Het ging om een autoverzekering die ik had afgesloten in een kantoor van Unive in Den Hoorn.
Een jaar later was mijn auto total loss en heb ik de auto door een autodemontagebedrijf laten verwijderen. Ik kreeg toen een vrijwaringsbewijs. Ik ben toen persoonlijk weer bij dit Univekantoor in Den hrron binnengewandeld en zij verteld dat ik de verzekering wilde beëindigen; dit bleek geen enkel probleem.
De dame zei dat er per post vanuit een administratiekantoor elders later die maand een verklaring naar mij zou worden toegezonden waarin stond wat mijn opgebouwde rechten waren (mijn treden) in verband met schadeloos rijden; dit kon ik gebruiken om in de toekomst op een nieuwe door mij af te sluiten autoverzekering een premiekorting te bedingen.
Zes weken later werd ik geconfronteerd met een acceptgiro met daarin het termijnbedrag wat ik voor die periode verschuldigd was. Ik belde naar Unive en melde hen dat de verzekering eerder geëindigd was en ik dus geen premie verschuldigd was. Zij vroegen mij dit aan te tonen en dat deed ik door langs te gaan met het vrijwaringsbewijs. Dit was geen bewijs, zij vroegen om een schriftelijk bewijs van waarin zij konden opmaken dat ik eerder bij Unive langs was geweest om de verzekering te beëindigen. Dit had ik niet. Unive stelde zich toen op het standpunt dat de verzekering niet eerder beëindigd was, maar dat deze pas nu eindigde doordat ik volgens hen pas nu om beëindiging had verzocht. De verschuldigde premie werd aangepast tot het bedrag dat ik verschuldigd was tot aan deze nieuwe beëindiging.
Ik was het hier niet mee eens natuurlijk en betaalde niet. Ik ben met de dame gaan praten die mij hielp bij mijn eerste bezoek, maar zij zei zich niet exact te herinneren wat ik toen kwam doen.
Uiteindelijk kreeg ik een brief van een jurist namens Unive met de vraag om kontakt op te nemen met hem. Dit deed ik maar toen hem bleek dat ik niet schriftelijk kon bewijzen dat de verzekering eerder was beëindigd, stelde hij zich op het standpunt dat ik de premie verschuldigd was over de periode tot aan de uiteindelijke beëindiging.
Ik betaalde niet, ik was woedend.
Het heeft ongeveer een jaar geduurd eer ik bij de rechter kwam. Eerst ontving ik 4 maanden lang iedere maand een brief met een verzoek tot betaling en de mededeling dat er anders een incassotraject gestart zou worden. Vervolgens kreeg ik 5 maanden lang een aantal brieven van verschillende bedrijven die in opdracht van een incassobedrijf kwamen onderzoeken of ik wel daadwerkelijk op mijn adres woonde.
Uiteindelijk heeft dit incassobedrijf een deurwaarder in den haag opdracht gegeven om mij te dagvaarden bij de kantonrechter te Den Haag.
De dagvaarding van de deurwaarder is een standaardbrief waarin dan je gegevens staan en in het kort is geschreven waarom je word gedaagd en wat er word geeist. De dagvaarding word persoonlijk door iemand van het deurwaarderskantoor bij je thuis bezorgd; de kosten van deze dagvaarding en bezorging was 88,60 euro.
In de dagvaarding stond een optelsom van bedragen die ik verschuldigd was, de kosten van de premie, van het incassobureau, en de deurwaarder.
Als Unive zelf meteen een deurwaarder had ingeschakeld waren de kosten beperkt gebleven tot 181,60 euro (93 euro premie en 88,60 de deurwaarder), dit vertelde de medewerkers van de Centrale Balie van de haagse rechtbank. Maar door een incassobedrijf in te schakelen waren de uiteindelijke kosten flink hoger.
Ik voel me stom en bedonderd! Stom omdat ik de eerste keer geen schriftelijk bewijsje heb gevraagd van mijn bezoek; bedonderd omdat ik dus uiteindelijk zoveel geld heb moeten betalen, en omdat de rechter die op de zitting zat niet dezelfde rechter was die op de tweede zitting zat. Ook deze tweede rechter deed niet meteen uitspraak, maar twee weken later kreeg ik die per post toegestuurd. Opvallend: de twee rechters op de beide zittingen waren vrouwen, maar de uitspraak was gedaan door een mannelijke rechter. Dit ben ik gaan navragen op de rechtbank en daar werd mij verteld dat veel zaken vanachter een bureau door juristen worden gelezen en beoordeeld.
Achteraf gezien had ik beter schriftelijk gereageerd op de dagvaarding; dan had ik die zittingen persoonlijk niet mee hoeven te maken, want dat was drie keer niks.