Spelregels Niften
Niften kan gezien worden als een vertakking van een groter geheel dat men thans voetbal noemt. Hierbij is Niften één van de vele spelletjes zoals kikkerschieten, tienen en afbluffertje. Echter Niften biedt de spelers meer dan een simpel voetbalspelletje alleen, alleen vaardigheid met de bal maakt je geen winnaar. Inzicht, sluwheid, achterbaksheid en een goede beheersing over een hoog alcoholpromillage zijn ook essentieel. Niften kan zowel amateuristisch als professioneel gespeeld worden. Uiteraard is een potje ‘freestyle’ Niften goed voor de oefening en biedt voor iedereen de mogelijkheid om mee te doen. Hieronder staan alle stappen beschreven om van iemand een doorgewinterde Nifter te maken.
1. Doel van het spel
Het doel van het spel is iedereen weg te spelen. Door middel van de bal als groep hoog te houden en mensen te ‘Niften’
2. Benodigdheden
- Een voetbal (maat 5, omtrek bal 68 - 71 cm, gewicht 396 – 453 g) - Voldoende bier - Een geschikte locatie (zie hoofdstuk 9) - Deelnemers: In theorie 2 – oneindig. In de praktijk is 8 – 12 personen het meeste geschikte aantal
3. Start van het spel
De spelers stellen zich op in een kring met gelijke tussenposes. Zorg dat de afstand niet te groot en niet te klein is. De spelers moeten echter wel, de ene wat meer dan de andere, de ruimte hebben om hun bewegingen te maken zonder de medespeler te raken. Over het algemeen is dit rond de twee meter tussenruimte.
Iedereen speler begint met twee bloemenkolen en een ui. Dit is lastig om elke keer te realiseren dus mogen er ook fictieve bloemenkolen en uien worden genomen. Hoewel het de spelvreugde wel verhoogt en het punten bijhouden makkelijker is. In de volkmond wordt ook wel gesproken van ieder drie punten aan het begin. Bloemkolen en uien zijn verkrijgbaar bij uw plaatselijke supermarkt en groenteboer.
Een ander belangrijk deel van het spel is bier. Zonder bier is er geen Niften. Zorg te allen tijde dat alle deelnemers bier in hun handen hebben. Hier later meer over in hoofdstuk 8.1.
4. Hoofdregels
De bal wordt in het spel gebracht door een willekeurige speler. Het gaat hier om hooghouden dus een trap laag over de grond is niet praktisch. Nadat de bal in het spel is gebracht mag de bal hoogstens één maal stuiteren waarna de volgende speler (de dichtstbijzijnde) de bal weer de lucht in schiet. De bal hoeft geen één keer te stuiteren, maar mag ook uit de lucht gespeeld worden. Als de bal vervolgens een aantal keer, in de praktijk minimaal drie maal geraakt, heen en weer is en zich stabiel in het spel bevindt, dus geen onmogelijke reddingen vereist zijn of dat de bal zich laag over de grond verplaatst, mag er ‘LOOPT!’ geroepen worden. Het uitroepteken geeft al aan dat dit luid geroepen worden. Dit is belangrijk, want elke speler moet kunnen horen dat de bal ‘loopt’. Let op, vanaf dat er ‘loopt’ geroepen is kunnen er pas punten af gaan bij de spelers, eerder niet. Nu mag elke deelnemer ‘loopt’ roepen behalve degene die op het punt staat de bal te spelen. Hierdoor kan de deelnemer een oneerlijke spelsituatie creëren door de bal hard richting een andere speler te schoppen en dat is niet de bedoeling.
De bal met de handen of armen bespelen is nadat er ‘loopt’ is geroepen altijd een punt aftrek. Vanaf de schouder mag het lichaam gebruikt worden om de bal te bespelen.
5. ‘Nift or te be Nifted’ ‘(Zelf Niften of genift worden)
Nadat er loopt is geroepen kunnen er op verschillende manieren bloemkolen en uien van de deelnemers afgespeeld worden.
De belangrijkste regels hiervoor zijn haalbaar of niet haalbaar en de minimale inzet regel. Iedere speler is verplicht minimale inzet te tonen als de bal het dichtst bij de speler in de buurt is. Als de deelnemer het er zich makkelijk van af maakt mag de groep bepalen of de minimale inzet genoeg is geweest. Daarnaast is het belangrijk of de bal haalbaar is geweest of niet. Als de bal te ver is weggeschopt en de deelnemer kon met minimale inzet de bal niet meer aanraken is degene die de bal te ver schopte een ui of bloemkool kwijt. Dit mag de deelnemer zelf bepalen. Stel de deelnemer die de verre bal probeert te halen hem wel aanraakt en vervolgens nog verder trapt of niet haalbaar in het spel terug brengt is die speler ‘genift’. Oftewel, de speler die de verre bal trapte heeft ‘genift’. In alle gevallen geldt dat de deelnemer die als laatste de bal raakt altijd verantwoordelijk voor het punt is.
Hierbij is een ander belangrijk onderdeel ‘Nifted yourself’ oftewel jezelf Niften. Als de bal in het spel is nadat er ‘loopt’ is geroepen is het absoluut verboden om de bal twee maal zelf aan te raken zonder dat er een andere deelnemer de bal heeft aangeraakt. Gebeurt dit wel dan heeft de deelnemer zichzelf ‘genift’.
Als aanvulling op dit hoofdstuk is er de ‘algemene lompheid’ regel en de ‘desinteresse’ regel. De eerste houdt in dat overdreven hard lomp schoppen, opzettelijk lomp de bal uit het spel proberen te houden, de bal lomp in obstakels verkrijgen zoals de bal op het dak of in de bosjes schoppen is uit den boze. Zoals geconcludeerd kan worden is lomp zeer relatief en kan men zelf beslissen wanneer het teveel wordt en bloemkolen of uien er af trekken. De ‘desinteresse’ regel is voor deelnemers die niet actief mee doen aan het spel. Niet actief wordt bedoeld met niet genoeg aandacht aan de bal te schenken en niet op te letten. Zolang de bal niet in de buurt is van de gedesinteresseerde speler kunnen er ook geen bloemkolen of uien worden afgehaald. Dingen als fouten maken door sms’en, vrouwen spotten en andere onbelangrijke zaken moet worden bestraft.
Altijd is belangrijk als groep te bepalen wie er ‘genift’ is of niet. Een scheidsrechter aanstellen kan een hoop twijfels wegnemen. Bij teveel twijfel kan er altijd over gespeeld worden. Let wel, de speler die als dichtstbijzijnde van de bal is altijd verantwoordelijk voor de bal, wat voor schijnbewegingen de andere deelnemers ook maken. Hierbij mogen andere deelnemers niet obstructief in de weg staan.
6. Obstakelregels
In vele gevallen is de Nift locatie niet overal even egaal. Ondergronden kunnen schuin aflopen, bomen of struiken kunnen in de weg staan. Zelfs hele gebouwen, lantaarnpalen, stoepranden of mensen kunnen het Niften verhinderen. Daardoor zijn hieronder de belangrijkste obstakelregels geformuleerd.
Obstakelregel 1: voorwerpen
1a Het voorwerp, een boom of bosjes of tafels bijvoorbeeld, staat in de weg. Hierdoor valt de bal niet meer te bespelen. Was de bal haalbaar geweest zonder de voorwerpen, moet deze overgespeeld worden. 1b Zelfde situatie als 1a, enkel deze keer had de bal zonder voorwerp niet haalbaar geweest. Dus de bal was te ver over het voorwerp heen geschopt of te hard. Hierbij heeft degene die de bal als laatst geraakt heeft een bloemkool of ui verloren. 1c De bal kaatst via het voorwerp terug het spel in zonder twee keer op de grond te stuiteren en een andere speler brengt de bal weer in het spel. Hierbij gaat het spel gewoon door.
Obstakelregel 2: Ondergronden.
2a Een bal die recht uit de lucht valt en door de scheve ondergrond weg stuitert is in sommige gevallen haalbaar en sommige niet. Hierbij moet de groep bepalen of de persoon genoeg inzet en inschattingsvermogen heeft getoond om de bal te halen. 2b Een bal die recht uit die lucht valt en op de grond zonder te stuiteren plots stil valt is altijd overspelen. Hierbij moet gedacht worden als plassen modder en dergelijke.
Obstakelregel 3: Personen
3a Als personen die niet meedoen, bijvoorbeeld voorbijgangers of toeschouwers, aan het spel per ongeluk de bal voor de voeten krijgen en deze weer terug in het spel schoppen volgens de gebruikelijke regels mag het spel doorgaan. 3b Als de persoon die niet meedoet de bal niet volgens de gebruikelijke regels het spel in schopt moet de het punt worden overgespeeld.
7. Einde van het spel
Zodra iemand zijn twee bloemkolen en ui kwijt is moet de deelnemer het spel verlaten en sportief blijven kijken wie de winnaar wordt. Ook kan de eerste uitgevallene als scheidsrechter figureren of bier halen. Dit gebeurt net zolang tot er twee personen over blijven en de finale van start gaat. Hierbij mogen de twee overgebleven deelnemers geen ‘loopt’ meer roepen. Een afgevallene of de scheidsrechter moet hierbij ‘loopt’ roepen. Degene die dan zijn punten kwijt is heeft een tweede plek bemachtigd. De andere is uiteraard eerste geworden.
8. OBR’s – Overige Belangrijke Regels
8.1 Bier en toiletteren
Bier is in dit spel onderdeel van het lichaam, als een kloppend hart. Zonder kloppend hart is Niften namelijk ook onmogelijk. Bij de langere wedstrijden Niften raakt het bier regelmatig op bij de deelnemers. Daarom zijn er uitzonderingen gemaakt voor de dorstige Nifter. De eerste uitzondering is toiletteren. Plassen is tijdens het Niften toegestaan, mits de deelnemer zo snel mogelijk naar de dichtstbijzijnde toilet gaat. Onnodig omlopen en tijd rekken kan bestraft worden door de rest van de groep mits mogelijk. Let op, andere activiteiten op de wc als plassen zoals lichamelijke afvalstoffen uitscheiden via de anus is niet toegestaan. Medische problemen zoals diaree vormen een uitzondering op de vorige zin. Uitzondering nummer twee is bier halen. De deelnemer moet zo snel mogelijk bier halen en indien mogelijk voor anderen deelnemers ook als diegene daar om vragen. Ook hier geld weer de regel, geen onnodige andere activiteiten.
Dus ook regels als ‘nifted yourself’ zijn op toepassing van bier. Raak de bal eerst je lichaam en dan je bier heb je alsnog jezelf genift. Bier is verder in alle soorten en maten. Soms heeft de deelnemer te maken met flessen, andere keer met plastic bekers of zelfs glazen. Hoewel een fles verruit het makkelijkst Nift, gezien de geringe doorgang, is het belangrijk niet teveel bier te morsen. Dit leidt tot onvrede van je medespelers. Bier is verkrijgbaar in de lokale supermarkt of slijterij.
8.2 Anne-Freak inworp
Bij gevorderde Nifters kan de Anne-Freak inworp worden toegepast. Elke deelnemer mag deze inworp doen. Dit houdt in dat de bal vanuit de nek in het midden van de kring op de grond geworpen wordt zodat de bal hoog opstuitert. Hierbij loopt de bal meteen en hoeft er geen ‘loopt’ geroepen te worden en is dus de puntregeling gelijk van kracht. De Anne-Freak inworp mag niet op iemand geworpen worden. Dit wordt bestraft met het innemen van een bloemkool of ui. Ook een Anne-Freak inworp die niet haalbaar is voor één van de overige deelnemers is een punt eraf.
8.3 Reserve bloemkolen en ui.
Bij Niften is degene die zijn eerste drie punten al snel kwijt is niet altijd de verliezer. De deelnemer die als eerste zijn twee bloemkolen en ui kwijt is heeft recht op de twee reserve bloemkolen. De persoon die daarna zijn punten kwijt is heeft nog recht op de reserve ui, dit kan niet de persoon zijn die al de reserve bloemkolen heeft gehad. Hierna zijn alle reserves op en kunnen deelnemers afvallen.
9. Locaties en weer
Er zijn veel verschillende locaties mogelijk. Van dakterras tot woestijn, van gravel tot beton en weer terug naar gras. Ten alle tijden moet de deelnemers zorgen voor een groot genoeg speelveld en veiligheid voor de maatschappij om hen heen. Aan de locatie zitten dus geen vaste eisen. Enkel voor officiële Niftwedstrijden, zoals elk jaar na de zomerstop in Splotsz te Roelofarendsveen, moet de ondergrond goed stuiterbaar zijn en volledig vlak zonder obstakels.
Het weer bepaalt of er sprake is van Extreme Nifting. Bij harde regen en onweersbuien gaat Niften altijd door en wordt er niet verzaakt of gestaakt. Ook hete temperatuur en ’s nachts Niften valt onder Extreme Nifting.
10. Elite Nifting
Elite Nifting is voor de doorgewinterde Nifters. Hierbij vervalt de regel dat de bal één maal mag stuiteren tussen het spelen van deelnemers. Voor de rest blijven alle regels van kracht.
Op vrijdag 6 juli 2007 22:29 schreef yvonne het volgende:Ze weten niet waar ze het over hebben, jouw genialiteit kan alleen maar een bron van inspiratie zijn voor de JAMen van deze wereld.