gecensureerd werk van Erasmus ontdekt


Met inkt, lijm en vooral onaflatende ijver ging iemand dit werk van Erasmus waarschijnlijk in de zestiende eeuw te lijf.

Medewerkers van de Thomas Fisher Rare Book Library van de universiteit van Toronto ontdekten het boek tussen de vele boeken die door een overleden professor aan de bieb waren gedoneerd. Toen ze het boek gingen catalogiseren, viel hun oog op de ijverige censuur die op het boek was toegepast.

Boek
Het draait allemaal om het boek ‘Adagiorium’ van Erasmus. Het boek stamt uit 1541 en werd in Lyon gedrukt. De uitgave op zichzelf is niet zo heel bijzonder: er zijn veel meer exemplaren van bekend. Wat deze versie wel heel bijzonder maakt, is dat deze heel sterk is gecensureerd.


Inkt en lijm. Foto: Thomas Fisher Rare Book Library.

Lijm
Er zijn pagina’s uitgehaald. En pagina’s die overbleven, zijn aan elkaar gelijmd. En dat met grote ijver. Dat blijkt wel uit het feit dat de pagina’s die aan elkaar gelijmd zijn (en dus onleesbaar werden) vaak ook nog eens met zwarte inkt zijn bewerkt. Dat is op de foto hierboven goed te zien.

Bedreiging
Wie het werk van Erasmus zo toetakelde, is onduidelijk. Er waren genoeg mensen die dachten een reden te hebben dit werk te verminken. Erasmus en zijn ideeën werden in de zestiende eeuw gezien als een bedreiging voor de katholieke kerk. In 1541 werden al zijn boeken zelfs verboden. Ook zijn al met enige regelmaat gecensureerde boeken van de grote denker teruggevonden. Maar vaak vond die censuur toch iets subtieler plaats dan in dit exemplaar.

Zelfs op de titelpagina van het boek kon degene die het boek censureerde zich waarschijnlijk niet inhouden. Daar pronkt namelijk het volgende ietwat venijnige zinnetje: ‘Erasmus, je was de eerste die de lof der zotheid schreef, dat wijst op de zotheid in je eigen natuur’.


Venijn op de titelpagina. Foto: Thomas Fisher Rare Book Library

(Scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_112044985
25-05-2012

Sedimenten helpen sterfdatum van Jezus te achterhalen



Door in sedimenten naar sporen van aardbevingen te zoeken, denken wetenschappers nu te weten in welk jaar Jezus van Nazareth gekruisigd werd.

In het bijbelboek Mattheüs is in het 27e hoofdstuk te lezen hoe Jezus door de Romeinen gekruisigd wordt en sterft. Direct na de dood van Jezus gebeurt er iets bijzonders. “En ziet, het voorhangsel des tempels scheurde in tweeën, van boven naar beneden; en de aarde beefde, en de steenrotsten scheurden,” zo schrijft Mattheüs. Het bijbelvers vormde het uitgangspunt voor de studie van de onderzoekers, zo is in het blad International Geology Review te lezen.

Sedimenten
De onderzoekers bestudeerden sedimenten afkomstig van de westkust van de Dode Zee. Aan deze sedimenten is te zien, wanneer het gebied met bevingen te maken heeft gehad. De bevingen hebben er namelijk voor gezorgd dat de sedimenten vervormd zijn. De onderzoekers vonden een vervorming die veroorzaakt was door een zware beving. De beving zou ergens in 31 voor Christus hebben plaatsgevonden. Ook vonden ze vervormde sedimenten die het resultaat waren van een beving die ergens rond het jaar 31 na Christus (met een foutmarge van vijf jaar) plaatsvond.

Exacte datum
Waarschijnlijk heeft Mattheüs het in zijn boek over die laatste beving, die dus tussen 26 en 36 na Christus plaatsvond. Om tot een exactere datum te komen, richtten de wetenschappers zich tot de bijbel en eerder onderzoek dat onder meer wetenschapper Colin Humphreys heeft uitgevoerd. De bijbel vertelt onder meer dat de kruisiging op een vrijdag plaatsvond, onder toeziend oog van Pontius Pilatus (die slechts tien jaar stadshouder van Jeruzalem was) en dat kort na de dood van Jezus het Pascha werd gevierd. De onderzoekers pakten de kalender uit die tijd erbij en ontdekten dat alle informatie samenvalt, wanneer men ervan uitgaat dat Jezus in het jaar 33 na Christus werd gekruisigd. Die datum is al vaker door wetenschappers geopperd en de sedimenten nabij de Dode Zee lijken dat nu dus te onderschrijven.

Maar de onderzoekers houden een slag om de arm. Zo is het best mogelijk dat de aardbeving niet exact met het sterven van Jezus samenviel, maar iets ervoor of erna plaatsvond. “En dat deze ‘geleend’ werd door de auteur van het evangelie van Mattheüs,” zo schrijven de onderzoekers. Mogelijk was de beving die tussen 26 en 36 na Crhistus plaatsvond sterk genoeg om vervormde sedimenten op te leveren, maar niet energetisch genoeg om in een nog steeds bestaand geschiedenisboek, anders dan de Bijbel, vermeld te worden. Als die laatste mogelijkheid klopt, zou dat betekenen dat de vermelding van de beving in het evangelie van Mattheüs een soort allegorie is.”

(scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_112413502
02-06-2012

Jezus Christus is gekruisigd op 3 april in het jaar 33


© Photonews.

Vrijdag 3 april in het jaar 33 zou de dag zijn waarop Jezus Christus aan het kruis genageld werd. Dat is volgens RKNieuws.net het resultaat van een geologisch onderzoek.

Wetenschappers waren al langer op zoek naar de precieze datum van de kruisiging van Christus, maar geen enkel ander onderzoek "kon met zoveel zekerheid een datum aanwijzen als nu".

Het resultaat komt van een geologische studie, waarvan bericht wordt in het vakblad Geology Review en op de website Christianpost.com. Zij zijn ervan overtuigd dat Jezus Christus gekruisigd werd op vrijdag 3 april in het jaar 33.

Tot die conclusie kwamen ze door de bodem van en de aardlagen onder de Dode Zee in verband te brengen met de evangelietekst van Mattheus 27. Daarin staat namelijk dat de kruisiging van Jezus gepaard ging met een aardbeving.

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_112465814
quote:
0s.gif Op maandag 4 juni 2012 08:46 schreef ExperimentalFrentalMental het volgende:
02-06-2012

Jezus Christus is gekruisigd op 3 april in het jaar 33

[ afbeelding ]
© Photonews.

Vrijdag 3 april in het jaar 33 zou de dag zijn waarop Jezus Christus aan het kruis genageld werd. Dat is volgens RKNieuws.net het resultaat van een geologisch onderzoek.

Wetenschappers waren al langer op zoek naar de precieze datum van de kruisiging van Christus, maar geen enkel ander onderzoek "kon met zoveel zekerheid een datum aanwijzen als nu".

Het resultaat komt van een geologische studie, waarvan bericht wordt in het vakblad Geology Review en op de website Christianpost.com. Zij zijn ervan overtuigd dat Jezus Christus gekruisigd werd op vrijdag 3 april in het jaar 33.

Tot die conclusie kwamen ze door de bodem van en de aardlagen onder de Dode Zee in verband te brengen met de evangelietekst van Mattheus 27. Daarin staat namelijk dat de kruisiging van Jezus gepaard ging met een aardbeving.

(HLN)
Pure onzin.
pi_115502443
06-08-2012

Op zoek naar Bijbelse koninkrijken

Is er in de Israëlische bodem iets te vinden dat met zekerheid bevestigt dat de glorieuze verhalen van de Bijbel op waarheid berusten? Nee. Sterker nog, er is, voor de periode vóór 800 v.Chr., een lelijke tegenspraak tussen onze geschreven bronnen en de vondsten. Wat kan je als archeoloog in zo’n geval doen?


Fragment van de Hebreeuwse Bijbel (Oude Testament)

De bronnen, die zijn verzameld in de Bijbel, beschrijven het glorieuze koninkrijk van de koningen David en Salomo, dat later uiteenviel in twee kleinere staatjes: Israël in het noorden en Juda in het zuiden. Archeologisch is er van dat glorieuze koninkrijk tot nu toe niets met zekerheid geïdentificeerd.

Er is wel een inscriptie die bewijst dat David heeft bestaan, maar je zou van een groots koninkrijk, zoals beschreven in de Bijbel, verwachten dat je eens een briefje opgraaft, met daarop een datering als ‘in het zesde jaar van koning David’. Elke vierkante meter in Israël is inmiddels honderd keer omgespit, en zo’n briefje is er domweg niet.

Je kunt nu twee dingen doen. De ene methodische keuze staat bekend als maximalisme: je neemt aan dat de teksten betrouwbaar zijn, tenzij je archeologische aanwijzingen hebt voor het tegendeel (de betrouwbaarheid van de tekst is maximaal). Dit is de benadering die Jan Blokker en zijn zonen kozen in hun bijbelse geschiedenis Er was eens een God. De andere methode heet minimalisme: je neemt aan dat de teksten niet betrouwbaar zijn, tenzij je archeologische bevestiging vindt (de betrouwbaarheid van de tekst is minimaal).

Bijbelse aanwijzingen
Wat betekent dit concreet? Veel draait om de vraag of we een archeologische chronologie kunnen opstellen die overeenkomt met het verhaal van de Bijbel. En dat draait, in de praktijk, eigenlijk vooral om twee deelvragen:

- Is er bewijs voor de Intocht? Volgens de Bijbel ging de intocht van het volk Isräel in het beloofde land gepaard met grote verwoestingen. treffen we op het juiste moment in de juiste steden hiervan sporen aan?

- Is er bewijs voor monumentale architectuur ten tijde van koning David en Salomo?

Het gaat dus steeds om de vergelijking van de Bijbelse en de archeologische chronologie. Komen die tweemaal overeen, dan hebben de maximalisten gelijk. Worden beide vragen met nee beantwoord, dan wordt het lastig de verhalen over David en Salomo nog anders dan als legenden te lezen.


De Tempel van Salomo zou op de Tempelberg hebben gestaan. Omdat er geen archeologische opgravingen op deze heilige plek gedaan mogen worden is er nooit archeologisch bewijs voor de tempel gevonden. Afbeelding: © wikimedia commons

De relevante bijbelse chronologie is te vinden in de boeken 1 en 2 Koningen, waarin de geschiedenis van Juda en Israël wordt beschreven. De regeringslengtes van de heersers worden eveneens vermeld, en door die bij elkaar op te tellen en rekening te houden met wat co-regentschappen, kunnen we vaststellen dat het eenheidsrijk van koning Salomo rond 930 v.Chr. uiteen is gevallen.

Vijf jaar na de dood van Salomo deed de Egyptische farao Shoshenq een inval in Juda en Israël (1 Koningen 14.25-28). Omdat Shoshenq inderdaad ruwweg in deze tijd regeerde, hebben we een ruwe bevestiging van het jaar 930, dat voor ons verdere betoog van cruciaal belang zal zijn.

De Bijbel geeft nog meer chronologische aanwijzingen. Eén daarvan is dat koning Salomo veertig jaar regeerde (1 Koningen 11.42); een ander is dat hij de tempel van Jeruzalem voltooide in zijn vierde regeringsjaar en dat dit 480 jaar na de Uittocht uit Egypte was
(1 Kon. 6.1); en tot slot zwierven de vluchtelingen veertig jaar door de woestijn. In schema:

930 Ontstaan van de twee koninkrijken
931 Dood van Salomo
967 Tempelbouw
970 Begin van de regering van Salomo
1407 Intocht
1447 v. Chr. Uittocht


Mogelijke route van de uittocht door de woestijn en de intocht van het Joodse volk in de Kanaän.

Omdat het gebied, destijds Kanaän geheten, rond 1400 aantoonbaar was onderworpen aan Egypte, kan de Intocht echter niet rond die tijd hebben plaatsgevonden. Al heel lang wordt de oplossing gezocht in de aanname dat de Intocht in feite plaatsvond aan het begin van de twaalfde eeuw v. Chr. Ook in niet-Bijbelse teksten zijn daarvoor aanwijzingen te vinden. Een Intocht in het eerste kwart van de twaalfde eeuw is een hele redelijke hypothese, en de discussie spitst zich nu toe op twee vragen:

- Is er bewijs voor de Intocht? Met andere woorden: treffen we in de eerste helft van de twaalfde eeuw in de juiste steden sporen van verwoesting?

- Is er bewijs voor monumentale architectuur ten tijde van koning David en Salomo? Met andere woorden: zijn er monumentale resten van voor 930?

Hoewel er boeken bestaan met titels als Und die Bibel hat doch recht, heeft de ontwikkeling van de archeologie van Israël deze aanname vooral geproblematiseerd. Illustratief is de onlangs afgeronde opgraving ten zuiden van de Tempelberg in Jeruzalem, waar Eilat Mazar van de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem de resten van een groot gebouw heeft gevonden, met opvallend zware funderingen.


De ‘lage stone structure’ in Jerusalem. Afbeelding: © Jona Lendering

Deze ‘large stone structure’ staat op de plaats die in de Bijbel wordt aangeduid als die van het paleis van David en Salomo. Maar is het ook het paleis van die koningen, of is het later gebouwd en heeft de auteur van het betreffende Bijbelgedeelte het ten onrechte zo genoemd?

Aardewerk dateren
Om die vraag te beantwoorden ga je kijken naar het gevonden aardewerk. Deze vondstcategorie is makkelijk te dateren omdat antieke pottenbakkers bepaalde modes volgden. Het blijkt nu dat het aardewerk uit Jeruzalem behoort tot een soort die bekendstaat als IJzer IIa.

De door Mazar geraadpleegde catalogus dateert deze aardewerksoort na ongeveer 1000-980 v.Chr.(‘hoge chronologie’), wat betekent dat de ‘large stone structure’ er al kan hebben gestaan in de tijd van koning Salomo. Zo staat het ter plekke ook op de uitlegborden – maar met een opmerking dat “other scholars contest this view”.

Om de kritiek te begrijpen moeten we onder andere kijken naar dateringen v de C-methode. Volgens de al genoemde archeoloog Israel Finkelstein begon het IJzer IIa niet meer ergens tussen 1000 en 980, maar rond 900 (‘lage chronologie’).

Dit wil dus zeggen dat gebouwen als die in Jeruzalem niet gebouwd kunnen zijn door Salomo, wiens regering immers rond 930 ten einde liep. Misschien heeft een latere heerser de large stone structure gebouwd. In elk geval bewijst de toeschrijving aan Salomo dat de auteurs van het betreffende deel van de Bijbel weinig wisten van het verleden en dat het minimalisme de slimmere methode is.

Hoe kunnen we nu weten hoe oud het gevonden aardewerk daadwerkelijk is? Beide partijen zijn het erover eens dat 14C-dateringen de beste manier zijn om de aardewerkchronologie te ijken. 14C-datering kan alleen op organisch materiaal worden toegepast. Je kan dus graanresten die in de buurt van aardewerk gevonden zijn dateren, al moeten we wel bedenken dat het graan en het aardewerk niet noodzakelijkerwijs even oud zijn. Het aardewerk kon immers al jaren oud zijn voor het graan erin werd gestopt.

Het moment waarop IJzer IIa begint is dus buitengewoon belangrijk maar het probleem is ook buitengewoon complex. Dat wordt ook van alle kanten erkend, en beide kampen geven ook wel aan elkaar toe. De onderzoekers zijn het weliswaar grondig oneens, maar ze zijn in dialoog met elkaar.

Aanhangers van de hoge chronologie erkennen inmiddels dat de grens van 1000-980 ook wel een generatie later kan liggen, dus rond 970-950; omgekeerd zijn de aanhangers van de lage chronologie ook wat opgeschoven, en komen zij nu op 930.

Twee toppen
Hoe kan het nu dat de C-14 methode geen definitief antwoord geeft? Finkelstein legt in een artikel uit hoe de vork volgens hem in de steel zit. Anders dan de benaming suggereert, zijn 14C-dateringen geen dateringen. Het zijn waarschijnlijkheden. Als je verschillende dateerbare vondsten hebt, kun je de waarschijnlijkheden combineren.

Je zou hebben gehoopt dat de gecombineerde waarschijnlijkheden een kansverdeling zouden hebben opgeleverd met één, liefst duidelijke top, die aangeeft wanneer IJzer IIa precies begon. Maar, alsof de duvel d’r mee speelt, het eindresultaat heeft twee toppen.



Dit plaatje verklaart een hoop. Om te beginnen blijkt dat de aanhangers van de hoge chronologie gelijk hadden toen ze van 1000-980 opschoven richting 970. De datum die ze kozen voor de overgang, is consistent met de linkertop van dit schema. Ook blijkt dat de aanhangers van de lage chronologie gelijk hadden toen ze opschoven van 900 naar 930. Dat correspondeert met de rechtertop van dit schema.

En je zou kunnen zeggen dat de rechtertop nét iets waarschijnlijker is dan de linker – ergo, de lage chronologie is het meest plausibel, gebouwen als de ‘large stone structure’ dateren van ná Salomo, de Bijbelse toeschrijving aan hem is onjuist en de minimalisten hebben de betere argumenten.

Er zitten allerlei technische haken en ogen aan deze analyse, maar voor nu zullen we het erbij laten dat de aanhangers van de lage chronologie en de minimalisten vóór staan, ook al is het niet overtuigend en is laatste woord er nog niet over gezegd.

Chaos en Zeevolken
Hoe zit het met bewijs voor de Intocht? Zoals gezegd is de bijbelse chronologie, met een intocht rond 1400, onmogelijk te verdedigen omdat de Egyptische farao op dat moment ook over Kanaän regeerde. Hebreeuwse slaven zullen niet gauw zijn weggelopen uit Egypte om zich elders in het Egyptische rijk te vestigen. De oplossing was dat men de Intocht verplaatste naar het moment waarop het Egyptische gezag begon te tanen.

Dit is voor het eerst geopperd door W.F. Albright, de vader van wat men destijds ‘bijbelse archeologie’ noemde. Ten tijde van farao Ramses III (r. 1184-1152) werd Egypte aangevallen door de zogenaamde Zeevolken, waarvan sommige over het water kwamen en andere over het land. Hun aankomst zou de oorzaak zijn geweest van grote veranderingen.


Ramses III slaat de Zeevolken neer. Egyptisch relief op tempelwand. Afbeelding: © wikimedia commons

Ramses claimt ze te hebben verslagen in 1175. Hij zou echter misschien een veldslag hebben gewonnen, was de redenering, maar een van de groepen zwervende plunderaars bemachtigde toch land in Kanaän. Deze Peleset zijn bekender als Filistijnen en gaven uiteindelijk hun naam aan Palestina. De ondergang van het Egyptische gezag leidde tot chaos en schiep ruimte voor nieuwe nomadenvolken, zoals de Hebreeën, om zich als boeren te vestigen in het bergland.

Haar elegantie maakt deze lezing aantrekkelijk, maar er zijn wat voetangels en klemmen. Om te beginnen is er weinig bewijs voor de gewelddadige verwoesting van de steden die in de Bijbel worden genoemd. Zeker, in Jericho zijn ingestorte muren gevonden, maar op het moment dat de Hebreeën de stad zouden hebben ingenomen, lagen die muren er al een eeuw of tien.

Een tweede probleem is dat als de Hebreeën zich vestigden in het gebied, je veranderingen zou verwachten in de materiële cultuur. Die ontbreken. De nederzettingen in het bergland hebben bijvoorbeeld hetzelfde soort aardewerk als de oude, door de Egyptenaren bestuurde steden.

Er lijkt iets heel anders te zijn gebeurd: de Egyptische steden werden verlaten in de tweede helft van de twaalfde eeuw. Het kustgebied kwam vrij en werd overgenomen door de Filistijnen. Hun aankomst is dus niet de oorzaak van de chaos, maar het gevolg daarvan. Het is bovendien interessant te zien wat er in het bergland gebeurde.

Daar neemt na het midden van de twaalfde eeuw het aantal bekende boerennederzettingen sterk toe. Deels zal het gaan om boeren die ooit in de door de Egyptenaren bestuurde steden woonden, deels zal het gaan om nomaden die hun eigen graan gingen verbouwen nu ze het niet langer in de stad konden kopen.

De maximalist, die het verhaal uit de geschreven teksten accepteert tenzij er archeologische aanwijzingen zijn voor het tegendeel, raakt nu toch echt in de problemen. Sowieso moest hij de Intocht enkele eeuwen later dateren dan de Bijbel suggereert, maar zelfs het idee om het Bijbelverhaal uit zijn chronologische context te halen en te plaatsen in de chaos die de Zeevolken hadden veroorzaakt, blijkt niet houdbaar omdat de Zeevolken geen chaos hebben veroorzaakt. Er zijn steden verwoest, maar het zijn – op één na – niet de in de Bijbel genoemde steden.

Hazor
Toch kan de minimalist nog geen victorie kraaien. Eén stad lijkt wel op het juiste moment te zijn verwoest. Dat is Hazor, en dat is niet de minste stad. De farao lijkt de koning van Hazor te hebben beschouwd als zijn onderkoning in Kanaän, het hoofd van de andere stadstaatjes. Dit staat ook in de Bijbel (Jozua 11: 10-11). Er moeten ongeveer 30.000 mensen hebben gewoond.


Uitzicht over de vallei vanaf de ruïne van Hazor, Israel Afbeelding: © Jona Lendering

De stad Hazor is compleet verwoest. De enorme voorraad olijfolie in het paleis en het cederhouten dak moeten zo’n gigantische brand hebben veroorzaakt dat de tichelstenen van de muren bikkelhard werden, waardoor de verbrande muren nog altijd zo’n anderhalve meter hoog staan. De volgende bewoners waren nomaden, die geen huizen bouwden maar wel putten groeven om afval in te dumpen en voorraden in op te slaan.

De aandachtige lezer herkent inmiddels het al behandelde archeologische probleem: de kuil zelf ligt in het stratum van de Late Bronstijd, maar de voorwerpen zijn jonger. Hoeveel jonger is moeilijk uit te maken. We weten niet hoeveel tijd is verstreken tussen de brand en de aankomst van de nomaden.

Onlangs werden er graanresten gevonden in Hazor, organisch materiaal dat dateerbaar is volgens de 14C-methode. Het werd gedateerd op 1300 v. Chr en de betrokken archeologen zien dat als een bewijs dat de verwoesting plaatsvond tijdens de Intocht van het volk van Israel, precies zoals het Oude Testament volgens hen voorschrijft.


Uitzicht over de vallei vanaf de ruïne van Hazor, Israel Afbeelding: © Jona Lendering

Maar dat is dus echt onzin. De Bijbel dateert de gebeurtenis een eeuw eerder en archeologisch is er pas een plek voor de Intocht ná 1150. Een datering rond 1300 kan van alles zijn, maar géén Intocht.

De verwoesting van Hazor in 1300 v.Chr. ±50, zal een andere verklaring moeten hebben.

- De stad kan zijn ingenomen door de bewoners van een andere Bronstijdstad, zoals Megiddo of Beth Shean. De Amarna-brieven bevatten verwijzingen naar onrust, hoewel de Egyptische macht onaangetast is.

- Een Hittitisch leger kan zijn doorgebroken naar het zuiden.

- Een Egyptisch leger wilde de orde herstellen. Farao’s als Horemheb (rond 1300) en Ramses II (na 1279) zijn mogelijke kandidaten.

- En dan is er ook nog de doodsimpele verklaring dat we te maken hebben met een gewone stadsbrand, waarvan er in de voorindustriële wereld dertien in een dozijn gingen en waarvoor je helemaal geen vijanden nodig hebt.
De vernietiging van Hazor lijkt dus geenszins op een bewijs dat er een Intocht heeft plaatsgevonden.

Al met al lijkt het erop dat minimalisme (de teksten zijn onbetrouwbaar tenzij je archeologisch bewijs vind) de betere benadering is voor de archeologie van Israël. De lage chronologie voor de overgang van IJzer I naar IJzer IIa is geschikter dan de hoge, zodat enkele monumentale gebouwen die werden opgevat als bewijs voor het glorieuze rijk van koning Salomo, uit zicht verdwijnen. Ook is de Intocht ondanks lang zoeken nog altijd niet in het bodemarchief terug te vinden.

Jona Lendering is oud-historicus en werkt voor Livius Onderwijs. Oikos, De Nederlandse onderzoeksschool van classici en oudhistorici, onderscheidde hem in 2010 voor zijn werk als popularisator.

Dit achtergrondartikel is een ingekorte versie van een uitgebreider artikel over de archeologie van Israël op het weblog van Jona Lendering.

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_118449493
25-10-2012

Amerikaanse filosoof Paul Kurtz overleden


© ap.

De wereldvermaarde filosoof, scepticus en seculiere humanist Paul Kurtz is op 86-jarige leeftijd overleden, meldt de krant New York Times.

Kurtz doceerde filosofie aan de Universiteit van Buffalo en was de voorzitter van de door hem gestichte uitgeverij Prometheus Books.

De 'vader van het seculiere humanisme' propageerde een denken dat op feiten is gebaseerd en niet op geloof, alsmede een ethisch systeem dat losstaat van religie.

Kurtz was ook oprichter van CSICOP, een wereldwijd zeer invloedrijke sceptische vereniging met prominente leden als Karl R. Popper, Isaac Asimov, Richard Dawkins, en een reeks Nobelprijswinnaars. Bedoeling ervan is pseudowetenschap de das om te doen.

De wetenschapper overleed zaterdag in zijn woning in Amherst (New York).

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_120199326
11-12-2012

Leven we in een computersimulatie? Dat is na te gaan!


Wat is er op de afbeelding hierboven te zien? De rode kegel laat zien wat we zouden zien als ons universum geen simulatie is. Als er wel sprake is van een simulatie, zien we het blauwe oppervlak.

Bijna tien jaar geleden opperde een Britse filosoof dat het universum waarin we leven wellicht één grote computersimulatie is, die gerund wordt door onze nakomelingen. Maar ja, hoe kunt u achterhalen of dat klopt? Wetenschappers hebben nu een manier gevonden.

Het is even ingewikkeld als fascinerend: het idee dat filosoof Nick Bostrom in een paper in 2003 naar voren bracht. Hij bedacht in het paper dat zeker één van de drie volgende mogelijkheden waar is:

1. De menselijke soort sterft waarschijnlijk uit voordat we de fase van posthumans bereiken. (Posthumans zijn een soort verbeterde versies van de huidige mensen: het zijn – volgens één van de definities van het begrip – mensen met ongeëvenaarde intellectuele, lichamelijke en psychische mogelijkheden, zelf-programmerende, zelfstandig en onafhankelijk handelende, potentieel onsterfelijke, ongelimiteerde individuen).
2. Het is zeer onwaarschijnlijk dat een posthuman-beschaving een significant aantal simulaties van haar evolutionaire geschiedenis uitvoert.
3. Het is bijna zeker dat we in een computersimulatie leven.

Ook stelde Bostrom dat het idee dat er een significante kans is dat we op een dag posthumans worden die simulaties omtrent hun voorouders uit laten voeren, niet klopt, tenzij we op dit moment in een simulatie leven.

Simulatie
Maar hoe kunnen we toetsen of het wilde idee dat we wellicht in een computersimulatie leven, klopt? Daarvoor moeten we zelf een simulatie uitvoeren, zo schrijven onderzoekers van de universiteit van Washington. En wel een simulatie van een groot deel van ons universum. En tijdens zo’n simulatie, kunnen we op eigenschappen stuiten die erop wijzen dat we inderdaad in een computersimulatie leven.

Computerkracht
Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan: het zal waarschijnlijk nog decennia duren voordat we in staat zijn om een simulatie van ons universum uit te voeren en dan zal die simulatie nog bijzonder primitief zijn. Supercomputers van vandaag de dag gebruiken een techniek die ook wel lattice quantum chromodynamics wordt genoemd en gebruiken fundamentele wetten uit de fysica om het universum te stimuleren. Maar zij kunnen maar een piepklein stukje van het universum stimuleren: een stukje kleiner dan de kern van een atoom. In andere woorden: we missen de computerkracht om zulke simulaties uit te voeren en dus kunnen we het idee van Bostrom op deze manier niet toetsen.

Kleine schaal
Maar daarmee is de kous niet af. Wetenschappers van de universiteit van Washington suggereren namelijk dat het wel mogelijk is om – nu of in de nabije toekomst – tests uit te voeren die sporen van de computersimulatie waarin we wellicht leven, kunnen blootleggen. Zo kunnen er in huidige simulaties sporen van zo’n computersimulatie worden aangetroffen die we in de verre toekomst waarschijnlijk ook op grotere schaal, in grotere simulaties gaan aantreffen.

Raster
De supercomputers van vandaag de dag die de techniek lattice quantum chromodynamics toepassen, verdelen de ruimtetijd in een vierdimensionaal raster en stellen onderzoekers zo in staat om de sterke kernkracht – één van de vier fundamentele natuurkrachten, en de kracht die subatomische deeltjes samenbindt en er neutronen en protonen van maakt – te bestuderen. “Als je de simulaties groot genoeg maakt, zou er zoiets als een universum moeten ontstaan,” stelt onderzoeker Martin Savage. Dan zou het een kwestie zijn van zoeken naar sporen die erop wijzen dat we in een computersimulatie leven. Hoe zo’n spoor er uit zou kunnen zien? Nou, bijvoorbeeld als een beperking van de energie van kosmische straling. In het paper stellen de onderzoekers voor dat de kosmische straling met de meeste energie zich in deze simulaties – wanneer we werkelijk in een computersimulatie leven – heel anders zou gedragen dan verwacht. Deze straling zou bij voorkeur langs de assen van het rooster glijden en dus niet in alle richtingen even sterk de interactie met elkaar aan gaan, zoals onderzoekers verwachten. Sterker nog: we zouden zo de oriëntatie van het rooster waarop ons universum gesimuleerd wordt, kunnen achterhalen.

Het is voor het eerst dat onderzoekers met een manier komen om te toetsen of het idee van Bostrom klopt. Of hun aanpak gaat werken? Dat is nog even twijfelachtig. Aan deze aanpak gaan namelijk een aantal aannames vooraf. Wie zegt bijvoorbeeld dat het rooster er werkelijk zo uitziet als deze onderzoekers in hun paper stellen? Mochten de onderzoekers het wel bij het juiste einde hebben, dan zouden we op korte termijn in staat moeten zijn om vast te stellen of we in een computersimulatie leven. En als dat het geval blijkt te zijn, gaat er een wereld aan mogelijkheden open. Want wellicht is de computersimulatie waarin wij leven niet de enige: misschien worden er op dit moment nog wel meer uitgevoerd. In dat geval zouden er dus parallelle universa gecreëerd worden. Onderzoeker Zohreh Davoudi: “Dan is de vraag: kunnen we met deze andere universa communiceren, wanneer deze op hetzelfde platform worden uitgevoerd?”

(scientias.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_122201710
28-01-2013

Duitse geleerde Jürgen Habermas krijgt Erasmusprijs 2013

Duitse geleerde Jürgen Habermas heeft de Erasmusprijs 2013 toegekend gekregen. Dat heeft de Nederlandse organisatie, de Stichting Praemium Erasmianum, bekendgemaakt. Aan de prijs is een bedrag van 150.000 euro verbonden.

"Jürgen Habermas is al ruim 50 jaar een van de belangrijkste denkers op het grensvlak van sociologie, filosofie en politiek. In zijn denken staan de democratie en de betrokkenheid van de burgers centraal. Hij is scherp en kritisch in zijn politieke analyses maar tegelijkertijd optimistisch over de toekomst van een democratisch Europa", verklaart de organisatie de prijs voor Habermas.

De Erasmusprijs heeft dit jaar het thema "de toekomst van de democratie". De prijs wordt jaarlijks toegekend aan iemand die een belangrijke bijdrage heeft geleverd op cultureel, sociaal of sociaal-wetenschappelijk gebied.

De prijsuitreiking is op een nog te bepalen datum in het najaar.

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_123357255
25-02-2013

Hoe de paus de baas werd

‘Ecclesia Romana semper habuit primatum’

Deze week zal Benedictus XVI, paus en bisschop van Rome, aftreden. Al eeuwen is het zo dat wie de Heilige Stoel in het Vaticaan bezet, de onbetwiste leider van de Rooms-Katholieke kerk is. Maar de kerk heeft vele bisschoppen. Waarom is juist die van Rome zo machtig geworden? Lange politieke strijd en vervalste documenten hebben de paus een waar monopolie in geloofszaken gegeven…


De apostel Petrus.

wikimedia commons
Wanneer de Rooms-Katholieke kerk van leider wisselt maakt dat ook anno 2013 indruk, zowel binnen als buiten het katholieke geloof. Allerlei eeuwenoude rituelen en symboliek moeten de toeschouwer duidelijk maken dat het hier om iets gewichtigs gaat. Elke katholiek kan dit bevestigen. In die godsdienst is de paus (Latijn: ‘papa’, vadertje) namelijk de rechtstreekse ‘tussenpersoon’ van God. Letterlijk de Pontifex: ‘bruggenbouwer’ tussen hemel en aarde.

De autoriteit die die functie meebrengt ontleent de Paus tot op de dag van vandaag onder andere aan de ‘Liber Pontificalis’, het Boek der Pausen. Het is een serie levensbeschrijvingen van de vroegste pausen tot in de negende eeuw, te beginnen met de allereerste paus, de apostel Petrus. Dit belangrijke boek is vermoedelijk in de zesde eeuw na Christus ontstaan. Daarin staat te lezen dat Petrus door Jezus zelf uitverkoren was als de eerste leider van de Christelijke kerk. Al zijn opvolgers – de huidige paus Benedictus XVI als laatste in dat rijtje – zijn rechtstreekse opvolgers.

Petrus: de Rots
Volgens de Bijbel noemde Jezus zijn apostel Simon ‘de rots (’Kefas’ in het Aramees, ‘Petros’ in het Grieks) waarop hij zijn kerk zou bouwen’ en kreeg hij de sleutels van het koninkrijk van de hemel. De twee sleutels zijn nog altijd het symbool van de paus. In het evangelie van Johannes noemt Jezus hem zelfs als zijn opvolger. Volgens de Christelijke traditie – al staat het niet in de Bijbel – stierf Petrus de marteldood in Rome door zich uit respect voor Jezus ondersteboven te laten kruisigen.

[img] http://www.kennislink.nl/system/files/000/166/871/large/Sleutels_van_Petrus.jpg?1361788752[/img]
Jezus geeft de sleutels aan Petrus. Fresco van Pietro Perugino in de Sixtijnse Kapel.
wikimedia commons

Of deze Petrus ooit echt in Rome is geweest en daar de leiding heeft genomen over de vroege Christelijke gemeenschap is echter nogal onduidelijk. In ieder geval is wel bekend dat de vroegste Christelijke gemeenschappen helemaal niet bekend waren met een centrale leider of het begrip paus. Ze waren losjes georganiseerd omdat de eerste Christenen in de veronderstelling leefden dat Jezus snel terug zou komen op aarde. Pas toen rond het begin van de tweede eeuw bleek dat die terugkeer nog wel even op zich liet wachten ontstond de behoefte aan meer hiërarchie en organisatie.

Er ontstonden lokale leiders in de vorm van bisschoppen (Latijn: Episcopus, toezichthouder). Terwijl de gemeenschappen groeiden en de Christelijke heilsleer zich door het steeds instabieler wordende Romeinse Rijk verspreidde, kregen de bisschoppen steeds meer macht en invloed. Maar de bisschop van Rome had nog geen bijzondere positie. Op de eerste grote kerkvergadering, in het jaar 325 georganiseerd door keizer Contstantijn de Grote, was hij niet eens aanwezig.

Tegen het einde van de vierde eeuw veranderde dat. Constantijn had zich als eerste Romeinse keizer tot het Christendom bekeerd. Veel van zijn latere opvolgers zagen in dat het Romeinse Rijk voor zijn politieke stabiliteit afhankelijk was van de steun van de Christenen. Verschillende Romeinse keizers stelden geld ter beschikking om voor de bisschop in de hoofdstad Rome kerken en paleizen te bouwen.


Paus Leo I houdt de Hunnen tegen, detail van basrelief in de Sint-Pieterskerk.
wikimedia commons

Verdediger van de stad
Toen in 395 n. Chr. het Romeinse Rijk definitief werd opgedeeld in een oostelijk en westelijk deel en de macht van de West-Romeinse keizer daarna snel afnam, was het steeds vaker de bisschop van Rome die de leiding nam als de stad verdedigd moest worden tegen barbaarse volken. Zo verdedigde paus Leo I in 452 de stad tegen een aanval van de Hunnen.

Leo I, die in zijn strijd tegen dit soort vreemde stammen van de wereldlijke macht geproefd had, legde ook nog maar eens uit waarom de bisschop van Rome de belangrijkste was: In vele van zijn brieven en geschriften haalt hij de evangelieteksten over Petrus aan. Petrus was door Jezus immers aangewezen als opvolger en stierf in Rome.

Wie durfde te betwijfelen dat de macht bij de paus in Rome lag, bracht zijn eigen zielenheil in het grootste gevaar. “Ecclesia Romana semper habuit primatum” (De kerk van Rome heeft altijd het primaat) was zijn krachtige lijfspreuk. Om zijn verbintenis met Petrus kracht bij te zetten liet hij zich als eerste paus bijzette in de Sint-Pietersbasiliek, die eerder in opdracht van Constantijn was gebouwd op de plek van het (vermeende) graf van Petrus. Een traditie die nog altijd voortduurt.


Paus Gregorius de Grote met de duif die hem volgens de legende de beroemde kerkzang influisterde.

De opvolgers van Leo I gingen daarna door met het versterken van de macht van de bisschop van Rome. Paus Gelasius I (492-496) noemde zich voor het eerst pontifex. Een toespeling op de grote Romeinse keizers van weleer die zichzelf Pontifex Maximus (grootste bruggenbouwer) noemden, om te onderstrepen dat ook zij een rechtstreekse band met de Romeinse goden hadden.

Gregorius I, bijgenaamd de Grote, verdedigde in 568 wat over was van het Romeinse Rijk – niet veel meer dan het noordelijke deel van het Italische schiereiland – tegen de Longobarden. Hij legde de basis van de Pauselijke Staat, gebieden waar de paus als soeverein wereldlijk heerser erkend werd. Tegenwoordig is daarvan alleen nog Vaticaanstad over. Paus Gregorius de Grote zou de bedenker zijn van de beroemde gregoriaanse kerkzang die hem door een duif zou zijn ingefluisterd.

Geknutseld document
Ondertussen was ook op kerkvergaderingen (concilies) steeds vaker een punt van strijd wie het laatste woord had bij religieuze vraagstukken. Kwesties over het geloof hadden in de oudheid tenslotte ook altijd een sterke politieke kant. Had de wereldlijke vorst (koningen en keizers) of de bisschop het voor het zeggen? Het was een strijd die tot ver in de middeleeuwen door zou gaan.

In de achtste eeuw knutselde de pauselijke curie een document in elkaar om te bewijzen dat dat recht de bisschop van Rome toekwam. Met dat document, bekend als de Constantijnse schenking, zou keizer Constantijn in de derde eeuw die beslissingsbevoegdheid hebben overgedragen aan de toenmalige paus Sylvester I, omdat hij hem van melaatsheid zou hebben genezen. Pas in de vijftiende eeuw toonde de Italiaanse humanist Lorenzo Valla na vergelijking met andere bronnen aan dat het een vervalsing betrof.


Sylvester I geneest Constantijn van melaatsheid. Muurschildering in de Santi quattro coronati in Rome.
wikimedia commons

Ondanks dat de bisschoppen van Rome steeds vaker een primaire positie opeisten, stelde een grote kerkvergadering in 691 nog dat vijf bisschoppen van belangrijke steden, de patriarchen, een ‘erepositie’ hadden binnen de Christelijke wereld. Naast Rome was dat de bisschop van Constantinopel, Alexandrië, Antiochië en Jeruzalem. Officieel waren zij allen gelijkwaardig.

Machtsvacuüm
Maar door de oprukkende Islam in het oosten verminderde de macht en het aanzien van de patriarchen van Alexandrië, Antiochië en Jeruzalem al snel. In Constantinopel hield de Byzantijnse keizer veel macht in handen. Maar de bisschop van Rome bevond zich na de ondergang van het West-Romeinse rijk in een machtsvacuüm en kon zijn bevoorrechte positie ook echt omzetten in macht.

Vroeg-middeleeuwse pausen deden dat dan ook volop. In de achtste eeuw werd Rome een echte pauselijke stad vol nieuwe kerken, symboliek en openbare rituelen. Omdat de paus inmiddels werkelijk een hoop macht had deden vorsten als Karel de Grote hier graag aan mee.


Duizenden mensen wachten op het Sint-Pietersplein op witte rook: het teken dat een nieuwe paus gekozen is.

De vaste basis van de macht van de paus was in de achtste eeuw wel gelegd. Maar de strijd rond het pausdom ging in de middeleeuwen en de vroeg-moderne tijd volop door. De zogenaamde investituurstrijd, een jaren durende politieke controverse tussen de paus en de keizer over wie het recht had bisschoppen te benoemen, is daarvan het bekendste voorbeeld.

Dat de paus voor heel veel mensen nog altijd een autoriteit is zal ook op 28 februari weer blijken. Dan zal Benedictus XVI, de 256e paus van de Katholieke kerk, aftreden. Het wachten is daarna op witte rook uit de schoorsteen van de Sixtijnse Kapel, dat is het teken dat de kardinalen het eens zijn over wie hun nieuwe leider wordt. God heeft dan weer een nieuwe opvolger voor de apostel Petrus aangewezen.

Bronnen:
Frans Willem Lantink en Jeroen Koch (red.), De paus en de wereld. Geschiedenis van een instituut (Boom Uitgevers, 2012)
John Julius Norwich, De pausen, een geschiedenis (Uitgeverij Bert Bakken, 2011)

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  woensdag 6 maart 2013 @ 13:47:52 #94
38496 Perrin
Toekomst. Made in Europe.
pi_123700455
quote:
Was Wittgenstein Right?

The singular achievement of the controversial early 20th century philosopher Ludwig Wittgenstein was to have discerned the true nature of Western philosophy — what is special about its problems, where they come from, how they should and should not be addressed, and what can and cannot be accomplished by grappling with them. The uniquely insightful answers provided to these meta-questions are what give his treatments of specific issues within the subject — concerning language, experience, knowledge, mathematics, art and religion among them — a power of illumination that cannot be found in the work of others.

Admittedly, few would agree with this rosy assessment — certainly not many professional philosophers. Apart from a small and ignored clique of hard-core supporters the usual view these days is that his writing is self-indulgently obscure and that behind the catchy slogans there is little of intellectual value. But this dismissal disguises what is pretty clearly the real cause of Wittgenstein’s unpopularity within departments of philosophy: namely, his thoroughgoing rejection of the subject as traditionally and currently practiced; his insistence that it can’t give us the kind of knowledge generally regarded as its raison d’être.
Vóór het internet dacht men dat de oorzaak van domheid een gebrek aan toegang tot informatie was. Inmiddels weten we beter.
  woensdag 10 april 2013 @ 13:59:01 #95
38496 Perrin
Toekomst. Made in Europe.
pi_125111013
quote:
One of Us

These are stimulating times for anyone interested in questions of animal consciousness. On what seems like a monthly basis, scientific teams announce the results of new experiments, adding to a preponderance of evidence that we’ve been underestimating animal minds, even those of us who have rated them fairly highly.
Vóór het internet dacht men dat de oorzaak van domheid een gebrek aan toegang tot informatie was. Inmiddels weten we beter.
  donderdag 11 april 2013 @ 20:36:54 #96
38496 Perrin
Toekomst. Made in Europe.
pi_125168549
quote:
'Onze economie is een schuldfabriek'

Meer dan een half decennium duurt de economische depressie nu, beter bekend als De Crisis. Het begon toen Amerikaanse banken in 2007 in de problemen kwamen door onvoldoende gedekte hypotheken. Daarna ging het snel. Door de sterke mondiale verwevenheid van het financiële verkeer kwamen als in een sneeuwbaleffect tal van Westerse banken en uiteindelijk ook de Euro zelf in de problemen. En nog altijd zitten we met de vraag hoe het allemaal zo ver heeft kunnen komen. En of de schuldigen, voor zover aanwijsbaar, ook inderdaad wel de boete betalen.

Deze maand gaan tal van filosofen zich een maand lang over Schuld en Boete buigen in de Maand van de Filosofie. Ik ben benieuwd. Want intussen zijn er al heel wat schuldigen aangewezen van bankiers tot falende toezichthouders, Brussel, corrupte Grieken, en malafide Russen. Ik houd het voorlopig op de Sirenen. En dan bedoel ik niet die halfnaakte meisjes zelf op billboards en in reclamefolders. Die frêle meisjes zijn slechts huurlingen van een illusie die verkocht wordt. En daar ligt de schuldvraag wat mij betreft. Bij de illusie.
Vóór het internet dacht men dat de oorzaak van domheid een gebrek aan toegang tot informatie was. Inmiddels weten we beter.
  maandag 1 juli 2013 @ 13:39:59 #97
38496 Perrin
Toekomst. Made in Europe.
pi_128457417
quote:
'Geharnaste atheïsten vind ik net zo irritant als vrome gelovigen'

Geharnaste atheïsten vind ik net zo irritant als vrome gelovigen. Die bekeringsijver, de triomfantelijkheid waarmee ze poneren dat God heus aantoonbaar niet bestaat, de overtuiging dat driekwart van de wereldbevolking, de gelovigen, zwakzinnig is - ronduit kinderachtig. Agnost zijn, principieel niet-weter, bevalt mij beter.

Nee, ik geloof niet in een hiernamaals, al wil ik er geen vergif op innemen. Mocht er - verrassing! - toch een hemel bestaan, dan zitten daar vast niet de leuke, gezellige mensen, maar de rechtschapen uitgestreken koppen. Daar wil je niet eeuwig tussen zitten, op die saaie jachtvelden. We zien wel.

Maar ik begrijp de behoefte aan een geloof. Ooit, toen een van de mijnen er zomaar tussenuit dreigde te glippen, was ik jaloers op 'lotgenoten' die steun hadden aan hun geprevelde gebeden, de rituelen op hun matjes en de zingzang van mantra's. Niet dat hun geliefden nu aantoonbaar vaker beter werden. Ziekte, oorlog en onheil voorkomen, daar heeft God geen zin.

Als God een verzonnen god is geworden en de Bijbel een metaforisch boek met schitterende verhalen, dan hebben we God en de Bijbel overgeheveld naar de literatuur. Daar horen ze ook.

De literatuur zit vol met niet-weters. Hella Haasse bijvoorbeeld, die zich 'een gelovige zonder God' noemde. Frans Kellendonk, die 'in het hart van de schepping een leemte (had) ontdekt waar God, als Hij bestaat, mooi in zou passen'. Of de God van Gerard Reve, iemand met angsten en zwaktes, die drinkt, masturbeert en getroost wil worden, een god die Liefde heet.

Projecties, maar zinvolle projecties, net als Ter Lindens God. Maar waarom zou je naar de kerk gaan om zijn verhaal te horen?
Vóór het internet dacht men dat de oorzaak van domheid een gebrek aan toegang tot informatie was. Inmiddels weten we beter.
pi_129112757
17-07-2013

“Via taal zijn wij mensen aangesloten op een soort superbrein”
Interview met taalfilosoof Max van Duijn

Mensen kunnen heel ingewikkelde redeneringen maken over wat anderen denken. Zij hebben daarin een enorme voorsprong op andere primaten. Volgens promovendus Max van Duijn komt dat deels doordat ons brein de verhaalstructuur van onze eigen én andermans ervaringen opslaat. Door een enkel woord kan zo’n structuur al geactiveerd worden in ons brein.


Promovendus Max van Duijn

Het promotieonderzoek van Van Duijn is interdisciplinair van aard. Dat heeft ook met zijn achtergrond te maken: behalve taalwetenschap, studeerde hij literatuurwetenschap en filosofie. Nu probeert hij aan de hand van bestaande theorieën in de taalkunde, ook een bijdrage te leveren aan een langslepend debat binnen de psychologie.

Hij verzet zich vooral tegen het ‘geloof’ dat veel psychologen aanhangen dat mensen een niet-talig redeneerorgaan hebben. En dat taal slechts een kwestie is van het labelen van het redeneerproces.

Van Duijn is van mening dat taal veel meer invloed heeft op ons denken. Zijn favoriete metafoor is die van de iPad. “Je zult nooit een app kunnen installeren die ervoor zorgt dat een iPad gaat vliegen. Maar je kunt wel apps installeren binnen de marges van de hardware van dat apparaat. Ik denk dat dat een adequate metafoor is van wat taal kan doen. Taal kan ons denken, gegeven allerlei hardwarebeperkingen zoals ons geheugen, wel efficiënter maken.”

Sociaal brein
Mensen kunnen heel goed andermans gedachten raden. En dat is niet voor niks. Van Duijn legt uit dat ‘gedachtelezen’ van levensbelang is. Niet alleen voor mensen, maar voor alle primaten. Primaten leven namelijk in groepen: ieder individu is deel van een netwerk. Van Duijn: “Die groep is cruciaal voor de overleving van elk individu. Op het moment dat je verstoten wordt, is dat eigenlijk een doodsoordeel. Dus het is heel belangrijk om je sociale relaties op een goeie manier te onderhouden.” Om die relaties te onderhouden, moet je behoorlijk complexe redeneringen kunnen maken, aldus de promovendus.


Groep chimpansees

“Ten eerste moet je je af kunnen vragen wat iemand anders denkt. Maar dat is niet genoeg. Je moet je ook kunnen afvragen wat iemand anders denkt dat iemand anders denkt. Dat maakt het cognitief zwaar. De sociaal brein-hypothese zegt dat er een correlatie is tussen groepsgrootte en breingrootte bij primaten. Kapucijnapen leven in relatief kleine groepen en hebben een relatief klein brein. Chimpansees leven in grotere groepen en hebben een groter brein.”

“Als je die lijn doortrekt naar mensen dan leven wij in nog veel grotere groepen en wij hebben ook een nog veel groter brein. De grootte van die groepen in primaten ligt vaak redelijk vast. Bij chimpansees is dat tussen de 40 en 60 individuen in een groep. Mensen hebben ongeveer 150 sociale relaties, afhankelijk van de intensiviteit. Als je een heleboel intensieve relaties hebt, heb je er in totaal minder. Het idee is dat ieder mens er ongeveer evenveel energie in steekt.”

Wildobservaties
Net als mensen kunnen chimpansees redeneringen maken over wat iemand anders denkt. En wat iemand anders denkt dat iemand anders denkt. Maar er zijn meer slimme dieren, weet Van Duijn: “Er zijn ook aanwijzingen dat er vogels zijn die dat kunnen, met name kraaiachtigen, en dolfijnen. Uit onderzoek van Frans de Waal blijkt dat olifanten net zo goed zijn in het uitvoeren van bepaalde testjes als chimpansees.” Maar hoe weten we eigenlijk wat dieren denken? Door te kijken naar hun gedrag, aldus Van Duijn.



“Denk maar aan het gezicht van een vrouw die op een trap een koffer omhoog aan het zeulen is. De ultieme test om te kijken of je de juiste redeneringen hebt gemaakt over wat die vrouw bedoelt te doen, is of je wel of niet te hulp schiet. Bij dieren worden wildobservaties gedaan, waarbij bijvoorbeeld gekeken wordt naar anticipatie tijdens jacht. Daarbij kun je zien of het ene dier begrepen heeft wat het andere dier van plan was.”

Ook bij het onderzoek van Van Duijn kun je spreken van wildobservaties, maar dan van mensen. Die spontane gesprekken zijn te vinden in het Corpus Gesproken Nederlands, een grote dataverzameling met onder andere uitgeschreven conversaties.

Recursiviteit
Uit het gedrag van dieren en mensen kun je redeneringen afleiden. En die kun je weergeven in zinnen van het type ‘X denkt dat Y denkt dat Z.’ Het zijn recursieve zinnen, die je oneindig kunt uitbreiden. Het aantal bijzinnen of inbeddingen in de zin geeft aan hoeveel denkstappen er gemaakt zijn. De onderzoeker spreekt liever over ordes binnen een structuur. “Chimpansees kunnen redeneringen uitvoeren over twee ordes. Maar mensen kunnen wel iets van vijf ordes aan.”


Othello is een toneelstuk van William Shakespeare, vermoedelijk uit 1603 of 1604.
Wikimedia Commons

Als voorbeeld noemt Van Duijn het toneelstuk Othello. “Daarin heb je na een half uur ongeveer de situatie dat het publiek begrijpt dat Jago de bedoeling heeft Cassio te laten denken dat Desdemona van plan is Othello ervan te overtuigen dat Cassio het juiste deed op het moment dat (…). Dat is wat er na een half uur met Othello aan de hand is. Als je het toneelstuk ziet is het geen enkel probleem om dat te begrijpen, hoewel de zin tamelijk ingewikkeld is.”

In gesproken taal komen zulke zinnen niet voor, benadrukt de promovendus. “Een belangrijke vraag in mijn onderzoek is waarom je wel het narratief begrijpt, maar niet de zin. Wat doet het verhaal om ons te helpen die ingewikkelde redeneertaak uit te voeren? Dat het procedé recursief is, betekent niet dat we het eindeloos kunnen begrijpen. Na drie inbeddingen wordt het tamelijk ondoorzichtig; in het wild kom je zulke zinnen ook niet tegen.”

Schaakcomputer
“De puzzel die er ligt is dus dat onze naaste verwanten in de natuur twee ordes aankunnen, terwijl wij er vijf of zes aankunnen. En dat terwijl er evolutionair maar heel weinig tijd tussen zit. Een oplossing die vaak geopperd is, is dat ons brein veel groter is en daardoor veel beter kan rekenen. Daardoor kunnen wij die vijf orde redeneringen uitrekenen. Maar ik denk dat we ze helemaal niet uitrekenen, want wij zijn helemaal niet zo goed in uitrekenen. In plaats daarvan passen we allerlei slimme trucs toe, net als een goeie schaker.”


“Wat een schaakcomputer doet op het moment dat hij een zet doet, is alle mogelijke volgende zetten doorrekenen. Een goeie schaker heeft scenario’s in zijn hoofd. Die scenario’s construeren toekomstige mogelijkheden. Ik denk dat wij een hoeveelheid scenario’s aangeleerd krijgen, die we in dit soort situaties kunnen toepassen.

Die scenario’s zijn een beetje dwingend, maar tegelijkertijd kun je met losse delen aan de slag. Als je nu kijkt naar taalgebruik in corpora, is de indruk die je krijgt, dat het los construeren van wie wat denkt in bepaalde situaties, niet de gebruikelijke is, maar een herstelstrategie op het moment dat het misgaat.”

Kant-en-klare pakketjes
Volgens Van Duijn maken we doorgaans gebruik van vaste bundeltjes informatie, die hij viewpoint packages noemt. Deze worden geactiveerd door een enkel woord, of een zin. “Bijvoorbeeld het woord moord heeft de onderliggende structuur dat er een partij is die iets veroorzaakt heeft. Dus op het moment dat we ermee geconfronteerd worden gaan we niet denken: hij dacht dat X dacht dat Y dacht, enzovoorts. De structuur hebben we al kant-en-klaar in ons hoofd als ‘pakketje’, terwijl de delen toch toegankelijk blijven.”

“Mijn idee is dat je tijdens het leren van taal ook die kant-en-klare structuren verwerft. Zo kun je bij iedere nieuwe situatie niet alleen gebruik maken van je eigen ervaring, maar vooral ook van die van anderen. Eigenlijk zijn we via taal aangesloten op een soort superbrein. Daarmee leren we van de ervaring van mensen die generaties terug geleefd hebben, en van tijdgenoten en van verzonnen personages. Daarom zijn wij veel beter in gedachtelezen dan onze naaste verwanten in de natuur. Door al die pakketjes die in omloop zijn.”


(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_129535218
30-07-2013

Waar komt wiskunde vandaan?

Een filosofisch vraagstuk is met nieuwe ontdekkingen weer actueel: is wiskunde een eigenschap van het universum of is het een verzinsel van ons brein om orde te scheppen? Vier wetenschappers gaan op uitnodiging van de Kavli-stichting in discussie.


Een stukje universum, zoals kosmologen denken dat het gestructureerd is. Het ingewikkelde web van zichtbare materie, donkere materie, donkere energie en nog veel meer is wiskundig te beschrijven.
NASA

Het is een oud filosofisch vraagstuk: is wiskunde een universele natuurwet, of is het gewoon een verzinsel van mensen om de wereld begrijpelijker te maken? De oude Grieken maakten zich al zorgen over deze vraag, maar vonden (zoals gewoon is in de filosofie) nooit een sluitend antwoord. Maar tegenwoordig kunnen neurowetenschappers iets bijzonders: in het brein kijken. En er is onderzoek dat laat zien dat er wel degelijk ‘wiskundeknobbels’ zijn en dat mensen aangeboren rekenvaardigheden hebben. Met dit soort ontdekkingen is de vraag of wiskunde menselijk of universeel is weer actueel. Vandaar dat de Kavli-stichting vier wetenschappers samenbracht voor een discussie over de oorsprong van wiskunde. Twee natuurkundigen, een neurowetenschapper en een cognitiewetenschapper.

Het lijkt misschien een discussie van niks, alleen interessant voor de experts. Maar is het niet interessant om te weten of wiskunde een verzinsel is of één van de bouwstenen van het universum? Bovendien is een universum waar wiskunde een belangrijk deel van is voorspelbaar te maken. Sterker nog, een aantal wiskunde-ontdekkingen bleken later heel nuttig te zijn voor kosmologie of relativiteitstheorie. Aan de andere kant, als wiskunde puur iets is van onze hersenen, dan kan dat weer veel zeggen over de mogelijkheden van ons brein om orde en structuur te vormen in chaotische dingen.

Natuurkunde = wiskunde
Eén van de fysici, Max Tegman van het MIT, heeft een theorie dat het universum inherent wiskundig is. Daarmee bedoelt hij dat de opbouw van alles begint bij wiskunde en daarom ook zo goed met wiskunde beschreven kan worden. Dan doelt hij natuurlijk voornamelijk op de formules die natuurkundigen gebruiken voor de bewegingen van de planeten, de paraboolboog van een geworpen bal of de rare kwantumeffecten. Maar inderdaad, met wiskunde is de wereld te beschrijven of zelfs na te bootsen. Tegman: ‘In feite is een kat niets anders dan een verzameling deeltjes. En die deeltjes beschrijven wij als natuurkundigen gewoon als formules, of getallen. Een ééntje met een plusje of een minnetje, dat is wat een deeltje is voor ons. Als je een kat zo kan omschrijven, kan je alles in getallen vatten.’

Simeon Hellerman, collega-natuurkundige, deelt Tegmans idee. ‘Veel natuurkundigen geloven in het idee dat het hele universum in een formule te vatten is. Dat is ook waar het standaardmodel voor dient.’ Het standaardmodel probeert alle soorten minideeltjes, waar alles uit bestaat, zo in te delen dat ze bij elkaar passen en alle natuurkunde kunnen verklaren. Dat het Higgs-boson, dat onlangs werd ontdekt, bestaat, is een bevestiging van de wiskunde. Higgs berekende namelijk al een tijd terug dat het deeltjes moest bestaan volgens de regels van de wiskunde. Dat het universum zich vormt naar wiskunde, is een aanwijzing dat het wel degelijk inherent wiskundig is.’


Zit wiskunde alleen in ons brein, om de wereld beter te begrijpen en het dagelijks leven makkelijk te maken?
Popular Science Monthly

Hersenrekenen
Hun ideeën zijn precies tegenovergesteld aan de visie van neuropsycholoog Brian Butterworth en cognitief wetenschapper Rafael Núñez. Núñez schreef eerder het boek ‘Where Mathematics comes from’ over het discussieonderwerp. Hij is voorstander van het standpunt dat wiskunde in de hersenen van mensen ontstaat en daarom een puur menselijke constructie is. Butterworth ontdekte dat er delen van het menselijk brein zijn die reageren als mensen aan het tellen zijn. Het laat zien dat tellen een mentale bezigheid is, waar het brein zelfs een apart deel voor heeft. Ook apen en zelfs goudvissen hebben een telgedeelte in hun hersenen. Volgens Butterworth ontstonden deze delen tijdens de evolutie, om goed onderscheid te kunnen maken tussen hoeveelheden in een groep. Dat is handig, bijvoorbeeld om in te schatten of jou leefgemeenschap een gevecht met een andere groep apen zou winnen. Mensen hebben dat instinct voorzien van symbolen – getallen dus.

Ook gelooft hij niet dat een getal een verklaring is voor het universum. ‘Je hebt een oorzaak nodig van natuurkundige, kosmologische of scheikundige verschijnselen. Een getal kan volgens mij nooit een oorzaak zijn; er moet iets zijn áchter het getal. Dat is de essentie van het leven en de wereld, niet een getal of een formule.’

Núñez is het met Butterworth eens dat getallen niet alles zijn, maar denkt dat wiskunde vooral een vorm van verbeelding is, die niet alleen geëvolueerd is maar ook cultureel bepaald. Volgens hem is wiskunde niet universeel, en bestaat veel wiskunde uit afspraken die je zo kan veranderen om een ander systeem te krijgen dat ook klopt. Dat is het bewijs dat wiskunde niet een essentieel onderdeel is van het universum, aangezien een verandering van wiskunderegels geen ander universum oplevert.


De vier mannen die deelnamen aan de discussie. Van links naar rechts: Butterworth, neuropsycholoog; Tegmark, natuurkundige; Núñez, cognitiewetenschapper; Hellerman, natuurkundige.
Kavli Foundation

Een universum simuleren
Tegman is het eens met de cognitiewetenschapper over de wiskunderegels. Maar met een aantal standaardregels kan je het universum simuleren; dat is volgens een aanwijzing dat er een vorm van wiskunde is die in het universum is geweven. De natuurkunde en wiskunde sluiten zó goed op elkaar aan, dat kan bijna geen toeval meer zijn.

Misschien, pareert Núñez. Maar misschien líjkt wiskunde alleen maar perfect bij de fysica te passen. ‘Wij mensen zijn erg goed in ’cherrypicking’, het doorsnuffelen en specifiek uitzoeken van bepaalde bruikbare formules. In de afgelopen duizend jaar is er heel veel wiskunde ontdekt en ontwikkelt. Maar lang niet al die wiskunde wordt nu nog gebruikt, in de wiskunde zelf of in de natuurkunde. Alleen de formules die overleven, zien wij nu. En dan lijkt het alsof wiskunde perfect past in de puzzel van het universum. Maar er zijn zat voorbeelden van wiskunde die geen enkele toepassing kent; als het universum inherent wiskundig zou zijn, zou die toch ergens moeten voorkomen; waarom zou die wiskunde anders bestaan.’

Wiskunde heeft toepassingen
Het klopt wat Núñez zegt, maar aan de andere kant zijn er ook wiskundige ontdekkingen gedaan die nutteloos leken, om later toch een toepassing te vinden. Zo bleek de niet-euclidische meetkunde een goede beschrijving te zijn van de vorm van het universum. Bij niet-euclidische meetkunde is het namelijk mogelijk dat parallelle lijnen elkaar toch raken in een oneindig ver punt, precies wat er door de buiging van de ruimte gebeurt. Dankzij Einstein zag iedereen plotseling de toepassing van een vage wiskundige ontdekking. Ook topologie, lange tijd het paradepaardje van wiskundigen omdat het geen toepassing had, bleek bruikbaar om de structuur van het universum te beschrijven.

Het debat kent uiteindelijk geen winnaar, zoals meestal bij een debat over dit soort filosofische dilemma’s. Maar het is interessant om over na te denken hoe het nou zit met wiskunde. Het is inderdaad alomaanwezig in ons leven. Maar komt dat omdat onze breinen alles als wiskundig zien? Of omdat het universum zich wiskundig aan ons openbaart? Misschien is het allebei wel waar.

Bron
Dit artikel is gebaseerd op een transcript van een debat, georganiseerd door de Kavli Foundation, dat plaatsvond in de zomer van 2013.

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_129821485
07-08-2013

Onuitgegeven brief van Albert Camus aan Jean-Paul Sartre ontdekt


© afp.

"Mijn beste Sartre (...) Geef me een teken van uw terugkomst en we zullen een ongedwongen avond doorbrengen". Een onuitgegeven brief van Albert Camus aan Jean-Paul Sartre werpt een nieuw licht over de twee filosofen, over wie vooral de breuk bekend is.

Hervé en Eva Valentin, boekhandelaars en organisatoren van een tentoonstelling over Camus in Lourmarin, waar de filosoof is begraven, troffen de brief aan in een boek dat bij een verzamelaar was aangekocht. Het manuscript is niet gedateerd, maar kan stammen uit de periode tussen 1943, het jaar dat de filosofen elkaar ontmoetten, tot 1948, toen ze met elkaar braken, aldus deskundigen.

Volgens de ontdekkers, die een beroep deden op de expertise van de Amerikaanse Sartre-specialist Ronald Aronson, is het briefje "heel belangrijk". "Het toont dat in tegenstelling tot wat enkele auteurs schreven, Sartre en Camus een vriendschappelijke en ononderbroken relatie hadden."

De brief wordt aan het publiek voorgesteld tijdens de expositie "Camus de Tipasa à Lourmarin", van 3 tot 8 september in Lourmarin, voor de honderdste verjaardag van de geboorte van de filosoof.

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')