abonnement Unibet Coolblue
  dinsdag 17 februari 2009 @ 12:04:34 #51
147503 Iblis
aequat omnis cinis
pi_66154246
quote:
Op dinsdag 17 februari 2009 11:58 schreef Triggershot het volgende:
Seven signs of evolution in action
Butterflies rapidly evolve resistance to killer bacteria

A population of tropical butterflies on a South Pacific island evolved resistance to a killer bacteria in the span of a single year – a blink of the eye in evolutionary time. The bacteria infects females and selectively kills males before they hatch. The strategy reduced male Blue Moon butterflies to just 1 percent of the population. But just 10 generations later – a year's time – males made up nearly 40 percent of the population. Scientists said the rebound is due to the evolution of a so-called suppressor gene that keeps the killer bacteria in check.
Hier zou ik toch geneigd zijn om te stellen dat waarschijnlijk een gedeelte van de populatie deze resistentie al bezat, en dat die resistentie nu vanwege die bacterie geselecteerd is, niet dat er binnen een jaar een ‘antwoord’ is geëvolueerd.

Maar verder zijn dit altijd leuke voorbeelden.
Daher iſt die Aufgabe nicht ſowohl, zu ſehn was noch Keiner geſehn hat, als, bei Dem, was Jeder ſieht, zu denken was noch Keiner gedacht hat.
pi_66154358
quote:
Op dinsdag 17 februari 2009 12:04 schreef Iblis het volgende:

[..]

Hier zou ik toch geneigd zijn om te stellen dat waarschijnlijk een gedeelte van de populatie deze resistentie al bezat, en dat die resistentie nu vanwege die bacterie geselecteerd is, niet dat er binnen een jaar een ‘antwoord’ is geëvolueerd.

Maar verder zijn dit altijd leuke voorbeelden.
Een evolutie in één lichaam of in één soort op korte termijn, ik begrijp je niet helemaal?
  dinsdag 17 februari 2009 @ 12:10:14 #53
147503 Iblis
aequat omnis cinis
pi_66154440
quote:
Op dinsdag 17 februari 2009 12:07 schreef Triggershot het volgende:
Een evolutie in één lichaam of in één soort op korte termijn, ik begrijp je niet helemaal?
Ik vind dat het stukje een beetje suggereert alsof deze soort als antwoord op de aanwezigheid van de bacterie binnen een jaar tijd een nieuw gen heeft geëvolueerd dat deze bacterie in toom houdt. Dat is heel snel. Ik zou eerder verwachten dat dit gen al aanwezig was in de populatie, en dat het nu een heel sterk reproductief voordeel heeft.
Daher iſt die Aufgabe nicht ſowohl, zu ſehn was noch Keiner geſehn hat, als, bei Dem, was Jeder ſieht, zu denken was noch Keiner gedacht hat.
pi_66363986
23-02-2009

De evolutie van god

Over de hele planeet, in alle culturen, geloven mensen in een god of ‘iets hogers’. Dat komt omdat in de loop van miljoenen jaren ons brein zo is geëvolueerd. Wetenschappers zijn het echter oneens over de vraag waarom dat zo is gebeurd: was geloof goed voor onze overlevingskansen, of is ons gelovige brein een toevallig bijproduct van de evolutie? Eén ding is volgens de wetenschap zeker: een god had er zelf weinig mee te maken.

In 1920 arriveerde Frank Hurley – een Australische wetenschapper – in een watervliegtuig op Nieuw-Guinea. De oorspronkelijke bewoners van dit eiland hadden nog nooit zoiets gezien. Ze dachten dat het vliegtuig een levend wezen was, en Hurley en zijn piloot werden verwelkomd als goden. Meer ‘goden’ volgden, die allerlei mysterieuze dingen deden. Ze hadden doosjes bij zich waar ze tegen praatten, en waar dan weer andere stemmen uitkwamen. Het leek wel op een soort ritueel. En als de ‘goden’ dit ritueel goed uitvoerden, werden er vrachtschepen met goederen gezonden door de andere goden.
Vanuit ons moderne wereldbeeld klinkt het alsof de inwoners van Nieuw-Guinea niet bijster snugger waren. Wij weten immers dat een watervliegtuig geen magische vogel is, en dat mysterieuze, pratende doosje is een gewoon een radio. Maar, zo schrijft schrijver en uitvinder Arthur C. Clarke, “elke technologie die voldoende geavanceerd is, is niet te onderscheiden van magie”. En dus verklaarden de eilandbewoners wat zij zagen op die manier: magie, het werk van goden. Niet omdat ze dom waren, maar omdat in het menselijk brein nu eenmaal geneigd is om te geloven in iets hogers.



Een kruis op één van de Vanuatu-eilanden, opgericht voor John Frum. De bewoners van dit eiland reageerden op zijn komst zoals de mensen op Nieuw-Guinea toen ze voor het eerst een witte man in een watervliegtuig zagen. Ze richtten een zogenaamde cargocultus op: wie in Frum geloofde, zou rijk en voorspoedig leven. Foto: Tim Ross


Een aarde bevolkt met gelovige breinen
Er is op aarde geen cultuur te vinden waarin geloof – in magie, in geesten, in goden – geen belangrijke rol speelt. Dat vertelt ons dat dit vermogen om te ‘geloven’ naar alle waarschijnlijkheid al vroeg in de evolutie van de mens is ontstaan. Toen onze gemeenschappelijke voorouders uit Afrika trokken en de continenten bevolkt raakten met homo sapiens, namen ze een gelovig brein met zich mee. Dat we erg verschillende dingen geloven, maakt daarbij weinig uit – dat is de culturele invulling van onze drang om iets hogers te herkennen in de wereld om ons heen.



De verspreiding van homo sapiens over de planeet. Ons gelovige brein is waarschijnlijk al ouder dan deze eerste grote volksverhuizing. Onze voorouders die uit Afrika de wereld bevolkten brachten dus hun geloof mee. (In het rood de homo sapiens, in het geel de neanderthalers en in het groen de vroege homoniden, zoals homo erectus en homo ergaster)


Maar hoe en waarom is dit gelovige brein precies geëvolueerd? Daarvoor wenden we ons tot Darwin. Hij stelde dat een eigenschap blijft bestaan, als het een voordeel oplevert waardoor je meer nakomelingen krijgt. Dat kan op twee manieren: bepaald erfelijk gedrag – zoals geloven in een god – vergroot je overlevingskansen. Hierdoor leef je langer en ben je dus in staat meer kinderen te baren of verwekken. Het kan ook zijn dat geloven je tot een aantrekkelijker partner maakt, waardoor meer mensen een kind met je willen maken. Wanneer je het vermogen om te geloven vervolgens samen met je genen doorgeeft aan je kind, blijft het gedrag bestaan en kan het zich zelfs verder verspreiden onder de menselijke populatie.



VMAT2, oftewel: het ‘godgen’

Het was groot nieuws in 2004: moleculair bioloog Dean Hamer maakte in zijn boek ‘The God gene: how faith is hardwired into our genen’ bekend dat hij het gen had gevonden dat zorgt dat we in een god geloven. Of althans, dat we geneigd zijn om in ‘iets hogers’ te geloven. Een soort spiritualiteitsgen dus, die door minder poëtische wetenschappers ook wel VMAT2 genoemd werd. Tot dat moment stond het te boek als een gen dat hielp bij de aanmaak van stofjes in het brein, die op hun beurt weer een rol spelen bij hoe we ons voelen. VMAT2 is overigens niet het enige gen dat betrokken is bij geloof, benadrukt Dean Hamer nog. Maar het gen is duidelijk wel vaker aanwezig bij zeer spirituele mensen dan bij de ongelovige Thomas.

Wetenschapsjournalist en evolutie-expert Carl Zimmer waagt het te betwijfelen. Hij wijst er op dat Hamer zijn onderzoek over het godgen niet aan de kritische blik van vakgenoten heeft durven onderwerpen: hij schreef immers een boek en publiceerde niet (ook) in een vakblad. Zimmer heeft ook wel een idee hoe dat komt. Volgens hem is de statistische onderbouwing bij het godgen twijfelachtig: slechts één procent van het verschil in spiritualiteit tussen de ‘gelovigen’ en de ‘ongelovigen’ kan Hamer in zijn onderzoek verklaren door de aan- of afwezigheid van VMAT2.
(Op de foto: Dean Hamer)


Van sjamaan tot kerk
Als je kijkt naar hedendaagse religies dan lijkt het onwaarschijnlijk dat gelovige oermensen zo’n darwinistisch voordeel hebben gehad dat de ongelovigen niet hadden. Neem bijvoorbeeld het katholicisme: een geloof dat onder meer zijn trouwste volgelingen aanmoedigt om celibatair te leven en dus helemaal geen kinderen te krijgen. Het is lastig te zien hoe dit bijvoorbeeld zorgt voor meer nakomelingen. Maar zo’n vergelijking is niet helemaal eerlijk. Want toen onze voorouders evolueerden tot gelovigen, bestond het katholicisme nog helemaal niet.

De Amerikaanse psycholoog Matt Rossano denkt dat de evolutie van god in plaats daarvan begonnen is met het oproepen van extase door rituelen. In de loop van tienduizenden jaren ontwikkelde dit gebruik zich tot sjamanisme. Een sjamaan is vaak de enige van een stam die daadwerkelijk contact heeft met goden of de geesten van de voorouders, hoewel de hele stam in hun bestaan gelooft. Pas in de late steentijd ontwikkelt zich hieruit iets dat lijkt op geloof en religie zoals we dat vandaag de dag in de Westerse wereld kennen. Maar dat was zo’n 40.000 tot 10.000 jaar geleden, en dus lang nadat homo sapiens zich over de aarde had verspreid. De basis voor ons gelovige brein ligt dus waarschijnlijk voor die tijd, toen sjamanen zich nog om de jager-verzamelaarstam bekommerden.



Vier jaar geleden vond de Oostenrijkse wetenschapper Christine Neugebauer-Maresch deze twee baby’s. Ze zijn zeker 27.000 jaar geleden begraven. Over hun lichaampjes was rode oker gestrooid en ze waren toegedekt met het schouderbot van een mammoet. Waarschijnlijk hadden ze ook een soort deken over van huid of pels. Rituele begrafenissen als deze worden door veel wetenschappers gezien als het begin van het geloof in leven na de dood, zoals we dat nu nog steeds kennen in Europa. Foto: Oostenrijkse Academie der Wetenschappen


Genezen door een oerplacebo
Juist in de voordelen van zo’n stamsjamaan ziet de Amerikaanse onderzoeker Stephen Sanderson een aanwijzing dat zo’n gelovig brein inderdaad een direct evolutionair voordeel oplevert. Een sjamaan gebruikt zijn link met het hogere om mensen te genezen, aldus Sanderson. Dat doet hij door de zieke ‘in hogere sferen’ te brengen: door allerlei rituelen verandert de bewustzijnstoestand van de patiënt in een soort trance. Nadat de patiënt uit die trance komt, wordt hij genezen verklaard. Dankzij de moderne geneeskunst weten we dat trance geen kanker kan genezen. Maar, verklaart Sanderson, veel ziekten hebben een psychische component. En als je geloof maar sterk genoeg is, is er misschien niet altijd genezing maar vaak zeker wel enige verlichting van het lijden mogelijk. Sjamanisme is dus een soort oerplacebo. Dat maakt geloven evolutionair voordelig – want geloof je er niet in, dan word je ook niet beter.

De link tussen geloof en gezondheid bestaat nog steeds. Harold George Koenig keek samen met twee collega’s naar honderden onderzoeken en vond aanwijzingen dat geloof de bloeddruk verlaagde. Geloof maakte bovendien minder depressief, minder angstig en minder suïcidaal, aldus Koenig. Volgens evolutiebioloog Robin Dunbar zijn gelovigen gelukkiger. De Amerikaanse demograaf Hummer concludeert bovendien dat kerkgangers van twintig jaar oud gemiddeld zo’n 8,7 jaar langer leven dan hun leeftijdsgenoten die nooit naar de kerk gaan. En, zo weten we sinds Darwin: langer leven betekent meer seks, en meer seks betekent meer nakomelingen. Als geloof zorgt voor een betere gezondheid dan is het dus evolutionair voordelig.

Geloof is toeval
Toch zijn lang niet alle wetenschappers het eens met de gedachtegang dat we een gelovig brein hebben omdat we daar gedurende de evolutie als individu voordeel van hebben gehad. Evolutiebioloog Richard Dawkins toont zich in zijn boek ‘God als misvatting’ niet onder de indruk van de onderzoeken die stellen dat geloven gezond maakt: “Er is enige grond om aan te nemen dat godsdienstig geloof mensen vrijwaart van stressgebonden aandoeningen. Heel krachtig is dat bewijs niet, maar als het inderdaad zo blijkt te zijn, is dat niet zo verrassend.” Dawkins schrijft dit effect toe aan dezelfde placebowerking die Sanderon gebruikte om sjamanistische genezingen te verklaren: als je gelooft dat het werkt, zal het inderdaad wel wat schelen. Maar dat bewijst niet dat je van hogerhand bent genezen.



Hummer probeerde aan te tonen dat gelovigen langer leven. Volgens Dunbar zijn ze bovendien gelukkiger. Dawkins is niet onder de indruk van het bewijs dat geloven daadwerkelijk een helende werking heeft.


Veel wetenschappers (waaronder Dawkins) zien meer van ander idee over de evolutie van god: zij denken dat ons gelovige brein een toevallig bijproduct is van andere hersenontwikkelingen. De vraag is alleen: op welke evolutionair handige vermogens heeft geloof dan ‘meegelift’? Matt Rosanno – die eerder liet zien hoe geloof zich heeft ontwikkeld gedurende de evolutie – denkt dat het voornamelijk komt door onze vaardigheid om in andere mensen en allerlei fenomenen intenties en beweegredenen te ontdekken. Om dit goed te kunnen zijn er in onze vroege voorouders twee denktrucs ontstaan. De eerste is dat ons brein in bijna alles een handelend wezen met een vooropgezet plan probeert te ontdekken. Daarnaast zien we overal oorzaken en gevolgen oftewel causale relaties, ook waar die er helemaal niet zijn.

De onmogelijke liefde van een driehoekje en een cirkel
Dit klinkt allemaal nogal abstract, maar een oud experiment van Fritz Heider en Mary-Ann Simmel laat meteen zien wat Rossano, Dawkins en de andere ‘bijproducters’ bedoelen. In het begin van de jaren ’40 lieten ze onderstaand filmpje (klik op het rode pijltje om het filmpje te starten) aan hun proefpersonen zien. Ze vroegen ze te beschrijven wat er op het filmpje te zien is. Veruit de meeste proefpersonen vertelden ongeveer het volgende verhaal: “De cirkel en de kleine driehoek zijn verliefd. Daarom probeert de cirkel uit zijn schuilplaats te komen, om bij de kleine driehoek te zijn. Maar de boze grote driehoek houdt de cirkel tegen. Gelukkig komt de kleine driehoek zijn geliefde redden en samen ontsnappen ze aan de grote driehoek door in het vierkant te kruipen, waar de grote driehoek hen geen kwaad kan doen.”

Dit klinkt allemaal heel logisch - en gelukkig loopt het goed af! – maar in feite is het totale flauwekul. De cirkel en de driehoeken bewegen maar wat over het scherm, zonder dat de ene beweging de andere veroorzaakt. En ze hebben zeker geen plan of emoties; het zijn tenslotte geometrische vormen. Maar zonder de evolutie van deze denktrucs was onze soort waarschijnlijk al lang uitgestorven. Stel je maar eens voor dat je in het hoge gras van de savanne staat. Vanuit je ooghoeken zie je iets bewegen. Je brein werkt razendsnel. Bewegend gras – dat zou veroorzaakt kunnen worden door een sabeltandtijger! En wat wil die sabeltandtijger? Mij, als lunch! Wegwezen dus. Een voorouder zonder die razendsnelle gedachtegang overleeft niet lang genoeg om veel kinderen te maken.



Geloof voor de geloofsmemen

In zijn boek ‘God als misvatting’ oppert Richard Dawkins nóg een verklaring voor de evolutie van ons gelovige brein. Dawkins veronderstelt dat er naast genen – de dragers van biologische informatie – ook dragers van culturele informatie zijn: memen. Memen gedragen zich net als genen. Zo worden ze vrijwel ongewijzigd overgedragen van het ene individu op het andere, totdat er spontaan eens een foutje in sluipt. Blijkt dit foutje zo zijn voordelen te hebben, dan blijft het gewijzigde mem bestaan. Anders verdwijnt het weer.

Wat heeft dit nou met god te maken? Dawkins denkt dat god misschien niet zozeer in de genen, alswel ‘in de memen’ zit. Een groepje memen (ook wel memplex genoemd) is dan verantwoordelijk voor onze neiging te geloven. Zo is er bijvoorbeeld een mem voor geloven in leven na de dood, en een mem voor het accepteren van het bestaan van een god zonder dat je daar bewijs voor hebt. In deze visie van Dawkins is geloven dus een puur cultureel verschijnsel, al kan het al wel heel lang geleden zijn ontstaan.
De memplexverklaring wijkt af van de andere theorieën over de evolutie van god, omdat geloof als memplex kan bestaan zonder verder voordeel voor het individu. Zelfs in de theorie die zegt dat geloof een bijproduct, is het nog het bijproduct van een evolutionair handige denktruc. Dawkins geloofsmemen blijven echter bestaan, puur en alleen voor het voortbestaan van diezelfde geloofsmemen; ze zijn zelfzuchtig. Dit alles heeft overigens op dit moment nog weinig natuurwetenschappelijke waarde. Dawkins’ theorie is vooral filosofisch interessant, want hij heeft nog geen manier gevonden om zijn idee te toetsen. Of er echt memen bestaan en of die zich zo gedragen als Dawkins beweert, blijft vooralsnog de vraag.
(Op de foto: Richard Dawkins)


Hoe leidt dit alles nou tot een gelovig brein? Zoals we aan het Heider-Simmel experiment zagen zijn de denktrucs niet waterdicht: we passen ze ook toe als er eigenlijk helemaal geen wezen met een plan of causale relatie te bekennen is. Wanneer een van onze voorouders werd geconfronteerd met een toevallige gebeurtenis – bijvoorbeeld een bosbrand waarbij de helft van zijn stam omkwam – zorgde deze denktrucs dat zijn brein naarstig op zoek ging naar een verklaring. Die was er niet – toeval heeft geen verklaring – en dus verzon zijn brein er eentje. Bijvoorbeeld: er is een soort opperwezen die we boos hebben gemaakt, en toen heeft hij ons gestraft met brand en verdoemenis.

Geloven volgens Darwin
Welke theorie juist is, weten we niet. Ze zouden zelfs allebei juist kunnen zijn. Het is zoals Rossano zegt: “Van gedrag en geloof vind je geen fossielen.” Wat we wel weten is dat het menselijk brein in de loop van miljoenen jaren een enorm vermogen heeft ontwikkeld om te geloven in ‘iets hogers’. En dat geloof is ontstaan volgens de principes van Darwin’s evolutieleer – en niet dankzij een god.
Matt Rossano publiceerde zijn artikel onder de titel ‘The Religious Mind and the Evolution of Religion’ in het vakblad Review of General Psychology. Stephen Sanderson’s artikel verscheen vorig jaar onder de titel ‘Adaptation, evolution, and religion’ in het vakblad Religion.


(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_66598017
quote:
HIV Is Evolving To Evade Human Immune Responses

ScienceDaily (Feb. 28, 2009) — HIV is evolving rapidly to escape the human immune system, an international study led by Oxford University has shown. The findings, published in Nature, demonstrate the challenge involved in developing a vaccine for HIV that keeps pace with the changing nature of the virus.

'The extent of the global HIV epidemic gives us a unique opportunity to examine in detail the evolutionary struggle being played out in front of us between an important virus and humans,’ says lead researcher Professor Philip Goulder of the Peter Medawar Building for Pathogen Research at Oxford University.

‘Even in the short time that HIV has been in the human population, it is doing an effective job of evading our best efforts at natural immune control of the virus. This is high-speed evolution that we’re seeing in the space of just a couple of decades.’

The study better describes HIV's ability to adapt by spelling out at least 14 different "escape mutations" that help keep the virus alive after it interacts genetically with immunity molecules that normally attack HIV.

"Key genetic regions of HIV introduced into individuals of different ancestry in different places have been evolving to a greater or lesser degree according to inherited factors controlling immune response," said Richard Kaslow, M.D., a professor in the UAB School of Public Health and a co-author of the study. "If HIV adapts differently in genetically distinct hosts, the challenge ahead in vaccine design is formidable," he said.

HIV has already killed 25 million people, and an estimated 33 million are currently infected. However, HIV does not kill all people at the same rate. On average, an adult with HIV will survive for ten years without anti-HIV drugs before developing AIDS. But some people will progress to AIDS within 12 months while others can make effective immune responses to the virus and survive without any anti-HIV therapy for over 20 years.

Genes encoding a key set of molecules in the human immune system called the human leucocyte antigens (HLA) are critically important. HLA determine the progress of many infectious diseases including HIV, and enable the recognition and killing of HIV-infected cells. Humans differ from each other in the exact HLA genes they have, and small differences can make the difference in how long it takes to progress to AIDS.

The research team set out to determine whether HIV is adapting to human immune responses. They looked at HIV genetic sequences in different countries around the world, including the UK, South Africa, Botswana, Australia, Canada, and Japan, wanting to see whether the HIV sequences could be related to the different HLA genes present in the different populations.

The collaboration between Oxford University, the Ragon Institute at Massachusetts General Hospital, Kumamoto University in Japan, the Royal Perth Hospital and Murdoch University in Australia and others analysed the genetic sequences of the HIV virus and human leucocyte antigen (HLA) genes in over 2,800 people.

Mutations that allow HIV to get round immune responses directed by a particular HLA gene were found more frequently in populations with a high prevalence of that HLA gene. This is strong evidence for HIV adaptation to the human immune system at the level of populations.

‘Where a favourable HLA gene is present at high levels in a given population, we see high levels of the mutations that enable HIV to resist this particular gene effect,’ says author Professor Rodney Phillips, co-director of the James Martin Institute for Emerging Infections at Oxford University. ‘The virus is outrunning human variation, you might say.’

‘The temptation is to see this as bad news, that these results mean the virus is winning the battle,’ says Professor Goulder. ‘That’s not necessarily the case. It could equally be that as the virus changes, different immune responses come into play and are actually more effective.’

The results are important because it is our most effective immune responses that vaccines against HIV would try and boost to a level that would protect against the virus.

‘The implication is that once we have found an effective vaccine, it would need to be changed on a frequent basis to catch up with the evolving virus, much like we do today with the flu vaccine,’ explains Professor Goulder.

‘In this anniversary year of Darwin’s birth, we are accustomed to think of evolution happening over thousands, tens of thousands and even millions of years,’ says Professor Goulder. ‘But we are seeing changes in HIV, and our immune response to the virus, in just a couple of decades.’

The work was funded by a number of organisations including the Wellcome Trust, the Medical Research Council, the US National Institutes of Health, and Oxford’s James Martin 21st Century School.
Volkorenbrood: "Geen quotes meer in jullie sigs gaarne."
pi_66673439
03-02-2009

Vaticaan overlegt over evolutie



Zijn er raakvlakken tussen de evolutietheorie en de scheppingsgedachte? Op een congres in Rome buigen het Vaticaan en wetenschappers zich de komende dagen over die vraag.

Het Darwinisme in vijf misvattingen
Darwin versus Darwin

De conferentie is georganiseerd door de Pauselijke Raad voor de Cultuur. President Gianfranco Ravasi zei vorig jaar, toen bekend werd dat de bijeenkomst plaats zou hebben, dat evolutie ,,niet bij voorbaat onverenigbaar is met de leer van de katholieke kerk en met de boodschap van de Bijbel''.

Paus Benedictus XVI had eerder al de deur geopend voor de evolutietheorie. Hij erkende dat de leer een wetenschappelijke theorie is, maar hij keerde zich tegen wat hij het ,,evolutionisme'' noemt: ,,een basisfilosofie die de gehele werkelijkheid wil verklaren'' zonder dat God eraan te pas komt.

(depers.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_66675918
Voor de liefhebber zijn hier trouwens nog bijna alle publicaties van Martin Nowak (met name over wiskundige modellen van evolutie) te bekijken.
Volkorenbrood: "Geen quotes meer in jullie sigs gaarne."
pi_66811692
TVP
pi_66814910
06-03-2009

Mexicanen tonen 72 miljoen jaar oude zeeschildpad

Paleontologen hebben donderdag in Mexico een fossiel tentoongesteld van een zeeschildpad die 72 miljoen jaar geleden leefde.
Oude zeeschildpad
''De oudste die we tot nu toe hadden gevonden was 65 miljoen jaar oud en kwam uit de Verenigde Staten'', maakte het Nationaal Instituut voor Antropologie en Geschiedenis bekend.

Het fossiel is samen met de versteende resten van zes andere zeeschildpadden gevonden in Coahuila. Die plek wordt door Mexicaanse wetenschappers ook weleens het ''paleontologisch paradijs'' genoemd vanwege de vele vondsten.



Klik hier voor fotoserie

Volgens de onderzoekers is de zeeschildpad een voorouder van de huidige groene zeeschildpad, ook wel soepschildpad genoemd.

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
  maandag 9 maart 2009 @ 17:50:29 #60
27698 Doffy
Eigenlijk allang vertrokken
pi_66866963
Religie is een inherent onderdeel van onze neurale structuur. Weet niet of dit topic het optimale topic is, maar hiermee lijkt er bewijs te zijn aangedragen voor een evolutionaire oorsprong van religie, en daarmee een (deel-)verklaring van dit fenomeen.
quote:
"Geloof komt niet uit de lucht vallen"

Van onze verslaggever Malou van Hintum
gepubliceerd op 09 maart 2009 17:40, bijgewerkt op 17:43

Religieus geloof is geen louter cultureel verschijnsel dat op zichzelf staat, maar juist diep geworteld in ons brein. Het heeft zich tegelijk ontwikkeld met ons geheugen en met ons vermogen ons in andere mensen te verplaatsen.

Dat concluderen Amerikaanse onderzoekers in een publicatie in PNAS (Proceedings of the National Academy of Sciences of the United States of America).

Ze deden hun onderzoek met MDS (Multidimensional Scaling), een techniek die in psychologisch onderzoek wordt gebruikt om de psychologische processen onder bepaald gedrag bloot te leggen, gecombineerd met fMRI-metingen. Respondenten kregen uitspraken voorgelegd over Gods emoties en zijn veronderstelde betrokkenheid met de wereld, en over religieuze kennis. Daarbij lichtten steeds specifieke gebiedjes in het brein op. Analyse wees vervolgens uit dat de neurale correlaten van de met MDS gevonden psychologische dimensies bekende netwerken in het brein zijn, die een rol spelen bij evolutionair belangrijke cognitieve functies.

De wetenschappers stellen dat voor het eerst is aangetoond dat aan geloof een psychologische structuur ten grondslag ligt. Eerder neurowetenschappelijk onderzoek liet al neurale correlaten van religieuze en mystieke ervaringen zien. Ook was al bekend dat patiënten met een specifieke vorm van epilepsie hypperreligieus zijn. In al die gevallen werd religieuze ervaring gezien als iets wat op zichzelf staat, en werd er geen verband gelegd tussen geloof en cognitieve mechanismen.

Het Amerikaanse onderzoek maakt duidelijk dat geloof verknoopt is met andere cognitieve processen en netwerken in het brein. Deze netwerken hebben zich geëvolueerd door de ontwikkeling van sociale cognitie (waarnemen van anderen), taal en logisch redeneren. Religieuze cognitie heeft zich op een vergelijkbare manier mee-ontwikkeld, als een specifieke vorm van deze verschillende, evolutionair belangrijke, cognitieve processen.
bron
'Nuff said
pi_66991799
11-03-2009

Turken censureren Darwin weg

Wetenschapskoepel schrapt coverartikel over evolutie

Een voorpagina-artikel over leven en werk van Charles Darwin is op het laatste moment verwijderd uit het populair-wetenschappelijke Turkse tijdschrift Bilim ve Teknik. De verantwoordelijke redacteur, Çiğdem Atakuman, is bovendien van haar functie ontheven. De Turkse wetenschappelijke wereld is laaiend, zo weet de webredactie van Nature te melden.

De affaire wordt zo hoog opgenomen omdat Bilim ve Teknik een uitgave is van TÜBİTAK, een organisatie die qua functie zowel met het Nederlandse NWO als met de KNAW is te vergelijken.

Volgens het dagblad Milliyet is TÜBİTAK's vice-president Ömer Cebeci verantwoordelijk voor de censuur. De Üniversite Konseyleri Derneği, die jonge academische onderzoekers vertegenwoordigt, heeft prompt Cebeci’s aftreden geëist. Ook een groep hoogleraren heeft geprotesteerd. “TÜBİTAK vertegenwoordigt de wetenschap in dit land niet meer”, aldus een van hen.

Zo mogelijk nog erger zijn beschuldigingen dat TÜBİTAK allang niet meer onafhankelijk is maar onder controle staat van de regering, en dat Cebeci en zijn baas hun baantje uit politieke overwegingen hebben gekregen. Dat sluit dan weer aan op eerdere botsingen van premier Erdoğan met de grondwet, die voorschrijft dat Turkije een seculiere staat is.

Intussen schijnen ook aardig wat Turken het met Cebeci eens te zijn. Zelfs op de Nature-website is al een reactie verschenen die begint met (letterlijk!) “we dont believe evolution in Turkey”. Ook een andere reactie doet de theorie af als een leugen: “Turkish people are very intelligent and we will not accept this fabrication (...) we believe our eyes, not Darwin!”

bron: naturenews

(c2w)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_66992015
12-03-2009

Beestachtig hoogtepunt van zedelijk verval



Eerst leek er niets aan de hand. Tot een Duitse bioloog de Nederlanders kwam vertellen over hun aapachtige voorouders.

Een brutale orator, een ordinaire spreekstalmeester – dat had Nederland blijkbaar nodig om wakker geschud te worden.

Tot dan toe had Darwins On the origin of Species in ons land weinig losgemaakt. Een aardige theorie, vond men, maar wel erg speculatief. En niet nieuw. In die tijd waren er veel meer van dat soort theorieën. Aangespoord door het wetenschappelijke namensysteem ontworpen door Linnaeus (die de mens had ingedeeld bij de apen) en door de ontdekking dat men biologische, ‘levende’ stoffen kon maken uit ‘dode’ elementen, had menig onderzoeker al geopperd dat het leven uit dode stof moest zijn ontstaan, en dat de mens ontstaan was uit een of andere aap. Alleen hoe dat was gebeurd – dat wist niemand. En Darwins evolutietheorie werd dan ook aanvankelijk als de zoveelste poging binnengehaald.

Volle zalen

Weinigen hadden in de gaten hoe revolutionair eenvoudig het idee van ‘variatie en selectie’ was. Vandaar de stilte. Maar Darwin had het daar ook wel naar gemaakt. In zijn boek had hij het ontstaan van het leven en van de mens bewust buiten beschouwing gelaten. Maar iedereen wist dat het daar om draaide – en in december 1868 arriveerde de Duitse bioloog Karl Vogt in Rotterdam om de knuppel in het hoenderhok te gooien. Aan het slot van een serie lezingen (waarin praktisch alle wetenschap voorbijkwam) stelde hij onomwonden dat vaststond dat de mens van een aap afstamde. Vogt trok volle zalen en veel publiciteit – en pas toen schrok de vaderlandse elite wakker. Ernst graaf van Byland, lijfarts van prins Frederik, waarschuwde in het Dagblad voor ZuidHolland en ’s Gravenhagedat Vogt er alleen op uit was het godsgeloof te ondermijnen. Hij riep iedereen op niet te gaan luisteren. Dit hooghartige oordeel uit de hoogste kring maakte een stroom van reacties los, vooral van liberalen en vrijdenkers, die opkwamen voor het recht op vrije meningsuiting. Andere conservatieven en theologen sprongen voor Byland in de bres. Het gekrakeel in de brievenkolommen hield maanden aan. Progressief Nederland had een manier ontdekt om de elite te sarren – en negen jaar na verschijnen had Nederland eindelijk door hoe explosief de ‘Origin’ was.

Dat was dan vooral te danken aan enthousiaste volgelingen die met Darwin op de loop gingen. Darwin zelf wilde alle discussie over de filosofische en morele implicaties van zijn werk zoveel mogelijk uitstellen. Pas jaren na de Origin kwam hij met zijn visie op de oorsprong van de mens en de menselijke geest, in The Descent of Man. Maar intussen hadden zijn volgelingen dat terrein al volstrekt kaal gegraasd en van radicale geurvlaggen voorzien.

Zedelijk verval

Voor mensen als Carl du Prel en Ernst Haeckel was een darwinist op z’n minst agnost – of nog beter: een atheïst en materialist. En in navolging van deze groten beschouwde ook de Nederlandse vrijdenker (en Darwinvertaler, en Bylands felste criticus) Hartogh Heijs van Zouteveen de evolutieleer als het ultieme bewijs voor atheïsme en materialisme. De complete kosmos was het resultaat van survival of the fittest. Geen wonder dat niet alleen Byland maar ook menige dominee en priester-geleerde het darwinisme zag als het zoveelste voorbeeld van zedelijk verval.

De pennenstrijd duurde zo’n tien jaar. Toen in 1877 ruim tweehonderd Nederlandse geleerden en intellectuelen Darwin een cadeau stuurden voor zijn 68e verjaardag (een album met hun portretten), waren ‘de belangrijkste standpunten voor en tegen inmiddels wel uitgewisseld’, stelt Bart Leeuwenburgh aan het slot van zijn Darwin in domineesland. Wetenschappelijk Nederland vereerde Darwin; gelovig Nederland beschouwde evolutie als een gevaarlijke dwaalleer. Die stellingen zijn niet meer verlaten. Darwin zelf was geen atheïst, en al helemaal geen scherpslijper. Maar hij had de tijdgeest tegen.

(depers.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_67004246
quote:
McEvoy, B.P. et al. (2009) Geographical structure and differential natural selection amongst North European populations. Genome Research, in press.


Population structure can provide novel insight into the human past and recognizing and correcting for such stratification is a practical concern in gene mapping by many association methodologies. We investigate these patterns, primarily through principal component (PC) analysis of whole genome SNP polymorphism, in 2099 individuals from populations of Northern European origin (Ireland, UK, Netherlands, Denmark, Sweden, Finland, Australia and HapMap European-American). The major trends (PC1 and PC2) demonstrate an ability to detect geographic substructure, even over a small area like the British Isles, and this information can then be applied to finely dissect the ancestry of the European-Australian and -American samples. They simultaneously point to the importance of considering population stratification in what might be considered a small homogenous region. There is evidence from FST based analysis of genic and non-genic SNPs that differential positive selection has operated across these populations despite their short divergence time and relatively similar geographic and environmental range. The pressure appears to have been focused on genes involved in immunity, perhaps reflecting response to infectious disease epidemic. Such an event may explain a striking selective sweep centered on the rs2508049-G allele, close to HLA-G gene on chromosome 6. Evidence of the sweep extends over 8Mb/3.5cM region. Overall the results illustrate the power of dense genotype and sample data to explore regional population variation, the events that have crafted it and their implications in both explaining disease prevalence and mapping these genes by association
Volkorenbrood: "Geen quotes meer in jullie sigs gaarne."
  vrijdag 13 maart 2009 @ 12:21:05 #64
27698 Doffy
Eigenlijk allang vertrokken
pi_67004302
Cool
'Nuff said
  dinsdag 17 maart 2009 @ 12:17:06 #65
36971 Invictus_
Religieuze Minderheid
pi_67132481
The counterintuitive nature of evolution: http://www.ted.com/talks/view/id/485

Kwam voorbij op Pharyngula, erg leuk.
Now I'm walking on the sunnyside of the street
  dinsdag 17 maart 2009 @ 13:07:53 #66
26400 wijsneus
Radicaal Democraat
pi_67133988
Ja, vanavond zeker even kijken. Ted talks zijn meestal erg goed.
“There’s class warfare, all right, but it’s my class, the rich class, that’s making war, and we’re winning.”
― Warren Buffett
pi_67154034
quote:
Gallet, R. (2009) Ecological Conditions Affect Evolutionary Trajectory in a Predator-Prey system. Evolution, 63, 641 - 651.

The arms race of adaptation and counter adaptation in predator–prey interactions is a fascinating evolutionary dynamic with many consequences, including local adaptation and the promotion or maintenance of diversity. Although such antagonistic coevolution is suspected to be widespread in nature, experimental documentation of the process remains scant, and we have little understanding of the impact of ecological conditions. Here, we present evidence of predator–prey coevolution in a long-term experiment involving the predatory bacterium Bdellovibrio bacteriovorus and the prey Pseudomonas fluorescens, which has three morphs (SM, FS, and WS). Depending on experimentally applied disturbance regimes, the predator–prey system followed two distinct evolutionary trajectories, where the prey evolved to be either super-resistant to predation (SM morph) without counter-adaptation by the predator, or moderately resistant (FS morph), specialized to and coevolving with the predator. Although predation-resistant FS morphs suffer a cost of resistance, the evolution of extreme resistance to predation by the SM morph was apparently unconstrained by other traits (carrying capacity, growth rate). Thus we demonstrate empirically that ecological conditions can shape the evolutionary trajectory of a predator–prey system.

Conclusion
From one single ancestral strain, we observed two distinct evolutionary outcomes depending on the experimental ecological treatments. When disturbances were frequent or moderate, the FS morph usually went to fixation. When disturbances were relatively infrequent and not intense, it was possible for the SM morph to go to fixation. Antagonistic coevolution with specialization between predator and prey was observed where the FS morph went to fixation and not where the SM morph went to fixation. The predator failed to counter-adapt to the form of the SM morph that emerged. Only where the disturbance regime favored the SM morph did it persist long enough to evolve extreme resistance to predation. This suggests that there may be several alternative evolutionary or genetic pathways that a prey or host may follow to develop resistance to predation or parasitism. These alternative pathways seem to be favored by different disturbance regimes. In other words, in our experiment, disturbance seems to have driven predator–prey populations toward different features on their evolutionary landscape, with either the evolution of prey resistance (SM) or an antagonistic predator–prey coevolution (FS). This suggests that microorganisms evolve on much more complex and changing adaptive landscapes than previously thought, warranting the exploration of more than one culturing regime (in contrast to most experimental evolution designs).

Our results also provide information about the adaptive capacities of B. bacteriovorus. Thus far, this predatory bacterium was known as a generalist preying on various Gram− bacteria strain. Ours is the first report of specialization to a specific prey by B. bacteriovorus; further, we showed that the predation efficiency of B. bacteriovorus increased only on certain prey morphs. This result might be viewed as surprising and intriguing, given B. bacteriovorus's profile as a generalist. Our results also contradict the notion that resistance to B. bacteriovorus is rare. Unfortunately, nothing is known about the mechanistic details of this prey–predator system, so we do not know if resistance to predation by B. bacteriovorus in P. fluorescens is the result of a reduced ability to enter the periplasm of the prey or less accessible cytoplasm, among other possibilities. A better understanding of the mechanisms involved in the predator–prey interaction between B. bacteriovorus and P. fluorescens might allow us to identify the cause of high resistance to predation by the SM morph and the constraints acting on resistance to predation in the FS morph.

This should also inspire caution about the use of B. bacteriovorus as an environmental prophylactic or as an alternative to antibiotic therapy (Sockett and Lambert 2004). Many diseases have evolved resistance to antibiotics (e.g., tuberculosis; Abdel Aziz and Wright 2005). "Living antibiotics" must also be considered carefully regarding the way their efficiency might be shaped by evolution. Successful long-term control of diseases, pests, and invasive species will require a better understanding of coevolutionary dynamics in an ecological context.
Volkorenbrood: "Geen quotes meer in jullie sigs gaarne."
pi_67159528
17-03-2009

Geloven in de wetenschap

De scheppingsfolder die 6,6 miljoen mensen onlangs in de bus kregen, houdt de gemoederen bezig. Religie-antropoloog Peter van Rooden herkent in deze discussie allerlei ideeën over kerk, geloof en het autonome individu die sinds de verzuiling onderdeel zijn van de manier waarop Nederlanders over religie denken.

Bij 6,6 miljoen mensen ligt een folder in de bus die de afgelopen weken voor ophef heeft gezorgd. De folder ‘Evolutie of Schepping? Wat geloof jij?’ wil lezers ervan overtuigen dat er geen wetenschappelijk bewijs is voor de evolutietheorie. De dertig christelijke organisaties die achter de folder zitten vinden het scheppingsverhaal net zo overtuigend als de theorie van Darwin.



Bij 6,6 miljoen mensen viel de creationistenfolder in de bus. De folder wil lezers ervan overtuigen dat er geen wetenschappelijk bewijs is voor de evolutietheorie.


Bekijk hier de folder "evolutie of schepping?" (flash)

Tegenoffensief
Aanhangers van de evolutietheorie hebben het tegenoffensief ingezet. Zo konden mensen die de folder niet op de deurmat wilden krijgen eind vorig jaar al een speciale 'Nee creationisme, Ja Darwin' brievenbussticker bestellen. Het Humanistisch Verbond publiceerde een artikel waarin de folder hoofdstuk per hoofdstuk wordt weerlegd. Ook op Kennislink vind je een overzicht van het wetenschappelijk bewijs voor de evolutietheorie.

Wetenschappers komen dus, niet onverwacht, in verweer. Maar de folder blijkt bij veel meer mensen kwaad bloed te zetten. Websites als Retecool, GeenStijl en Sargasso roepen mensen op om de folder terug te sturen naar de initiatiefnemers. Op de speciaal opgerichte website Terugnaarjemaker staan zo’n 5000 steunbetuigingen. Een begeleidende brief zou volgens de website al 40.000 keer zijn gedownload.

Waarom maakt deze folder zo veel reacties los bij internettend Nederland? “De felle reacties op bijvoorbeeld GeenStijl verbazen me wel,” zegt dr. Peter van Rooden van de Universiteit van Amsterdam. De religieantropoloog houdt zich bezig met de relatie tussen religie, staat en maatschappij. “Deze ophef gaat niet over belangen of over beleid. Het gaat echt over een wereldbeeld, over wat je wel en niet mag of moet zeggen”, zegt de religie-antropoloog.





Kerk versus geloof
“De meeste mensen op Geenstijl reageren vooral met het argument dat ze met rust gelaten willen worden. Ze vinden het schandalig dat religie ongevraagd de huiskamer binnen gebracht wordt. Kerken worden neergezet als dom en onderdrukkend.” Dit beeld van de kerk past volgens Van Rooden bij het beeld dat de meeste Nederlanders hebben van de kerk. Hij doet op het moment onderzoek naar de ontkerkelijking van Nederland sinds de jaren zestig. Daarvoor heeft hij tot nu toe zo’n 350 Nederlanders geïnterviewd over de rol van religie in hun leven. “Alle geïnterviewden blijken ongeveer op dezelfde manier over godsdienst te denken en spreken. Ze stellen kerk en geloof tegenover elkaar.” Kerk en geloof worden gezien als twee verschillende dingen, waarbij geloof iets positiefs is en de kerk iets negatiefs. Van Rooden: “Nederlanders vinden geloof goed en de kerk slecht. Geloof is individueel en vrij, de kerk is collectief en dwingend. Geloof is keuze, kerk is traditie; geloof is echt, kerk is onecht.” Zelfs christenen die zijn aangesloten bij vrij orthodoxe kerkgenootschappen spreken op deze manier over kerk en geloof, ontdekte Van Rooden. “Die vinden het dan ook moeilijk om uit te leggen waarom ze daar nog steeds bij zitten.”

Er wordt in hedendaags Nederland volgens de onderzoeker dus een radicaal onderscheid gemaakt tussen het persoonlijke geloof en de collectieve manifestaties daarvan, zoals de kerk. We vinden het geen probleem dat mensen aan hun eigen keukentafel in god of in het scheppingsverhaal geloven. Maar als christelijke organisaties zich verenigen en hun boodschap niet alleen op straat verkondigen maar ook tot achter de voordeur, wekt dat weerstand op. Ook al zijn de reacties op internet soms verbazingwekkend fel, de ophef rond de folder sluit wel aan bij het heersende idee over religie.



“Nederlanders vinden geloof goed en de kerk slecht. Geloof is individueel en vrij, de kerk is collectief en dwingend.”


Het keurslijf van de verzuiling
Dat er in Nederland zo’n negatief beeld van georganiseerde godsdienst bestaat, wijt Peter van Rooden aan de verzuiling. “Het is een soort na-ijl effect.” Een eeuw lang, van grofweg 1880 tot 1980, was de Nederlandse maatschappij verdeeld in religieuze en ideologische zuilen. Deze zuilen hadden grote invloed op het dagelijkse leven. Als katholiek ging je niet alleen naar de katholieke kerk, maar ook naar de katholieke kleuterschool, universiteit en voetbalclub. Je bezocht het katholieke ziekenhuis, stemde op de katholieke partij en was lid van de katholieke krant, omroep en vakvereniging. Trouwen kon je ook maar het beste met iemand binnen je eigen zuil. Religie bepaalde het sociale leven. “Aan de ene kant hebben we afgerekend met de verzuiling”, zegt Van Rooden. “Maar toch is de verzuiling als herinnering blijven hangen en beïnvloedt deze geschiedenis nog steeds hoe wij religie zien. Zelfs al zullen de meeste mensen op GeenStijl de verzuiling niet hebben meegemaakt.”



Mensen zijn lang niet zo autonoom en individueel als ze denken dat ze zijn.


Zelf nadenken verplicht
Tegenover het beeld van de onderdrukkende allesbeheersende kerk staat het beeld van het vrije individu. Van Rooden: “Dat zie je ook op GeenStijl. Het ideaal van autonomie ligt ten grondslag aan het verzet tegen de folder. Mensen willen met rust gelaten worden en vinden dat je zelf moet nadenken.” Volgens de wetenschapper is er sprake van een verheerlijking van het autonomie-ideaal. Volgens dit ideaal is de mens niet alleen in staat om zelf na te denken, maar is hij dit ook verplicht. Alleen iemand die zelf nadenkt, zelf keuzes maakt en zelf bepaalt wat belangrijk is in het leven, zou echt vrij zijn. Wie dit niet doet, is dom, gelovig of een kind.

De radicalisering van het autonomie-ideaal, noemt Van Rooden het. “Het merkwaardige is natuurlijk dat elke sociale wetenschapper je zal vertellen dat het met die autonomie in feite ontzettend meevalt. Mensen zijn helemaal niet zo autonoom als ze zeggen of denken te zijn. Vertel mij wat iemands opleiding en inkomen is en ik kan al heel aardig voorspellen hoe diegene zijn huis inricht. We willen onze eigen ik tot uitdrukking brengen in de manier waarop we ons huis inrichten. Daarom staan er op zaterdag zulke lange files voor de Ikea. Daar kopen we allemaal autonoom dezelfde dingen.”



"Als je er strikt sociologisch naar kijkt, ruilen darwinisten de ene elite (geestelijken) in voor een andere (biologen).”


Geloven in Darwin
Zo ontzettend autonoom en zelfstandig in ons denken en doen zijn we dus niet. Ook is het een misvatting dat we door zelf na te denken, automatisch bij de evolutietheorie terecht zouden komen. Van Rooden: “Als je er strikt sociologisch naar kijkt, ruilen darwinisten de ene elite (geestelijken) in voor een andere elite (biologen).” Als niet-bioloog moet je maar van biologieprofessoren aannemen dat wat zij zeggen, klopt. Die duizenden mensen die hun handtekening op terugnaarjemaker.nl hebben gezet, zijn waarschijnlijk niet allemaal evolutie-experts. Ze hebben niet zelf op de Galápagos eilanden mussen bekeken, of in de woestijn fossielen opgegraven. Het overzicht van alle bewijzen, experimenten en argumenten missen ze. Van Rooden: “Het darwinisme is een prachtig idee en redelijk te begrijpen. Persoonlijk ben ik een fervent darwinist. Maar of het ook echt waar is, dat kan ik niet zeker weten door zelf na te denken. Geloven in het darwinisme is geloven in de autoriteit van de wetenschap.”

(Kennislink)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_67202578
tvp
"A little philosophy inclineth man's mind to atheism, but depth in philosophy bringeth man's minds about to religion." - Sir Francis Bacon
"Heb je vijanden lief, wees goed voor wie jullie haten." - Jezus
pi_67205989
quote:
Cretaceous Octopus With Ink And Suckers -- The World's Least Likely Fossils?

ScienceDaily (Mar. 18, 2009) — New finds of 95 million year old fossils reveal much earlier origins of modern octopuses. These are among the rarest and unlikeliest of fossils. The chances of an octopus corpse surviving long enough to be fossilized are so small that prior to this discovery only a single fossil species was known, and from fewer specimens than octopuses have legs.

Even if you have never encountered an octopus in the flesh, the eight arms, suckers, and sack-like body are almost as familiar a body-plan as the four legs, tail and head of cats and dogs. Unlike our vertebrate cousins, however, octopuses don't have a well-developed skeleton. And while this famously allows them to squeeze into spaces that a more robust animal could not, it does create problems for scientists interested in evolutionary history. When did octopuses acquire their characteristic body-plan, for example? Nobody really knows, because fossil octopuses are rarer than, well, pretty much any very rare thing you care to mention.

The body of an octopus is composed almost entirely of muscle and skin, and when an octopus dies, it quickly decays and liquefies into a slimy blob. After just a few days there will be nothing left at all. And that assumes that the fresh carcass is not consumed almost immediately by hungry scavengers. The result is that preservation of an octopus as a fossil is about as unlikely as finding a fossil sneeze, and none of the 200-300 species of octopus known today has ever been found in fossilized form. Until now, that is.

Palaeontologists have just identified three new species of fossil octopus discovered in Cretaceous rocks in Lebanon. The five specimens, described in the latest issue of the journal Palaeontology, are 95 million years old but, astonishingly, preserve the octopuses' eight arms with traces of muscles and those characteristic rows of suckers. Even traces of the ink and internal gills are present in some specimens. '

"These are sensational fossils, extraordinarily well preserved," says Dirk Fuchs of the Freie University Berlin, lead author of the report. But what surprised the scientists most was how similar the specimens are to modern octopus: "these things are 95 million years old, yet one of the fossils is almost indistinguishable from living species." This provides important evolutionary information. "The more primitive relatives of octopuses had fleshy fins along their bodies. The new fossils are so well preserved that they show, like living octopus, that they didn't have these structures." This pushes back the origins of modern octopus by tens of millions of years, and while this is scientifically significant, perhaps the most remarkable thing about these fossils is that they exist at all.

Publicatie
Fuchs et al. New Octopods (Cephalopoda: Coleoidea) from the Late Cretaceous (Upper Cenomanian) of Hakel and Hadjoula, Lebanon. Palaeontology, 2009; 52 (1): 65
Volkorenbrood: "Geen quotes meer in jullie sigs gaarne."
pi_67344853
23-03-2009

'Darwin hield van dure schoenen'

AMSTERDAM – Charles Darwin besteedde in zijn studententijd meer geld aan dure schoenen dan aan studieboeken. Dat blijkt uit de persoonlijke boekhouding van de wereldberoemde Britse bioloog.

Historici van de Universiteit van Cambridge vonden onlangs de financiële geschriften en deden enkele opmerkelijke ontdekkingen over het dagelijks leven van de student Charles Darwin. Dat meldt de Telegraph maandag.

Uit de boeken blijkt onder meer dat de wetenschapper, die dankzij zijn evolutietheorie onsterfelijk zou worden, in zijn tijd op het Christ’s College het leven leidde van een heuse dandy.

Zo liet de jonge Darwin andere mensen tegen betaling klusjes voor hem opknappen, zoals het aansteken van de haard of het poetsen van zijn -duur betaalde- schoenen.


Kennis

Volgens een woordvoerder van de universiteit vult de vondst veel gaten in de kennis over het leven van Darwin in zijn studententijd.

“De tijd die hij tussen 1828 en 1831 op Cambridge doorbracht is een van de voornaamste periodes uit zijn leven, maar ook de periode waarover we weinig informatie hebben.”


Darwinjaar

2009 is ter ere van de honderdvijftigste verjaardag van Darwins beroemdste werk, On the origin of species, uitgeroepen tot 'Darwinjaar'. Het is tevens tweehonderd jaar geleden dat de bioloog in het Engelse Shrewsbury ter wereld kwam.

(nu.nl)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_67346692
24-03-2009

Planten overleefden catastrofe door verdubbeling DNA

Sommige planten overleefden de catastrofe 65 miljoen jaar geleden. Dat hebben ze wellicht te danken aan een verdubbeling van hun DNA. Dat hebben onderzoekers aan de Universiteit Gent ontdekt.

Zonlicht tegengehouden
Zo'n 65 miljoen jaar geleden vond de "Krijt-Paleogeen-massa-extinctie" plaats. Een of meerdere catastrofale gebeurtenissen (zoals komeetinslag, toegenomen vulkanische activiteit, ...) veroorzaakten toen branden en stofwolken, die een lange tijd het zonlicht tegenhielden. Zestig procent van de plantensoorten en heel wat diersoorten, waaronder de dinosaurussen, overleefden de gewijzigde klimaatomstandigheden niet.

Aangepast
De soorten die wel overleefden, waren beter aangepast aan de nieuwe omstandigheden. Dat hadden ze wellicht te danken aan DNA-duplicatie, die hen een evolutionair voordeel gaf. In de loop van de geschiedenis hebben planten een of meerdere keren hun DNA verdubbeld.

De VIB-UGent onderzoekers Jeffrey Fawcett, Steven Maere en Yves Van de Peer wisten deze verdubbelingen te dateren en stelden vast dat de meest recente duplicaties zo'n 65 miljoen jaar geleden plaatsvonden, dus samen met de "Krijt-Paleogeen-massa-extinctie".

De wetenschappers besluiten daaruit dat planten met een genoomduplicatie het best aangepast waren om te kunnen overleven in de toen drastisch gewijzigde omstandigheden.

Afwijking
Duplicaties van het DNA zijn een eerder uitzonderlijke "afwijking". Ze veroorzaken zeer uitgesproken eigenschappen en zijn in ongewijzigde omstandigheden eerder nadelig voor de soort.

Eerder onderzoek van Yves Van de Peer had al aangetoond dat DNA-verdubbelingen bij vroege voorouders van gewervelde dieren en vissen cruciaal waren voor de ontwikkeling van gewervelde dieren, en dus ook van de mens. (belga/edp)

(HLN)
Death Makes Angels of us all
And gives us wings where we had shoulders
Smooth as raven' s claws...
pi_67358883
quote:
Somel, M. et al. (2009) Transcriptional neoteny in the human brain. PNAS, advance online.

In development, timing is of the utmost importance, and the timing of developmental processes often changes as organisms evolve. In human evolution, developmental retardation, or neoteny, has been proposed as a possible mechanism that contributed to the rise of many human-specific features, including an increase in brain size and the emergence of human-specific cognitive traits. We analyzed mRNA expression in the prefrontal cortex of humans, chimpanzees, and rhesus macaques to determine whether human-specific neotenic changes are present at the gene expression level. We show that the brain transcriptome is dramatically remodeled during postnatal development and that developmental changes in the human brain are indeed delayed relative to other primates. This delay is not uniform across the human transcriptome but affects a specific subset of genes that play a potential role in neural development.
PNAS
Volkorenbrood: "Geen quotes meer in jullie sigs gaarne."
pi_67359858
quote:
Op dinsdag 24 maart 2009 15:12 schreef Monolith het volgende:

[..]

PNAS
Interessant artikel. Gould suggereerde indertijd ook al die neotenie.
Huidige trend atmosf. CO2 Mauna Loa: 411 ppm ,10 jaar geleden: 387 ppm , 25 jaar geleden: 358 ppm
pi_67360183
quote:
Op dinsdag 24 maart 2009 15:39 schreef barthol het volgende:

[..]

Interessant artikel. Gould suggereerde indertijd ook al die neotenie.
Dat klopt inderdaad en niet alleen voor de ontwikkeling van de hersenen, maar meer voor de recente evolutie van de mens in het algemeen.

Nog maar even een aardig artikeltje:
quote:
Gunz, P. et al. (2009) Early modern human diversity suggests subdivided population structure and a complex out-of-Africa scenario. PNAS, advance online

The interpretation of genetic evidence regarding modern human origins depends, among other things, on assessments of the structure and the variation of ancient populations. Because we lack genetic data from the time when the first anatomically modern humans appeared, between 200,000 and 60,000 years ago, instead we exploit the phenotype of neurocranial geometry to compare the variation in early modern human fossils with that in other groups of fossil Homo and recent modern humans. Variation is assessed as the mean-squared Procrustes distance from the group average shape in a representation based on several hundred neurocranial landmarks and semilandmarks. We find that the early modern group has more shape variation than any other group in our sample, which covers 1.8 million years, and that they are morphologically similar to recent modern humans of diverse geographically dispersed populations but not to archaic groups. Of the currently competing models of modern human origins, some are inconsistent with these findings. Rather than a single out-of-Africa dispersal scenario, we suggest that early modern humans were already divided into different populations in Pleistocene Africa, after which there followed a complex migration pattern. Our conclusions bear implications for the inference of ancient human demography from genetic models and emphasize the importance of focusing research on those early modern humans, in particular, in Africa
Volkorenbrood: "Geen quotes meer in jullie sigs gaarne."
abonnement Unibet Coolblue
Forum Opties
Forumhop:
Hop naar:
(afkorting, bv 'KLB')